Ministerie van Verkeer en Waterstaat

abcdefgh

Aan
de voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal
Binnenhof 4
2513 AA DEN HAAG

Contactpersoon Doorkiesnummer
- - Datum Bijlage(n) 26 augustus 2008 - Ons kenmerk Uw kenmerk VENW/DGMo/2008-53 2070823700 Onderwerp
Kamervragen

Geachte voorzitter,

Hierbij ontvangt u de antwoorden op de vragen van het lid Roemer (SP) aan de minister en staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat over het inzetten van te klein treinmaterieel op de Maaslijn.


1. Bent u bekend met de bijgevoegde anonieme melding van een personeelslid van Veolia? Wat vindt u van deze melding?


1. Ja, wij zijn met de melding bekend. De melding beschrijft een ongewenste en mogelijk onveilige gebeurtenis vanwege overvolle treinen op de Maaslijn, die voor ons aanleiding is om nader onderzoek te doen.


2. Hebt u na het in ontvangst nemen van deze melding reeds actie ondernomen? Zo ja, welke actie? Zo neen, waarom niet en gaat er dan in de toekomst nog actie ondernomen worden?


2. Ja. Onze Inspectie heeft Veolia om opheldering gevraagd naar aanleiding van de melding en is een onderzoek gestart. Daarnaast zal onze inspectie uit het oogpunt van veiligheid het vertrekproces op de stations op de Maaslijn nader inspecteren.


3. Wat zijn de instructies voor het personeel in dit soort situaties? Is het toegestaan bij een overvolle trein een station zonder te stoppen te passeren? En is het toegestaan uit veiligheidsoverwegingen een trein dan op te heffen of niet door te rijden?

Postadres Postbus 20901, 2500 EX Den Haag Telefoon 070 351 61 71

Bezoekadres Plesmanweg 1-6, 2597 JG Den Haag Fax 070 351 78 95 bereikbaar met tram 9 (station hs en cs) en bus 22 (station cs)

VENW/DGMo-2008-53

3. De machinist bepaalt of het nog veilig is om door te rijden. Als dat naar zijn oordeel niet mogelijk is, neemt hij maatregelen om de onveiligheid op te heffen. Het bedrijf biedt de machinist daarbij kaders en ondersteuning. Het is dus toegestaan een station zonder stoppen te passeren, als de machinist dat uit het oogpunt van veiligheid noodzakelijk acht. Het is ook toegestaan de trein op te heffen of niet door te rijden. Overigens zijn wij van mening dat dit soort situaties (bomvolle treinen die niet kunnen stoppen) zeer ongewenst zijn.


4. Wat vindt u ervan dat in een situatie als deze - waarin de machinist concludeert dat het onverantwoord is om door te rijden - de machinist door de Regie opgedragen wordt om door te rijden?

4. Wij kunnen op dit moment, op basis van de anonieme melding, niet oordelen over de concrete situatie van zaterdag 21 juni 2008. Het handelen van alle bij het incident betrokken personen en organisatieonderdelen maakt deel uit van het bovengenoemde onderzoek. Wel willen wij hier duidelijk stellen dat, zoals ook bij vraag 3 aangegeven, de machinist verantwoordelijk is voor de beslissing door te rijden. Dat kan dus niet simpelweg worden toegeschreven aan een opdracht van "de Regie" (verkeersleiding) om door te rijden.


5. Hoe kan het zo zijn dat de manager veiligheid van Veolia personeel instrueert om niet door te rijden wanneer het de situatie niet vertrouwt, maar dat in de praktijk wanneer zo een situatie zich voordoet, het personeel gesommeerd wordt door te rijden?

5. Zie het antwoord op vraag 4. De machinist is verantwoordelijk en kan dus niet gesommeerd worden door te rijden als dat naar zijn oordeel niet op een veilige wijze kan.


6. Onderschrijft u de stelling, dat het hier een structureel probleem betreft? Zo ja, wat gaat u hier aan doen? Zo neen, welke informatie brengt u tot dit inzicht?

6. De anonieme melding gaat in op een concreet incident waarbij sprake was van overvolle treinen. Het zou kunnen zijn dat sprake is van een structureel probleem. Of dit zo is, zal moeten blijken uit bovengenoemd onderzoek. De vervoerder Veolia geeft in haar reactie aan dat de drukte op de bewuste zaterdag het gevolg was van een actie met vervoerkaartjes van een winkelketen en NS in combinatie met een stremming als gevolg van een ongeval tussen Eindhoven en Roermond, waarbij een gedeelte van de reizigers via de Maaslijn hun reis hebben vervolgd.
Na melding van de stremming tussen Eindhoven en Roermond door ProRail aan Veolia zijn door Veolia maatregelen genomen om extra treinmaterieel in te zetten.


7. Ziet u een verband tussen situaties als deze - overvolle treinen en inzet van te weinig materieel - en de invoering van marktwerking in het spoorpersonenvervoer? Zo ja, wat gaat u hieraan doen? Zo neen, waarom niet?


---

VENW/DGMo-2008-53

7. In de Wet Personenvervoer 2000 is gekozen voor decentralisatie van OV naar provincies en stadsregio's. Zij hebben inzicht in de regionale vraag naar vervoer. Decentralisatie leidt tot een integrale afweging van vraag en aanbod en een regionale verantwoordelijkheid om invulling te geven aan openbaar vervoer. In het geval van de materieelinzet op de Maaslijn heeft de Provincie Limburg met Veolia in de concessie afspraken gemaakt over het kwaliteitsniveau waaraan deze inzet moet voldoen. Veolia geeft aan op reguliere basis het gebruik van de treinen te monitoren en haar dienstregeling en materieelinzet aan te passen op reizigersaantallen. Ook in het geval van een structureel tekort aan materieel (waarvan op de Maaslijn nu geen sprake is) omvat de concessie afspraken over hoe te handelen.

Hoogachtend,

DE MINISTER VAN VERKEER EN WATERSTAAT,

Camiel Eurlings

DE STAATSSECRETARIS VAN VERKEER EN WATERSTAAT,

J.C. Huizinga-Heringa


---