Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties

Ter Horst op bezoek bij arrestatieteams

10 oktober 2008

Een kapotgeschoten prullenbak en een deukje in een garagedeur. Veroorzaakt door een schot met een beanbag (een - niet dodelijk - zakje met loden kogeltjes), afgeschoten door minister Ter Horst. Dat was het zichtbare resultaat van een werkbezoek dat de minister begin oktober bracht aan de AOE-Nederland, de koepel van regionale Aanhoudings- en Ondersteuningseenheden (AOE's). Maar zelf zeggen ze nog gewoon AT's, arrestatieteams.

De zes regionale arrestatieteams en het arrestatieteam van de Brigade Speciale Beveiligingsopdrachten van de Koninklijke Marechaussee komen in actie als er vuurwapengevaarlijke verdachten gearresteerd moeten worden, als iemand dreigt zichzelf (met een wapen) van het leven te beroven of als er mensen bewaakt of beveiligd moeten worden, bijvoorbeeld gevaarlijke verdachten, gedetineerden of getuigen. Elke dag voeren de teams wel een paar operaties uit, in totaal rond de 2000 per jaar.

De samenwerking tussen de AT's is de laatste jaren intensiever. Zo werken de AT's nauw samen bij opleidingen, bij het uitwisselen van mensen en expertise en bij de werving en selectie van personeel via één loket. Ook komt het arrestatieteam in actie dat het snelst ter plaatse kan zijn, ongeacht in welke regio de operatie plaatsvindt en welk team de klus dus eigenlijk 'hoort' te doen. Door de uniformiteit in opleiding en procedures zijn de leden van de teams onderling uitwisselbaar.

De demonstraties die zij voor Ter Horst uitvoerden - gewapende verdachten in een auto laten stoppen en arresteren - werden dan ook uitgevoerd door mensen die bijeengehaald waren uit vijf verschillende AT's.

De AT's maken onderdeel uit van het stelsel van speciale eenheden. Dat bestaat uit drie lagen: onderaan de arrestatieteams voor zaken die te zwaar of te gevaarlijk zijn voor de gewone politie, daarboven de Dienst Speciale Interventies (DSI) en bovenaan de Unit Interventies Mariniers (UIM). De DSI is er voor het bestrijden van grof geweld en terrorisme, en kan zwaardere wapens gebruiken. De mariniers worden ingezet bij grootschalige en bijzondere operaties, bijvoorbeeld een gekaapt vliegtuig, zeeschip of boorplatform.

Het kabinet heeft besloten een "dakpanmodel" in te voeren, waarbij de verschillende geweldsniveaus van de drie verschillende lagen gehandhaafd blijven, maar onderlinge versterking en uitwisseling mogelijk is.