Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport


Kamerlid Agema over het bericht dat patiënten steeds vaker risicovolle antibiotica krijgen voorgeschreven

Antwoorden op Kamervragen van het Kamerlid Agema over het bericht dat patiënten steeds vaker risicovolle antibiotica krijgen voorgeschreven

Kamerstuk, 27 augustus 2008

De Voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA DEN HAAG

PG-K-U-2869815

27 augustus 2008

Hierbij zend ik u de antwoorden op de vragen van het Kamerlid Agema (PVV) over het bericht dat patiënten steeds vaker risicovolle antibiotica krijgen voorgeschreven (2070826350).

De Minister van Volksgezondheid,
Welzijn en Sport,

dr. A. Klink


1. Bent u bekend met het bericht `Patiënten krijgen steeds vaker risicovolle antibiotica'? 1)

Ja, daar ben ik mee bekend. De Stichting Werkgroep Antibiotabeleid (SWAB), een door mij gesubsidieerde stichting die zich inzet voor richtlijnontwikkeling en monitoring van antibioticagebruik en
-resistentie in Nederland, heeft dit bericht naar buiten gebracht. De SWAB waarschuwt artsen voor het voorschrijven van risicovolle antibiotica en roept hen op zich te houden aan de geldende richtlijnen voor het beperkt voorschrijven van antibiotica. Daarbij heeft het woord `risico' vooral betrekking op het risico op resistentieontwikkeling.


2. Is het u bekend dat in landen waar risicovolle antibiotica makkelijk worden voorgeschreven de sterfte als gevolg van infecties vele malen groter is? Wat is uw reactie hierop?


3. Is het steeds vaker voorschrijven van risicovolle antibiotica een serieuze en onnodige bedreiging voor de volksgezondheid in ons land?

Antwoord op 2 en 3:
Nederland kent een restrictief voorschrijfbeleid. Het antibioticagebruik binnen Nederland is veelal vele malen lager dan buiten Nederland. Uit vergelijkende Europese studies waar zowel de SWAB als het RIVM aan meewerken , blijkt dat Nederland een zeer laag antibiotagebruik heeft in vergelijking met ons omringende landen. De prevalentie van resistente micro-organismen is daardoor in Nederland ook lager dan in andere landen die een hoger gebruik van antibiotica kennen. Zo was de prevalentie van MRSA in Nederland in 2007 bijvoorbeeld 1,4%, terwijl ons omringende landen percentages van 10, 20 of 40% kennen. Uit dit soort gegevens blijkt dat ons restrictieve voorschrijfbeleid werkt. Dat wil ik graag zo houden. Ik blijf de SWAB dus steunen in hun oproep aan artsen om zich aan de geldende richtlijnen te houden.
De beroepsgroepen verbinden zich al jaren aan de doelstelling infecties in de zorg en antibioticaresistentie zoveel mogelijk te voorkomen. De richtlijnen van de SWAB en van de Werkgroep Infectiepreventie (WIP) worden breed gedragen in de gezondheidszorg. Het RIVM volgt via (internationale) surveillanceprogramma's het gebruik van antibiotica en het voorkomen van resistentie, zo nodig kunnen richtlijnen van de SWAB en of WIP worden bijgesteld.

Antibioticabeleid is ook onderwerp van toezicht door de Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ). In 2004 en 2006 heeft de IGZ onderzoek gedaan naar antibioticabeleid in ziekenhuizen respectievelijk verpleeghuizen. Daaruit bleek dat met name in ziekenhuizen het antibioticabeleid breed gedragen wordt.
Uit het IGZ-rapport uit 2006 bleek het antibioticabeleid in verpleeghuizen wat minder duidelijk geregeld te zijn dan in ziekenhuizen. Uit Nethmap 2008 blijkt dat het gebruik van antibiotica in de eerstelijns gezondheidszorg de laatste jaren licht is gestegen. Dit heeft mijn aandacht.

Ik ga ervan uit dat artsen zich, met het oog op de volksgezondheid, ook in de toekomst zullen blijven inspannen antibioticumresistentie zoveel mogelijk te voorkomen. Een belangrijk middel daarbij is het handhaven van het restrictieve voorschrijfbeleid door het hanteren van de geldende richtlijnen.


1) `Patiënten krijgen steeds vaker risicovolle antibiotica', Trouw, 22 juli