Ingezonden persbericht


P E R S B E R I C H T

Nederlands Tijdschrift voor Geneeskunde:

Manisch depressieve stoornis onnodig laat opgemerkt

AMSTERDAM, maandag 26 augustus 2008

Veel mensen lopen lang rond met een manisch depressieve (bipolaire) stoornis voordat de aandoening wordt geconstateerd door de arts. Laat staan dat er juiste medicijnen worden voorgeschreven. Doordat deze stemmingsstoornis moeilijk is vast te stellen, ligt er gemiddeld 12 jaar tussen de eerste symptomen en het stellen van de juiste diagnose. Een nieuw screeningsintrument helpt bij het eerder signaleren van deze aandoening die bij 1,9% van de Nederlanders voorkomt.

Dat meldt het Nederlands Tijdschrift voor Geneeskunde afgelopen weekeinde in een artikel van de psychiaters mw. drs. D.H. Postma van GGNet in Zutphen en dr. P.F.J. Schulte van GGZ Noord-Holland Noord in Alkmaar. Volgens de artsen kan het niet onderkennen van de diagnose een inadequate behandeling tot gevolg hebben. Ze pleiten dan ook voor invoering van een vragenlijst waardoor in enkele minuten aanwijzingen kunnen worden gevonden of een patiënt lijdt aan een bipolaire stoornis. In een huisartsenpraktijk heeft naar schatting 10-26% van de patiënten met een depressie eigenlijk een bipolaire stoornis.

Bipolaire stoornissen manifesteren zich vaak op jongvolwassen leeftijd met depressie als eerste uiting. Ze kunnen ernstige gevolgen hebben voor de kwaliteit van leven. Het gaat om een aandoening die het hele leven kan blijven terugkomen en die vrijwel altijd met onder meer medicijnen moet worden behandeld. Bipolaire stoornissen zijn echter moeilijker vast te stellen dan 'gewone' depressies. Dit is deels te verklaren doordat een eerste uiting van de stoornis een depressie kan zijn en er nog geen sprake van een manie is geweest. Ook kan schaamte van de patiënt een belemmering zijn om de arts te raadplegen. Daarnaast blijkt dat 20% van de patiënten met deze stoornis eerdere lichte manische klachten niet aan de arts meldt omdat deze niet als ziekelijk werden ervaren.

Volgens de psychiaters herkennen artsen veelal alleen de depressies en dat kan verstrekkende gevolgen hebben. 'In Nederland ontvangt tweederde tot driekwart van de patiënten met een manische depressieve stoornis geen adequate behandeling. Bij depressie worden antidepressiva als medicijn aanbevolen, terwijl dat bij een manisch- depressieve stoornis in veel gevallen juist wordt afgeraden. Want antidepressiva kunnen bij sommige patiënten manieën veroorzaken. Hoe meer aanvallen, hoe slechter het psychosociaal functioneren op lange termijn. Terwijl het toedienen van bijvoorbeeld lithium bovendien een antisuïcidaal effect heeft, maar dat middel krijg je alleen bij de juiste diagnose.'

De psychiaters pleiten voor invoering van een zogenoemde Mood Disorder Questionnaire, ofwel een zelfinvulvragenlijst zoals die in enkele andere landen al wordt gebruikt (zie www.kenniscentrumbipolairestoornissen.nl). Deze kan binnen 5 minuten door een patiënt worden ingevuld en daarna in dezelfde tijd door een arts worden geëvalueerd. Men kan er weliswaar geen diagnose mee stellen, maar bij een positieve uitslag kan een psychiater dan een gericht diagnostisch onderzoek beginnen.

Over Nederlands Tijdschrift voor Geneeskunde (NTvG)

Het Nederlands Tijdschrift voor Geneeskunde (NTvG), gevestigd in Amsterdam, verschijnt al sinds 1857 wekelijks als vakblad voor de inmiddels ruim 40.000 artsen en medische wetenschappers in ons land.

NTvG richt zich op het publiceren van klinisch-wetenschappelijke artikelen. Het gaat daarbij niet alleen om publicatie van oorspronkelijk onderzoek; NTvG heeft vooral een didactische functie. Het laat specialisten en generalisten zien wat zich afspeelt in de geneeskunde als geheel en in de verschillende deelgebieden. Die kennis komt weer ten gunste van patiënten.



Ingezonden persbericht