Ministerie van Buitenlandse Zaken



17-10-2008

Directie Personenverkeer, Migratie en Vreemdelingenzaken Afdeling Asiel- en Migratiezaken
Den Haag
070-348 4802

Oktober 2008
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka

September 2008
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008

Inhoudsopgave Pagina

1 Inleiding 3

2 Landeninformatie 4
2.1 Basisgegevens 4
2.1.1 Land en volk 4
2.1.2 Geschiedenis 5
2.1.3 Staatsinrichting 9
2.2 Politieke ontwikkelingen 13
2.3 Veiligheidssituatie 22

3 Mensenrechten 37
3.1 Juridische context 37
3.1.1 Verdragen en protocollen 37
3.1.2 Nationale wetgeving 38
3.2 Toezicht 39
3.3 Naleving en schendingen 52
3.3.1 Vrijheid van meningsuiting 52
3.3.2 Vrijheid van vereniging en vergadering 56
3.3.3 Vrijheid van godsdienst 57
3.3.4 Bewegingsvrijheid 60
3.3.5 Rechtsgang 67
3.3.6 Arrestaties en detenties 70
3.3.7 Mishandeling en foltering 78
3.3.8 Verdwijningen 80
3.3.9 Buitengerechtelijke executies en moorden 85
3.3.10 Doodstraf 86
3.4 Positie van specifieke groepen 86
3.4.1 Plantage Tamils 86
3.4.2 Vrouwen 87
3.4.3 Homoseksuelen 90
3.4.4 Minderjarigen 91
3.4.5 Dienstplichtigen 97

4 Migratieproblematiek 99
4.1 Migratiestromen 99
4.2 Opvang in de regio 102
4.3 Terugkeer 103
4.4 Activiteiten van internationale organisaties 106 Literatuurlijst 107
Kaart van Sri Lanka 114
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
3

1 Inleiding
In dit algemeen ambtsbericht wordt de situatie in Sri Lanka beschreven voor zover deze van belang is voor de beoordeling van asielverzoeken van personen die afkomstig zijn uit Sri Lanka en voor besluitvorming over de terugkeer van afgewezen Sri Lankaanse asielzoekers. Dit ambtsbericht is een actualisering van eerdere ambtsberichten over de situatie in Sri Lanka (laatstelijk april 2007). Het algemeen ambtsbericht beslaat de periode van april 2007 tot en met september 2008.
Dit ambtsbericht is gebaseerd op informatie van openbare en vertrouwelijke bronnen. Bij de opstelling is gebruik gemaakt van informatie van verschillende organisaties van de Verenigde Naties, niet-gouvernementele organisaties, vakliteratuur en berichtgeving in de media. Een overzicht van de geraadpleegde openbare bronnen is opgenomen in de literatuurlijst. Bovendien liggen bevindingen ter plaatse en vertrouwelijke rapportages van de Nederlandse vertegenwoordiging in Sri Lanka aan dit algemeen ambtsbericht ten grondslag. In het algemeen ambtsbericht wordt veelvuldig verwezen naar geraadpleegde openbare bronnen. Daar waar openbare bronnen zijn vermeld, wordt de tekst in veel gevallen ook ondersteund door informatie die op vertrouwelijke basis is ingewonnen.
In hoofdstuk twee wordt ingegaan op recente ontwikkelingen op politiek- en veiligheidsgebied. Ook is een korte passage over de geschiedenis en de geografie en de bevolking van Sri Lanka opgenomen.
In hoofdstuk drie wordt de mensenrechtensituatie in Sri Lanka geschetst. Na een beschrijving van wettelijke kaders en internationale verdragen waarbij Sri Lanka partij is, komt het onderwerp toezicht op de naleving van de mensenrechten aan de orde. Daarna volgt de beschrijving van de naleving, dan wel schending van enkele klassieke mensenrechten. Ten slotte wordt de positie van specifieke groepen, waaronder minderjarigen belicht.
In hoofdstuk vier komen de opvang van binnenlands ontheemden, activiteiten van internationale organisaties en de positie van de UNHCR, aan de orde. Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
4

2 Landeninformatie
2.1 Basisgegevens
2.1.1 Land en volk
De Democratic Socialist Republic of Sri Lanka is een eiland gelegen in de Indische Oceaan ten zuidoosten van India. Sri Lanka heeft een oppervlakte van 65.610 vierkante km en kent een tropisch klimaat. Het bestaat officieel uit negen provincies, met als hoofdstad Colombo.1
De bevolking van Sri Lanka telt ongeveer 21 miljoen inwoners. De belangrijkste bevolkingsgroepen zijn de Singalezen (73,8%), de Tamils (8,5%) en de moslims (7,2%).2 De officiële spreek- en schrijftaal is het Singalees. Circa 74% van de bevolking is deze taal machtig. Het Tamil is als nationale taal 'for public administration and the conduct of legal proceedings' erkend sinds de invoering van de grondwet van 1978. Het Tamil wordt beheerst door 18% van de bevolking en wordt meestal gesproken door de Tamils en de meeste moslims. Naast het Singalees en het Tamil bestaat er nog een aantal andere lokale talen. Net als het Engels worden deze lokale talen slechts door een klein deel van de bevolking gesproken.3
Ongeveer 70% van de bevolking, overwegend Singalezen, hangt het boeddhisme aan. De overige godsdiensten die Sri Lankanen belijden, zijn het hindoeïsme (15%, voornamelijk door Tamils), het christelijke geloof (8%) en de islam (7%).4 De boeddhistische Singalezen leven voornamelijk in het zuiden en het centrale gedeelte van Sri Lanka, terwijl de hindoeïstische Tamils voornamelijk in het noorden en oosten verblijven. De moslimgemeenschap is vooral woonachtig in de dichtbevolkte kustgebieden van het oosten. Ook wonen er moslims in het westen
1 Central, North Central, Northern, Eastern, North Western, Sabaragamuwa, Southern, Uva en Western. Central Intelligence Agency (CIA), The World Factbook - Sri Lanka, 15 juli 2008, via https://www.cia.gov, geraadpleegd op 25 juli 2008. Zie ook bijlage 1.
2 CIA, The World Factbook - Sri Lanka, 15 juli 2008, via https://www.cia.gov, geraadpleegd op 25 juli 2008.

3 www.ethnologue.com, geraadpleegd op 25 juli 2008.
4 US State Department, International Religious Freedom Report 2007 - Sri Lanka, 14 september 2007.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008

5
en met name in Colombo. De christelijke gemeenschap is geconcentreerd in het westen.5
2.1.2 Geschiedenis6
Sri Lanka is sinds 1505 opeenvolgend onder het bewind geweest van de Portugezen, de Nederlanders en de Britten. Op 4 februari 1948 werd het toenmalige Ceylon onafhankelijk en sinds de invoering van de nieuwe grondwet in 1978 luidt de officiële benaming Democratic Socialist Republic of Sri Lanka. Onder de Britten genoten de Tamils een bevoorrechte positie in de Sri Lankaanse samenleving. Zij hadden kennis van het Engels. In 1956 nam de regering, die overwegend uit Singalezen bestond, verschillende maatregelen om deze 'disproportionele en invloedrijke positie' van de Tamils te wijzigen. Op basis van de Official Language Act werd het Singalees als officiële spreek- en schrijftaal ingevoerd, waardoor het voor Tamils moeilijk werd om (overheids)banen te krijgen of onderwijs te genieten. De maatregelen zorgden voor spanningen tussen beide bevolkingsgroepen, resulterend in de eerste ongeregeldheden in 1958. De relatie tussen beide groepen verslechterde in de jaren '60 en '70. De Tamils drongen aan op een federaal systeem, maar opeenvolgende regeringen verwierpen dit verzoek. Ondanks dat het Tamil als nationale taal erkend werd in de nieuwe grondwet van 1978, bleef de Tamil bevolkingsgroep zich achtergesteld voelen. Vanwege het onvermogen van politieke Tamil partijen om langs vreedzame weg een federale staat te bereiken, ontstond er een groeiend verlangen naar een onafhankelijke staat voor alle Tamils in het Noorden en Oosten7, Tamil Eelam genaamd. Teneinde dit doel te bewerkstelligen werden verschillende militaire Tamil groeperingen gevormd. De toename van de spanningen leidde tot een uitbarsting van gewelddadige rellen in 1983. Duizenden Tamils vluchtten richting het zuiden van India en honderden Sri Lankanen kwamen om het leven, met name Tamils, waarvan de meesten stierven tijdens onlusten in Jaffna en Colombo. Na deze onlusten werd de in 1976 opgerichte Liberation Tigers of Tamil Eelam (LTTE, ook wel Tamil Tijgers genoemd), met Velupillai Prabhakaran als leider, de leidende militaire Tamil groepering.

5 Sri Lanka: kroniek van een aangekondigde oorlog, Uitpers, nr. 89, 9de jg., september 2007, EIU, Country Profile Sri Lanka 2007, 17 juli 2007; US State Department, International Religious Freedom Report 2007- Sri Lanka, 14 september 2007.
6 Informatie in deze paragraaf is afkomstig uit The Economist Intelligence Unit (EIU), Country Profile Sri Lanka 2007, 17 juli 2007; uit de International Crisis Group (ICG), Sri Lanka: The Failure of the Peace Process, Asia report N° 124, 28 november 2006; en van het Britse ministerie van Binnenlandse Zaken (Home Office), Country of Origin Information Report, 15 november 2007.

7 In het algemeen ambtsbericht worden de provincies Noorden en Oosten met een hoofdletter aangeduid. Een kleine letter wordt gebruikt om de regio's noorden of oosten aan te geven. Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008

6
In 1987 intervenieerde India in het etnische conflict. Er werd een vredesakkoord, het Indo-Lanka-akkoord, gesloten tussen India en Sri Lanka dat voorzag in de oprichting van provinciale besturen, waaraan gelimiteerde bevoegdheden werden gedelegeerd. Een Indiase vredesmacht, de Indian Peace Keeping Force (IPKF), werd ingezet om hierop toe te zien. De LTTE verwierp echter het akkoord en hervatte zijn offensief. De IPKF werd hierop ingezet om de LTTE uit zijn machtsbolwerk in Jaffna te verdrijven. De in 1989 gekozen president Ranasinghe Premadasa van de United National Party (UNP) was echter openlijk tegenstander van het vredesakkoord. Hij verzocht de IPKF zich terug te trekken uit Sri Lanka en begon directe onderhandelingen met de LTTE. Naarmate de IPKF zich verder terugtrok (afgerond in maart 1990), herwon de LTTE de controle over het Jaffna schiereiland. Tegen het einde van de jaren '80 leidde de LTTE een de facto staat in significante delen van het noorden en oosten van Sri Lanka, met eigen belastingheffingen en een systeem van rechtshandhaving. Begin jaren '90 braken nieuwe gevechten uit, waarmee een einde kwam aan de onderhandelingen tussen president Premadasa en de LTTE. De LTTE gebruikte daarbij steeds meer en grover geweld. Zo werden de Indiase premier Gandhi in 1991 en president Premadasa in 1993 door zelfmoordaanslagen van de LTTE om het leven gebracht. Het gebruik van extreem geweld zorgde niet alleen voor verlies van internationaal begrip voor de LTTE, maar ook voor ontevredenheid van de Sri Lankaanse bevolking over de sinds 1978 regerende UNP. In 1994 kwam na parlementaire verkiezingen de People's Alliance (PA) aan de macht.8 Diens leider (tevens leider van de Sri Lanka Freedom Party (SLFP)), Chandrika Kumaratunga, werd in hetzelfde jaar verkozen tot nieuwe president. President Kumaratunga opende onderhandelingen met de LTTE met als resultaat een wapenstilstand op 8 januari 1995. De LTTE maakte daar na vier maanden echter eenzijdig een einde aan, waarna er in het noorden en oosten van Sri Lanka wederom felle gevechten uitbraken tussen de LTTE en het leger. In december 1995 heroverde de regering de macht op het schiereiland Jaffna, een psychologische klap voor de LTTE. Deze reageerde op de toegenomen militaire druk met het opvoeren van terroristische aanslagen op economische en burgerdoelen in de rest van het land. President Kumaratunga riep in april 1996 de noodtoestand uit in Sri Lanka. Voorheen was de noodtoestand van toepassing in het noorden en oosten van het land en Colombo.
President Kumaratunga werd in 1999 herkozen tot president. Haar partij haalde tijdens de parlementaire verkiezingen in 2000 net de meerderheid van de stemmen. Het geweld bleef aanhouden en een jaar nadat het parlement was geïnstalleerd
8 PA is een alliantie tussen de SLFP (grootste partij), de Sri Lanka Muslim Congress (SLMC), de Lanka Sama Samaja Party (LSSP, Lanka Equal Society Party) en de Communist Party (CP).
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008

7
nam de president onder druk van een motie van wantrouwen het besluit om het parlement te ontbinden en nieuwe verkiezingen uit te schrijven. In december 2001 werd de UNP uitgeroepen tot winnaar en onder leiding van Ranil Wickremasinghe als premier vormde de UNP een coalitie met de moslimpartij Sri Lanka Muslim Congress (SLMC). De coalitie stond bekend onder de naam United National Front (UNF).
Op verzoek van zowel de Sri Lankaanse regering, als de LTTE, bood de Noorse regering in februari 2000 haar diensten aan om nieuw vredesoverleg te starten. Dit resulteerde per december 2001 tot een staakt-het-vuren tussen de LTTE en de regeringstroepen, gevolgd door een op 22 februari 2002 getekend akkoord waarin het staakt-het-vuren formeel werd vastgelegd (Cease Fire Agreement, CFA). Het akkoord committeerde beide partijen aan het creëren van omstandigheden die 'normaal leven' weer mogelijk moesten maken. Dat omvatte onder andere de vrije doorgang van hulpgoederen naar de conflictgebieden, het verwijderen van door beide partijen geplaatste landmijnen en het openstellen van belangrijke wegen. De Sri Lanka Monitoring Mission (SLMM) onder leiding van Noorwegen, werd opgericht om toe te zien op de naleving van het akkoord. Vanaf september 2002 vonden onder leiding van Noorwegen vredesbesprekingen tussen de LTTE en vertegenwoordigers van de Sri Lankaanse regering plaats. In april 2003 schortte de LTTE zijn deelname aan de vredesbesprekingen echter op, onder andere uit protest omdat zij niet waren uitgenodigd voor een internationale bijeenkomst over de ontwikkeling van Sri Lanka. Voor de LTTE was terugkeer naar de onderhandelingstafel alleen mogelijk indien de regering akkoord zou gaan met het voorstel van de LTTE voor een interim-zelfbestuur (Interim Self Governing Authority, ISGA) in de gebieden die al de facto onder de controle van de LTTE stonden. Hiermee deed de LTTE afstand van zijn eis voor een eigen Tamil staat.
Het vredesoverleg lag vervolgens nagenoeg stil doordat een onwerkbare relatie tussen president Kumaratunga en premier Wickremasinghe was ontstaan vanwege onenigheid over het te voeren beleid ten opzichte van de LTTE. Na een aantal mislukte pogingen om tot een vergelijk te komen, werden vervroegde parlementsverkiezingen uitgeschreven die plaatsvonden in april 2004. De alliantie United People's Freedom Alliance (UPFA) tussen de PA van president Kumaratunga en het radicale nationalistische-marxistische Janata Vimukthi Peramuna (= People's Liberation Front, JVP) kwam als overwinnaar uit de bus en Mahinda Rajapakse werd op 6 april 2004 benoemd tot premier.9 De uitslag van de
9 Later voegden nog een viertal partijen zich bij deze alliantie: de Muslim National Unity Alliance (MUA), de Mahajana Eksath Peramuna (MEP, People's United Front), de Communist Party of Sri Lanka (CPSL) en de Lanka Sama Samaja Party (LSSP, Lanka Equal Society Party).
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008

8
verkiezingen werd geïnterpreteerd als afkeuring van het UNP-beleid van vredesonderhandelingen en als een herleving van het Singalese nationalisme. In maart 2004 splitsten duizenden manschappen onder leiding van V. Muralitharan, beter bekend als kolonel Karuna, zich af van de LTTE. Kolonel Karuna, oud-bevelhebber van de LTTE in de oostelijke districten Batticaloa en Ampara, beschuldigde de LTTE-leiding van discriminatie van Tamils uit het oosten. De LTTE beschuldigde op zijn beurt de Karunafactie van samenzwering met de Sri Lankaanse regering, wat de regering overigens ontkende. De spanningen resulteerden in gevechten tussen de Tamil facties onderling. Ondertussen kwam het staakt-het-vurenakkoord meer en meer onder spanning te staan en gedurende 2004 en 2005 escaleerde het aantal schendingen van het akkoord. Karuna erkende het akkoord niet, waarop de SLMM zijn activiteiten staakte in de door Karuna gecontroleerde districten Batticaloa en Ampara. Ondanks escalerend geweld tussen de LTTE, de Karunafactie en de regering, werden nog steeds pogingen gedaan om vredesbesprekingen te hervatten. Op 26 december 2004 werd Azië getroffen door een tsunami. De regering en de LTTE raakten verdeeld over de distributie van hulp aan de slachtoffers. Onder grote internationale druk sloot president Kumaratunga uiteindelijk in juni 2005 een overeenkomst met de LTTE over de afgifte van de hulpgoederen aan de slachtoffers in de kustgebieden in het noorden en het oosten. De JVP was fel gekant tegen elke regeling met de LTTE voor hulp en stapte uit protest uit de alliantie. De alliantie UPFA had zonder de JVP geen parlementaire meerderheid meer.
In november 2005 vonden presidentsverkiezingen plaats. Premier Mahinda Rajapakse nam het namens de UPFA op tegen oud-premier Wickremasinghe van de UNP. Rajapakse beloofde een harde politieke lijn ten opzichte van de LTTE te voeren en won hiermee de steun van de JVP en de Singalees boeddhistische partij Jathika Hele Urumaya (JHU). Wickremasinghe nam een milder standpunt in en was meer hervormingsgezind. Vooral dankzij een door de LTTE op het laatste moment afgedwongen boycot van de verkiezingen door Tamils in het noorden en oosten, boekte Rajapakse een nipte overwinning.
In januari 2006 werden op initiatief van de Noorse Speciale Gezant voor het vredesproces, Eric Solheim, de vredesonderhandelingen tussen de regering en de LTTE hervat. Er werden over en weer afspraken gemaakt en beide partijen verklaarden zich nog altijd te committeren aan het CFA. Geen van de partijen ondernam in de daaropvolgende twee maanden echter concrete stappen om uitvoering te geven aan de gemaakte afspraken en het geweld nam toe. Het onderlinge wantrouwen en het toenemende geweld leidden tot uitstel en vervolgens tot het mislukken van de tweede ronde van besprekingen. Ondertussen Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008

9
hielden zowel de regering als de LTTE vol dat het CFA stand hield en dat ze op zoek bleven naar een politieke oplossing. Na internationale druk stemden zowel de regering als de LTTE in met deelname aan een nieuwe onderhandelingsronde op 28 en 29 oktober 2006 in Genève. Ook deze onderhandelingen mislukten echter. Op 29 mei 2006 heeft de EU - in navolging van de Verenigde Staten, het Verenigd Koninkrijk, Australië en India - de LTTE op haar lijst van verboden terroristische organisaties geplaatst. Canada volgde begin juni 2006. Gevolg hiervan was dat alle tegoeden van de LTTE en van leden van de organisatie die zich in de EU bevinden, bevroren werden. Ook werd het de LTTE verboden actie te voeren of fondsen te werven. Als gevolg van de plaatsing van de LTTE op de EU-lijst van terroristische organisaties, eiste de LTTE de terugtrekking van de SLMM-waarnemers uit EU-landen. Denemarken, Zweden en Finland gaven hier gehoor aan, waarna de SLMM per 1 september 2006 alleen nog uit Noorwegen en IJsland bestond.
In juni 2006 nam president Rajapakse het leiderschap van de SLFP over na een door hemzelf ingediend amendement op het statuut van de partij, waarmee het leiderschap van de partij automatisch naar het staatshoofd gaat, indien deze van de SLFP is. Op 23 oktober 2006 ondertekenden de SLFP en de UNP een Memorandum of Understanding (MoU), dat erop gericht was om de komende twee jaar samen te werken op 'gebieden die voor het welzijn van het land cruciaal zijn'. Met de toetreding van achttien leden van de UNP tot de regeringscoalitie in januari 2007, kwam het MoU echter te vervallen. Met de gelijktijdige toetreding van de gehele fractie van de Muslim Congres Party (SLMC, zes zetels) verkreeg de minderheidsregering een meerderheid van één zetel in het parlement. In oktober 2006 oordeelde de Supreme Court dat door onjuiste toepassing van de bestaande procedure de samenvoeging van de provincies Northern en Eastern (Northeastern) in 1987 ongeldig en in strijd met de grondwet was. In januari 2007 werd de splitsing bestuurlijk een feit. In 1987 was onder het Indo-Lanka-akkoord een provinciaal bestuur voor de twee provincies opgericht. Toen de Indian Peace Keeping Force (IPKF) zich in 1990 echter terugtrok, verdreef de LTTE de toenmalige (gekozen) bestuurders, waarna het provinciaal bestuur niet meer functioneerde. De regering behandelde Northeastern echter als een op zichzelf staande administratieve eenheid. De eis van de LTTE voor zelfbestuur is gebaseerd op de idee dat de twee provincies een eenheid vormen waarover de Tamils zeggenschap moeten krijgen. Voor de LTTE is het ongedaan maken van de splitsing en het herstel van het territoriale gezag een belangrijke voorwaarde in de vredesbesprekingen.
2.1.3 Staatsinrichting
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008

10
Sri Lanka kent een scheiding der machten met een uitvoerende, een wetgevende en een onafhankelijke rechterlijke macht.
Sinds het aannemen van de nieuwe grondwet in 1978 heeft Sri Lanka een presidentieel stelsel dat sterke bevoegdheden toekent aan de president. De president is staatshoofd en regeringsleider. In de praktijk is de scheiding der machten buiten werking gesteld door geen uitvoering te geven aan het 17e amendement op de grondwet en beschikt de president over verregaande bevoegdheden.10 Hij benoemt (en ontslaat) de leden van het kabinet en schrijft verkiezingen uit. De president staat tevens aan het hoofd van de strijdkrachten en de politie. De president wordt door middel van algemene verkiezingen gekozen voor een periode van zes jaar en is één keer herkiesbaar. Mahinda Rajapakse vervult sinds november 2005 de functie van president. Ratnasiri Wickremasinghe vervult de functie van premier. De functie van premier betreft voornamelijk een ceremoniële rol.11
De wetgevende macht berust bij een volksvertegenwoordiging (parlement), die uit één kamer bestaat. De 225 afgevaardigden worden, eveneens voor een termijn van zes jaar, gekozen door 25 kiesdistricten. Het kabinet is verantwoording schuldig aan het parlement. De laatste parlementsverkiezingen vonden plaats in april 2004. Naast presidentiële en parlementaire verkiezingen vinden er provinciale en gemeentelijke verkiezingen plaats.12
Constitutional Council
In 2001 werd unaniem door het parlement het 17e amendement op de grondwet aangenomen, waarmee de Constitutional Council (CC) in het leven werd geroepen.13 De taak van de CC is de leden van de Human Rights Commission, de Election Commission, de Public Service Commission, de Permanent Commisson to Investigate Allegations of Bribery or Corruption, de Finance Commission, de Delimitation Commission en de National Police Commission ter benoeming voor te dragen aan de president.14 De president kan pas op voordracht van de CC tot benoeming van de leden overgaan. De gedachte achter de implementatie van het
10 Zie verder onder Constitutional Council.

11 CIA, The World Factbook - Sri Lanka, 15 juli 2008, via https://www.cia.gov, geraadpleegd op 25 juli 2008.

12 EIU, Country Profile Sri Lanka 2007, 17 juli 2007; CIA, The World Factbook - Sri Lanka, 15 juli 2008, via https://www.cia.gov, geraadpleegd op 25 juli 2008.
13 Zie voor volledige tekst van het 17e amendement www.priu.gov.lk, geraadpleegd op 24 juni 2008.

14 Het 17e amendement schrijft ook voor dat de volgende benoemingen pas na goedkeuring van de CC plaatsvinden: de opperrechter, de leden van de Hoge Raad en het Hof van Beroep, de twee leden van Judicial Services Commission (de voorzitter is de opperrechter), de openbare aanklager, de president van de Rekenkamer, de inspecteur-generaal van Politie, de Ombudsman en de secretaris-generaal van het Parlement. Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008

11
17e amendement is het bevorderen van de politieke onafhankelijkheid van vorengenoemde commissies.
De CC bestaat uit tien leden, waaronder de premier, de oppositieleider in het parlement en de speaker of parliament, die ambtshalve zitting nemen. De overige zeven leden betreffen eminente personen die genomineerd moeten worden voor benoeming door de president.15 De leden worden benoemd voor een periode van drie jaar en zijn niet herbenoembaar. Sedert maart 2005 functioneert de CC niet meer, omdat de ambtstermijn van zes van de tien leden is verlopen. Vanwege interne verdeeldheid over de voordracht van het lid door de minderheidspartijen in het parlement, was het voor de president niet mogelijk om tot benoeming van de nieuwe leden over te gaan. Na zijn benoeming tot president in november 2005 heeft Rajapakse de impasse doorbroken door zelf tot benoeming van de leden van de CC over te gaan. De onafhankelijkheid van de CC is met deze actie van de president teniet gedaan. Daarnaast heeft de president sinds zijn aantreden unilateraal de leden van diverse commissies en sleutelfunctionarissen benoemd, waaronder de Human Rights Commission, de National Police Commission, Inspector General of Police, de leden van de Court of Appeal en de Judicial Service Commission.16 Ook als gevolg van deze benoemingen is de onafhankelijke status komen te vervallen van deze commissies en van deze functies (zie ook paragraaf 2.2).
Rechtssysteem
Het Sri Lankaanse rechtssysteem is gebaseerd op Romeins-Nederlands en Brits recht en kent meerdere niveaus. Het strafrecht is gebaseerd op het Britse recht en het civiele recht op het Romeins-Nederlands recht. Het personen- en familierecht in Sri Lanka verschilt per etnische groep (Tamil, Singalees of moslim).17 Naast de algemene wet (Common Law) zijn er drie parallelle rechtssystemen die het personen- en familierecht regelen. Voor de Tamil gemeenschap bestaat er de Thesavalamay, de Singalezen hebben de Kandyan law en de moslims hebben de Muslim law. Deze rechtssystemen vinden hun grondslag in gewoonterecht en/of religie.18

15 Één lid wordt aangewezen door de president, vijf leden worden genomineerd door de premier en oppositieleider gezamenlijk en één lid wordt voorgedragen door de minderheidspartijen in het parlement.

16 Human Rights Watch (HRW), Sri Lanka- Return to War: Human Rights under siege, vol. 19, N° 11(c), augustus 2007; International Crisis Group, Sri Lanka's Human Rights Crisis, Asia report N° 135, 14 juni 2007.

17 U.S. State Department, Background Note: Sri Lanka, november 2007; U.S. State Department, International Religious Freedom report 2007-Sri Lanka,14 september 2007; CIA, The World Factbook - Sri Lanka, 15 juli 2008, via https://www.cia.gov, geraadpleegd op 25 juli 2008.
18 Zie voor uitgebreide informatie www. lankalibrary.com, geraadpleegd op 24 juni 2008. Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008

12
Gerechtelijke instanties in Sri Lanka worden ingesteld op basis van artikel 105 van de grondwet. De hoogste rechtsprekende instantie is het Supreme Court (Hoge Raad) in Colombo. De Hoge Raad behandelt onder meer zaken die de grondwet aangaan of bescherming van de grondrechten betreffen.19 Onder de Hoge Raad bevinden zich het Court of Appeal (Hof van Beroep) en het High Court, beide eveneens gevestigd in Colombo.
Het Hof van Beroep is het hof in tweede aanleg en behandelt zaken in hoger beroep. Het High Court te Colombo behandelt onder meer uitleveringszaken, zaken met betrekking tot bijzondere wetgeving als de Prevention of Terrorism Act en de Emergency Regulations in eerste aanleg. De rechtbanken van eerste aanleg zijn de District Courts en de Magistrate Courts. Het Magistrate Court behandelt strafrechtelijke zaken, die geen ernstige misdrijven als (poging tot) moord en verkrachting betreffen. Voor zware misdrijven is het High Court de aangewezen rechtbank van eerste aanleg. Tegen een uitspraak van het Magistrate Court kan men beroep aantekenen bij een van de provinciale High Courts. Het District Court behandelt civiele zaken, waaronder bijvoorbeeld belastingrecht, erfrecht en huwelijksvermogensrecht. Tegen een uitspraak van het District Court kan men beroep aantekenen bij het Hof van Beroep.
Rechters van de Hoge Raad, het Hof van Beroep en het High Court worden door de president benoemd. Rechters van lagere rechtbanken worden benoemd door de Judicial Service Commission (JSC), die bestaat uit de Chief Justice (opperrechter van de Hoge Raad) en twee, door de president aangewezen, andere rechters van de Hoge Raad. Rechters van zowel de Hoge Raad als het Hof van Beroep kunnen na bewezen wangedrag of disfunctioneren uit hun functie worden ontheven door de president na een door de meerderheid gesteunde motie van het parlement. Rechters van het High Court daarentegen kunnen door de president worden ontheven uit hun functie op aangeven van de JSC. Daarnaast kan de president disciplinaire maatregelen nemen jegens laatstgenoemde rechters.20 In het door de LTTE gecontroleerde gebied 21 voert de LTTE een 'schaduwstaat', met een eigen bestuur, veiligheidstroepen, politie en rechtbanken. De rechtbanken van de LTTE zijn niet erkend als wettelijke instanties waar recht gesproken kan
19 Voor de volledige jurisdictie van de Hoge Raad, Hof van Beroep of het High Court en overige rechtbanken zie www. justiceministry.gov.lk, geraadpleegd op 24 juni 2008; Schweizerische Flüchtlingshilfe, Sri Lanka unter Notstandsrecht, december 2007.
20 Zie hoofdstuk 15 en 16 van de Grondwet ( via www.priu.gov.lk); www.justiceministry.gov.lk, geraadpleegd op 7 juli 2008; US State Department, Country Report on Human Rights Practices 2007- Sri Lanka, 11 maart 2008.
21 Het gebied dat onder LTTE-controle staat, beslaat grote delen van het district Kilinochchi, Mullaitivu en voor zover bekend grote delen van Vavuniya. Sedert 11 juli 2007 is het Oosten (Trincomalee, Batticaloa en Ampara) weer in handen van de regering. Zie verder paragraaf 2.3.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008

13
worden. De 'rechters' zijn weinig of niet juridisch geschoold.22 Van een onafhankelijke rechtspraak is geen sprake, omdat de rechtsprekende instanties onder auspiciën van de LTTE staan (zie ook paragraaf 3.3.5). 2.2 Politieke ontwikkelingen
De politieke ontwikkelingen tijdens deze verslagperiode (april 2007- juli 2008) werden beïnvloed door het geëscaleerde geweld tussen de LTTE en de regering (zie paragraaf 2.3).
Instabiele coalitie
Het besef dat de regering niet meer was geworden dan een coalitie van uiteenlopende partijen ter waarborg van een parlementaire meerderheid23, leidde gedurende de verslagperiode steeds meer tot ontevredenheid en weerstand binnen de partij van de president (SLFP) en leden van zijn kabinet. De machtspositie van de president, die samen met zijn broers de huidige regering domineert, stuitte ook steeds meer op weerstand.24 Door een verdeel en heers politiek heeft de president de touwtjes strak in handen. Samen met zijn drie broers heeft hij de volledige controle over 80% van het overheidsbudget.
In juni 2007 hebben twee ontslagen ministers van het kabinet van president Rajapakse zich afgescheiden van SLFP om een nieuwe politieke partij op te richten, de SLFP Mahajana wing. 25 De SLFP Mahajana ging vervolgens een
22 US State Department, Country Report on Human Rights Practices 2007-Sri Lanka, 11 maart 2008.

23 Zoals beschreven in paragraaf 2.1.2 wordt de regering sinds de parlementaire verkiezingen in 2004 gevormd door de UPFA, die een alliantie vormt tussen de PA en JVP. De JVP trok zich in 2005 terug uit de UPFA, waarmee de alliantie haar parlementaire meerderheid verloor. Teneinde kleinere partijen tot zich te binden, zegde de president aan veel parlementsleden ministersposten toe. Vooral ontevreden leden van de oppositiepartij UNP zijn gretig gebleken voor deelname aan de regering in ruil voor een ministerspost. Sinds januari 2007 is er weer sprake van een meerderheidsregering (zie ook algemeen ambtsbericht april 2007). Zo bestaat het kabinet uit 52 ministers, terwijl 35 parlementsleden een eigen portefeuille hebben gekregen en 20 anderen een ministeriële post hebben weten te bemachtigen als plaatsvervanger.

24 De president en zijn broers beheren de belangrijkste portefeuilles. President Rajapakse is minister van Defensie, Financiën en Natievorming, Gothabaya Rajapakse is de secretarisgeneraal van Defensie, Basil Rajapakse is aangesteld als adviseur van de president en Chamal Rajapakse is de minister voor Haven- en Luchtvaartaangelegenheden; International Crisis Group, Sri Lanka: Sinhala Nationalism and the Elusive Southern Consensus, Asia report N°141, 7 november 2007; EIU, Country Profile Sri Lanka 2007, 17 juli 2007.
25 In februari 2007 werden drie SLFP ministers door president Rajapakse ontslagen wegens kritiek op het beleid van de president om UNP afvalligen in de regering op te nemen; www. asiantribune.com, President sacks strongman Mangala Samaraweera and weak man Anura Bandaranaike, 10 februari 2007; EIU, Country Report Sri Lanka, augustus 2007. Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008

14
samenwerkingsverband met de UNP aan om als de nieuwe partij 'National Congress' te participeren in toekomstige verkiezingen.26 Binnen de UNP groeide de verdeeldheid en vrees onder de leden dat de alliantie hen in de toekomst belangrijke posities in de regering zou kunnen onthouden. President Rajapakse speelde hier vervolgens handig op in door nog meer ontstemde leden te interesseren voor een positie in het kabinet.27
De groeiende onvrede over de gebroeders Rajapakse heeft in augustus 2007 ook geleid tot de tijdelijke terugtrekking van de Ceylon Workers Congress (CWC) uit de coalitie. Zij keerden in oktober weer terug in de regering.28 Dankzij de aanhoudende versnippering van de oppositie gedurende de verslagperiode heeft Rajapakse zijn positie als president verder versterkt. De rol van de JVP en JHU
Sinds de nationalistische partijen JVP en de JHU Rajapakse hebben gesteund bij de presidentsverkiezingen in 2005, hebben zij veel invloed kunnen uitoefenen op de regering. In ruil voor deze steun heeft de regering drie belangrijke concessies moeten doen: het opzeggen van de wapenstilstand met de LTTE, het intensiveren van het offensief tegen de LTTE en het minimaliseren van lokaal zelfbestuur voor de minderheden in Sri Lanka. De JVP werd in oktober 2007 door Rajapakse uitgenodigd aan de regering deel te nemen. De JVP weigerde vanwege de inschikkelijkheid van de regering jegens afvallige UNP leden, in de wetenschap dat de regering vanwege haar minderheidspositie afhankelijk zal blijven van de steun van JVP.29 Dit kwam tot uitdrukking tijdens de behandeling van de begroting in november 2007. Een toename van 20% van de defensie-uitgaven kon alleen worden goedgekeurd dankzij een beslissende stem van de JVP in ruil voor het eenzijdig verbreken van het staakt-het-vuren door de regering op 2 januari 2008.30 De JVP ziet een militaire aanpak als enige oplossing van het conflict en is een fel tegenstander van decentralisatie van de overheid en invoering van een federaal bestuurssysteem in Sri Lanka.
In april 2008 is de JVP uiteengevallen. Groeiende verschillen van inzicht binnen de partij en een geëscaleerd persoonlijk conflict tussen twee leiders van de partij,
26 EIU, Country Profile Sri Lanka 2007, 17 juli 2007; BBCSinhala, SLFP (MahajanaWing), 19 juni 2007.

27 EIU, Country Report Sri Lanka, augustus 2007.
28 EIU, Country Report Sri Lanka, augustus 2007; EIU, Country Report Sri Lanka, maart 2008; BBCSinhala, CWC tender resignation, 2 augustus 2007; BBCSinhala, CWC "not joining' the opposition, 6 augustus 2007; The Economist Intelligence Unit VieuwsWire, Wobbly Sri Lanka: political divisions bode ill for stability, 6 augustus 2007, via www.economist.com.
29 EIU, Country Profile Sri Lanka, oktober 2007.
30 Centre for Policy Alternatives, Monitoring factors affecting the Sri Lankan peace process, cluster report november 2007- januari 2008.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008

15
splitsten de partij in twee facties.31 De splitsing van JVP heeft voor zover bekend geen gevolgen voor de steun voor de regering Rajapakse. De extreem nationalistische JHU, waarin boeddhistische monniken een belangrijke rol spelen, maakt sinds eind 2006 deel uit van de regering. De benoeming van sleutelfiguren uit de JHU in bestuurlijke en ministeriële functies, heeft een sterk nationalistisch stempel op het beleid van de regering gedrukt. De JHU is een groot voorstander van de militaire beslechting van het conflict en is fel gekant tegen de invoering van zelfbestuur voor de Tamils.32
All Party Representative Committee
In juni 2006 heeft de regering onder internationale druk de All Party Representative Committee (APRC) in het leven geroepen die de opdracht kreeg een politieke oplossing binnen de wettelijke en constitutionele kaders te presenteren voor het conflict in Sri Lanka. Gezien het gebrek aan enthousiasme van de regering, waren de verwachtingen van het voorstel van deze commissie over het algemeen niet hoog. De APRC diende te bestaan uit de vertegenwoordigers van de vijftien politieke partijen in het parlement, maar in de praktijk is hier geen uitvoering aan gegeven.33 Bovendien oefende de president inhoudelijk veel invloed uit op de werkzaamheden van de APRC. Zo werd de oorspronkelijke taakstelling van de commissie aangepast en werden er specifieke richtlijnen voorgeschreven waaraan het voorstel diende te voldoen.34 In januari 2008 kreeg de APRC de opdracht om de mogelijkheden van decentralisatie van de overheid te onderzoeken. Op 22 januari 2008 presenteerde de APRC haar politieke oplossing voor het conflict aan de president.35 De APRC stelde onder meer voor over te gaan tot implementatie van het 13e amendement36, het houden van
31 BBCSinhala, JVP splits in two, 8 april 2008; BBCSinhala, JVP heading for 'more splits', 18 april 2008.

32 International Crisis Group, "Sri Lanka: Sinhala Nationalism and the Elusive Southern Consensus", Asia report N°141, 7 november 2007.

33 De APRC bestaat uit de veertien navolgende partijen: SLFP, UNP, JVP, JHU, SLMC, CMC, MEP, LSSP, Communist Party, All Ceylon Muslim Congress, EPDP, Up Country People's Front, Western People's Front en het National Congress. De TNA (pro-LTTE) is van meet af aan niet uitgenodigd voor participatie en de UNP en de JVP hebben zich in een later stadium teruggetrokken.

34 International Crisis Group, Sri Lanka: Sinhala Nationalism and the Elusive Southern Consensus, Asia report N°141, 7 november 2007; Centre for Policy Alternatives, Monitoring factors affecting the Sri Lankan peace process, cluster report november 2007- januari 2008; EIU, Country Profile Sri Lanka, februari 2008.

35 Zie voor de volledige tekst van het voorstel van de APRC en overige aanbevelingen www.priu.gov.lk, geraadpleegd op 8 juli 2008.

36 Het 13e amendement geeft grote bestuurlijke macht aan de provincies, maar is tot op heden niet geïmplementeerd vanwege het conflict en het ontbreken van effectieve bestuurlijke organen op provinciaal niveau. Implementatie zal evenwel niet leiden tot een vorm van machtsdeling tussen de centrale overheid, provinciaal bestuur en lokaal bestuur. Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008

16
provinciale verkiezingen in het Oosten, de instelling van een interim-bestuur en aanwijzing van een gouverneur in het Noorden. Het voorstel bleef echter binnen de kaders van een eenheidsstaat, die onder druk van de nationalistische partijen JVP en JHU de ideologische voorkeur van de regering heeft. 37 De partij van de president (SLFP) heeft toegezegd het 13e amendement te willen implementeren als politieke oplossing voor het conflict. De LTTE, de Tamil- en moslimpartijen hebben al verklaard dat zij het voorstel van de APRC onaanvaardbaar achten omdat het niet tegemoet komt aan de wens van zelfbestuur voor Tamils. Bovendien was de implementatie van het 13e amendement in 1987 reeds toegezegd, maar nimmer tot uitvoering gebracht.38 De JVP en de JHU vinden het voorstel te ver gaan, omdat zij tegen enige vorm van decentralisatie van de overheid zijn. De kans dat het parlement uiteindelijk akkoord zal gaan met het voorstel is derhalve minimaal. Daarnaast kan het voorstel pas in praktijk worden gebracht, nadat het gehele land onder regeringscontrole is gebracht. Het voorstel heeft volgens meerdere bronnen dan ook een strategisch karakter. Enerzijds als signaal naar de internationale gemeenschap dat de regering wel streeft naar een politieke oplossing. Anderzijds als een vrijbrief door middel van militair geweld de noordelijke provincie onder controle te brengen. De meerderheid van de bevolking steunt vooralsnog de koers van de president.39 Constitutional Council (CC)
De CC functioneerde niet in de verslagperiode. Onenigheid tussen de minderheidspartijen in het parlement over de voordracht van hun lid in de CC, werd opgelost op 9 januari 2008, toen door de JVP, in overeenstemming met de TNA en de SLMC, uiteindelijk een lid ter benoeming werd voorgedragen als vertegenwoordiger van de minderheidspartijen in het parlement.40 De president, die de CC ziet als een bedreiging en vreest voor inperking van zijn macht, weigert evenwel tot benoeming van nieuwe leden over te gaan.41 Ook de unilaterale benoemingen van de president, die zonder tussenkomst van de CC tot stand gekomen zijn, blijven op deze manier van kracht (zie ook paragraaf 2.1.3).
37 Minority Rights Group International, One year on: counter-terrorism sparks human rights crisis for Sri Lanka's minorities, december 2007; International Crisis Group, Sri Lanka: Sinhala Nationalism and the Elusive Southern Consensus- Asia Report N° 141, 7 november 2007; International Crisis Group, Sri Lanka's Return to War: Limiting the Damage- Asia Report N° 146, 20 februari 2008.

38 Zie ook paragraaf 2.1.2.

39 EIU, Country Report Sri Lanka, maart 2008; Centre for Policy Alternatives, Monitoring factors affecting the Sri Lankan peace process, cluster report november 2007- januari 2008; EIU, Country Profile Sri Lanka, februari 2008.

40 Daily Mirror, CC deadlock broken at last, 10 januari 2008.
41 Centre for Policy Alternatives, Monitoring factors affecting the Sri Lankan peace process, cluster report november 2007- januari 2008; BBC, president urged to appoint CC, 19 februari 2008; EIU, Country Report Sri Lanka, maart 2008. Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008

17
Breuk in Karuna- factie
In mei 2007 zorgde een intern conflict tussen de leider kolonel Karuna en zijn tweede man, tevens de militaire leider, Sivanesathurai Chandrakanthan, beter bekend als Pillayan, voor een splitsing van de Thamil Makkal Viduthalai Puligal (TMVP, ook wel bekend als de Karunafactie). De breuk zou zijn veroorzaakt door een meningsverschil over de aanwending van de financiën van de factie. Kolonel Karuna werd beticht van verduistering van fondsen en werd door Pillayan gemaand de groep te verlaten.42 De kaderleden werden in de tussentijd gedwongen partij te kiezen. Karuna vermoordde en gijzelde kaderleden van Pilliyan. Pillayan op zijn beurt bezette kampen van kolonel Karuna. Er zijn berichten dat veel kaderleden het oosten, waar de TMVP actief is, zijn ontvlucht uit angst voor represailles vanwege hun keuze voor Pillayan, dan wel Karuna.43 Van de 1200 kaderleden van de TMVP zouden zich 800 geschaard hebben aan de zijde van Pillayan. De overige 400 zouden trouw zijn gebleven aan kolonel Karuna.44 In september 2007 reisde kolonel Karuna af naar het Verenigd Koninkrijk. Daar werd hij op 2 november 2007 gearresteerd voor overtreding van de Britse Immigratiewet wegens het in bezit hebben van een diplomatiek paspoort, dat wel zijn foto bevatte, maar was afgegeven onder een andere naam. Op 25 januari 2008 werd hij veroordeeld tot negen maanden gevangenisstraf wegens identiteitsfraude.45 Volgens Karuna zou het paspoort zijn afgegeven door de Sri Lankaanse regering. De broer van de president, de secretaris-generaal van Defensie Gothabaya Rajapakse, zou hem hierbij van dienst zijn geweest. De regering heeft evenwel elke betrokkenheid ontkend.46 Na de arrestatie van Karuna heeft Pillayan de feitelijke leiding van de TMVP overgenomen, maar de loyaliteit aan Pillayan verschilt per regio. De arrestatie van Karuna leidde tot een toename in de confrontaties tussen de Pillayan en Karuna getrouwen.47
42 www.lankanewspapers.com, Cracks within Karuna faction, 6 mei 2007; Pillayan gives 'final warning'to Karuna, 28 mei 2007.

43 Sri Lanka Monitoring Mission (SLMM), Weekly Situation report, 5-11 november 2007; Tamil Guardian, factional war grips Karuna Group, 6 juni 2007; Centre for Policy Alternatives, Monitoring factors affecting the Sri Lankan peace process, cluster report november 2007- januari 2008.

44 AFP, Breakaway Tamil faction hit by in-fighting, 9 november 2007; South Asia Intelligence Review (SAIR), TMVP: Governments Dilemma, 11 februari 2008.
45 BBC, Renegade Tamil rebel jailed in UK, 25 januari 2008.
46 BBC, Rights groups eye jailed Tamil ex-rebel, 25 januari 2008; www.sundaytimes.lk, Britain unimpressed with government explanation on Karuna Passport, 23 december 2007; www.sundaytimes.lk, Karuna in London jail, what's next?, 26 januari 2008;The Guardian, Tamil warlord entered UK on forged passport, 21 december 2007.
47 SLMM, Weekly Situation report, 10-16 december 2007. Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008

18
Diverse mensenrechtenorganisaties- en activisten, waaronder Amnesty International en Human Rights Watch hebben de Britse autoriteiten verzocht om vervolging van Karuna wegens mensenrechtenschendingen in Sri Lanka.48 Op 9 mei 2008 werd bericht dat Karuna na het uitzitten van de helft van zijn gevangenisstraf is overgebracht naar een immigratie detentiecentrum in afwachting van zijn uitzetting. Het Britse Openbaar Ministerie heeft te kennen gegeven dat er onvoldoende bewijs is om over te gaan tot vervolging van Karuna in het VK. Op 2 juli 2008 is Karuna door het VK uitgezet naar Sri Lanka.49 Hij bevindt zich naar verluidt thans in Sri Lanka, waar is niet bekend. Gemeentelijke verkiezingen
Op 10 maart 2008 werden na veertien jaar50 weer gemeentelijke verkiezingen gehouden in het Batticaloa District in het Oosten.51 Naast verscheidene kleinere partijen hebben de Eelam People's Democratic Party (EPDP), de Eelam People's Revolutionary Liberation Front (EPRLF), de People's Liberation of Tamil Eelam (PLOTE), het Sri Lanka Muslim Congress (SLMC), de TMVP en de UPFA zich verkiesbaar gesteld. De UPFA (de regeringspartij) en de TMVP hebben gedurende de verkiezingscampagne samengewerkt. De UNP en de TNA hebben de verkiezingen geboycot omdat zij de verkiezingen als niet vrij en eerlijk bestempelden.52
De verkiezingen gingen gepaard met veel geweld en intimidatie. Verschillende incidenten deden zich voor waarbij de TMVP verdacht werd van intimidatie van potentiële kiezers en bedreiging van kandidaat-leden. Ook was politie in grote getale aanwezig (6500 extra politieagenten) teneinde de TMVP bescherming te bieden en eventuele aanslagen van de LTTE te voorkomen. De deelname van de paramilitaire groepering TMVP aan de verkiezingen riep veel verzet op. De TMVP wordt verdacht van rekrutering van kindsoldaten, moord en ontvoeringen. Daarnaast is de TMVP nog niet ontwapend.53 Desondanks heeft de regering op 23 januari 2008 de TMVP als politieke partij erkend en toestemming verleend om te
48 BBC, Rights groups eye jailed Tamil ex-rebel, 25 januari 2008; www.sundaytimes.lk, Britain unimpressed with government explanation on Karuna Passport, 23 december 2007; www.sundaytimes.lk, Karuna in London jail, what's next?, 26 januari 2008.
49 BBC, UK transfers renegade Tamil Tiger, 9 mei 2008; BBC, Questions over renegade Tamil Tiger, 9 mei 2008; HRW, UK: Missed Chance to Charge Sri Lankan Rights Abuser, 9 mei 2008; BBC, Renegade S Lanka leader goes home, 3 juli 2008.
50 De laatste gemeentelijke verkiezingen in Sri Lanka werden gehouden in maart 2006, maar wederom niet in het Noorden en het Oosten. Vanwege aanhoudende gevechten tussen het regeringsleger en de LTTE in het Noorden en het Oosten werden de verkiezingen in deze twee provincies herhaaldelijk uitgesteld.

51 Reuters, Sri Lanka fixes dates for elections in war-torn east, 25 januari 2008.
52 CPA, Fact Finding visit Batticaloa, februari 2008.
53 BBC, Former Tamil rebels set for poll victory, 9 maart 2008; SAIR, Governments Dilemma, 11 februari 2008.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008

19
participeren in de verkiezingen. De verkiezingen werden met ruim 70% van de stemmen gewonnen door de TMVP. In acht van de negen lokale bestuursraden zal de TMVP het bestuur gaan vormen. De UPFA zal zitting nemen in de gemeenteraad in Batticaloa.54
Provinciale verkiezingen
Op 10 mei 2008 vonden er na 20 jaar weer provinciale verkiezingen plaats in de districten Ampara, Batticaloa en Trincomalee in het Oosten. Ook deze verkiezingen gingen gepaard met geweld. In de aanloop naar de verkiezingen was er sprake van intimidatie, bedreigingen van kandidaat-leden om zich terug te trekken en moord. Ter gelegenheid van de verkiezingen ging de PLOTE een alliantie aan met de politieke partijen EPRLF (Pathmanaba wing) en de TULF en vormden gezamenlijk de nieuwe partij Tamil Democratic National Alliance (TDNA).55 Ook hier kwam de TMVP door middel van een alliantie met de UPFA als sterkste uit de bus. De UPFA en TMVP wisten 20 van de 37 zetels in de provinciale raad te bemachtigen. De overwinning werd door de regering geïnterpreteerd als impliciete goedkeuring van haar militaire strategie. De grootste oppositiepartij UNP, die gezamenlijk optrad met de SLMC, won 15 zetels. De resterende twee zetels werden bemachtigd door twee kleinere partijen.56 De verkiezingen in het Oosten dienden verschillende politieke doelen. Ten eerste werd door middel van de verkiezingen de tweedeling tussen het Noorden en Oosten geformaliseerd. Hiermee werd de territoriale claim van de LTTE ondergraven. Daarnaast trachtte de regering de internationale gemeenschap ervan te overtuigen dat het Oosten weer geheel in handen is van de regering en het burgerbestuur is hersteld. Tenslotte probeert de regering de TMVP te bewegen tot een vrijwillige ontwapening, door de TMVP een meer politieke rol te laten spelen. De stabilisatie van het Oosten middels ontwapening van de TMVP vormt echter een dilemma voor de regering Rajapakse. Enerzijds heeft de regering de TMVP in het Oosten nodig om de LTTE buiten de deur te houden, zodat zij zich kan richten op het militaire offensief tegen de LTTE in het Noorden. Een tweede front in het Oosten kan de regering zich hierbij niet veroorloven. Anderzijds is de vorming van een democratisch bestel onmogelijk zolang er gewapende groepen actief zijn. De TMVP heeft evenwel verklaard zich niet te zullen ontwapenen en de regering blijkt niet aan te dringen op ontwapening. De TMVP wenst pas afstand te doen
54 BBC, Ex-Tamil Tigers win local polls, 11 maart 2008; www.defence.lk, Batticaloa Poll Results: TMVP wins 8 of 9 local Councils,12 maart 2008.
55 BBCSinhala, New Alliance for Eastern Polls, 30 maart 2008.
56 Reuters, Sri Lankans face crucial vote test in war-torn east, 9 mei 2008; Reuters, Sri Lanka Government wins key elections in east, 11 mei 2008. Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008

20
van de wapens na inbedding in de politieke structuur en na te zijn voorzien van adequate beveiliging.57
Op 23 augustus 2008 werden eveneens provinciale verkiezingen gehouden in de provincies North Central en Sabaragamuwa. In totaal waren er 77 zetels te verdelen in de twee provinciale raden. De UPFA won 45 zetels en kwam als winnende partij uit de bus. Hiermee lijkt de positie van de president verder versterkt. De belangrijkste oppositiepartij UNP won 29 zetels. De JVP won slechts drie zetels en verloor daarmee vijftien zetels. De Ceylon Workers Congress (CWC), de politieke vertegenwoordiging van de Plantage Tamils, verloor haar enige zetel.
Beide provincies hebben bijna drie miljoen inwoners van vooral Singalese afkomst en vertegenwoordigen gezamenlijk 15% van de totale bevolking van Sri Lanka. De verkiezingen zelf verliepen over het algemeen rustig. In de periode voorafgaand aan de verkiezingen is verkiezingsgeweld gemeld, variërend van politieke moorden, zware mishandeling tot bedreigingen. Vredesproces
In het eerste kwartaal van 2007 verhevigden de militaire activiteiten van de regering tegen de LTTE. Toen de regering in juni 2007 grote delen van het Oosten heroverde op de LTTE58, bleef er in de praktijk weinig meer over van de Cease Fire Agreement tussen de regering en de LTTE. Zowel de regering als de LTTE noemden het akkoord inmiddels al achterhaald.
De Donorgroep Sri Lanka59, die de taak heeft het vredesproces te monitoren, besprak eind juni 2007 de mogelijkheden om het toegenomen geweld in Sri Lanka een halt toe te roepen. De besprekingen leverden echter weinig op, nu zowel de regering als de LTTE openlijk leken te kiezen voor een militaire aanpak van het conflict. Bovendien heerste er verdeeldheid onder de donorlanden over de aanpak van de problematiek.60
De regering bleef in de tussentijd verkondigen dat zij openstond voor hernieuwde vredesonderhandelingen. Begin juli 2007 liet de Noorse Speciale Gezant voor het vredesproces, Jon Hanssen-Bauer, weten dat hij bereid was te faciliteren bij een mogelijke hervatting van de vredesonderhandelingen met de LTTE.61 Noorwegen kon echter niet meer betekenen dan het tonen van de bereidheid de rol als
57 BBC, Former Tamil rebels set for poll victory, 9 maart 2008; SAIR, Governments Dilemma, 11 februari 2008.

58 Zie paragraaf 2.3.

59 De Donorgroep Sri Lanka bestaat uit de belangrijkste donoren van Sri Lanka en wordt ook wel de Tokyo Co-Chairs genoemd, die wordt gevormd door Japan, de Verenigde Staten, de Europese Unie en Noorwegen.

60 Oxford Analytica, Sri Lanka: Colombo is defiant on LTTE strategy, 29 juni 2007.
61 EIU, Country Report Sri Lanka, juli 2007; Reuters, Norway says ready to help revive Sri Lanka talks, 1 juli 2007.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008

21
bemiddelaar bij de vredesonderhandelingen terstond op te pakken, zodra de regering en de LTTE hierom verzoeken. Vanwege het toegenomen geweld was het voor Noorwegen overigens niet meer mogelijk om toegang te verkrijgen tot LTTE gebied. De regering gaf Noorwegen geen toestemming om naar het hoofdkantoor van de LTTE in Kilinochchi te reizen.62 Hierdoor werd de mogelijkheid voor Noorwegen om als bemiddelaar op te treden verder ingeperkt. Op 2 januari 2008 verbrak de regering eenzijdig het staakt-het-vurenakkoord met de LTTE. Formeel ging de beëindiging van de Cease Fire Agreement pas in op 16 januari 2008.63 Een dag na het verbreken van het staakt-het-vurenakkoord, stelde de regering de volledige ontwapening van de LTTE als voorwaarde voor toekomstige vredesonderhandelingen. De LTTE reageerde met een dubbele boodschap op het verbreken van het akkoord. De LTTE dreigde met het opvoeren van het aantal tegenoffensieven, indien de regering hun de facto staat zou proberen in te nemen. Tegelijkertijd riepen ze Noorwegen op om als bemiddelaar in het conflict aan te blijven en deden zij de toezegging aan de Sri Lanka Monitoring Mission (SLMM) de afspraken in het staakt-het-vurenakkoord volledig te zullen naleven.64 De regering zag echter niets in het aanbod van de LTTE en sprak voorkeur uit voor een militaire campagne teneinde de LTTE voorgoed te verslaan.65 Noorwegen reageerde geschokt op de beëindiging van het akkoord door de regering en sprak de vrees uit dat de gewelddadigheden verder zullen toenemen. Formeel heeft Noorwegen zijn rol als facilitator niet opgegeven, maar onderneemt geen activiteiten, tenzij beide partijen om hernieuwde vredesonderhandelingen verzoeken. De Donorgroep Sri Lanka heeft ook besloten te blijven functioneren, zonder hun mandaat, dat strekt tot het monitoren van het vredesproces te herzien. De Europese Unie riep in een verklaring de regering op om met een alternatieve politieke oplossing te komen voor het conflict, gericht op decentralisatie van de overheid, hetgeen zou moeten dienen als basis voor verdere onderhandelingen.66
De regering houdt een politieke oplossing niet voor mogelijk zolang de leider van de LTTE, Prabhakaran, nog in leven is. Een politieke oplossing van het conflict
62 International Crisis Group, Sri Lanka's Return to War: Limiting the Damage- Asia Report N°146, 20 februari 2008.

63 Veertien dagen na de officiële kennisgeving van de regering, gericht aan de ambassadeur van Noorwegen in Sri Lanka, dat het staakt-het-vurenakkoord is verbroken, wordt het akkoord pas ongeldig verklaard; International Herald Tribune, Sri Lanka insists rebels to disarm before further peace talks, 3 januari 2008.

64 Reuters, Sri Lanka rebels ready for any full-scale war, 10 januari 2008; ANP/AFP/RTR, Tamil Tijgers willen nieuw bestand, 10 januari 2008.
65 Reuters, Sri Lanka rejects Tiger offer to abide by truce, 11 januari 2008; ANP/RTR, regering Sri Lanka wijst bestand af, 11 januari 2008.

66 BBC, S Lanka truce end worries Norway, 3 januari 2008; AFP, EU urges Sri Lanka to offer Rebels 'Substantive devolution', 7 januari 2008.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008

22
wordt pas opportuun geacht als de LTTE is verslagen. De regering beschouwt het conflict als een strijd tegen het terrorisme, waarbij alle middelen om de vijand te vernietigen, zijn toegestaan. De LTTE heeft verklaard voorlopig niet in een politieke oplossing te geloven en toont geen enkele behoefte zelf een aanzet tot een politieke oplossing te geven. Beide partijen volgen dezelfde logica in deze: eerst is er een nieuwe ronde van geweld nodig alvorens een politieke oplossing tot stand kan worden gebracht.
Rol India
India is een groot voorstander van een politieke oplossing voor het conflict en is pleitbezorger van een federale staatsvorm in Sri Lanka. Met een niet-bereidwillige regering die een eenheidsstaat en militaire beslechting van het conflict prefereert, blijft de rol van India echter beperkt tot het aanvaarden van de status-quo. Er zijn overigens wel berichten dat India de regering militaire ondersteuning biedt via levering van wapens en training. India zou ten behoeve van het grondoffensief tegen de LTTE in het noorden ook ondersteuning bieden middels intelligence en terbeschikkingstelling van radarsystemen. India helpt de regering bovendien bij het bestrijden van wapensmokkel door de LTTE. India heeft hiertoe een samenwerkingsovereenkomst met de Sri Lankaanse marine gesloten.67 2.3 Veiligheidssituatie
Gedurende de verslagperiode is de veiligheidssituatie in het gehele land ernstig verslechterd.68 Het militaire offensief van het leger in het oosten en noorden van het land, riep een gewelddadige reactie op zijdens de LTTE. Het aantal aanslagen buiten LTTE gebied nam toe. Burgerdoelen werden hierbij niet geschuwd. Vanwege het opgelaaide conflict is in het straatbeeld in regeringsgebied veel politie en leger te zien, met name in Colombo en de grote steden in het noorden en oosten.

67 Centre for Policy Alternatives, Monitoring factors affecting the Sri Lankan peace process, cluster report november 2007- januari 2008; International Crisis Group, Sri Lanka's Return to War: Limiting the Damage- Asia Report N° 146, 20 februari 2008.
68 Meerdere rapporten geven een gedetailleerde overzicht van de gewelddadigheden en mensenrechtenschendingen die gedurende de verslagperiode hebben plaatsgevonden. Verwezen wordt naar US State Department, Country report on human rights practices 2007
- Sri Lanka, 11 maart 2008; HRW, Sri Lanka, Return to War, Human Rights Under Siege, volume 19, N° 11 (c), augustus 2007; HRW, Recurring Nightmare- State responsibility for "Disappearances" and abductions in Sri Lanka, volume 20, N° 2(c), maart 2008; International Crisis Group, Sri Lanka's Human Rights Crisis, Asia Report N° 135, 14 juni 2007; International Crisis Group, Sri Lanka's Return to War: Limiting the Damage- Asia Report N° 146, 20 februari 2008; Home Office, Country of Origin Information Report, 15 november 2007. Ook verschillende internationale persbureaus (BBC, Reuters, AP, AFP) hebben (dagelijks) verslag gedaan van de gewelddadige ontwikkelingen in Sri Lanka. Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008

23
Toename gewelddadigheden
De bombardementen van militaire installaties nabij Colombo door de LTTE in maart 2007 waren voor de regering aanleiding de militaire activiteiten tegen de LTTE verder op te voeren. Op 21 april 2007 werd Colombo ernstig opgeschrikt door een aanval van de LTTE vanuit de lucht.69
In juli 2007 werd het Oosten van Sri Lanka officieel "bevrijd van de LTTE" verklaard door de regering. De LTTE beweerde dat het verlies van het Oosten als een bewuste strategische terugtrekking van de LTTE moest worden beschouwd.70 Het behaalde succes sterkte de regering in haar voornemen eveneens de controle over het Noorden terug te krijgen. Medio 2007 startte het Sri Lankaanse leger een offensief in de gebieden ten westen en noorden van Vavuniya en ten zuiden van Mannar.
Op 15 en 16 oktober 2007 vonden twee aanvallen plaats op militaire eenheden in het Yala National Park. Op 22 oktober 2007 voerde de LTTE een gecombineerde grond- en luchtaanval uit op een luchtmachtbasis nabij de historische stad Anuradhapura (200 km ten noorden van Colombo), waarbij ook 21 zelfmoordeskaders waren betrokken. Daarbij werden aan regeringszijde twee gevechtshelikopters en een onbekend aantal vliegtuigen beschadigd. De propagandawaarde van de luchtaanvallen was voor de LTTE aanzienlijk. De regering Rajapakse werd door de aanvallen in grote verlegenheid gebracht nadat zij herhaaldelijk had beweerd dat de LTTE behoorlijk was verzwakt vanwege de harde militaire aanpak van het conflict.71
De regering schroefde hierop haar luchtaanvallen op LTTE gebied op en stelde herhaaldelijk in de media dat het haar doel was de LTTE eens en voor altijd te vernietigen. De eerste vergeldingsactie kwam op 2 november 2007 toen de politieke leider van de LTTE, S.P. Thamilselvan, om het leven kwam bij een aanval door de Sri Lankaanse luchtmacht.
De militaire operaties, zelfmoordaanslagen, bombardementen en vergeldingsacties namen na het beëindigen van het staakt-het-vurenakkoord op 2 januari 2008 in aantal en hevigheid toe. Op 8 januari 2008 werd de non-cabinet minister van Natievorming, D.M. Dassanayake, gedood door een bermbom.72 Op 6 april 2008
69 BBC, Tamil Tigers bomb military base, 24 april 2007; BBC, Tamil Tigers in deadly air attack, 24 april 2007.

70 BBC, Defiant Tigers cling to last bastion, 16 juli 2007.
71 International Crisis Group, Sri Lanka's Return to War: Limiting the Damage- Asia Report N° 146, 20 februari 2008.

72 International Herald Tribune, D.M. Dassanayake, a Sri Lankan minister, is killed by bomb, 8 januari 2008; Op dezelfde dag kwam ook het hoofd van de militaire Inlichtingendienst van de LTTE, Kolonel Charles, om bij gevechten in het Noorden; Tamilnet, Col. Charles laid to rest in Kilinochchi, 9 januari 2008.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008

24
kwam de minister van Snelwegen, Jeyaraj Fernandopulle, om het leven bij een zelfmoordaanslag.73
Geregeld werden aanslagen gepleegd in en rond Colombo en in het zuiden van Sri Lanka. Steeds vaker werden bussen, treinen en andere civiele objecten doelwit van aanslagen. Ook de commerciële wijk van Colombo, die aangemerkt is als High Security Zone, winkels en druk bezochte plaatsen werden hierbij niet ontzien. Vanaf mei 2008 nam de frequentie van de aanslagen toe. In sommige weken vonden meerdere aanslagen plaats. Ook in gebieden die onder LTTE controle staan, vonden aanslagen plaats, waarbij vele burgerslachtoffers vielen. De aanhoudende luchtaanvallen en anti-guerilla acties van de regering hebben ook een aanzienlijk tol geëist onder de burgerbevolking, met name in het Noorden is het aantal ontheemden in 2008 toegenomen. De algemene veiligheidssituatie in de districten Kilinochchi en Mullaitivu in LTTE gebied in het Noorden is gespannen en onvoorspelbaar wegens de toegenomen, aanhoudende verhevigde militaire activiteiten tussen het regeringsleger en de LTTE, waaronder artilleriebeschietingen en luchtaanvallen.74 (zie verder paragraaf 4.1) De restricties die de LTTE de inwoners heeft opgelegd op het gebied van bewegingsvrijheid, zorgen voor een zeer onveilige situatie voor de burgers (zie ook paragraaf 3.3.4).
In het hele land, en in het bijzonder in Colombo, vonden geregeld vergeldingsacties plaats, waarbij burgerslachtoffers vielen. Partijen in het conflict ondernamen militaire operaties met weinig aandacht voor de mensenrechten en humanitaire rechten van de burgerbevolking in de conflictgebieden. Geregeld waren gewelddadigheden bewust gericht op burgers.75 De LTTE gebruikte burgers als menselijk schild. Ook werd de regering beschuldigd van het opzettelijk beschieten van de burgerbevolking.76 In 2007 zijn als gevolg van het conflict circa
73 Global Insight, Sri Lanka: Sri Lankan Highways Minister Assassinated in Suicide attack by Tamil Rebels, 7 april 2008.

74 BBC, UN to leave Sri Lanka rebel area, 15 september 2008; IRIN, Sri Lanka: Access to newly displaced "critical", 8 augustus 2008; BBC, Desperate plight of Tamil civilians, 13 augustus 2008; BBC, Thousands flee homes in S Lanka, 14 augustus 2008; BBC, 'Pain' of Sri Lanka aid pullout, 23 september 2008.

75 Zie ondermeer Reuters, Motorbike suicide bomber kills 10 in Sri Lanka, 16 mei 2008; Reuters, Sri Lanka vows to crush rebels as attacks mount, 27 mei 2007; Global Insight, Sri Lanka: Tamil Tiger Rebels Bomb Train in Sri Lanka Capital, 27 mei 2008,
76 Amnesty International, Sri Lanka: mounting civilian casualties as conflict persists,9 april 2008 via www.amnesty.nl, geraadpleegd op 16 april 2008; Centre for Policy Alternatives, Monitoring factors affecting the Sri Lankan peace process, cluster report november 2007- januari 2008; BBC, Tamil rebels 'breaking the law', 15 augustus 2008; Amnesty International Press Release, Sri Lanka: LTTE, Government endangering lives of tens of thousands of newly displaced around Wanni, 14 augustus 2008. Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008

25
3200 personen omgekomen, waarvan 1000 burgerslachtoffers.77 De meeste burgerslachtoffers vielen aan de frontlinies, bij bombardementen of waren het gevolg van landmijnen of bermbommen. In 2008 is het aantal burgerslachtoffers als gevolg van aanslagen sterk toegenomen.
Via de media verkondigt de regering geregeld dat de 'oorlog' tegen de LTTE voorspoedig verloopt en dat de LTTE uiteindelijk zal worden verslagen.78 Zo werd in juli 2008 door de legerleiding bericht dat de LTTE het grootste deel van zijn troepenmacht heeft verloren sinds het oplaaien van het conflict in augustus 2006. Volgens opgaaf van de regering zouden 9000 manschappen van de LTTE zijn gedood en nog 4000-5000 manschappen zijn overgebleven. De berichtgeving over het aantal slachtoffers aan beide zijden is echter gekleurd, omdat onafhankelijke media de toegang is ontzegd tot de frontlinies (zie ook paragraaf 3.3.1). In juli 2008 kwam het district Mannar weer geheel onder controle van de regering te staan.79 Begin september 2008 is ook de stad Mallavi door het Sri Lankaanse leger veroverd.80 De frontlinies zijn steeds meer naar het Noorden verplaatst en de regeringstroepen behouden naar verluidt het overwicht. Militaire successen van de regering brengen nu het politieke hoofdkwartier van de LTTE in Kilinochchi in zicht.81
De veiligheidssituatie in Jaffna en in het Oosten is verslechterd als gevolg van het militair offensief van de regering tegen de LTTE. Het aantal arrestaties, detenties, verdwijningen, ontvoeringen en moorden als gevolg van veronderstelde LTTE betrokkenheid is ernstig toegenomen en het meest schrijnend in Jaffna. Naast het leger en de politie maakten ook de EPDP en de TMVP zich hieraan schuldig (zie verder paragraaf 3.3). Ook ontheemden hadden in toenemende mate te maken met veiligheidsrisico's.82 Volgens de vertegenwoordiger van de secretaris-generaal van de VN inzake de mensenrechten van binnenlands ontheemden,Walter Kälin, betrof
77 U.S. State Department, Country Report on Human Rights Practices 2007-Sri Lanka, 11 maart 2008.

78 Global Insight, Sri Lanka: Military Pledges to Defeat LTTE within One Year in Sri Lanka,1 juli 2008; BBC, Tamil Tigers 'defeated' says army, 30 juni 2008; BBC, Sri Lanka 'will defeat terrorism', 27 mei 2008.

79 Global Insight, Sri Lanka: Military Pledges to Defeat LTTE within One Year in Sri Lanka,1 juli 2008.

80 BBC, S Lanka army 'captures'key town, 2 september 2008; Global Insight, Sri Lanka: Military makes further advances in retaking Tamil Tiger territory in Sri Lanka, 4 september 2008.

81 BBC, Sri Lanka troops 'near victory', 26 september 2008.
82 South Asians for Human Rights, 'Report on the Fact Finding Mission to the North & East of Sri Lanka to assess the state of displaced persons', augustus 2007; Watchlist on children and armed conflict, No Safety No Escape: Children and the Escalating Armed Conflict in Sri Lanka, april 2008; UNHCR, Sri Lanka: Serious concerns about security incidents in east, 23 november 2007.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008

26
het grootste probleem onder de ontheemden de individuele veiligheid.83 Er zijn gevallen bekend van ontheemden die slachtoffer zijn geworden van buitengerechtelijke executies, arrestatie en detentie, razzia's, ontvoering, foltering en intimidatie door veiligheidstroepen en paramilitaire groepering of gedwongen rekrutering door paramilitaire groeperingen.84
Jaffna wordt onder controle gehouden door ongeveer 40.000-60.000 militairen tegenover een bevolking die ongeveer 300.000 mensen telt.85 In Jaffna wonen voornamelijk Tamils die decennialang onder LTTE controle hebben geleefd en (gedwongen) wapentraining hebben gehad van de LTTE en/of (gedwongen) hebben gediend in het LTTE leger.86 Volgens de regering zouden nog ongeveer 15.000 aanhangers van de LTTE in Jaffna zijn. De bevolking in Jaffna wordt ernstig beperkt in de mogelijkheid het schiereiland te verlaten vanwege de strenge veiligheidsmaatregelen (zie ook paragraaf 3.3.4).
Strijdkrachten en politie
De politie valt onder de verantwoordelijkheid van het ministerie van Defensie, Algemene Veiligheid en Recht en Orde. De politiemacht telt ongeveer 65.000 agenten, waaronder circa 5.850 leden van de Special Task Force (STF).87 De president staat als minister van Defensie formeel aan het hoofd van de politie, terwijl de dagelijkse leiding in handen is van de inspecteur-generaal van politie die op voordracht van de Constitutional Council (CC) benoemd wordt door de president. Nu de CC niet meer functioneert, geschiedt de benoeming unilateraal door de president (zie ook paragraaf 2.1.3). De president is tevens opperbevelhebber van de strijdkrachten (landmacht, marine en luchtmacht). De broer van de president Gothabaya Rajapakse is de secretaris-generaal op het ministerie van Defensie.
De strijdkrachten en de politie krijgen in toenemende mate greep op het bestuur. De gouverneur van het Oosten is een voormalig viceadmiraal van de Sri Lankaanse marine. De voormalige inspecteur-generaal van politie, Victor Perera, is onlangs benoemd tot gouverneur van het Noorden. Bij de provinciale verkiezingen van North Central en Sabamawaguma hebben zowel regerings- als oppositiepartijen hoge ex-legerofficieren naar voren geschoven.
83 United Nations Press Release, UN expert emphasizes sustainable and durable solutions for Sri Lanka's internally displaced persons, 27 december 2007.
84 Zie ook de paragrafen 3.3.6-3.3.9.

85 Een belangrijk gedeelte van de oorspronkelijke bevolking van 600.000 mensen is vanwege het conflict door de jaren heen vertrokken naar Colombo, het buitenland en andere delen van Sri Lanka.

86 International Crisis Group, Sri Lanka's Return to War: Limiting the Damage- Asia Report N° 146, 20 februari 2008.

87 U.S. State Department, Country Report on Human Rights Practices 2007-Sri Lanka, 11 maart 2008.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008

27
De STF is een paramilitaire elite-eenheid van de politie die wordt ingezet bij antiterroristische operaties. Verder verzorgt de STF de beveiliging van hoogwaardigheidsbekleders en militaire bases. De STF wordt getraind door het leger.88 De STF is overwegend in het Oosten gestationeerd, maar bevindt zich eveneens in gebieden rond de frontlinies bij de districten Mannar en Vavuniya. In Colombo wordt de STF ingezet tegen LTTE infiltraties en ten behoeve van persoonsbeveiliging.89 In gebieden die heroverd zijn op de LTTE, is de politie verantwoordelijk voor de handhaving van de openbare orde. In conflictgebieden wordt evenwel het leger ingezet ter handhaving van de openbare orde. De Sri Lankaanse strijdkrachten worden gedomineerd door de landmacht die ongeveer 78.100 manschappen en 39.900 reservisten telt. De luchtmacht en de marine tellen respectievelijk 15.000 en 18.000 manschappen.90 Het Criminal Investigation Department (CID) en het Terrorist Investigation Department (TID) van de politie en de militaire inlichtingendienst (Military Intelligence Corps (MIC)) vallen ook onder het ministerie van Defensie.91 De strijdkrachten en politie bestaan overwegend uit Singalezen, van wie slechts een enkeling ook Tamil spreekt. Er zijn slechts weinig moslims en Tamils in dienst.92 De politie en het leger maken dan ook geregeld gebruik van personen die de Tamil taal wel machtig zijn. Leden van de EPDP en de TMVP worden gebruikt om LTTE leden en/of sympathisanten te identificeren.93 De STF is in juni 2007 gestart met het aanbieden van taalcursussen Tamil aan de medewerkers. Het ministerie van Defensie stelt, sinds de herovering van het Oosten in juli 2007, eveneens te investeren in de werving van meer Tamils en moslims die de Tamil taal machtig zijn.94 Niet bekend is of dit beleid daadwerkelijk wordt uitgevoerd c.q. effect sorteert.
Een aparte unit binnen het ministerie van Defensie is het National Civil Security Department.95 Het National Civil Security Department bestaat uit lokaal geworven burgers die de politie ondersteunen in haar taak als handhaver van de openbare
88 Home Office, Country of Origin Information Report Sri Lanka, november 2007; U.S. State Department, Country Report on Human Rights Practices 2007-Sri Lanka, 11 maart 2008.
89 Schweizerische Flüchtlingshilfe, Sri Lanka unter Notstandsrecht, december 2007.
90 EIU, Country Profile Sri Lanka 2007, 17 juli 2007.
91 Schweizerische Flüchtlingshilfe, Sri Lanka unter Notstandsrecht, december 2007.
92 Volgens een bron is er momenteel slechts 5% tamilvertegenwoordiging binnen de politie ten opzichte van 40 à 50 % in 1960. Er zou angst bij de regering bestaan voor de werving van Tamils vanwege hun veronderstelde band met de LTTE of paramilitaire groeperingen.
93 HRW, Recurring Nightmare- State responsibility for "Disappearances" and abductions in Sri Lanka., Volume 20, N° 2(c), maart 2008.

94 Home Office, Country of Origin Information Report Sri Lanka, november 2007.
95 Schweizerische Flüchtlingshilfe, Sri Lanka unter Notstandsrecht, december 2007. Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008

28
orde in gebieden die heroverd zijn op de LTTE en waar het burgerbestuur is heringevoerd.96 Deze burgers werken onder de verantwoordelijkheid van de politie. Daarnaast worden zij ten behoeve van de veiligheid ingezet in dorpen die zijn gesitueerd in de nabije omgeving van plaatsen waar gevechtshandelingen plaatsvinden. De burgers worden ingezet in de eigen woongebieden. Zij zijn hierdoor bekend met de plaatselijke gebruiken en normen en waarden van de lokale bevolking. Momenteel zijn er ongeveer 35.000 burgers werkzaam bij deze dienst. Het personeel wordt opgeleid door de politie en is bewapend. De minimumleeftijd voor toelating is 18 jaar.
Tamil Makkal Viduthalai Pulikal (TMVP)
Mede dankzij de hulp van TMVP heeft de regering in juli 2007 de controle over het Oosten heroverd op de LTTE. De TMVP is actief in de districten Ampara, Trincomalee en Batticaloa in het Oosten. Sinds de TMVP de provinciale verkiezingen heeft gewonnen in het Oosten en de leider Pillayan is gekozen tot Chief Minister van de provincie, heeft de TMVP ook het bestuur in handen.97 Pillayan beschikt over een gewapende militie, die uit 1500 leden zou bestaan. Behalve in het Oosten is de TMVP ook actief in Colombo.98 De TMVP heeft een nauw samenwerkingsverband met de veiligheidstroepen van de regering. De veiligheidstroepen maken geregeld gebruik van de kennis van de TMVP over de LTTE en van hun inlichtingendiensten en troepen, inclusief kindsoldaten, om de LTTE te bevechten. Gewapende leden van de TMVP worden geregeld gesignaleerd in aanwezigheid van de veiligheidstroepen van de regering en er worden gezamenlijke patrouilles uitgevoerd met de politie. Checkpoints worden geregeld bemand door de veiligheidstroepen van de regering en TMVP gezamenlijk, waarbij de TMVP, die de Tamil taal machtig is, helpt bij het identificeren van verdachte LTTE leden of aanhangers van de LTTE.99 Daarnaast opereert de TMVP ook zelfstandig en maakt zich schuldig aan mensenrechtenschendingen, rekrutering van kindsoldaten, verdwijningen, ontvoeringen voor losgeld en bedreigingen, waaraan de regering medeplichtig wordt geacht omdat zij de TMVP niet hindert in zijn activiteiten. Ondanks dat getuigen en slachtoffers in staat zijn om TMVP leden te identificeren als dader en hiertoe specifieke details verschaffen, onderneemt de regering geen actie. De
96 Voorheen heette dit Home Guards, zie algemeen ambtsbericht Sri Lanka augustus 2004.
97 The Hindu, Chief Minister's Forum to be headed by Pillayan, 1 juni 2008; BBCSinhala.com, Pillayan has 'no time'for Karuna, 4 juli 2008.

98 HRW, Recurring Nightmare- State responsibility for "Disappearances" and abductions in Sri Lanka., Volume 20, N° 2(c), maart 2008.

99 HRW, Sri Lanka- Return to War: Human Rights under siege, Volume 19, N° 11(c), augustus 2007; Watchlist on children and armed conflict, No Safety No Escape: Children and the Escalating Armed Conflict in Sri Lanka, april 2008; Schweizerische Flüchtlingshilfe, Sri Lanka unter Notstandsrecht, december 2007.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008

29
regering ontkent de medeplichtigheid van haar veiligheidstroepen aan de mensenrechtenschendingen van de TMVP.100
Eelam People's Democratic Party (EPDP)
De EPDP is opgericht in 1987 door Douglas Devananda.101 De EPDP begon aanvankelijk als een paramilitaire groepering die actief meedeed aan de gewapende Tamil strijd voor een onafhankelijke Tamil staat. De EPDP is enerzijds een politieke partij102 en anderzijds nog immer actief als een paramilitaire groepering die nauw samenwerkt met de regering in de strijd tegen de LTTE. De LTTE beschouwt de EPDP als een van haar grootste rivalen.103 De EPDP is met name actief in Jaffna en de overige gebieden in het noorden die onder regeringscontrole staan en steunt de regering bij haar militaire operaties tegen de LTTE. Tevens voert de EPDP aanvallen tegen de LTTE of aanhangers van de LTTE uit en is zij verantwoordelijk voor meerdere mensenrechtenschendingen, zoals mishandeling, moord en verdwijningen. De EPDP geniet bescherming van de regeringstroepen.104
People's Liberation Organisation of Tamil Eeelam (PLOTE) De PLOTE werd opgericht in 1980 door een voormalig lid van de LTTE. In 2002 tekende PLOTE een wapenstilstand met de regering en leverde haar wapens in. De PLOTE bestaat uit een politieke (Democratic People's Liberation Front (DLPF)) en een militaire vleugel. De DPLF werkt formeel samen met de regering. De militaire vleugel is sinds de wapenstilstand formeel inactief. Sedert 1992 wordt de PLOTE door de LTTE bevochten. Er zijn berichten dat de PLOTE nauw samenwerkt met de veiligheidstroepen van de regering in de strijd tegen de LTTE. Dit kon gedurende de verslagperiode niet bevestigd worden.105 Tamil Eelam Liberation Organisation (TELO)

100 International Crisis Group, "Sri Lanka's Human Rights Crisis", Asia report N° 135, 14 juni 2007; HRW, Sri Lanka- Return to War: Human Rights under siege, vol. 19, N° 11(c), augustus 2007; HRW, Recurring Nightmare- State responsibility for "Disappearances" and abductions in Sri Lanka., Volume 20, N° 2(c), maart 2008; US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart 2008.
101 Zie voor volledige geschiedenis van de EPDP en een persoonsprofiel van Douglas Devananda www.epdpnews.com.

102 Tijdens de parlementaire verkiezingen in 2004 won de EPDP 1 zetel in het parlement. Douglas Devananda is thans de minister van Sociale Zaken en Welzijn in het kabinet van president Rajapakse.

103 De LTTE heeft in het verleden meerdere mislukte moordaanslagen gepleegd op Douglas Devananda. De laatste mislukte moordaanslag vond plaats tijdens de verslagperiode in november 2007.

104 HRW, Recurring Nightmare- State responsibility for "Disappearances" and abductions in Sri Lanka., Volume 20, N° 2(c), maart 2008; Schweizerische Flüchtlingshilfe, Tamilische Akteure in Sri Lanka, december 2007.

105 Schweizerische Flüchtlingshilfe, Tamilische Akteure in Sri Lanka., december 2007. Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008

30
De TELO is opgericht in 1979 en komt voort uit een radicale studentengroepering. Van 1980 tot 1982 sloot ook de leider van de LTTE Prabhakaran zich kort aan bij de TELO, om vervolgens weer terug te keren naar de LTTE. In 1984 voegden de TELO, EPRLF en EROS zich samen en vormden gezamenlijk de ENLF. De LTTE was tot 1986 verbonden met de ENLF. In hetzelfde jaar viel de LTTE de TELO aan en vermoordde de leider en het grootste gedeelte van de militaire tak. De LTTE had het vermoeden dat de TELO was opgezet door het Indiase leger om de controle over de Tamil gebieden en de separatistische Tamil bewegingen te veroveren. Verzoeningspogingen van de IPKF wilden niet baten. Na het vertrek van de IPKF uit Sri Lanka in 1990 liet de TELO zich registreren als politieke partij en deed in 1994/1995 voor de eerste keer aan verkiezingen mee. In 2001 sloot de TELO zich aan bij de TNA.106 Of de TELO nog actief is als paramilitaire groepering is onbekend.
Eelam National Liberation Front of Three stars (ENDLF) De ENDLF is opgericht in 1987 door voormalige leden van de PLOTE, TELO en EPRLF als een pro-Indiase, militante, separatistische Tamil beweging die zich afzette tegen de LTTE en andere separatistische Tamil bewegingen, doch ook de regering.107 Na het vertrek van IPKF uit Sri Lanka kreeg de ENDLF meer een politiek karakter en verminderde haar paramilitaire activiteiten. (zie ook paragraaf 2.1.2) De ENDLF opereert voornamelijk vanuit India (Tamil Nadu). In 2002 ondertekende de ENDLF een wapenstilstand met de regering en leverde zij haar wapens in. In 2004 ging de ENDLF een verbintenis aan met de TMVP en treedt sindsdien op als bondgenoot van de TMVP.108
Eelam People's Revolutionary Liberation Front (EPRLF) De EPRLF is in 1981 opgericht als een separatistische Tamilbeweging en was aanvankelijk (tot 1986) verbonden met de LTTE. Met de steun van de IPKF kon de EPRLF vervolgens blijven bestaan en de activiteiten voortzetten. Na het vertrek van de IPKF uit Sri Lanka concentreerde de EPRLF zich meer op politieke activiteiten. Delen van de militaire tak van de EPRLF sloten zich aan bij het Sri Lankaanse leger ter ondersteuning van de strijd tegen de LTTE. In 2000 splitste de politieke vleugel zich in twee partijen, maar beide partijen eisten de naam EPRLF op. Na de splitsing sloot de ene factie zich aan bij de TNA (pro LTTE) en de andere factie bij de EPDP (anti LTTE).109
Revolutionary Eelam Organisation (EROS)

106 Schweizerische Flüchtlingshilfe, Tamilische Akteure in Sri Lanka., december 2007.
107 Sinds de oprichting werd de ENDLF ondersteund door de Indian Peace Keeping Force en de Research and Analysis Wing (buitenlandse inlichtingendienst) van India. Toen de IPKF zich in 1990 terugtrok uit Sri Lanka, vertrok een groot deel van de leden mee naar India.
108 Schweizerische Flüchtlingshilfe, Tamilische Akteure in Sri Lanka., december 2007.
109 Schweizerische Flüchtlingshilfe, Tamilische Akteure in Sri Lanka., december 2007. Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008

31
EROS werd opgericht in 1975 en stond aanvankelijk bekend onder de naam Eelam Revolutionary Organisation of Students. EROS kwam al snel in contact met de Palestinian Liberation Organisation (PLO) en zond Tamilseparatisten, waaronder ook de huidige leider van de LTTE Prabhakaran, voor training naar de PLO. EROS onderhield ook goede contacten met India en ontving tot 1984 ook daar militaire training. Van 1980 tot 1989 ondersteunde EROS de LTTE als politieke raadgever. De LTTE eiste echter van EROS dat zij zich aansloot bij de LTTE, hetgeen tot versplintering van EROS leidde. Een deel zocht aansluiting bij de LTTE, anderen verlieten EROS en een kleine eenheid bouwde de huidige EROS op onder leiding van Shankar Rajee. Na zijn dood in 2005 volgde zijn zoon, Nesan Shankar Rajee, hem op en besloot een, pro-EPDP en anti-LTTE, politieke koers te varen. EROS ondersteunt als politieke partij de regering en wordt door de LTTE bestreden.110
LTTE
Controle over gebieden
Het gebied dat onder LTTE-controle staat, beslaat grote delen van het district Kilinochchi, Mullaitivu, en voor zover bekend grote delen van Vavuniya.111 Het district Mannar staat sinds juli 2008 weer geheel onder controle van de regering.112 Ook is de stad Mallavi sinds begin september 2008 weer in handen van de regering.113
Er zijn naar schatting tussen de 250.000 en 400.000 mensen woonachtig in het gebied. Zij mogen het gebied niet verlaten zonder toestemming van de LTTE. De toestemming wordt bovendien pas verleend onder de voorwaarde dat een familielid achterblijft.114 Personen die het gebied proberen te ontvluchten worden volgens verschillende bronnen doodgeschoten door de LTTE. Door de aanhoudende gevechten is moeilijk aan te geven waar de grens loopt tussen regeringsgebied en de gebieden die onder controle van de LTTE staan. Het reizen tussen regeringsgebied en LTTE gebied heeft veel weg van het passeren van een grensovergang tussen twee landen inclusief goed bewaakte grenscontroleposten alwaar reizigers hun identiteitskaart dienen te tonen, goederen aan een inspectie worden onderworpen en belasting wordt geheven (zie verder paragraaf 3.3.4).115
110 Schweizerische Flüchtlingshilfe, Tamilische Akteure in Sri Lanka., december 2007.
111 Schweizerische Flüchtlingshilfe, Tamilische Akteure in Sri Lanka., december 2007.
112 Global Insight, Sri Lanka: Military Pledges to Defeat LTTE within One Year in Sri Lanka,1 juli 2008.

113 BBC, S Lanka army 'captures' key town, 2 september 2008.
114 United Nations Security Council, Report of the Secretary-General on children and armed conflict in Sri Lanka, S/2007/758, 21 december 2007; BBC, Tamil rebels 'breaking the law', 15 augustus 2008; Amnesty International Press Release, Sri Lanka: LTTE, Government endangering lives of tens of thousands of newly displaced around Wanni, 14 augustus 2008.
115 Kristian Stokke, Third World Quarterly, Building the Tamil Eelam State: emerging state institutions and forms of governance in LTTE-controlled areas in Sri Lanka, Vol. 27 No. 6, 2006.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008

32
Sterkte en bewapening
Exacte cijfers over de sterkte van de LTTE zijn niet bekend. De LTTE zou over circa 35.000 manschappen beschikken, waaronder 1500 elite troepen en zelfmoordcommando's. Volgens het International Institute for Strategic Studies telt de LTTE tussen de 8.000-11.000 manschappen.116 De LTTE heeft een eigen wapennetwerk met aan het hoofd Tharmalingam Shanmugham, ook wel bekend als Kumaran Pathmanathan of KP. De wapens en munitie worden ten behoeve van de LTTE door dit netwerk aangeschaft in landen als Afghanistan, Bulgarije, Birma, Cambodja, China, Cyprus, Griekenland, Hong Kong, Libanon, Nigeria, Noord-Korea, Pakistan, Zuid-Afrika, Thailand, Turkije, Vietnam en Zimbabwe. Tamil Nadu in India zou hierbij een centrale rol spelen als transithaven voor het wapentransport.117 De Sea Tigers (de marine van de LTTE) zorgen voor de toevoer van goederen vanuit India.
Opbouw en structuur
De LTTE leidt een de facto staat in de gebieden die onder haar controle staan. Het Sri Lankaanse overheidsapparaat in LTTE gebied functioneert ook nog steeds, zoals scholen en ziekenhuizen, doch staat onder controle van de LTTE. Gezondheid en onderwijs blijven zo de verantwoordelijkheid van de regering en de onderwijzers worden betaald door de regering. Er is echter sprake van minder financiering en derhalve minder dienstverlening dan in gebieden onder regeringscontrole.118 De LTTE is onderverdeeld in beroepscommando's die met hun eigen specialismen onder de verantwoordelijkheid van een districtscommandant functioneren. De districtscommandanten vallen onder het directe bevel van de leider van de LTTE Vellupillai Prabhakaran. De leden van de verschillende commando's zijn ondergebracht bij de politieke of militaire vleugel van de LTTE en worden verder onderverdeeld op grond van specialisme. Hoofd van de militaire vleugel is de leider Prabhakaran. Het hoofdkwartier van de militaire vleugel bevindt zich in het oerwoud van het district Mullaitivu.119 De militaire vleugel bestaat uit een inlichtingendienst (Tiger Organisation Security Intelligence Service), een zelfmoordcommando (Black Tigers), een marine (Sea Tigers) en een luchtmacht (Air Tigers). Het hoofd van de inlichtingendienst (TOSIS) en de Black Tigers is Shanmuganathan Sivasankaran
116 EIU, Country Profile Sri Lanka 200, 17 juli 2007.
117 Der Spiegel, Spenden für das Tiger-Reich,7/2008; BBC monitoring International Reports, 'Global onslaught' severely affects tiger activities- Sri Lankan Paper, 2 mei 2008 via www.lexis-nexis.com; www.janes.com, press release: USD 200 million profit margins maintain sophisticated Tamil Tiger war, 19 juli 2007.
118 Kristian Stokke, Third World Quarterly, Building the Tamil Eelam State: emerging state institutions and forms of governance in LTTE-controlled areas in Sri Lanka, Vol. 27 No. 6, 2006.

119 Schweizerische Flüchtlingshilfe, Tamilische Akteure in Sri Lanka, december 2007. Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008

33
alias Pottu Amman.120 Aanslagen tegen personen en/of aanslagen op economische doelen buiten LTTE gebied worden doorgaans uitgevoerd door de Black Tigers. Het hoofd van de Sea Tigers is Thillayambalam Sivanesan alias kolonel Soosai.121 De Sea-Tigers zijn vooral actief op zee in het noord-oosten van Sri Lanka.122 De leden van de LTTE krijgen geen financiële beloning. Bevordering van de leden geschiedt middels het verkrijgen van meer commandoverantwoordelijkheid. Ze krijgen meer verantwoordelijkheid toebedeeld naar gelang de geleverde prestaties en niet als gevolg van anciënniteit.123 Ieder nieuw lid moet de gelofte van trouw afleggen dat alles zal worden opgeofferd voor het organisatiebelang en de leider. De leden geven hun civiele naam op en krijgen daarvoor in de plaats een "nom de guerre". Daarnaast krijgen de leden een cyanide capsule, die zij bij zich behoren te dragen en moet worden ingenomen bij gevangenneming door de vijand. Zo moet worden voorkomen dat enige informatie over de LTTE bij derden terecht komt. Een lid van de LTTE mag op grond van een regeling uit 1999 de organisatie niet meer verlaten.124 Er vindt naar verluidt actieve opsporing van afvalligen door de LTTE plaats buiten het LTTE-gebied.
De gewapende acties van de LTTE zijn niet alleen tegen de veiligheidstroepen van de regering gericht, doch ook tegen burgers en andersdenkende Tamils. Hiertoe behoren actieve en voormalige leden van paramilitaire groeperingen die anti- LTTE zijn (TMVP, EPDP, EPRLF en PLOTE) en Tamilinformanten die voor de regering werken. Deze personen worden bedreigd, gevangengenomen of vermoord door de LTTE.125
De politieke vleugel van de LTTE is verantwoordelijk voor de internationale propaganda en het bestuur. Het hoofdkantoor is gelegen in Kilinochchi. Na de dood van het hoofd van de politieke afdeling, S.P. Thamilselvan, in november 2007, heeft B. Nadesan (voormalig hoofd politie LTTE) het leiderschap van de politieke afdeling op zich genomen. Thamilselvan werd beschouwd als het publieke gezicht van de LTTE en was na Prabhakaran de machtigste persoon binnen de LTTE.126 In 1989 richtte de LTTE de politieke partij People's Front of Liberation Tigers (PLFT) op. De partij participeerde echter nimmer in
120 Schweizerische Flüchtlingshilfe, Tamilische Akteure in Sri Lanka, december 2007.
121 Schweizerische Flüchtlingshilfe, Tamilische Akteure in Sri Lanka, december 2007.
122 Schweizerische Flüchtlingshilfe, Tamilische Akteure in Sri Lanka, december 2007; www.janes.com, Jane's Sentinel examines the success of the LTTE in resisting the Sri Lankan forces, 4 september 2000.

123 www.janes.com, Jane's Sentinel examines the success of the LTTE in resisting the Sri Lankan forces, 4 september 2000; Group Profile: Liberation Tigers of Tamil Eelam (LTTE), 27 maart 2007.

124 Schweizerische Flüchtlingshilfe, Tamilische Akteure in Sri Lanka, december 2007.
125 Schweizerische Flüchtlingshilfe, Tamilische Akteure in Sri Lanka, december 2007.
126 BBC, Public face of the Tamil Tigers, 2 november 2007. Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008

34
verkiezingen en is niet meer actief. Om hun politieke invloed te versterken, ondersteunt de LTTE de Tamil National Alliance (TNA). De TNA is pro-LTTE en heeft de LTTE als enige vertegenwoordiger van de Tamilgemeenschap erkend. De TNA heeft 22 zetels in het parlement.127
De LTTE heeft zijn eigen politiemacht, de Tamil Eelam Police, met het hoofdkantoor in Kilinochchi. De politiemacht is opgericht in 1993 en bestaat uit diverse afdelingen.128 Daarnaast heeft de LTTE eigen wetboeken, rechterlijke instanties en int het hoge belastingen in de gebieden die onder haar controle staan. Bij import van goederen in LTTE gebied varieert dit tussen de 20-25%.129 Gedwongen rekruteringen
De LTTE maakt zich nog steeds schuldig aan het gedwongen rekruteren van kindsoldaten en volwassenen. Sinds 1997 bestaat in het gebied dat onder LTTE controle valt, de ongeschreven regel dat ieder gezin een kind ter beschikking moet stellen aan de LTTE.130 De LTTE heeft in 2007 dit "child quota system" gewijzigd in een "family quota system", hetgeen inhoudt dat ieder gezin één gezinslid, waaronder ook kinderen, moet afstaan aan de LTTE.131 Er zijn indicaties dat de LTTE gedurende de verslagperiode het quotum per gezin heeft uitgebreid tot twee (zie verder paragraaf 3.4.4).132
Tamil-diaspora
Veerakathy Manivannam, ook wel bekend als Castro, is het hoofd van het International Secretariat, dat verantwoordelijk is voor het goede functioneren van het wereldwijde netwerk van de LTTE.133 De internationale activiteiten van de LTTE kunnen grofweg worden onderverdeeld in fondsenwerving, wapeninkoop en verscheping, publiciteit en propaganda. De LTTE beschikt in Sri Lanka over een eigen radiostation, televisiezenders en kranten.134 Ook internationaal is de LTTE
127 Schweizerische Flüchtlingshilfe, Tamilische Akteure in Sri Lanka, december 2007.
128 Home Office, Country of Origin Information Report Sri Lanka , 15 november 2007.
129 Kristian Stokke, Third World Quarterly, Building the Tamil Eelam State: emerging state institutions and forms of governance in LTTE-controlled areas in Sri Lanka, Vol. 27 No. 6, 2006.

130 Schweizerische Flüchtlingshilfe, Tamilische Akteure in Sri Lanka, december 2007.
131 United Nations Security Council, Report of the Secretary-General on children and armed conflict in Sri Lanka, S/2007/758, 21 december 2007; Watchlist on children and armed conflict, No Safety No Escape: Children and the Escalating Armed Conflict in Sri Lanka, april 2008.

132 Centre for Policy Alternatives, Monitoring factors affecting the Sri Lankan peace process, cluster report november 2007- januari 2008.

133 BBC monitoring International Reports, 'Global onslaught' severely affects tiger activities- Sri Lankan Paper, 2 mei 2008 via www.lexis-nexis.com; Daily News, LTTE's global network suffers setback, 2 mei 2008.

134 Op 27 november 2007 is het officiële radiostation van de LTTE in Kilinochchi, de Voice of Tigers, bij een luchtaanval verwoest door de regering. Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008

35
actief middels een internetsite en diverse organisaties die verspreid zijn over de hele wereld, waaronder de International Federation of Tamils (IFT), de World Tamil Association (WTA), de World Tamil Movement (WTM) en de Fédération française des associations tamoules. De Tamil diaspora bevindt zich voornamelijk in Canada, de Europese Unie (met name in Duitsland, Zwitserland, Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk), de Verenigde Staten en Australië en biedt de LTTE zowel vrijwillig als onder bedreiging financiële ondersteuning. Op 16 juni 2008 heeft Canada de World Tamil Movement op haar lijst van verboden terroristische organisaties geplaatst. Steeds meer landen spannen zich in om de internationale, illegale activiteiten van de LTTE aan banden te leggen. Gedurende de verslagperiode zijn wereldwijd meerdere personen opgepakt en veroordeeld, waardoor de internationale fondsenwerving van de LTTE onder druk is komen te staan.135 Per jaar zou de LTTE tussen de 200 en 300 miljoen US dollar aan inkomsten ontvangen.136
De LTTE beschikt ook over een eigen wederopbouworganisatie, de Tamil Rehabilitation Organisation (TRO), die actief is in gebieden die onder controle van de LTTE staan. In 2007 raakte de TRO in opspraak toen zij ervan verdacht werd ontwikkelingsgeld en geld dat bestemd was voor humanitaire hulpverlening, te hebben aangewend voor militaire doeleinden van de LTTE. Hierdoor raakte Unicef, die de TRO financieel ondersteunde bij haar werkzaamheden, eveneens in opspraak. Sinds november 2007 is de TRO officieel verboden in Sri Lanka en zijn de banktegoeden van de TRO bevroren door de regering.137 High Security Zones
Een High Security Zone (HSZ) wordt in beginsel ingesteld door de regering ter bescherming van een strategisch en/of economisch belangrijk doel, tegen infiltratie door de LTTE. De grenzen van een HSZ rondom militaire terreinen strekken zich soms uit tot een straal van vier kilometer vanaf de omringende hekken van het terrein.138 Het is niet toegestaan om foto's te nemen van een HSZ. Hoogbouw in of nabij een HSZ is verboden. Er is beperkt of geen toegang mogelijk tot een HSZ. Gedurende de verslagperiode waren als HSZ in Colombo onder meer aangemerkt het presidentieel paleis, het presidentieel kantoor, het parlementscomplex, het ministerie van Defensie en militaire terreinen en het havengebied. In Colombo zijn gebieden rond de woonhuizen van enkele vooraanstaande personen, bijvoorbeeld
135 Global Insight, Canadian Government adds Sri Lankan Group to List of Banned Terrorist Organisation, 17 juni 2008; Daily News, LTTE's global network suffers setback, 2 mei 2008.
136 www.janes.com, press release: USD 200 million profit margins maintain sophisticated Tamil Tiger war, 19 juli 2007.

137 BBC News, US to freeze Tamil charity assets, 15 november 2007.
138 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart 2008.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008

36
ministers en rechters, ook aangewezen als HSZ. Er is beperkt toegang mogelijk tot de HSZ's in Colombo. Men zou deze gebieden kunnen betreden na een intensieve veiligheidscontrole bij checkpoints.139 Een uitzondering vormt het presidentieel paleis, dat totaal afgesloten zou zijn voor het publiek. Op het schiereiland Jaffna zouden zich achttien HSZ's bevinden die grofweg 190 vierkante kilometer zouden omvatten, hetgeen neerkomt op 18% van het schiereiland. De meeste HSZ's in Jaffna bevinden zich in en rond militaire kampen of bases en strategische locaties als havens en landingsbanen of in grensgebieden. In Jaffna is het grootste deel van de HSZ's afgesloten voor burgers en mag niet worden bewoond. De voormalige inwoners van het gebied wonen in opvangkampen in Jaffna zelf of het Noorden.
HSZ's komen ook voor in andere delen van Sri Lanka, waaronder Mannar en Kandy.140 Deze zijn ook beperkt toegankelijk voor burgers. Gedurende de verslagperiode zijn meerdere gebieden aangewezen tot HSZ op grond van de noodregelgeving. Op 30 mei 2007 werden Sampur en Oost Mutur in het Trincomalee district in het Oosten door de president aangewezen tot HSZ. Iedereen, inclusief de mensen die woonachtig zijn in deze gebieden, werd de toegang tot deze gebieden ontzegd, tenzij zij schriftelijke toestemming van de bevoegde gezaghebber hadden. Omdat Sampur en Oost Mutur tegelijkertijd ook onder de Special Economic Zone (ook wel Free Trade Zone genoemd) van Trincomalee vielen, werden commerciële activiteiten in het gebied echter wel toegestaan. Een lokale NGO heeft bezwaar gemaakt tegen het besluit van de president, omdat er geen sprake zou zijn van enige militaire noodzaak om een toegangsverbod van 15.000 inwoners tot hun land en eigendom te rechtvaardigen. Het bezwaar werd afgewezen door de Hoge Raad. De opperrechter Silva deed een beroep op de NGO geen gevoelige zaken die de nationale veiligheid aangaan voor het gerecht te brengen.141

139 CPA, A Brief Profile of the Trincomalee High Security Zone and other land Issues in Trincomalee District, mei 2008.

140 CPA, A Brief Profile of the Trincomalee High Security Zone and other land Issues in Trincomalee District, mei 2008.

141 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart 2008; HRW, Sri Lanka- Return to War: Human Rights under siege, vol. 19, N° 11(c), augustus 2007; UTHR, Can de East be Won by Human Culling? Special Economic Zones. An Ideological Journey Back to 1983, augustus 2007; CPA, A Brief Profile of the Trincomalee High Security Zone and other land Issues in Trincomalee District, mei 2008; BBCsinhala.com, Sampur HSZ or FTZ, 30 juni 2007; BBCsinhala, Sampur HSZ 'sensitive' for judiciary, 30 juli 2007.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008

37
3 Mensenrechten
3.1 Juridische context
3.1.1 Verdragen en protocollen
Sri Lanka is partij bij de volgende verdragen en protocollen: · Internationaal Verdrag inzake Burgerrechten en Politieke Rechten (ICCPR, in werking getreden op 11 juni 1980), evenals het bijbehorende eerste Facultatief Protocol waarin het individuele klachtrecht bij het Mensenrechtencomité is vastgelegd (in werking getreden in 1998);
· Verdrag tegen Foltering en andere Wrede, Onmenselijke of Onterende Behandeling of Bestraffing (CAT, in werking getreden op 2 februari 1994); · Verdrag inzake de Rechten van het Kind (CRC, in werking getreden in 1991), het Facultatief Protocol betreffende de betrokkenheid van kinderen in gewapend conflict (in werking getreden in 2000) en het Facultatief Protocol betreffende de verkoop van kinderen, kinderprostitutie en kinderpornografie (in werking getreden in 2006);
· Verdrag en eerste Facultatief Protocol inzake de Uitbanning van alle Vormen van Discriminatie van Vrouwen (CEDAW, in werking getreden in 1981, protocol in 2003);
· Internationaal Verdrag inzake de Uitbanning van alle Vormen van Rassendiscriminatie (CERD, in werking getreden in 1982); · Internationaal Verdrag inzake Economische, Sociale en Culturele Rechten (CESCR, in werking getreden in 1980);
· Verdrag ter Bestrijding van Terrorismefinanciering (CSFT, in werking getreden in 2002);
· Internationaal Verdrag inzake de Bescherming van de Rechten van Arbeidsmigranten en hun Gezinsleden (CMW, in werking getreden in 2003).142
· Op 6 februari 2007 heeft Sri Lanka de Paris Principles (principles and guidelines on children associated with armed forces or armed groups) ondertekend.143
Sri Lanka is geen partij bij ondermeer de volgende verdragen en protocollen: · Het Vluchtelingenverdrag van 1951 en het bijbehorende protocol van 1967; · Het Statuut van Rome inzake het Internationaal Strafhof. Wel tekende Sri Lanka in november 2002 een bilateraal akkoord met de Verenigde Staten dat
142 Informatie op de mensenrechten website van de VN, www.unhchr.ch.
143 De Paris Principles behelzen afspraken tegen de inzet van kindsoldaten. Het akkoord voorziet in onder meer voorkoming van rekrutering en het vervolgen van personen die kinderen ronselen.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008

38
de uitlevering van Amerikaanse en Sri Lankaanse burgers door de wederzijdse landen aan het Internationale Strafhof moet voorkomen; · Het tweede facultatief Protocol behorend bij het Internationaal Verdrag inzake Burgerrechten en Politieke Rechten (ICCPR);
· Het Facultatief Protocol behorend bij het Verdrag tegen Foltering en andere Wrede, Onmenselijke of Onterende Behandeling of Bestraffing (CAT ); · Het Verdrag inzake Bescherming van Alle Personen tegen Gedwongen Verdwijningen;
· Het Facultatief Protocol behorend bij het Verdrag voor de Rechten van Personen met een Handicap.
De implementatie van de humanitaire- en mensenrechtenverplichtingen van Sri Lanka op nationaal niveau is volgens verantwoordelijke verdragcomités van de VN over het algemeen onvoldoende. Daarnaast voldoet Sri Lanka sinds lange tijd niet aan internationale rapportageverplichtingen uit hoofde van internationale mensenrechtenverdragen waarbij het land partij is.144 3.1.2 Nationale wetgeving
Emergency Regulations
Gedurende de verslagperiode waren zowel de Emergency Regulations, als een deel van de oude Prevention of Terrorism Act (PTA) nog steeds van kracht. De Emergency Regulations worden iedere maand verlengd met instemming van een parlementaire meerderheid.145 Met de uitbreiding van de noodregelgeving via invoering van de Prevention and Prohibition of Terrorism and Specified Terrorist Activities Act in december 2006, werd het aantal strafbare activiteiten dat valt onder de definitie terrorisme nog groter en de definitie van terrorisme rekbaarder.146 Mensenrechtenorganisaties- of activisten, media die aan onafhankelijke en kritische verslaglegging doen, humanitaire hulporganisaties die
144 United Nations General Assembly, Human Rights Council Working Group on the Universal Periodic Review, Second session 5-16 May 2008, A/HRC/WG.6/2/LKA/2, 8 april 2008; United Nations General Assembly, Human Rights Council, Eighth session, Universal Periodic Review, Report of the Working Group on the Universal Periodic Review Sri Lanka, A/HRC/8/46, 5 juni 2008.

145 De president is bevoegd om de noodtoestand uit te roepen op basis van de Public Security Ordinance, no. 25 (1947). Deze bevoegdheid is opgenomen in artikel 155 van de Grondwet. Het parlement heeft 14 dagen de tijd om de maatregel te accorderen, waarna de noodtoestand om de 30 dagen moet worden verlengd; www.asiantribune.com, Government extends state of emergency, 6 mei 2008; Deutsche Presse Agentur, Sri Lanka extends state of emergency as fighting continues, 8 juli 2008; Human Rights Council, Report of the Special Rapporteur on torture and other cruel, inhuman or degrading treatment or punishment, Manfred Nowak, Mission to Sri Lanka, A/HRC/7/3/Add.6, 26 februari 2008.
146 HRW, Sri Lanka, Return to War, Human Rights Under Siege, volume 19. N° 11 (c), augustus 2007; Schweizerische Flüchtlingshilfe, Sri Lanka unter Notstandsrecht, december 2007. Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008

39
hulp bieden aan slachtoffers ongeacht hun etnische afkomst, kunnen bij de uitvoering van hun werkzaamheden worden geassocieerd met terroristische activiteiten.
De noodregelgeving biedt politie, leger, alsmede 'andere overheidsdienaren en specifiek door de president aangewezen personen', ruime opsporings- en aanhoudingsbevoegdheden.147 De vage omschrijvingen in de noodregelgeving van zowel bevoegdheden als misdrijven zijn voor meerdere uitleg vatbaar en kunnen bij arrestaties tot willekeur, rechtsongelijkheid en rechtsonzekerheid leiden, waar vooral Tamils slachtoffer van zijn (zie verder paragraaf 3.3.6).148 De Preventon of Organised Crime Bill is aan het parlement gepresenteerd. Een datum voor het parlementair debat is nog niet vastgesteld.149 3.2 Toezicht
Human Rights Commission (HRC)
De HRC is bevoegd te monitoren, te onderzoeken en te adviseren inzake mensenrechten. De HRC behandelt mensenrechtenschendingen van verschillende aard, waaronder verdwijningen, buitengerechtelijke moorden, marteling, maar ook milieuzaken, arbeidsrechtelijke zaken (aanstellingen, promoties, ontslag) en andere civielrechtelijke zaken. Het hoofdkantoor van de HRC is gevestigd in Colombo. Daarnaast heeft de HRC tien regionale kantoren; deze bevinden zich in Kandy, Matara, Anuradapura, Vavuniya, Badulla, Jaffna, Batticaloa, Trincomalee, Kalmunai en Ampara. Een subkantoor bevindt zich in Nuwara Eliya. De HRC heeft alleen jurisdictie in de door de regering gecontroleerde gebieden. Het LTTE gebied is niet toegankelijk voor de HRC. Het mandaat van de HRC strekt zich slechts uit tot onderzoek naar klachten tegen de regering. Een klacht kan worden ingediend door de benadeelde burger/groep of diens gemachtigde. De HRC kan ook op eigen initiatief mensenrechtenschendingen onderzoeken. De klacht kan in persoon worden ingediend bij één van de kantoren of via de telefoon (24-uurs hotline). Sinds juni 2007 kan een klacht nog slechts binnen drie maanden na het voorval worden ingediend. Een wettelijke grondslag
147 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart 2008; International Crisis Group, Sri Lanka's Human Rights Crisis, Asia Report N° 135, 14 juni 2007; HRW, Sri Lanka, Return to War, Human Rights Under Siege, Volume 19. N° 11 (c), augustus 2007; Human Rights Council, Report of the Special Rapporteur on torture and other cruel, inhuman or degrading treatment or punishment, Manfred Nowak, Mission to Sri Lanka, A/HRC/7/3/Add.6, 26 februari 2008.

148 HRW, Sri Lanka, Return to War, Human Rights Under Siege, Volume 19. N° 11 (c), augustus 2007.

149 Zie www.legaldraftsman.gov.lk onder acts, bills and statutes, geraadpleegd op 29 september 2008.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008

40
voor dit nieuwe voorschrift ontbreekt. Onder bepaalde omstandigheden neemt de HRC ook klachten buiten de voorgeschreven klachttermijn in behandeling.150 Na het klachtonderzoek, schrijft de HRC een rapport en doet aanbevelingen aan partijen. Het eindrapport, inclusief aanbevelingen, wordt ter beschikking gesteld aan de regering. Deze rapporten zijn niet openbaar. De regering bepaalt wat er met de rapporten gebeurt. Het is niet bekend wat de regering met deze rapporten doet, noch of uitvoering wordt gegeven aan de gedane aanbevelingen. De HRC is bevoegd (onaangekondigde) inspectiebezoeken af te leggen aan locaties waar personen worden gedetineerd of worden vastgehouden op grond van een rechterlijk bevel, zoals politiebureaus, detentiecentra of psychiatrische inrichtingen.
In geval een persoon op grond van de noodregelgeving (Emergency Regulations) wordt gearresteerd, dient de HRC binnen 48 uur van de arrestatie op de hoogte te worden gebracht. Bovendien dient de HRC ongehinderde toegang te worden verschaft tot detentieplaatsen. Bij invrijheidsstelling of overplaatsing dient de HRC eveneens te worden verwittigd. Hier wordt in de praktijk echter geen uitvoering aan gegeven door de veiligheidstroepen (zie paragraaf 3.1.2). De HRC schijnt eerder geïnformeerd te worden over dergelijke arrestaties door familieleden dan door de veiligheidstroepen zelf.151
Volgens een bron ontvangt de HRC ongeveer 500 klachten per maand. Niet bekend is hoeveel klachten gedurende de verslagperiode daadwerkelijk in behandeling zijn genomen door de HRC.
Volgens de wet is de HRC onpartijdig en onafhankelijk. De commissieleden zijn echter benoemd door de president zonder tussenkomst van de Constitutional Council (CC), waardoor de commissie niet als onafhankelijke institutie kan worden aangemerkt.152 De huidige commissie is sindsdien minder goed in staat gebleken om de mensenrechtenschendingen aan de kaak te stellen dan haar voorganger.

150 Human Rights Watch press release, Sri Lanka: Human Rights Commission Downgraded: UN Human Rights Monitoring Urgently Needed to Stem Violations, 18 december 2007 via www.hrw.org

151 HRW, Recurring Nightmare- State responsibility for "Disappearances" and abductions in Sri Lanka., Volume 20, N° 2(c), maart 2008.

152 In april 2006 liepen de benoemingen van de leden van de HRC af, waarop de president unilateraal tot benoeming van de nieuwe leden is overgegaan; zie ook paragraaf 2.1.3. Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008

41
Mensenrechtenorganisaties en de internationale gemeenschap hebben veel kritiek op het functioneren van de HRC.153 De HRC heeft onvoldoende (financiële) middelen en staf tot haar beschikking en brengt geen openbare rapporten van haar bevindingen uit. Een van de voornaamste kritiekpunten betreft de benoeming van de leden door de president.154 Als gevolg van deze kritiek werd in de loop van 2007 nauwelijks meer informatie verschaft door de HRC te Colombo over statistieken van de gemelde mensenrechtenschendingen. Als reden werd opgegeven dat de HRC geen informatie ter beschikking stelt aan media of mensenrechtenorganisaties die de commissie beschouwen als onwettige instelling. De regionale kantoren kregen ook de instructie geen informatie meer te verschaffen zonder de schriftelijke toestemming van de HRC te Colombo. Regionale kantoren hebben praktisch gezien alleen een rol bij registratie. Sommige regionale kantoren blijven desalniettemin klachten in ontvangst nemen en statistieken verschaffen. Zij vormen zo een onmisbare bron van informatie over mensenrechtenschendingen.155
Na haar bezoek aan Sri Lanka in oktober 2007 heeft de VN Hoge Commissaris voor Mensenrechten in een verklaring laten weten dat het systematische falen van de HRC om openbaar onderzoek te verrichten en tijdig openbare rapporten te vervaardigen, heeft geresulteerd in verdere ondermijning van het vertrouwen in haar doeltreffendheid en onafhankelijkheid.156
In december 2007 heeft de International Coordinating Committee of National Institutions for the Promotion and Protection of Human Rights 157 de status van de HRC gedegradeerd tot 'observer'.158

153 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart 2008; HRW, Sri Lanka, Return to War, Human Rights Under Siege, Volume 19. N° 11 (c), augustus 2007.

154 International Crisis Group, Sri Lanka's Human Rights Crisis, Asia Report no. 135, 14 juni 2007; HRW, Recurring Nightmare- State responsibility for "Disappearances" and abductions in Sri Lanka., Volume 20, N° 2(c), maart 2008.
155 International Crisis Group, Sri Lanka's Human Rights Crisis, Asia Report N° 135, 14 juni 2007; HRW, Recurring Nightmare- State responsibility for "Disappearances" and abductions in Sri Lanka., Volume 20, N° 2(c), maart 2008.
156 HRW, Recurring Nightmare- State responsibility for "Disappearances" and abductions in Sri Lanka., Volume 20, N° 2(c), maart 2008.

157 Deze internationale instelling ziet erop toe dat de nationale mensenrechtencommissies in overeenstemming handelen met de Paris Principles relating to the status and functioning of national institutions for protection and promotion of human rights, die de internationale criteria omvatten voor nationale mensenrechtencommissies. De volledige tekst van de Paris Principles is te vinden op www.unhchr.ch

158 Human Rights Watch press release, Sri Lanka: Human Rights Commission Downgraded: UN Human Rights Monitoring Urgently Needed to Stem Violations,18 december 2007 via www.hrw.org; International Crisis Group, Sri Lanka's Return to War: Limiting the Damage- Asia Report N°. 146, 20 februari 2008.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008

42
Hoge Raad (Supreme Court) en Hof van Beroep (Court of Appeal) Slachtoffers van mensenrechtenschendingen en hun familie of nabestaanden kunnen een algemene klacht indienen, de zogenaamde Fundamental Rights Application (FRA), bij de Hoge Raad van Sri Lanka. Ook bestaat de mogelijkheid om een Habeas Corpus-klacht in te dienen bij het Sri Lankaanse Hof van Beroep. Het is niet bekend hoeveel klachten de Hoge Raad en het Hof van Beroep tijdens de verslagperiode hebben ontvangen. Aangezien de opperrechter (chief justice) en de rechters van de Hoge Raad en het Hof van Beroep, net als de leden van de HRC, zijn benoemd door de president zonder tussenkomst van de Constitutional Council, kent Sri Lanka geen onafhankelijke instantie waar een klacht kan worden neergelegd.159
Inter Ministerial Committee on Human Rights
Sri Lanka kent een Permanent Inter Ministerial Standing Committee on Human Rights en een Inter Ministerial Committee on Human Rights. Deze commissies vallen onder de minister van Rampenbestrijding en Mensenrechten, Mahinda Samarasinghe.160 Deze minister is onder meer bevoegd om opsporingsdiensten opdracht te geven een onderzoek in te stellen naar mensenrechtenschendingen en hieromtrent te rapporteren.161 De commissies zijn terughoudend bij het aan de kaak stellen van schendingen, terwijl de minister zelf de schendingen geregeld bagatelliseert in interviews en media.
De minister heeft naast vorengenoemde commissies ook een adviescollege (Advisory Board) ingesteld dat hem adviseert omtrent preventiemaatregelen tegen mensenrechtenschendingen. In oktober 2007 hebben enkele prominente leden van dit adviescollege hun ontslag ingediend vanwege de aanhoudende onwil van de regering om mensenrechtenschendingen als verdwijningen, buitengerechtelijke executies en ontvoeringen aan te pakken.162
National Police Commission (NPC)
Deze commissie, die in december 2002 werd ingesteld, bestaat geheel uit burgers en is bevoegd alle politiebeambten te bevorderen, over te plaatsen, te straffen en te ontslaan, met uitzondering van de Inspector General of Police (IGP, hoofd van de politie). Ook is de commissie wettelijk bevoegd procedures in te stellen om klachten van burgers over de politie te onderzoeken. Het klachtonderzoek zelf wordt verricht door senior politiebeambten onder toezicht van de commissie. In de
159 Artikel 126 en 141 van de Grondwet; zie ook algemeen ambtsbericht Sri Lanka april 2007, p 32.

160 Zie ook algemeen ambtsbericht Sri Lanka april 2007.
161 HRW, Recurring Nightmare- State responsibility for "Disappearances" and abductions in Sri Lanka., vol. 20, N° 2(c), maart 2008.

162 BBC, Sri Lankan rights activists quit, 15 oktober 2007; Reuters, Sri Lanka rights advisors quit panel in protest, 15 oktober 2007.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008

43
praktijk wordt de verantwoordelijkheid voor het bestraffen van politieagenten van lagere rang gedelegeerd aan de IGP. Deze bepaalt of klachten worden doorgeleid naar de Special Investigation Unit, die zorg draagt voor verdere afhandeling. 163 De commissie is volgens de wet onafhankelijk, doch vanwege de unilaterale benoeming van de IGP en de commissieleden door de president is er geen sprake meer van onafhankelijk toezicht op het politiële systeem (zie ook paragraaf 2.1.3). Voorts is het functioneren van de commissie niet effectief wegens gebrek aan financiële middelen, ontoereikende onderzoeksbevoegdheden en onvoldoende medewerking van de politie.164
In reactie op een toename van het aantal ontvoeringen in Colombo is in 2006 een speciale politie unit ingesteld, die incidenten met betrekking tot kidnapping, ontvoeringen en verdwijningen zou gaan onderzoeken. Zowel de NPC als deze speciale unit zijn er niet in geslaagd de vermisten te lokaliseren, noch de daders te identificeren. In oktober 2007 is een politie-informatiecentrum met betrekking tot ontvoeringen en verdwijningen geopend. Bij dit informatiecentrum kunnen burgers terecht met hun klachten. Deze maatregelen hebben evenwel voor zover bekend niet geleid tot een volwaardig onderzoek, aanhouding of veroordeling.165 Ad hoc commissies
Gedurende de verslagperiode zijn voorts enkele ad hoc commissies ingesteld door de regering. In juni 2007 is een bureau ingesteld dat belast werd met het verzamelen van informatie over ontvoeringen die plaats zouden vinden in Colombo en omstreken. Het bureau neemt burgerklachten in behandeling. Een speciaal door de president benoemde commissie, de Monitoring Committee on Abductions and Disappearances, heeft de opdracht toezicht te houden op de werkzaamheden van dit bureau. Er is geen inzicht in de werkzaamheden van deze commissie vanwege gebrek aan openbare informatie.166 In oktober 2007 werd door de regering een speciale commissie ingesteld die de opdracht kreeg ontvoeringen van kinderen en rekrutering van kindsoldaten ten behoeve van een gewapend conflict te onderzoeken (The Committee of Abduction
163 HRW, Recurring Nightmare- State responsibility for "Disappearances" and abductions in Sri Lanka., Volume 20, N° 2(c), maart 2008; Human Rights Council, Report of the Special Rapporteur on torture and other cruel, inhuman or degrading treatment or punishment, Manfred Nowak, Mission to Sri Lanka, A/HRC/7/3/Add.6, 26 februari 2008.
164 HRW, Recurring Nightmare- State responsibility for "Disappearances" and abductions in Sri Lanka., Volume 20, N° 2(c), maart 2008; International Crisis Group, Sri Lanka's Human Rights Crisis, Asia Report N° 135, 14 juni 2007.

165 HRW, Recurring Nightmare- State responsibility for "Disappearances" and abductions in Sri Lanka., Volume 20, N° 2(c), maart 2008; International Crisis Group, Sri Lanka's Human Rights Crisis, Asia Report N° 135, 14 juni 2007.

166 HRW, Recurring Nightmare- State responsibility for "Disappearances" and abductions in Sri Lanka., Volume 20, N° 2(c), maart 2008.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008

44
and Recruitment of Children for use in Armed Conflict). De benoeming van de commissie werd bekendgesteld aan de vooravond van het bezoek van de VN Hoge Commissaris voor Mensenrechten, Louise Arbour, aan Sri Lanka in oktober 2007. Over het functioneren van deze commissie is evenmin iets bekend.167 National Commission of Inquiry
Onder internationale druk als gevolg van de moord op zeventien medewerkers van de NGO Action contre la Faim in augustus 2006, stelde de president in november 2006 een National Commission of Inquiry (COI) in. De commissie kreeg een beperkt mandaat toegewezen om zestien specifieke mensenrechtenschendingen te onderzoeken, waaronder de moord op de minister van Buitenlandse Zaken in augustus 2005 en voornoemde executie van medewerkers van Action Contre la Faim. De commissie is ook gemandateerd op eigen initiatief andere ernstige mensenrechtenschendingen vanaf 1 augustus 2005 te onderzoeken. Naast identificatie van de daders, heeft de commissie de opdracht te achterhalen waarom het initiële onderzoek van de politie niets heeft opgeleverd. De commissie bestaat uit een voorzitter, zeven leden en een secretaris, allen rechtstreeks benoemd door de president.168
Het optreden van de COI is onderhevig aan veel kritiek. Dit heeft deels te maken met het beperkte mandaat van de COI. De COI heeft een adviserende rol en kan slechts aanbevelingen doen aan de regering. Een wettelijke verplichting om de aanbevelingen ten uitvoer te brengen ontbreekt echter. Er bestaat evenmin de verplichting de rapporten van de COI openbaar te maken. Daarnaast werkt de COI op basis van haar mandaat nauw samen met de openbare aanklager en de politie, hetgeen afbreuk doet aan de objectiviteit van de COI. Voorts is er een gebrek aan voortgang in de zestien onderzoeken.169 Als gevolg van de trage afhandeling, werd het mandaat van de commissie met een jaar verlengd per november 2007.170
167 HRW, Recurring Nightmare- State responsibility for "Disappearances" and abductions in Sri Lanka., Volume 20, N° 2(c), maart 2008; United Nations Security Council, Report of the Secretary-General on children and armed conflict in Sri Lanka, S/2007/758, 21 december 2007.

168 Voor meer informatie over de COI en haar mandaat zie www.pchrv.gov.lk, geraadpleegd op 6 maart 2008.

169 HRW, Recurring Nightmare- State responsibility for "Disappearances" and abductions in Sri Lanka., Volume 20, N° 2(c), maart 2008; International Crisis Group, Sri Lanka's Human Rights Crisis, Asia Report N° 135, 14 juni 2007; HRW, Sri Lanka, Return to War, Human Rights Under Siege, Volume 19. N°11 (c), augustus 2007.
170 International Independent Group of Eminent Persons (IIGEP), Public Statement, The members of the IIGEP submit their concluding Public Statement on the work of the Commission of Inquiry and find a lack of political will to support a search for the truth, 15 april 2008.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008

45
Het mandaat van de commissie is per 27 februari 2007 uitgebreid met een speciaal getuigenbeschermingsprogramma, de Victims and Witnesses Assistance and Protection Unit (VWAPU). De VWAPU blijft voor de fysieke bescherming van getuigen evenwel afhankelijk van de bestaande politie-eenheden, hetgeen de onafhankelijkheid niet ten goede komt en door de getuigen als onvoldoende vertrouwenwekkend kan worden gezien. Daarnaast heeft de VWAPU geen wettelijke grondslag voor getuigenbescherming totdat nationale wetgeving op dit gebied wordt ingevoerd. 171 Het wetsvoorstel dienaangaande (de zogenaamde Draft Bill for the Assistance and Protection of Victims of Crime and Witnesses) is op 6 juni 2008 ter behandeling voorgelegd aan het parlement. De huidige tekst van het wetsvoorstel is onderhevig aan kritiek van mensenrechtenorganisaties.172 Behalve vanwege de wijze van totstandkoming werd het wetsvoorstel vooral bekritiseerd omdat het zou leiden tot een ineffectief getuigenbeschermingsprogramma. Het wetsvoorstel zou zich bijvoorbeeld voornamelijk richten op het slachtoffer en weinig aandacht besteden aan getuigenbeschermingsvraagstukken. Het wetsvoorstel zou verder niet voorzien in een onafhankelijke en onpartijdige beschermingsunit en de verantwoordelijkheden tussen verschillende units (het Protection Division of the Sri Lanka Police Department en de National Authority for the Protection of Victims of Crime and Witnesses) zouden niet duidelijk zijn omschreven. Implementatie van het 17e amendement op de grondwet ter bevordering van de politieke onafhankelijkheid en de instelling van een onafhankelijke National Police Commission worden als belangrijkste voorwaarden aangemerkt voor een effectieve wet.173 Tot op heden heeft de COI vier van de zestien gevallen in behandeling genomen. Twee zaken bevinden zich in de publieke verhoorfase. Deze zaken betreffen de executie van de zeventien medewerkers van Action Contre la Faim en de moord op 5 studenten in Trincomalee op of rond 2 januari 2006. De andere twee zaken bevinden zich nog in de onderzoeksfase, te weten de moord op tien moslims in Pottuvil op 17 september 2006 en de luchtaanval in Sencholai in augustus 2006, waarbij 51 kinderen zijn omgekomen.
Het onderzoek naar deze zaken verloopt niet gemakkelijk en neemt veel tijd in beslag. Getuigen zijn onderhevig aan intimidatie. Bij afwezigheid van een effectief getuigenbeschermingsprogramma willen getuigen geen verklaring afleggen. Gedurende de onderzoeken zijn er 31 personen (getuigen, nabestaanden en familie) naar het buitenland gevlucht vanwege de bedreigingen, waarvan vijf
171 Zie www.pchrv.gov.lk, geraadpleegd op 6 maart 2008.
172 CPA, Need for a Substantial Revision of the Victim and Witness protection Bill, 28 september 2007 en 17 juni 2008; Law& Society Trust, Objections to the Assistance and Protection to Victims of Crime and Witnesses Bill, 17 juni 2008.
173 CPA, Need for a Substantial Revision of the Victim and Witness protection Bill, 28 september 2007 en 17 juni 2008.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008

46
getuigen en twee overlevenden van de Trincomalee zaak. Slachtoffers hebben bovendien geen rechtsbijstand. De COI biedt slachtoffers geen pro-Deoadvocaat aan. Daarnaast is het initiële opsporingsonderzoek door de politie in deze zaken niet correct uitgevoerd, waardoor essentieel bewijsmateriaal ontbreekt. Dit beïnvloedt een eerlijk onderzoek door de COI nadelig. International Independent Group of Eminent Persons (IIGEP) Direct na de oprichting van de COI heeft de president eveneens een International Independent Group of Eminent Persons (IIGEP) aangesteld in reactie op de kritiek van de internationale gemeenschap dat de regering te weinig zou ondernemen om mensenrechtenschendingen te onderzoeken, te bestraffen en te voorkomen. De IIGEP had het mandaat toe te zien op de werkzaamheden van de COI, waarbij werd getoetst op naleving van internationale richtlijnen en transparantie van de verrichte onderzoeken. De supervisie van de IIGEP zou voldoende waarborgen moeten bieden voor een onafhankelijk onderzoek in Sri Lanka.174 Gedurende de verslagperiode heeft de IIGEP verscheidene keren haar zorgen geuit over het disfunctioneren van de COI en de politieke onwil van de regering hier verandering in te brengen.175 Dat laatste heeft er uiteindelijk in geresulteerd dat de IIGEP heeft besloten haar werkzaamheden per eind april 2008 te beëindigen.
Aan het besluit van de IIGEP haar missie te beëindigen, lagen verschillende redenen ten grondslag.176 De belangrijkste reden betrof de invloedrijke rol van de openbare aanklager op het verloop van de onderzoeken. De openbare aanklager heeft een leidende rol in de getuigenverhoren en treedt op als adviseur van de COI. Daarnaast vertegenwoordigt de openbare aanklager vanuit zijn functie de belangen van de overheid, inclusief de politie en krijgsmachtonderdelen, hetgeen leidt tot belangenverstrengeling. Nu de openbare aanklager bovendien rechtstreeks is benoemd door de president zonder tussenkomst van de Constitutional Council, wordt de onafhankelijkheid van de COI in twijfel getrokken. Ook benadrukte IIGEP dat de afwezigheid van een getuigenbeschermingsprogramma negatieve gevolgen had op het verloop en de uitkomst van de onderzoeken. Een ander kritiekpunt vond IIGEP het gebrek aan transparantie en voortgang in onderzoeken. De verhoren vonden grotendeels achter gesloten deuren
174 Zie algemeen ambtsbericht Sri Lanka april 2007.
175 IIGEP, Public Statements 11 juni 2007, 15 juni 2007, 19 september 2007 en 19 december 2007; Daily Mirror, IIGEP hits out at Government again, 19 december 2007.
176 IIGEP, Public Statement, The members of the IIGEP submit their concluding Public Statement on the work of the Commission of Inquiry and find a lack of political will to support a search for the truth, 15 april 2008; HRW, Recurring Nightmare- State responsibility for "Disappearances" and abductions in Sri Lanka., Volume 20, N°2(c), maart 2008; International Crisis Group, Sri Lanka's Human Rights Crisis, Asia Report N° 135, 14 juni 2007.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008

47
plaats. Slechts twee van de zestien zaken die de COI dient te onderzoeken, bereikten gedurende de verslagperiode het stadium van openbaar onderzoek c.q. publieke hoorzittingen. Tevens signaleerde IIGEP een chronisch gebrek aan medewerking van overheidsinstellingen om de benodigde documentatie en informatie ten behoeve van de onderzoeken te verschaffen. Als reden voor de weigering werd door de betreffende autoriteiten de nationale veiligheid aangevoerd. Ook zou de COI geen financiële onafhankelijkheid bezitten. Zowel de COI als de openbare aanklager hebben de bezwaren van de IIGEP publiekelijk van de hand gewezen.177
Vertrek Sri Lanka Monitoring Mission (SLMM)
Met de formele beëindiging van het staakt-het-vurenakkoord op 16 januari 2008 is automatisch het mandaat van de SLMM ingetrokken. De SLMM hield toezicht op de naleving van het akkoord. Met het vertrek van deze internationale waarnemers is het enige onafhankelijke toezichtsorgaan, dat zowel toegang had tot regeringsgebied, als het gebied dat onder controle staat van de LTTE, uit Sri Lanka vertrokken.178 Tot januari 2008 heeft de SLMM haar monitorfunctie weten te handhaven ondanks de geweldescalatie vanaf eind 2007. De toename in geweldsincidenten en het aantal schendingen van het CFA door beide partijen noodzaakte de SLMM zich in haar weekrapportages te beperken tot de ernstige incidenten. Ook had de SLMM vanwege veiligheidsrisico's beperkte toegang tot bepaalde gebieden en werden de toezichtswerkzaamheden belemmerd. In juli 2007 was de SLMM hierdoor reeds gestopt met het bijhouden en publiceren van het exacte aantal schendingen door beide partijen.179 De meeste klachten die de SLMM gedurende de verslagperiode tot aan het einde van de missie heeft ontvangen, betroffen moord (inclusief politieke moorden en buitengerechtelijke executies), arrestatie en detentie, mishandeling, verdwijning, ontvoering en rekrutering van kindsoldaten.180
VN
Zowel nationale als internationale mensenrechtenorganisatie hebben gedurende de verslagperiode bij de regering gepleit voor oprichting van een onafhankelijk
177 US State Department, Country report on human rights practices 2007- Sri Lanka, 11 maart 2008; Attorney-General's Chambers, Response of the Attorney general of Sri Lanka to the 6th Public Statement of the IIGEP, 8 april 2008; Presidential Commission of Inquiry to Investigate and Inquire into Alleged Serious Violations of Human Rights, Response of the Commission of Inquiry to the Public Statement No. 06 of the IIGEP, 7 april 2008.
178 IRIN, Sri Lanka: Bombs and bullets greet end of ceasfire,18 januari 2008; International Herald Tribune, Rebel attack kills 26 in Sri Lanka, 16 januari 2008.
179 US State Department, Country report on human rights practices 2007- Sri Lanka, 11 maart 2008; HRW, World Report 2008, Country Summary-Sri Lanka, 31 januari 2008.
180 Sri Lanka Monitoring Mission (SLMM), Weekly Situation report 5-11 november 2007 en 22- 28 oktober 2007.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008

48
toezichtsorgaan onder auspiciën van de Hoge Commissaris van de VN voor de mensenrechten (OHCHR). De Hoge Commissaris zelf heeft zowel tijdens haar bezoek aan Sri Lanka in oktober 2007, als daarna haar bereidheid tot opening van een lokaal kantoor getoond. Een onafhankelijk toezichtsorgaan zou de specifieke taak krijgen klachten van mensenrechtenschendingen in ontvangst te nemen en onafhankelijk onderzoek te verrichten. Met het vertrek van de SLMM uit Sri Lanka is de behoefte aan onafhankelijk toezicht op de mensenrechtensituatie nog groter worden. De regering weigert hier evenwel gehoor aan te geven, waarbij wordt verwezen naar de eigen bestaande toezichtmechanismen als de HRC en de COI.181
Gedurende de verslagperiode zijn verschillende VN-rapporten over Sri Lanka verschenen. In augustus 2007 bracht John Holmes, de Noodhulp Coördinator en onder secretaris-generaal voor Humanitaire Zaken van de VN, een bezoek aan Sri Lanka. In oktober 2007 bracht Louise Arbour, Hoge Commissaris van de VN voor Mensenrechten, een bezoek aan Sri Lanka. Beiden kregen van de regering geen toegang tot het LTTE-gebied vanwege veiligheidsredenen. In februari 2008 bracht Manfred Nowak, Speciaal Adviseur van de VN inzake foltering en overige wrede, inhumane of onterende behandeling of bestraffing, een rapport uit over zijn bezoek aan Sri Lanka van 1 tot 8 oktober 2007.182 Ook hij kreeg van de regering geen toegang tot LTTE gebied, omdat de LTTE zijn bezoek zou gebruiken voor propagandadoeleinden. Van 13 tot 21 december 2007 bracht Walter Kälin, de vertegenwoordiger van de secretaris-generaal van de VN inzake de mensenrechten van binnenlands ontheemden, een bezoek aan Sri Lanka. De secretaris-generaal van de VN bracht in december 2007 een rapport uit over de rekrutering van kindsoldaten in Sri Lanka.183
Verschillende VN organisaties zijn actief in Sri Lanka op het gebied van mensenrechten en humanitaire hulpverlening, onder andere UNHCR, UNICEF en OCHA (Office for the Coordination of Humanitarian Affairs). Verhoogde internationale druk
Gedurende de verslagperiode stond Sri Lanka als gevolg van de verslechterde mensenrechtensituatie onder verscherpte aandacht van de internationale gemeenschap en de Europese Unie (EU).

181 Watchlist on children and armed conflict, No Safety No Escape: Children and the Escalating Armed Conflict in Sri Lanka, april 2008.

182 Human Rights Council, Report of the Special Rapporteur on torture and other cruel, inhuman or degrading treatment or punishment, Manfred Nowak, Mission to Sri Lanka, A/HRC/7/3/Add.6, 26 februari 2008.

183 United Nations Security Council, Report of the Secretary-General on children and armed conflict in Sri Lanka, S/2007/758, 21 december 2007. Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008

49
Zo hebben de Verenigde Staten in reactie op de verslechterde situatie in december 2007 de militaire hulp aan Sri Lanka aan voorwaarden verbonden. De wapenverkoop, het verlenen van exportvergunningen en het aanbieden van trainingen aan Sri Lanka werd afhankelijk gesteld van de mate van eerbiediging van de mensenrechten door de regering van Sri Lanka.184 In mei 2007 had het Verenigd Koninkrijk al een bedrag van circa drie miljoen US Dollar aan financiële ondersteuning ingetrokken uit zorg over de verslechterde mensenrechtensituatie in Sri Lanka en de stijgende defensie-uitgaven.185
Van 17 tot 18 maart 2008 heeft een EU Troika-missie plaatsgevonden naar Sri Lanka. Tijdens dit bezoek stonden met name de verslechterde mensenrechtensituatie, de humanitaire situatie en het militaire offensief tegen de LTTE centraal. De EU-missie gaf tevens te kennen dat de toename van de mensenrechtenschendingen gevolgen kan hebben voor de eventuele verlenging van de General Scheme of Preferences plus (GSP+) status van Sri Lanka.186 Het GSP+ 187 van Sri Lanka staat hoog op de agenda van de EU gezien de huidige verslechterde mensenrechtensituatie in Sri Lanka. De huidige GSP+ status van Sri Lanka blijft van kracht tot 31 december 2008. Indien Sri Lanka in aanmerking wil komen voor verlenging moet het in oktober 2008 een aanvraag indienen voor een nieuwe termijn. De toekenning van GSP+ is echter afhankelijk van voorwaarden ten aanzien van de mate van implementatie van 27 internationale verdragen. Het GSP+ wordt daarom door nationale en internationale mensenrechtenorganisaties als effectief instrument gezien waarmee politieke druk op de Sri Lankaanse regering kan worden uitgeoefend om de mensenrechtensituatie te verbeteren. Het eventuele intrekken van de GSP+ preferenties zou grote impact kunnen hebben op de economie in Sri Lanka. Sri Lanka probeert alles in het werk te stellen om de GSP+ status te behouden.
In mei 2008 vonden de verkiezingen plaats voor de VN Mensenrechtenraad. Sri Lanka is sinds 2006 lid. Mogelijk mede als gevolg van een intensieve campagne
184 Federal Regulation 73 FR 15409, Amendment to ITAR §126.1, 24 maart 2008 via www.pmddtc.state.gov; International Crisis Group, Sri Lanka's Return to War: Limiting the Damage- Asia Report N° 146, 20 februari 2008; Centre for Policy Alternatives, Monitoring factors affecting the Sri Lankan peace process, cluster report november 2007- januari 2008.
185 HRW, World Report 2008, Country Summary-Sri Lanka, 31 januari 2008.
186 BBC, EU attacks Sri Lanka over rights, 18 maart 2008; Reuters, EU warns Sri Lanka trade depends on rights record, 19 maart 2008; Global Insight, Sri Lanka-European Union: EU Threatens to Withhold Sri Lankan Trade Concessions Amid Deteriorating Human Rights Situation, 19 maart 2008.

187 De EU kent bepaalde landen die handelen in overeenstemming met de internationale maatstaven en standaarden op het gebied van arbeid, milieu en goed bestuur, een bevoorrechte positie toe in de handelsbetrekkingen door middel van toekenning van een GSP+ status.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008

50
van internationale en nationale mensenrechtenorganisaties tegen de kandidatuur van Sri Lanka is Sri Lanka niet herkozen.188
In mei 2008 kwam Sri Lanka ook aan bod in de Universal Periodic Review (UPR) van de VN Mensenrechtenraad.189 De regering heeft in het kader van de UPR beloofd uitvoering te geven aan het 17e amendement en prioriteit te geven aan de correcte benoeming van een Constitutional Council. Sri Lanka is echter niet akkoord gegaan met de instelling van een onafhankelijk internationaal toezichtmechanisme, al dan niet via een versterkte aanwezigheid van OHCHR, in het land. Dit verzoek werd resoluut van de hand gewezen. Van 17-21 juni 2008 brachten de mensenrechtenambassadeurs van Nederland, Spanje en Zweden een werkbezoek aan Sri Lanka. Het bezoek stond in het teken van de verslechterde mensenrechtensituatie in Sri Lanka. Niet-gouvernementele organisaties
Er is in Sri Lanka een aantal lokale en internationale niet-gouvernementele organisaties (NGO's) actief op het terrein van mensenrechten en humanitaire hulpverlening. Als gevolg van het opgelaaide conflict gedurende de verslagperiode werden humanitaire organisaties in toenemende mate belemmerd bij de uitvoering van hun werkzaamheden. De regering beperkte bovendien de toegang van humanitaire organisaties tot bepaalde gebieden, waaronder Jaffna, LTTE gebied en het Oosten. Overigens ondervonden internationale organisaties als de VN en ICRC ook in toenemende mate hinder bij de uitvoering van hun werkzaamheden in deze gebieden.
Gedurende de verslagperiode werden NGO's blootgesteld aan intimidatie door zowel de regering als de LTTE. In gebieden die onder controle staan van de LTTE werden internationale NGO's onder druk gezet om alleen met lokale NGO's samen te werken. Van een aantal NGO's werden de kantoren geplunderd. Er vond ook rekrutering plaats van de lokale staf van de humanitaire organisaties door de LTTE. In veel gevallen werden lokale medewerkers door de LTTE gedwongen lid te worden, geld te doneren of werkzaamheden te verrichten voor de LTTE.190 Ook werden lokale medewerkers in het Noorden en Oosten blootgesteld aan intimidaties, bedreigingen, verdwijningen, arrestaties, detenties en moord. In juni 2007 zijn twee medewerkers van het Sri Lankaanse Rode Kruis vermoord in
188 BBC, Sri Lanka rights body bid opposed, 20 mei 2007; BBC, Sri Lanka loses rights body bid, 21 mei 2008.

189 In april 2008 is in Genève de UPR in werking getreden. Dit is een nieuw instrument waarmee de VN Mensenrechtenraad alle 192 lidstaten van de VN doorlicht op binnenlandse naleving van de rechten van de mens.

190 United Nations Security Council, Report of the Secretary-General on children and armed conflict in Sri Lanka, S/2007/758, 21 december 2007. Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008

51
Colombo. De medewerkers, die van Tamil afkomst waren, werden ontvoerd en later doodgeschoten teruggevonden.191 In juli 2007 is in Jaffna een lokale medewerker van de Danish Refugee Council vermoord.192 De toegenomen politisering van humanitaire hulpverlening, negatieve berichtgeving in de media en beschuldigingen van overheidsfunctionarissen aan het adres van de VN, NGO's en humanitaire hulpverleners droegen verder bij aan de verslechtering van de werkomstandigheden.193 Humanitaire hulpverlening in gebieden die onder LTTE controle staan, werd in toenemende mate door de regering aangemerkt als ondersteuning van de LTTE.194 Een aantal organisaties (Unicef, Save the Children) werd ervan verdacht samen te werken met de LTTE. Hulporganisaties werden gedurende de verslagperiode steeds meer operationele en administratieve restricties opgelegd door de regering. Het verkrijgen van werkvergunningen en visa voor buitenlandse medewerkers werd steeds lastiger en tijdrovender.195 Vanwege de striktere veiligheidsmaatregelen, werd ook veel hinder ondervonden bij het vervoer van hulpgoederen. Conform een defensierichtlijn van april 2007, werden alle voertuigen voor transport van regeringsgebied naar LTTE gebied onderworpen aan een grondige veiligheidscontrole, waarbij alle goederen werden gelost voor inspectie om vervolgens te worden overgeplaatst in een ander voertuig, hetgeen de nodige vertraging in de levering tot gevolg had.196
Als gevolg van de toegenomen militaire activiteiten en het naderen van het regeringsleger in LTTE gebied, zijn de (I)NGO's in LTTE gebied steeds verder onder druk komen te staan bij het uitvoeren van hulpverleningsactiviteiten. (I)NGO's werden geregeld door de LTTE onder druk gezet om goederen en voertuigen af te staan en vervolgens door de regering van LTTE-sympathie
191 Sri Lanka Monitoring Mission (SLMM), Weekly Situation report 10-16 december 2007; BBC, Sri Lankan Red Cross staff killed, 3 juni 2007.
192 Norwegian Refugee Council, Internal Displacement Monitoring Centre, Civilians in the Way of Conflict: displaced people in Sri Lanka, 26 september 2007; IRIN, Sri Lanka: UN urges investigations of deaths and more security for aid workers, 7 augustus 2007.
193 United Nations Security Council, Report of the Secretary-General on children and armed conflict in Sri Lanka, S/2007/758, 21 december 2007; IRIN, Sri Lanka: "Groundless" allegations could threaten aid work- UN official, 28 november 2007.
194 International Crisis Group, Sri Lanka's Return to War: Limiting the Damage- Asia Report N° 146, 20 februari 2008.

195 US State Department, Country report on human rights practices 2007- Sri Lanka, 11 maart 2008; Centre for Policy Alternatives, Monitoring factors affecting the Sri Lankan peace process, cluster report november 2007- januari 2008; Law & Society Trust, Under Fire: Persons in Humanitarian Service, 7 maart 2008.

196 United Nations Security Council, Report of the Secretary-General on children and armed conflict in Sri Lanka, S/2007/758, 21 december 2007; Watchlist on children and armed conflict, No Safety No Escape: Children and the Escalating Armed Conflict in Sri Lanka, april 2008.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008

52
beschuldigd. Vanwege de aankondiging van de regering van een grootschalig offensief in het district Kilinochchi in LTTE gebied, werden de VN en INGO's (inclusief hun lokale medewerkers die niet afkomstig zijn uit LTTE gebied) begin september 2008 door de regering gemaand het LTTE gebied tot nader order te verlaten. De regering zou de veiligheid van de buitenlandse hulpverleners niet langer kunnen garanderen. De VN en de INGO's hebben hierop het besluit genomen op 16 september 2008 het LTTE gebied te verlaten. Een groot gedeelte van de materialen is tezamen met de lokale medewerkers, die van de LTTE geen toestemming kregen het gebied te verlaten, achter gebleven. Het is de ICRC door de regering toegestaan in LTTE gebied te blijven vanwege hun rol als neutraal intermediair tussen beide partijen in het conflict.197 In augustus 2007 bracht UN Emergency Relief Coordinator en Under-Secretary- General for Humanitarian Affairs John Holmes een bezoek aan Sri Lanka. Hij onderstreepte de noodzaak tot het versoepelen van de restrictieve maatregelen die diverse hulporganisaties waren opgelegd en karakteriseerde Sri Lanka als een van de gevaarlijkste landen ter wereld voor humanitaire hulpverleners. De regering noemde Holmes naar aanleiding van deze opmerking een terrorist en beschuldigde hem te zijn omgekocht door de LTTE.198
Tussen januari 2006 en december 2007 hebben zich in totaal 67 moorden of verdwijningen van humanitaire hulpverleners voorgedaan (in 2006: 43 en in 2007: 24).199 Mannelijke humanitaire hulpverleners van Tamil afkomst tussen de 21 en 40 jaar vormen de meest kwetsbare groep. Meer dan een derde van de omgekomen humanitaire hulpverleners is vermoord in Jaffna. De overige gevallen deden zich voor in het Noorden en Oosten, behalve een geval, dat zich voordeed in Colombo. Voor zover bekend is er niemand vervolgd of veroordeeld voor de moorden en verdwijningen. De redenen voor de moorden en verdwijningen van humanitaire hulpverleners zijn niet bekend. Het is niet duidelijk vast te stellen of de incidenten het resultaat zijn van de betrokkenheid van de persoon met een bepaalde organisatie of project, dan wel de aard van de werkzaamheden. 3.3 Naleving en schendingen
3.3.1 Vrijheid van meningsuiting
De wet voorziet in de vrijheid van meningsuiting en persvrijheid. De noodregelgeving geeft de regering echter de bevoegdheid om de publicatie,
197 BBC, Sri Lanka bars foreign aid staff, 8 september 2008; BBC, UN to leave Sri Lanka rebel area, 15 september 2008; BBC, Aid groups begin S Lanka retreat, 16 september 2008; Reuters, Sri Lanka says aid workers to return to north soon, 16 september 2008.
198 Reuters, Top Sri Lanka official calls U.N. aid chief "terrorist", 15 augustus 2008.
199 Law & Society Trust, Under Fire: Persons in Humanitarian Service, 7 maart 2008. Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008

53
distributie, weergave, vertoning of uitzending van elk boek, tijdschrift, krant, poster, film, toneelstuk, lied, radio- of televisieprogramma waarvan zij vermoedt dat het de openbare orde zal verstoren, tegen te houden. De vrijheid van meningsuiting en persvrijheid werden gedurende de verslagperiode ernstig beperkt. De situatie verergerde toen de regering het staakthet- vurenakkoord eenzijdig verbrak op 2 januari 2008. Personen die kritische uitlatingen doen over de veiligheidstroepen van de regering, de politiek en mensenrechtenschendingen aan de kaak stellen, riskeren intimidatie, bedreiging, mishandeling, ontvoering en de dood. Op basis van de noodregelgeving zijn meerdere journalisten opgepakt en gedetineerd. Ook waren zij geregeld slachtoffer van bedreiging, mishandeling, ontvoering en moord. 200 Sinds 2006 zijn voor zover bekend ten minste elf journalisten vermoord.201
De Internationale Federatie van Journalisten (IFJ) noemt Sri Lanka in haar jaarrapport over 2007 een van de meest gevaarlijke landen ter wereld voor de journalistiek.202 Bij de International News Safety Institute (INSI) staat Sri Lanka op de 14e plaats van de 70 landen waar journalisten sinds 1996 zijn vermoord bij de uitoefening van hun werkzaamheden. De Committee to Protect Journalists (CPJ) heeft Sri Lanka 5e geplaatst in een straffeloosheidindex (Impunity Index) van het aantal onopgeloste moorden op journalisten tussen 1998 en 2007. 203 Met name de Tamil journalisten die werkzaam zijn in het Noorden en Oosten waren het slachtoffer, alhoewel zich in Colombo en het Zuiden ook in toenemende mate incidenten voordeden. Zij moeten werken onder grote druk van zowel de regeringstroepen, als de LTTE. De meeste Tamil kranten worden geassocieerd met de LTTE en dat maakt de journalisten die hiervoor werken kwetsbaar. Ook Tamil
200 Amnesty International, Silencing Dissent, februari 2008; US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart 2008; Watchlist on children and armed conflict, No Safety No Escape: Children and the Escalating Armed Conflict in Sri Lanka, april 2008; Minority Rights Group International, One year on: counter-terrorism sparks human rights for Sri Lanka's minorities, december 2007; BBC, Police 'assault' journalists, 24 februari 2008; Reporters Without Borders Press Release, TV reporter hacked to death in Jaffna, 29 mei 2008; BBC, Journalists in Sri Lanka kidnapped, 23 mei 2008; International Federation of Journalists, Attacks Continue On Journalists In Sri Lanka, 21 januari 2008; International Federation of Journalists, Concerns mount for Safety of Journalists in Sri Lanka, 14 januari 2008; BBC, Sri Lanka journalists demand protection, 4 juli 2008; BBC, Sri Lankan journalists detained, 12 maart 2008.
201 Amnesty International, Appeal for action: Call for the protection of Sri Lankan media workers, 7 februari 2008; BBC, TV journalist killed in Sri Lanka, 28 mei 2008.
202 International Federation of Journalists, Worsening Conflict Puts All Journalists in Sri Lanka At Risk, 10 januari 2008.

203 Reuters, Sri Lanka puts reporters' lives at risk-media body, 6 juni 2008; Joint Action: Twenty-nine IFEX members alert UN secretary-general to Statement by government and military that "put journalists in grave danger", 20 juni 2008. Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008

54
journalisten die voor engelstalige of onafhankelijke kranten werken zijn kwetsbaar. In Jaffna hebben meerdere journalisten vanwege veiligheidsredenen hun werkzaamheden moeten neerleggen of tijdelijk het land moeten verlaten vanwege bedreigingen.204 Ook kritische Singalese journalisten waren in toenemende mate slachtoffer van intimidatie en bedreiging. De Singalese media stonden onder grote druk van de regering.205
Lokale, plaatselijke journalisten passen in toenemende mate zelfcensuur toe. Het ministerie van Defensie heeft een steeds grotere greep op de media en andere bronnen van informatie door het afdwingen van zelfcensuur. De veiligheidstroepen van de regering bemoeien zich rechtstreeks met de verslaglegging.206 Gedurende de verslagperiode deden zich geregeld verbale aanvallen van verschillende ministers, de secretaris-generaal van Defensie en de commandant der strijdkrachten tegen de media voor, die de veiligheid van journalisten op het spel zetten.207 De media en journalisten werden 'rabiaat' genoemd of werden openlijk beledigd en bedreigd of beschuldigd van verraad en onpatriottistisch gedrag. Ook werden ze bestempeld als verraders en terroristen die samenwerken met de LTTE. Op de website van het ministerie van Defensie werden in juni 2008 verslaggevers, die zich kritisch hadden uitgelaten over het militaire offensief tegen de LTTE, aangemerkt als vijanden van de staat.208 Ook internationale journalisten worden bedreigd en passen een mate van zelfcensuur toe. De regering laat via censuur haar invloed op de staatsmedia gelden. In oktober 2007 heeft de regering getracht op basis van de noodregelgeving censuur in te voeren op mediarapporten die militaire activiteiten van het leger beschrijven. Vrij snel na de bekendmaking van het verbod op
204 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart 2008.

205 Statement of the international Press Freedom and Freedom of Expression Mission to Sri Lanka, Follow-up mission 17to 23 June 2007, 22 juni 2007; BBC, 'Rising threarts' to S Lanka media, 7 februari 2008; Amnesty International, Silencing Dissent, februari 2008; Reporters Without Borders Press Release, TV reporter hacked to death in Jaffna, 29 mei 2008; Human Rights Watch, Sri Lanka, Return to War, Human Rights Under Siege, Volume 19. N° 11 (c), augustus 2007.

206 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart 2008; Reporters Without Borders, Sri Lanka-Annual report 2008, 12 februari 2008.
207 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart 2008; Statement of the international Press Freedom and Freedom of Expression Mission to Sri Lanka, Follow-up mission 17 to 23 June 2007, 22 juni 2007; US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart 2008; Reporters Without Borders, Sri Lanka-Annual report 2008, 12 februari 2008.
208 Reuters, Sri Lanka puts reporters' lives at risk-media body, 6 juni 2008; International Federation of Journalists, Worsening Conflict Puts All Journalists in Sri Lanka At Risk, 10 januari 2008; Joint Action: Twenty-nine IFEX members alert UN secretary-general to Statement by government and military that "put journalists in grave danger", 20 juni 2008. Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008

55
verslaglegging van militaire activiteiten werd het echter weer ingetrokken.209 Ook zouden fotografen en journalisten vanaf april 2008 niet meer door de regering worden toegelaten in ziekenhuizen en uitvaartcentra.210 Deze beperkingen en de toegangsrestricties tot de frontlinies door de regering en de LTTE, maken onafhankelijke berichtgeving over militaire activiteiten, het aantal doden en slachtoffers en het lot van de burgers onmogelijk.211 Voor zover bekend zijn de daders van bedreiging, mishandeling, ontvoering en moord van journalisten (regeringstroepen en paramilitaire groeperingen als de TMVP en de EPDP) niet vervolgd of veroordeeld.212
De LTTE staat in de gebieden die onder haar controle staan, geen onafhankelijke lokale media toe, houdt nauw toezicht op het werk van de journalisten en legt deze restricties op. Er worden nog steeds beperkingen opgelegd aan zowel de geschreven pers als aan de radio en televisie. De instructies van de LTTE over de wijze van verslaglegging zouden niet gemakkelijk te negeren zijn.213 Anti-LTTE sentimenten worden de kop ingedrukt en alle personen die kritisch zijn ten aanzien van de LTTE lopen het gevaar ontvoerd of vermoord te worden. Voor journalisten buiten LTTE gebied is het onmogelijk toegang te krijgen tot de gebieden die onder controle van de LTTE staan. Het is niet bekend of er extra reisbeperkingen van toepassing zijn op journalisten binnen LTTE gebied.214 Mensenrechtenactivisten en dissidente politici
Gedurende de verslagperiode waren mensenrechtenverdedigers, vredesactivisten en dissidente politici in toenemende slachtoffer van intimidatie en bedreiging. De regering tracht kritische geluiden ten aanzien van de mensenrechten en het conflict
209 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart 2008; Reuters, Sri Lanka bans news on military plans, deployments, 31 oktober 2007; BBC, Sri Lanka drops war censorship, 31 oktober 2007.

210 Global Insight, Sri Lankan Government Tightens Media Clampdown amid Reports of Record Casualties in Rebel Fighting, 25 april 2008; ANP, Veel doden door aanslag op bus in Sri Lanka, 25 april 2008.

211 Statement of the international Press Freedom and Freedom of Expression Mission to Sri Lanka, Follow-up mission 17 to 23 June 2007, 22 juni 2007.
212 Reporters without Borders, Fact-finding report by the International Press Freedom Mission to Sri Lanka, "Jaffna's media in the grip of terror", 24 augustus 2007; US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart 2008; Statement of the international Press Freedom and Freedom of Expression Mission to Sri Lanka, Follow-up mission 17to 23 June 2007, 22 juni 2007; Reporters Without Borders, Sri Lanka-Annual report 2008, 12 februari 2008.

213 Reporters without Borders, Fact-finding report by the International Press Freedom Mission to Sri Lanka, "Jaffna's media in the grip of terror", 24 augustus 2007.
214 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart 2008; Reporters without Borders, Fact-finding report by the International Press Freedom Mission to Sri Lanka, "Jaffna's media in the grip of terror", 24 augustus 2007; Reporters Without Borders, Sri Lanka-Annual report 2008, 12 februari 2008. Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008

56
de kop in te drukken.215 Vreedzame critici werden (openlijk) aangemerkt als verraders, sympathisanten van terroristen of aanhangers van de LTTE en riskeren intimidatie, bedreiging en de dood.216 In januari 2008 werd bijvoorbeeld een Tamil parlementslid, T. Maheswaran, doodgeschoten in een Hindoe tempel. Maheswaran was kritisch ten opzichte van het regeringsbeleid jegens de Tamil minderheid.217 In mei 2008 werd een adviseur van minister Douglas Devananda, Ms Maheswari Velayudhan, doodgeschoten. Zij was advocaat van beroep en zette zich voordat zij adviseur werd in voor de bescherming van de mensenrechten van de Tamil gemeenschap.218
Veiligheidsdiensten zijn bevoegd om ook personen, die werkzaam zijn in het maatschappelijk middenveld of betrokken zijn bij (vreedzame) activiteiten, te arresteren op basis van de noodregelgeving. In de South Asia Centre for Human Rights Index 2008 telt Sri Lanka het hoogste aantal mensenrechtenschendingen jegens mensenrechtenactivisten. De index vermeldt dat in geen ander land in Zuid Azië zoveel mensenrechtenactivisten om het leven zijn gebracht als in Sri Lanka.219 (zie ook paragraaf 3.2)
3.3.2 Vrijheid van vereniging en vergadering
De wet voorziet in vrijheid van vereniging en vergadering. Deze vrijheden werden echter beperkt door de invoering van de noodregelgeving, waaronder de president de bevoegdheid heeft gekregen vergaderingen, bijeenkomsten, demonstraties en optochten te verbieden. Daarnaast kan op basis van de Prevention and Prohibition of Terrorism and Specified Terrorist Activities, No. 7 uit 2006 een organisatie of vereniging die zich bijvoorbeeld inzet voor de vrede of mensenrechten, worden geassocieerd met terrorisme, indien bij de activiteiten contact bestaat met de
215 Zo werd onder meer door de regering de beveiliging grotendeels ingetrokken van een parlementariër van Tamil afkomst (tevens voorzitter Civil Monitoring Commission), Mano Ganesan, die een campagne leidt tegen verdwijningen en ontvoeringen. Hij heeft om veiligheidsredenen enige tijd in het buitenland moeten verblijven; BBCSinhala, Tamil MP's security removed, 18 december 2007; BBC, A grim future foretold for Sri Lanka, 8 januari 2008.

216 Human Rights Watch, World Report 2008, Country Summary- Sri Lanka, 31 januari 2008; Watchlist on children and armed conflict, No Safety No Escape: Children and the Escalating Armed Conflict in Sri Lanka, april 2008; Minority Rights Group International, One year on: counter-terrorism sparks human rights for Sri Lanka's minorities, december 2007; International Crisis Group, Sri Lanka's Human Rights Crisis, Asia Report N° 135, 14 juni 2007.

217 BBC, Leading Sri Lanka Tamil MP killed, 1 januari 2008.
218 BBC Sinhala, Government advisor shot dead, 13 mei 2008.
219 Asian Centre for Human Rights, South Asia Human Rights Index 2008, 1 augustus 2008; Asian Centre for Human Rights, Sri Lanka No. 1 Human Rights Violator in South Asia, 1 augustus 2008.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008

57
LTTE.220 Gedurende de verslagperiode heeft de regering geregeld individuen gearresteerd en gedetineerd voor verhoor als gevolg van hun lidmaatschap van een vereniging of club.221
De LTTE staat geen vrijheid van vereniging toe in de gebieden die onder haar controle staan en dwingt de lokale bevolking aanwezig te zijn op bijeenkomsten.222 Demonstraties
Het is in Sri Lanka volgens de wet toegestaan om demonstraties te houden. Voorafgaande aan demonstraties moet toestemming worden gevraagd.223 Gedurende de verslagperiode werden demonstraties over het algemeen toegestaan, inclusief demonstraties die werden georganiseerd door oppositiepartijen en minderheidsgroepen. Kritische uitlatingen worden wel steeds minder getolereerd. Sommige demonstraties werden met behulp van geweld vroegtijdig onderbroken door regeringstroepen, waarbij ook veel gewonden vielen. Politieke participatie
Het is in Sri Lanka toegestaan lid te zijn van een politieke partij of om een politieke organisatie op te richten. De Election Commission bepaalt de regels en procedures. De leden van de Election Commission zijn echter benoemd door de president zonder tussenkomst van de Constitutional Council. De Election Commission kan daardoor niet als onafhankelijk bestempeld worden (zie ook paragraaf 2.1.3).
3.3.3 Vrijheid van godsdienst
In de grondwet van Sri Lanka wordt vrijheid van religie gegarandeerd. In de praktijk wordt dit ook toegestaan.224
Religie is een verplicht onderdeel in het curriculum van de scholen en ouders kunnen kiezen naar wat voor soort school hun kinderen gaan. Er zijn boeddhistische, islamitische, hindoeïstische en christelijke scholen in Sri Lanka.225
220 Human Rights Watch, Sri Lanka, Return to War, Human Rights Under Siege, volume 19. N° 11 (c), augustus 2007.

221 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart 2008.

222 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart 2008.

223 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart 2008.

224 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart 2008; US State Department, International Religious Freedom Report 2007 - Sri Lanka, 14 september 2007.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008

58
Religie speelt geen significante rol in het conflict. Boeddhisten, hindoes, moslims en christenen zijn allen getroffen door het geweld. Het leger geeft via de radio waarschuwingen af voordat grote militaire operaties beginnen en instrueert de bevolking om samen te komen in 'safe zones' rond kerken en tempels. Gedurende de verslagperiode zijn het leger, de LTTE en andere paramilitaire groeperingen, ervan beschuldigd religieuze gebouwen en plaatsen (waar mensen vaak hun toevlucht zochten) niet te ontzien bij de schermutselingen.226 De Madhu Church, gelegen in het Mannar district in het noorden, is als strijdtoneel gebruikt door zowel het leger als de LTTE. De Madhu Church in Sri Lanka wordt beschouwd als cultureel en religieus erfgoed.227
Positie van moslims
Een derde van de moslimgemeenschap is woonachtig in het noordoosten van Sri Lanka. Ook zijn er moslims woonachtig in het westen en met name in Colombo. In de oostelijke provincie wonen 1,4 miljoen mensen met een etnische verdeling van 44,6% Tamil, 32,1% moslim en 22,7% Singalees. Moslims kunnen vrijelijk hun godsdienst belijden in Sri Lanka.228 Wel zou er gedurende de verslagperiode sprake zijn geweest van toenemende discriminatie van moslims door de overheid. Dit varieerde van weigering van toestemming voor de bouw van moskeeën in Colombo tot het minimaliseren van het volume van luidsprekers in de moskee tijdens gebedstijd wegens geluidsoverlast.229 Daarnaast voelt de moslimgemeenschap zich nog steeds buitengesloten in het conflict, omdat zij niet zijn en worden betrokken bij de vredesonderhandelingen.230 De moslims ondervinden in toenemende mate hinder van het opgelaaide conflict. Gedurende de verslagperiode was er sprake van groeiende spanningen tussen de moslimbevolking en Tamil bevolking als gevolg van intimidaties van moslims door de TMVP. 231 Moslims waren in toenemende mate slachtoffer van
225 US State Department, International Religious Freedom Report 2007 - Sri Lanka, 14 september 2007.

226 US State Department, International Religious Freedom Report 2007 - Sri Lanka, 14 september 2007.

227 Amnesty International, Sri Lanka: mounting civilian casualties as conflict persists, via www.amnesty.nl, geraadpleegd op 16 april 2008.

228 US State Department, International Religious Freedom Report 2007 - Sri Lanka, 14 september 2007.

229 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart 2008.

230 South Asians for Human Rights, Report on the fact finding mission to the north & east of Sri Lanka to assess the state of displaced persons, augustus 2007.
231 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart 2008; South Asians for Human Rights, Report on the fact finding mission to the north & east of Sri Lanka to assess the state of displaced persons, augustus 2007. Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008

59
verdwijningen, afpersingen en arrestaties. Veel dorpen kennen een gemengde Tamil/moslim bevolking. Moslims spreken bovendien Tamil. Hierdoor worden moslims door beide partijen in het conflict verdacht. De LTTE verdenkt de moslims van samenspannen met de regering, terwijl de regering de moslims verdenkt van LTTE betrokkenheid en spionage.232 Gedurende de verslagperiode was een toename waarneembaar van moslimmilities.233 Over het algemeen zijn landrechten een belangrijk thema voor de moslims en Tamils in het Oosten, die uit hun oorspronkelijke leefgebieden zijn verdreven als gevolg van het conflict en door het instellen van High Security Zones (HSZ) en Special Economic Zones. Veel moslims en Tamils in het Oosten zijn bevreesd dat de regering probeert de etnische samenstelling van het Oosten te wijzigen. Zo zou er sprake zijn van Singalisatie van het Oosten door middel van vestiging van Singalesen in gebieden waar veel Tamils en moslims wonen en verplaatsing van voornamelijk Tamils uit woongebieden door middel van het instellen van HSZ's. Veel Tamils en moslims in Trincomalee hebben geen toegang tot hun huizen omdat het gebied tot HSZ is verklaard. In Jaffna is ook een groot gedeelte van het gebied tot HSZ verklaard (zie ook paragraaf 2.3). Het opbouwen van een bestaan wordt door de opgelegde restricties in de bewegingsvrijheid praktisch onmogelijk.234 Ook heeft de regering gedurende de verslagperiode de etnische spanningen verder doen oplopen door boeddhistische beelden en tempels te bouwen of te verplaatsen naar gebieden in het Oosten waar voornamelijk moslims en Tamils leven.235
De in 1990 door de LTTE uit het noorden verdreven moslims waren gedurende de verslagperiode nog ontheemd en verbleven in ontheemdenkampen in en rondom Puttalam.236 De regering heeft wel landtitels uitgedeeld aan een aantal moslims in
232 South Asians for Human Rights, Report on the fact finding mission to the north & east of Sri Lanka to assess the state of displaced persons, augustus 2007.
233 International Crisis Group, Sri Lanka's Return to War: Limiting the Damage- Asia Report N° 146, 20 februari 2008; UTHR, The Second Fascist Front in Sri Lanka-Towards Crushing the Minorities and Disenfranchising the Sinhalese, Special Report No. 29, 21 februari 2008.
234 Human Rights Watch, Sri Lanka, Return to War, Human Rights Under Siege, volume 19. N° 11 (c), augustus 2007; Watchlist on children and armed conflict, No Safety No Escape: Children and the Escalating Armed Conflict in Sri Lanka, april 2008; South Asians for Human Rights, 'Report on the Fact Finding Mission to the North & East of Sri Lanka to assess the state of displaced persons', augustus 2007; International Crisis Group, Sri Lanka's Return to War: Limiting the Damage- Asia Report N° 146, 20 februari 2008; US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11maart 2008; Norwegian Refugee Council, Internal Displacement Monitoring Centre, Civilians in the way of conflict: Displaced people in Sri Lanka, 26 september 2007.
235 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11maart 2008.

236 US State Department, International Religious Freedom Report 2007 - Sri Lanka, 14 september 2007.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008

60
Puttalam. Dat zorgde voor spanningen met de lokale bevolking. Daarnaast zijn er spanningen met de lokale bevolking over de verdeling van hulpmiddelen voor gezondheid en onderwijs. Vanwege de slechte omstandigheden en geringe perspectief op verbetering, zou de vrees onder de moslimgemeenschap voor radicalisering van de jeugd toenemen.237
Positie van christenen
Christenen wonen hoofdzakelijk in het westen van Sri Lanka. In het algemeen kunnen christenen zich vrijelijk bewegen en hun godsdienst belijden in Sri Lanka.238 Gedurende de verslagperiode was er evenwel nog steeds sprake van weerstand van vooral boeddhistische monniken tegen kerken, omdat deze monniken gekant zijn tegen bekering. Intimidaties van christenen (inclusief evangelisten) en aanvallen op hun bezittingen in dit kader bleven zich voordoen.239 Ten aanzien van de herziening van het wetsvoorstel van JHU 'betreffende het verbod op gedwongen bekeringen' uit 2004 heeft de parlementaire commissie nog geen overeenstemming bereikt. Beide voorstellen zijn daarom nog niet door het parlement behandeld.240
3.3.4 Bewegingsvrijheid
De wet garandeert de vrijheid van reizen en van vestiging evenals de vrijheid het land te verlaten en terug te keren. Door het opgelaaide conflict tussen de regering en de LTTE waren deze vrijheden in de praktijk gedurende de verslagperiode aan ernstige beperkingen onderhevig.241
Controleposten
Het aantal controleposten in het hele land is gedurende de verslagperiode als gevolg van het opgelaaide conflict sterk toegenomen. De controleposten worden bemand door de politie en/of het leger. In het Oosten gebeurt dit ook geregeld met de TMVP gezamenlijk, waarbij de TMVP helpt bij het identificeren van verdachte LTTE leden of aanhangers van de LTTE.242 De controle bestaat uit verificatie van
237 Norwegian Refugee Council, Internal Displacement Monitoring Centre, Civilians in the way of conflict: Displaced people in Sri Lanka, 26 september 2007.
238 US State Department, International Religious Freedom Report 2007 - Sri Lanka, 14 september 2007.

239 US State Department, International Religious Freedom Report 2007 - Sri Lanka, 14 september 2007; US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart 2008.

240 Zie voor meer informatie over dit onderwerp algemeen ambtsbericht Sri Lanka, april 2007.
241 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart 2008.

242 HRW, Sri Lanka- Return to War: Human Rights under siege, vol. 19, N° 11(c), augustus 2007; Watchlist on children and armed conflict, No Safety No Escape: Children and the Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008

61
de identiteit, vaak wordt bagage doorzocht en soms worden personen ondervraagd. Voertuigen worden onderzocht op explosieven. Eenieder die niet (meteen) zijn identiteit kan aantonen, loopt het risico opgepakt te worden voor verdere ondervraging.
De controles vinden steekproefsgewijs plaats middels het instellen van checkpoints. Iedereen wordt eraan onderworpen. Bij de controle zijn Tamils (herkenbaar via bijvoorbeeld de taal op hun identiteitskaart), vooral afkomstig uit het Noorden en Oosten, extra kwetsbaar voor intimidatie, arrestatie, aanhouding en detentie vanwege hun veronderstelde betrokkenheid bij de LTTE. Registratie wordt nauwgezet bijgehouden van personen die in- en uitreizen uit deze conflictgebieden om infiltratie van de LTTE te voorkomen.243 Tamils die geen identiteitskaart (meer) bezitten, zijn extra kwetsbaar bij controles (zie verder onder identiteitskaart).
Colombo
Sinds de escalatie van het geweld en de intensivering van de bomaanslagen door de LTTE in Colombo, is het aantal checkpoints nog verder toegenomen. Gedurende de verslagperiode werden er structureel veiligheids- en identiteitscontroles gehouden. Daarnaast zijn bepaalde gebieden in Colombo als HSZ aangewezen, hetgeen ook de nodige beperkingen met zich meebrengt in de bewegingsvrijheid van burgers.244 Tamils afkomstig uit het Noorden en het Oosten in Colombo ondervinden extra problemen bij checkpoints. Iedere Tamil uit het Noorden of Oosten moet zijn aanwezigheid in Colombo rechtvaardigen door middel van registratie bij de politie direct na aankomst. Zij lopen een verhoogd risico om opgepakt te worden indien deze registratie niet kan worden aangetoond bij checkpoints.245 Daarnaast zijn Tamils als zodanig herkenbaar aan hun namen en geboorteplaats of de taal waarin de identiteitskaart is opgesteld (de identiteitskaarten van Tamils zijn dubbeltalig opgesteld). Op de identiteitskaart is geen woonplaats vermeld. Om te bewijzen dat men in Colombo woont, dient men bij controles naast de identiteitskaart ook een bewijs van registratie bij de politie te tonen.
De politie heeft op grond van de noodregelgeving de bevoegdheid om eenieder binnen de jurisdictie van elk politiebureau te registreren. Een dergelijke registratie is verplicht voor iedere bezoeker of inwoner in Colombo en geeft de politie Escalating Armed Conflict in Sri Lanka, april 2008; Minority Rights Group International, One year on: counter-terrorism sparks human rights for Sri Lanka's minorities, december 2007.

243 Minority Rights Group International, One year on: counter-terrorism sparks human rights for Sri Lanka's minorities, december 2007.

244 Zie ook paragraaf 2.3.

245 Schweizerische Flüchtlingshilfe, Sri Lanka unter Notstandsrecht, december 2007. Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008

62
accurate informatie over de samenstelling van de bevolking, inclusief etniciteit.246 Tamils in Colombo die niet geregistreerd zijn bij de politie, zijn zeer kwetsbaar voor arrestatie en detentie. Veel Tamils kunnen zich niet registreren omdat zij geen identiteitskaart (meer) hebben (zie verder onder identiteitskaart).247 In september 2008 is de politie in Colombo gestart met het registeren van Tamils afkomstig uit de vijf districten (Kilinochchi, Jaffna, Vavuniya, Mannar en Mullaitivu) in het noorden. Alle Tamils die de afgelopen vijf jaar in Colombo (of nabijgelegen dorpen) zijn gearriveerd vanuit deze districten, zijn verplicht gesteld tot deze registratie. Volgens de regering betreft het een veiligheidsmaatregel, daar de LTTE de toestroom van mensen naar Colombo zou misbruiken om te kunnen infiltreren in de stad.248
Noorden en Oosten
In het Noorden en Oosten was de toegang tot en de bewegingsvrijheid binnen de conflictgebieden beperkt vanwege de veiligheidsrisico's. Daarnaast werd (hulp) organisaties in sommige gebieden de toegang volledig ontzegd (zie ook paragraaf 3.2). Er werden geregeld massa-arrestaties en razzia's gehouden in het Oosten. Deze werden uitgevoerd door het leger en de politie.249 Een groot deel van Jaffna was gedurende de verslagperiode nog immer aangewezen als militaire HSZ (zie ook paragraaf 2.3 onder High Security Zones) Dat betekent dat er nog maar weinig land als leefruimte voor de lokale bevolking beschikbaar is. Ook is er een avondklok van kracht.250 Sinds de afsluiting van de A9 van Kandy naar Jaffna door de regering in augustus 2006 wordt de bevolking ernstig beperkt in de bewegingsvrijheid. Het reizen van en naar het schiereiland werd bemoeilijkt vanwege de strenge veiligheidsmaatregelen en de hoge transportkosten. Jaffna is slechts bereikbaar per vliegtuig. Om het schiereiland te verlaten is toestemming van de afdeling burgerzaken van het leger nodig.251
246 UNHCR, Position on the International Protection Needs of Asylum Seekers from Sri Lanka, december 2006; Human Rights Watch, Sri Lanka, Return to War, Human Rights Under Siege, volume 19. N° 11 (c), augustus 2007.

247 Schweizerische Flüchtlingshilfe, Sri Lanka unter Notstandsrecht, december 2007.
248 BBC, Tamil census ordered in Colombo, 21 september 2008; BBC, Sri Lanka troops 'near victory', 26 september 2008; Associated Press, Sri Lankan authorities order tens of thousand of Tamils in Colombo to register with police, 18 september 2008.
249 SLMM, Weekly Situation report, 3 december-9 december 2007.
250 Centre for Policy Alternatives, Monitoring factors affecting the Sri Lankan peace process, cluster report november 2007- januari 2008; United Nations Security Council, Report of the Secretary-General on children and armed conflict in Sri Lanka, S/2007/758, 21 december 2007.

251 Norwegian Refugee Council, Internal Displacement Monitoring Centre, Civilians in the way of conflict: displaced people in Sri Lanka, 26 september 2007; US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart 2008; Centre for Policy Alternatives, Monitoring factors affecting the Sri Lankan peace process, cluster report Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008

63
Volgens verschillende bronnen zou de wachtlijst voor het verkrijgen van toestemming langer dan vijf maanden bedragen.252 Om naar Jaffna af te reizen heeft men toestemming nodig van het ministerie van Defensie. De aanvraagprocedure kan een week tot een maand in beslag nemen.253 Voor de binnenlandse vlucht naar Jaffna dient men een uitgebreide veiligheidscontrole te ondergaan, waarbij de persoonsgegevens worden geregistreerd en een foto van de passagier wordt genomen. Een registratie wordt bijgehouden van alle in- en uitreizende passagiers.254 Ook zou elektronische apparatuur, waaronder mobiele telefoons en fototoestellen worden ingenomen.
In Jaffna vindt fotoregistratie van de inwoners plaats. Volgens een bron dient iedere familie een gezinsfoto aan de muur te hangen om bij een eventuele controle door de veiligheidstroepen te kunnen aantonen dat alle gezinsleden aanwezig zijn.
In het Oosten vindt registratie van de inwoners plaats, waarbij volgens verschillende bronnen ook video-opnames van de personen worden gemaakt. De registratie vindt plaats op basis van de noodregelgeving.255 Het ministerie van Defensie heeft de veiligheidstroepen opdracht gegeven alle inwoners van het district Trincomalee te registreren en een familiepas uit te geven. In Trincomalee wordt de registratie voor zover bekend uitgevoerd door het dorpshoofd en de politie, terwijl in andere gebieden de registratie plaatsvindt door het leger en/of politie. In de betreffende gebieden wonen voornamelijk Tamils.256 Enkele bronnen melden dat aan ontheemden die zijn teruggekeerd naar hun woonplaatsen in het Oosten, een speciale identiteitskaart zou worden afgegeven door de regering. Dit zou geschieden in aanvulling op de nationale identiteitskaart (zie ook onder identiteitskaart) die zij al behoren te hebben. De nieuwe identiteitskaart bevat een foto, basisgegevens en afkomst en zou worden uitgevaardigd ter voorkoming van (LTTE) infiltratie in de dorpen.257
november 2007- januari 2008; United Nations Security Council, Report of the Secretary- General on children and armed conflict in Sri Lanka, S/2007/758, 21 december 2007.
252 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart 2008.

253 SLMM, Weekly Situation report 29 oktober- 4 november 2007.
254 Minority Rights Group International, One year on: counter-terrorism sparks human rights for Sri Lanka's minorities, december 2007.

255 Artikel 23 van de Emergency Regulation No. 1 van 2005.
256 SLMM Weekly Situation report 29 oktober - 4 november 2007, 5 november - 11 november 2007 en 3 december - 9 december 2007.

257 Minority Rights Group International, One year on: counter-terrorism sparks human rights for Sri Lanka's minorities, december 2007; South Asians for Human Rights, report on the fact finding mission to the north & east of Sri Lanka to assess the state of displaced persons, augustus 2007.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008

64
De Speciaal Adviseur van de VN inzake foltering en overige wrede, inhumane of onterende behandeling of bestraffing maakt in zijn rapport van 26 februari 2008 melding van een identiteitskaart die door de TMVP wordt afgegeven aan haar leden. Deze identiteitskaart zou zijn erkend door de politie en het leger. De vertegenwoordiger van een kantoor van de TMVP in Trincomalee heeft hem gemeld dat deze identiteitskaart bescherming zou bieden bij eventuele problemen met de autoriteiten.258
LTTE-gebied
De bewegingsvrijheid binnen LTTE-gebied is niet beperkt. Het reizen van en naar de gebieden onder controle van de LTTE is slechts mogelijk onder bepaalde voorwaarden en na toestemming van de LTTE en regering.259 Zo bestaat voor leraren en andere overheidsdienaren, die in LTTE gebied werkzaam zijn, maar er niet wonen, de mogelijkheid om heen en weer te reizen tussen LTTE gebied en regeringsgebied. Ook kunnen personen heen en weer reizen voor noodzakelijke medische behandelingen. De regering laat burgers uit LTTE gebied toe tot regeringsgebied. Dit geschiedt wel na een grondige veiligheidscontrole in verband met gevaar voor spionage. Uiteindelijk beslissen de LTTE en de regering afzonderlijk wie er wordt toegelaten tot eigen gebied. Om LTTE gebied te kunnen betreden dient men verscheidene checkpoints in regeringsgebied en LTTE gebied te passeren. Er vindt identiteitscontrole plaats, goederen worden aan een nauwkeurige inspectie onderworpen en douaneformaliteiten vinden plaats, waarbij invoerrechten worden geheven door de LTTE.260 De ICRC is sedert 1999 aanwezig bij verschillende checkpoints tussen regeringsgebied en LTTE gebied. In de verslagperiode passeerden aanzienlijke aantallen mensen de grens tussen regeringsgebied en LTTE gebied. Volgens opgaaf van ICRC over de maand mei 2008 passeerden meer dan 32.000 burgers en 3800 voertuigen de grens in beide richtingen.261 Aan het einde van de verslagperiode is het grensverkeer tussen beide gebieden substantieel afgenomen als gevolg van de ontwikkelingen in LTTE gebied.262 (zie ook de paragrafen 3.2 en 4.1)

258 Human Rights Council, Report of the Special Rapporteur on torture and other cruel, inhuman or degrading treatment or punishment, Manfred Nowak, Mission to Sri Lanka, 26 februari 2008, A/HRC/7/3/Add.6.

259 UNHCR, Position on the International Protection Needs of Asylum Seekers from Sri Lanka, december 2006.

260 Kristian Stokke, Third World Quarterly, Building the Tamil Eelam State: emerging state institutions and forms of governance in LTTE-controlled areas in Sri Lanka, Vol. 27 No. 6, 2006.

261 ICRC, Operational update, Sri Lanka: ICRC deplores loss of civilians, 1 juli 2008.
262 ICRC, Bulletin No. 08/2008, Sri Lanka: ICRC continues to assist Vanni displaced as conflict approaches Kilinochchi, 13 oktober 2008; ICRC, Operational Update, Sri Lanka: ICRC steps up aid effort for displaced people in the Vanni, 9 september 2008. Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008

65
De personen die woonachtig zijn in het gebied dat onder controle staat van de LTTE kunnen dit gebied slechts verlaten na uitgifte van een pas door de LTTE en onder de voorwaarde dat een familielid achterblijft.263 Het verkrijgen van de vereiste pas blijkt in de praktijk moeilijk. Het US State Department stelt bovendien dat volgens verschillende bronnen de LTTE individuen pas tegen een betaling het gebied laat verlaten.264 Personen die woonachtig zijn in LTTE gebied en uit het gebied willen vluchten, worden volgens verschillende bronnen doodgeschoten door de LTTE. Burgers die zich na een geslaagde vlucht overgeven aan de regering, worden geplaatst in een rehabilitatiecentrum. Indien sprake is van LTTE leden die zich overgeven, worden deze door de regering gestraft. Identiteitskaart265
De aanvrager van de National Identity Card (NIC, nationale identiteitskaart) moet over de Sri Lankaanse nationaliteit beschikken en zestien jaar of ouder zijn.266 De aanvraag wordt ingediend in de geboorteplaats. Hiertoe heeft men een foto nodig. Het dorpshoofd beoordeelt of de persoon op de foto gelijk is aan de aanvrager. Vervolgens wordt de aanvraag doorgestuurd naar de centrale bevolkingsadministratie in Colombo (het Department of the Registration of Persons). De registratie vindt handmatig plaats.
De aanvrager kan zijn nationaliteit aantonen met behulp van zijn geboortebewijs of een ander ondersteunend document, zoals doopcertificaat, beëdigde schriftelijke verklaring van de ouders of een schoolcertificaat.267 Daarnaast moet de aanvrager een bewijs van registratie overleggen voor de vermelding van de woonplaats op de NIC. Deze kan zijn afgegeven door het dorpshoofd, maar het kan ook een ander ondersteunend document zijn, zoals een gecertificeerd huurcontract of gecertificeerde telefoonrekening.268

263 United Nations Security Council, Report of the Secretary-General on children and armed conflict in Sri Lanka, S/2007/758, 21 december 2007; BBC, Tamil rebels 'breaking the law', 15 augustus 2008; Amnesty International Press Release, Sri Lanka: LTTE, Government endangering lives of tens of thousands of newly displaced around Wanni, 14 augustus 2008.
264 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart 2008.

265 Informatie over de procedure is deels afkomstig van de website van de Department of the Registration of Persons: www.rpd.gov.lk/faq_rpd, bezocht op 16 juni 2008.
266 Vanaf de leeftijd van zestien jaar dienen Sri Lankanen ingevolge de wet te beschikken over een identiteitskaart.

267 Voor een opsomming van andere ondersteunende documenten zie website van de Department of the Registration of Persons: www.rpd.gov.lk/faq_rpd, bezocht op 16 juni 2008.
268 Voor een opsomming van andere ondersteunende documenten zie website van de Department of the Registration of Persons: www.rpd.gov.lk/faq_rpd, geraadpleegd op 16 juni 2008. Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008

66
De NIC wordt op lokaal niveau aangevraagd, maar op centraal niveau vervaardigd door het Department of the Registration of Persons in Colombo. Het departement is niet geautomatiseerd. De NIC is, net als het geboortebewijs, een handmatig gemaakt document. De NIC is voor onbepaalde tijd geldig. Op de NIC van een Tamil staan de gegevens zowel in het Singalees als in het Tamil genoteerd. Op de NIC van een Singalees staan die gegevens alleen in het Singalees. Volgens een bron komen tweetalige identiteitskaarten ook voor bij moslims. Er geldt een identificatieplicht in Sri Lanka. Hoewel de NIC als het officiële document wordt aangemerkt om de identiteit aan te tonen, zou in de praktijk een rijbewijs of paspoort ook geaccepteerd worden als identiteitsbewijs bij checkpoints. Volgens een bron is een rijbewijs ter identificatie wel geaccepteerd, maar is het vanwege de veiligheidsmaatregelen aangewezen om een NIC hiervoor te gebruiken, zodat kan worden aangetoond of men Tamil of Singalees is. Niet alle Sri Lankanen waren tijdens de verslagperiode in het bezit van een NIC vanwege het feit dat veel personen door ontheemding hun documenten zijn kwijtgeraakt. Teneinde een nieuwe NIC aan te vragen, moet men naar de geboorteplaats. Voor veel mensen is dat geen optie, indien de geboorteplaats zich bevindt in een conflictgebied.269
Van de LTTE is bekend dat zij hun eigen identiteitskaarten maken. Deze worden niet erkend als officieel identificatiedocument in regeringsgebied. Reisdocument270
De aanvrager van een paspoort dient zijn geboortebewijs en NIC (of rijbewijs bij verlies van NIC) te overleggen en, indien van toepassing, zijn oude paspoort. Van deze documenten dient eveneens een kopie te worden overgelegd. Een trouwakte is tevens vereist indien sprake is van wijziging van de achternaam na een huwelijk. Indien de aanvrager ervoor kiest het beroep in het paspoort te laten opnemen, dient additioneel een werkgeversverklaring of aanstellingsbrief te worden overgelegd. De aanvrager moet in principe zowel bij de aanvraag als bij het moment van uitgifte van het paspoort in persoon verschijnen. Echter na schriftelijke toestemming van het dienstdoend hoofd van de paspoortsectie mag de aanvrager zich laten vertegenwoordigen door een gemachtigde. Minderjarige aanvragers tot zestien jaar moeten begeleid worden door beide ouders. Vanaf zestien jaar kan men een zelfstandige aanvraag voor een paspoort indienen. Minderjarigen kunnen onbegeleid reizen, nadat eenmaal een paspoort is afgegeven.
269 Norwegian Refugee Council, Internal Displacement Monitoring Centre, Civilians in the way of Conflict: displaced people in Sri Lanka, 26 september 2007.
270 Informatie over de procedure is deels afkomstig van de website van de Department of Immigration and Emigration www.immigration.gov.lk/html/passports/new_travel_document, geraadpleegd op 16 juni 2008.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008

67
De aanvraag en vervaardiging van een paspoort vindt uitsluitend plaats bij het Department of Immigration and Emigration. Het departement is volledig geautomatiseerd, maar de papieren aanvraagdocumenten worden ook bewaard. Sinds 2006 zijn alle paspoorten tien jaar geldig. Paspoorten van voor 2006 zijn vijf jaar geldig. Alle paspoorten worden in drie talen opgesteld, te weten Engels, Singalees en Tamil.
Geboorteakte, overlijdensakte, uittreksel uit het bevolkingsregister Voor een kopie van een geboorteakte, overlijdensakte of uittreksel uit het bevolkingsregister kan men voor zover bekend zowel terecht bij het Department of the Registration of Persons in Colombo als in de geboorteplaats. Mobiele kantoren
De overheid heeft voor zover bekend geen mobiele kantoren meer in gebruik waar ontheemden en terugkeerders, die documenten als een geboortebewijs, overlijdenscertificaten, huwelijkscertificaten, landeigendomsakten en identiteitskaarten zijn kwijtgeraakt, nieuwe documenten kunnen aanvragen. Dit was slechts een tijdelijke overheidsmaatregel naar aanleiding van de tsunami.271 Wel zouden er enkele NGO's zijn die de beschikking hebben over mobiele kantoren om personen te helpen met het verkrijgen van nieuwe documenten. 3.3.5 Rechtsgang
De grondwet voorziet in een onafhankelijke rechtspraak en in de praktijk wordt dit volgens het US State Department door de overheid gerespecteerd.272 Vanwege een aantal unilaterale benoemingen door de president wordt echter sterk getwijfeld aan de onafhankelijkheid van de rechterlijke macht. Zo benoemde de president de opperrechter, de rechters van de Hoge Raad, de rechters van het Hof van Beroep en de leden van de Judicial Service Commission (JSC), de commissie die de rechters van de lagere rechtbanken benoemt, en de openbare aanklager (zie ook paragraaf 2.1.3).
Volgens de wet bestaat de mogelijkheid om gerechtelijke procedures in het Engels, Singalees of Tamil te voeren. De meerderheid van de procedures in regeringsgebied (exclusief Jaffna en bepaalde gebieden in het noorden) verlopen echter in het Engels of Singalees. Een tekort aan gerechtelijke tolken belemmert het recht van Tamil sprekende verdachten op een eerlijk proces.273
271 Norwegian Refugee Council, Internal Displacement Monitoring Centre, Civilians in the way of Conflict: Displaced People in Sri Lanka, 26 september 2007.
272 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart 2008.

273 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart 2008.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008

68
Terechtzittingen in het Noorden vinden plaats in Tamil en Engels. Tamil sprekende rechters in rechtbanken van eerste aanleg op provinciaal niveau komen wel voor.274 Volgens meerdere bronnen zijn Tamil sprekende rechters in het noord-oosten aanwezig, terwijl in het Zuiden rechters die Singalees spreken de norm zijn.
Overigens is Engels de voertaal bij het Hof van Beroep en de Hoge Raad in Colombo. Verdachten of juridische vertegenwoordigers kunnen na verkregen toestemming aanwezig zijn op de zittingen van het Hof van Beroep. In sporadische gevallen is dit ook mogelijk bij zittingen van de Hoge Raad. Bekentenis door foltering
Bekentenissen als gevolg van foltering worden in rechtszaken niet toegestaan op grond van de (artikelen 24 en 27 van de) Evidence Ordinance. Daarnaast schrijft de wet voor dat bekentenissen die tijdens politiehechtenis zijn afgelegd tegenover een politieagent of ander persoon ontoelaatbaar zijn in rechtszaken. Deze wettelijke voorschriften zijn echter niet van toepassing, indien een persoon is gearresteerd en gedetineerd op grond van de noodregelgeving.275 Onder de noodregelgeving zijn derhalve alle bekentenissen, ook als gevolg van foltering, toegestaan en kunnen als bewijsmiddel dienen in een rechtszaak en uiteindelijk tot een veroordeling leiden. Hierdoor wordt het ontlokken van bekentenissen met behulp van geweld in de praktijk gestimuleerd.276
Rechtspraak door de LTTE
In het door de LTTE gecontroleerde gebied bestaat sinds 1993 een eigen rechtssysteem van de LTTE en heeft de LTTE eigen gerechtshoven.277 Volgens de Tamil Eelam Legal Code functioneren de gerechtshoven onder instructie van de nationale LTTE-leider.278 De LTTE-gerechtshoven zijn niet erkend als wettelijke instanties waar recht gesproken kan worden. De rechters zijn weinig of niet juridisch geschoold. Van een onafhankelijke rechtspraak is geen sprake, omdat de rechtsprekende instanties onder controle van de LTTE staan.279 Het is niet met zekerheid vast te stellen wat de gevolgen zijn voor Tamils in de LTTE-gebieden die de LTTE-gerechtshoven niet erkennen en hun heil willen zoeken bij de Sri
274 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart 2008; Schweizerische Flüchtlingshilfe, Sri Lanka unter Notstandsrecht, december 2007.
275 Human Rights Council, Report of the Special Rapporteur on torture and other cruel, inhuman or degrading treatment or punishment, Manfred Nowak, Mission to Sri Lanka, A/HRC/7/3/Add.6, 26 februari 2008.

276 Schweizerische Flüchtlingshilfe, Sri Lanka unter Notstandsrecht, december 2007; US State Department, Country report on human rights practices 2007- Sri Lanka, 11 maart 2008.
277 US State Department, Country report on human rights practices 2007- Sri Lanka, 11 maart 2008.

278 Tamilnet, Rule of Law, values said basis of Tamil society, 25 januari 2004.
279 US State Department, Country report on human rights practices 2007- Sri Lanka, 11 maart 2008.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008

69
Lankaanse rechtspraak. Het is niet bekend of burgers gedurende de verslagperiode nog steeds gedwongen werden door de LTTE gebruik te maken van het rechtssysteem van de LTTE. Volgens een bron stopt, over het algemeen, de zoektocht naar verdachten aan de grens met regeringsgebied. Daarbij moet de kanttekening worden gemaakt dat het er wel van afhangt om wie het gaat: hoe belangrijker (bijvoorbeeld infiltranten van regering of leger) of hoe hoger de status (bijvoorbeeld van gewezen LTTE-aanhangers,-leden) en afhankelijk van de informatie waarover de persoon beschikt, hoe langer, beter en verder de LTTE zal zoeken, dus ook in regeringsgebied.280
De LTTE kent zijn eigen wetten. Het wetboek van Strafrecht, de Tamil Eelam Penal Code, en het Burgerlijk wetboek, de Tamil Eelam civil code, werden ingevoerd in 1994. Beide wetten zijn gebaseerd op reeds bestaande (nationale) wetten die op onderwerpen waar de LTTE belang aan hecht, zoals vrouwenrechten en het kaste-systeem, verder zijn uitgewerkt of herzien. Zo bestaat er geen gemeenschapsrecht zoals in de Sri Lankaanse wetgeving, waardoor de vrouwen een gelijke positie hebben in het persoons- en familierecht.281 De LTTE heeft district courts die zowel civiele- als strafzaken behandelen en twee high courts in Killinochchi en Mullaitivu met de jurisdictie om bepaalde strafzaken als moord, verkrachting, hoogverraad en brandstichting te berechten. Ook heeft de LTTE een Court of Appeal in Killinochchi en een Supreme Court voor hoger beroep zaken.282 Binnen de LTTE-rechtspraak kan verkrachting bestraft worden met de doodstraf. Voor zover bekend zijn er geen nieuwe ontwikkelingen wat betreft de strafmaat die gehanteerd wordt.
Bestraffing mensenrechtenschenders
Gedurende de verslagperiode werd steeds meer duidelijk dat de politieke wil ontbreekt bij de regering om mensenrechtenschendingen aan te pakken. De regering bagatelliseerde zowel de ernst als het aantal mensenrechtenschendingen. De regering houdt vast aan haar standpunt dat zij voldoende maatregelen neemt om mensenrechtenschendingen aan de kaak te stellen. Er worden structureel ad hoc commissies ingesteld naar aanleiding van klachten en negatieve publiciteit over de verslechterde mensenrechtensituatie, al dan niet onder internationale druk (zie paragraaf 3.2).

280 UNHCR, Position on the International Protection Needs of Asylum Seekers from Sri Lanka, december 2006.

281 Kristian Stokke, Third World Quarterly, Building the Tamil Eelam State: emerging state institutions and forms of governance in LTTE-controlled areas in Sri Lanka, Vol. 27 No. 6, 2006.

282 Kristian Stokke, Third World Quarterly, Building the Tamil Eelam State: emerging state institutions and forms of governance in LTTE-controlled areas in Sri Lanka, Vol. 27 No. 6, 2006.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008

70
De rechterlijke macht is in toenemende mate gepolitiseerd en het ontbreekt aan onafhankelijk toezicht (zie paragraaf 2.1.3). Straffeloosheid voor mensenrechtenschendingen, met name begaan door de strijdkrachten en politie, blijft daardoor een groot probleem, waardoor mensen het vertrouwen in het rechtssysteem hebben verloren. Onder de bevolking wordt algemeen de gedachte gedeeld dat klagen en hulp zoeken geen nut heeft. Het vertrouwen in de overheid is niet meer aanwezig.283
Vanwege het samenwerkingsverband tussen de regering en paramilitaire groeperingen als de TMVP en de EPDP durven slachtoffers of nabestaanden en/of familie over het algemeen geen aangifte te doen uit angst voor represailles. Bovendien is er in grote mate sprake van corruptie in Sri Lanka. Het omkopen van rechters en politieagenten is algemeen gebruikelijk. Legerofficieren en soldaten die beschuldigd worden van het plegen van mensenrechtenschendingen kunnen zowel worden berecht door de militaire rechtbank (krijgsraad) als door een civiele rechtbank. In het geval dat iemand middels militair snelrecht schuldig wordt bevonden aan een klein vergrijp, is de straf veelal van disciplinaire aard, zoals degradatie, het inhouden of vertragen van een promotie en overplaatsing. Indien een officier, onderofficier of soldaat door de krijgsraad wordt veroordeeld, dan wordt veelal een gevangenisstraf opgelegd of de betrokken militair wordt ontslagen. Indien een zaak voor een civiel hof wordt beslecht en de militair wordt veroordeeld, dan moet de betrokken (onder-)officier of soldaat worden ontslagen.
3.3.6 Arrestaties en detenties
Arrestaties geschieden op basis van de Criminal Procedure Code (CPC, Wetboek van Strafvordering). Voor sommige misdrijven heeft de politie geen arrestatiebevel nodig, zoals bij moord, diefstal, roof en verkrachting of wanneer de dader op heterdaad is betrapt. In alle andere gevallen is een arrestatiebevel noodzakelijk. Onder de CPC dienen arrestanten binnen 24 uur voor de rechtercommissaris te worden geleid. In de praktijk werden arrestanten over het algemeen
283 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart 2008; Minority Rights Group International, One year on: counter-terrorism sparks human rights for Sri Lanka's minorities, december 2007; Human Rights Watch, Sri Lanka, Return to War, Human Rights Under Siege, volume 19. N° 11 (c), augustus 2007; International Crisis Group, Sri Lanka's Human Rights Crisis, Asia Report N° 135, 14 juni 2007; HRW, Recurring Nightmare- State responsibility for "Disappearances" and abductions in Sri Lanka., vol. 20, N° 2(c), maart 2008.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008

71
echter pas na enkele dagen voorgeleid.284 Na voorgeleiding kan de rechter iemand op borg vrijlaten of vijftien dagen voorlopige hechtenis (remand) gelasten voor nader onderzoek, te verlengen tot drie maanden. Verdere verlenging kan plaatsvinden op aanwijzing van de rechter. In de praktijk zaten personen overal in Sri Lanka echter vaak veel langer in voorlopige hechtenis in afwachting van de rechtszitting. De tijd kan oplopen tot meer dan twee jaar.285 Dit komt mede doordat de meeste verdachten zich geen advocaat (kunnen) veroorloven. Het is vaak aan een advocaat om de zaak op de rol te houden, anders wordt de zaak gewoonweg vergeten en blijft de verdachte in voorlopige hechtenis.286
Arrestaties op basis van de noodregelgeving
Politie en leger hebben ruimere opsporings- en aanhoudingsbevoegdheden op grond van noodregelgeving (zie ook paragraaf 3.1.2). In het kader van terrorismebestrijding worden verdachten gearresteerd tijdens razzia's en kunnen zij voor een periode van 90 dagen worden vastgehouden zonder formele beschuldiging. Op bevel van de secretaris-generaal van Defensie kan deze periode worden verlengd tot een jaar detentie. De verdachte kan bovendien zonder voorgeleiding aan een rechter-commissaris 30 dagen in voorarrest worden gehouden.287 Een arrestatie op basis van de noodregelgeving is op deze manier moeilijk te onderscheiden van een verdwijning, daar niet geüniformeerde ambtenaren personen kunnen arresteren zonder mededeling van de reden, van hun bevoegdheid of van de plaats van bestemming.288 Onder de noodregelgeving is niet vereist dat een publieke lijst van in gebruik zijnde detentieplaatsen wordt gepubliceerd, wat heimelijke detentie in de hand werkt en enige vorm van toezicht onmogelijk maakt.289 Daarnaast staat de noodregelgeving gezamenlijke operaties tussen de politie en het leger toe zonder
284 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart 2008.

285 Statistics Division Prisons Headquarters, Prisons Statistics of Sri Lanka, vol.26- year 2007.
286 Sri Lanka kent geen verplichte vertegenwoordiging door een advocaat. Onvermogende verdachten krijgen een raadsman toegewezen in geval het High Court of Hof van Beroep de strafzaak behandelt; US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart 2008.

287 Human Rights Watch, Sri Lanka, Return to War, Human Rights Under Siege, volume 19. N°11 (c), augustus 2007; Human Rights Council, Report of the Special Rapporteur on torture and other cruel, inhuman or degrading treatment or punishment, Manfred Nowak, Mission to Sri Lanka, A/HRC/7/3/Add.6, 26 februari 2008; Schweizerische Flüchtlingshilfe, Sri Lanka unter Notstandsrecht, december 2007.

288 International Crisis Group, Sri Lanka's Human Rights Crisis, Asia Report N° 135, 14 juni 2007.

289 HRW, Recurring Nightmare- State responsibility for "Disappearances" and abductions in Sri Lanka., vol. 20, N° 2(c), maart 2008.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008

72
duidelijke scheiding van verantwoordelijkheden.290 Vanwege de samenwerking van veiligheidstroepen met paramilitaire groeperingen als de TMVP en EPDP, is moeilijk vast te stellen wie verantwoordelijk is voor een arrestatie en waar de verdachte wordt vastgehouden.291
De noodregelgeving biedt ook voorzieningen die in beginsel misbruik van bevoegdheden en het risico van verdwijningen moeten voorkomen. Zo schrijft de noodregelgeving voor dat de arrestanten binnen 24 uur moeten worden overgedragen aan de politie en dat aan de familie een notificatie van de arrestatie moet worden overhandigd. Op niet nakoming staat een straf. Er zijn evenwel geen indicaties dat een lid van de veiligheidstroepen ooit is vervolgd of veroordeeld voor overtreding van deze bepaling. Uitzonderingen ondermijnen bovendien het beschermende karakter van de voorzieningen. Zo kan met toestemming van de leidinggevende van de politiebeambte of militair een persoon tot zeven dagen in hechtenis worden gehouden voor ondervraging. Een notificatie van de arrestatie kan achterwege blijven bij 'preventieve detentie' of indien de arrestatie is geschied op bevel van de president.292
Presidentiële richtlijnen293 uit juli 2006 schrijven ook voor dat bij de toepassing van de noodregelgeving de mensenrechten dienen te worden gerespecteerd. Zo moet de reden van arrestatie worden bekendgemaakt, geldt er een identificatieplicht voor de ambtenaar in functie en dient de verdachte in de gelegenheid te worden gesteld zijn familie van de arrestatie op de hoogte te stellen. Daarnaast moet de Human Rights Commission binnen 48 uur van de arrestatie op de hoogte worden gebracht en ongehinderde toegang worden verschaft tot de detentieplaats.294
Na publieke onrust en internationale druk als gevolg van de toename van arrestaties op basis van de noodregelgeving en het toegenomen aantal
290 Human Rights Watch, Sri Lanka, Return to War, Human Rights Under Siege, volume 19. N°11 (c), augustus 2007; Human Rights Council, Report of the Special Rapporteur on torture and other cruel, inhuman or degrading treatment or punishment, Manfred Nowak, Mission to Sri Lanka, A/HRC/7/3/Add.6, 26 februari 2008; Schweizerische Flüchtlingshilfe, Sri Lanka unter Notstandsrecht, december 2007.

291 HRW, Recurring Nightmare- State responsibility for "Disappearances" and abductions in Sri Lanka., vol. 20, N° 2(c), maart 2008.

292 HRW, Recurring Nightmare- State responsibility for "Disappearances" and abductions in Sri Lanka., vol. 20, N° 2(c), maart 2008.

293 De richtlijnen heten officieel 'The Presidential Directives on Protecting Fundamental Rights of Persons Arrested and/or Detained'.

294 Human Rights Watch, Sri Lanka, Return to War, Human Rights Under Siege, volume 19. N° 11 (c), augustus 2007; Human Rights Council, Report of the Special Rapporteur on torture and other cruel, inhuman or degrading treatment or punishment, Manfred Nowak, Mission to Sri Lanka, 26 februari 2008, A/HRC/7/3/Add.6.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008

73
verdwijningen werden deze richtlijnen in april 2007 wederom onder de aandacht gebracht van de veiligheidstroepen. Aan deze voorschriften wordt in de praktijk echter geen uitvoering gegeven. Aan niet-naleving zijn bovendien geen sancties verbonden, waardoor het lijkt dat de regering meer de intentie heeft om de internationale gemeenschap tevreden te houden dan tot vervolging van de overtreders over te gaan.295 Bovendien bevat de noodregelgeving een immuniteitsclausule voor ambtenaren. De ambtenaar wordt beschermd tegen juridische c.q. disciplinaire maatregelen, indien hij bij de uitoefening van zijn werkzaamheden te goeder trouw heeft gehandeld. Hiermee worden de richtlijnen als het ware buitenwerking gesteld en de veiligheidstroepen verdere bescherming geboden tegen vervolging.296
Ook is het de autoriteiten op grond van de noodregelgeving toegestaan zich te ontdoen van stoffelijke overschotten zonder publieke notificatie. De plaatsvervangend inspecteur-generaal van politie is bevoegd stoffelijke overschotten te doen cremeren zonder dat er een lijkschouwing heeft plaatsgevonden, waardoor essentieel bewijsmateriaal verloren gaat.297 Met name Tamils waren het slachtoffer van arrestatie en detentie op basis van de noodregelgeving vanwege hun veronderstelde samenwerking met de LTTE, maar ook Singalezen die ervan verdacht werden LTTE sympathisanten te zijn, waren slachtoffer van arrestaties.298 Tijdens het staakt-het-vuren had de LTTE vele politieke kantoren in regeringsgebied. Personen die daar werkzaam zijn geweest, lopen een vergroot risico opgepakt worden, daar de namen van deze personen
295 Human Rights Watch, Sri Lanka, Return to War, Human Rights Under Siege, volume 19. N°11 (c), augustus 2007; HRW, Recurring Nightmare- State responsibility for "Disappearances" and abductions in Sri Lanka., vol. 20, N° 2(c), maart 2008; Schweizerische Flüchtlingshilfe, Sri Lanka unter Notstandsrecht, december 2007.
296 Human Rights Watch, Sri Lanka, Return to War, Human Rights Under Siege, volume 19. N°11 (c), augustus 2007; Human Rights Council, Report of the Special Rapporteur on torture and other cruel, inhuman or degrading treatment or punishment, Manfred Nowak, Mission to Sri Lanka, A/HRC/7/3/Add.6, 26 februari 2008; Schweizerische Flüchtlingshilfe, Sri Lanka unter Notstandsrecht, december 2007.

297 Human Rights Watch, Sri Lanka, Return to War, Human Rights Under Siege, volume 19. N°11 (c), augustus 2007; HRW, Recurring Nightmare- State responsibility for "Disappearances" and abductions in Sri Lanka., vol. 20, N° 2(c), maart 2008; Human Rights Council, Report of the Special Rapporteur on torture and other cruel, inhuman or degrading treatment or punishment, Manfred Nowak, Mission to Sri Lanka, A/HRC/7/3/Add.6, 26 februari 2008; Schweizerische Flüchtlingshilfe, Sri Lanka unter Notstandsrecht, december 2007.

298 Human Rights Watch, Sri Lanka, Return to War, Human Rights Under Siege, volume 19. N°11 (c), augustus 2007; HRW, Recurring Nightmare- State responsibility for "Disappearances" and abductions in Sri Lanka., vol. 20, N° 2(c), maart 2008. Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008

74
goed zijn gedocumenteerd door de regering. Verschillende bronnen melden dat de politie werkt aan de hand van lijsten met namen.299 Daarnaast lopen Tamils vooral bij checkpoints een verhoogd risico om opgepakt te worden. In Colombo zijn door de veiligheidstroepen van de regering op grond van de noodregelgeving geregeld arrestaties verricht van Tamils (zie ook paragraaf 3.3.4).300
Massa-arrestaties en razzia's
Gedurende de verslagperiode is het aantal massa-arrestaties en razzia's door politie en leger aanzienlijk toegenomen (zie ook paragraaf 3.3.4). De massa-arrestaties en razzia's vonden in toenemende mate plaats na aanslagen in regeringsgebied, waarbij de regering doorgaans de LTTE hiervoor aansprakelijk hield. De operaties werden gericht uitgevoerd in wijken en gebieden waar voornamelijk Tamils woonachtig zijn of verblijven.301 Zo werden eind december 2007 na een aanslag op een politieagent, tijdens een cordon and search operatie in Mannar, 84 personen gearresteerd. De volgende dag bevonden zich nog zeven personen in hechtenis. In december 2007 vond een massale arrestatie van Tamils in Colombo plaats. Er werden tussen de 2300-2500 personen naar aanleiding van twee aanslagen, vermoedelijk gepleegd door de LTTE, in Colombo gearresteerd en gedetineerd, waarvan ongeveer 200 arrestanten gevangen werden gehouden in de Boosa detentiekamp in Galle.302 Landelijk werden naar schatting 3500 Tamils gearresteerd naar aanleiding van deze aanslagen. Het merendeel van de arrestanten werd al snel weer vrijgelaten na een uitspraak van de Hoge Raad.303 In juni 2007 vond een massale verwijdering van meer dan 300 Tamils uit Colombo plaats, nadat de inspecteur-generaal van politie had beweerd dat Tamils niet in Colombo mogen verblijven zonder geldige reden. In de vroege ochtend van 7 juni 2007 werden zij door de politie en het leger gedwongen hun tijdelijke verblijven binnen een half uur te verlaten om vervolgens met bussen te worden vervoerd naar hun woonplaatsen in het Noorden en het Oosten. Een lokale NGO tekende direct bezwaar aan bij de Hoge Raad. Nadat de Hoge Raad de volgende dag de
299 UTHR, Slow Strangulation of Jaffna: Trashing General Larry Wijeratne's Legacy and Enthroning Barbarism, 4 december 2007.

300 International Crisis Group, Sri Lanka's Return to War: Limiting the Damage- Asia Report N° 146, 20 februari 2008; HRW, World Report 2008, Country Summary-Sri Lanka, 31 januari 2008.

301 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart 2008; SLMM, Weekly Situation report, 17 december-23 december 2007; Schweizerische Flüchtlingshilfe, Sri Lanka unter Notstandsrecht, december 2007.
302 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart 2008; SLMM, Weekly Situation report, 26 november- 2 december 2007; Schweizerische Flüchtlingshilfe, Sri Lanka unter Notstandsrecht, december 2007.
303 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart 2008.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008

75
verwijdering als onwettig en als schending van de mensenrechten had beoordeeld, werden de betreffende Tamils door de regering teruggehaald naar Colombo en bood de regering haar excuses aan.304 Volgens Human Rights Watch zou de regering slechts 140 Tamils hebben teruggebracht naar Colombo.305 De politie rechtvaardigde de uitzetting van de groep Tamils als veiligheidsmaatregel die moest worden genomen in reactie op de aanslagen die door de LTTE zouden zijn gepleegd in Colombo. Daarnaast zou de maatregel als poging hebben gediend om potentiële LTTE infiltranten te weren uit Colombo en de stad te vrijwaren van terroristen.306 De uitzetting stuitte op grote weerstand van de internationale gemeenschap en mensenrechtenorganisaties.
Het aantal personen dat op basis van de noodregelgeving is gearresteerd is onbekend.307 De Human Rights Commission zou een vertrouwelijke database bijhouden van het aantal arrestaties dat onder de noodregelgeving heeft plaatsgevonden.308
Personen die op grond van de noodregelgeving zijn opgepakt, werden gedurende de verslagperiode gedetineerd in reguliere gevangenissen, alsook politiecellen en andere detentiefaciliteiten, waaronder in Boosa, toebehorend aan de Terrorism Investigation Department (TID) van de politie.309 Er zijn berichten dat deze personen ook kunnen worden vastgehouden in detentiefaciliteiten van het leger, maar de regering blijft bij haar standpunt dat het leger geen personen (meer) detineert en verplicht is om een arrestant over te dragen aan de politie.310 Volgens
304 EIU, Country Report Sri Lanka juli 2007; US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart 2008; HRW, End Expulsion of Tamils from Colombo, 8 juni 2007; CPA, Supreme court grants leave to proceed to case filed by CPA on the eviction of Tamils form Colombo, 26 juli 2007.
305 HRW, World Report 2008, Country Summary- Sri Lanka, 31 januari 2008.
306 Reuters, Sri Lanka court blocks state deportation of Tamils, 8 juni 2008; The Guardian, Ethnic cleansing claim after police move Tamils at gunpoint, 8 juni 2007; BBC, Police evict Tamils form Colombo, 7 juni 2007.

307 HRW, Sri Lanka, Return to War, Human Rights Under Siege, volume 19. N° 11 (c), augustus 2007; HRW, World Report 2008 Country Summary-Sri Lanka, 31 januari 2008; Schweizerische Flüchtlingshilfe, Sri Lanka unter Notstandsrecht, december 2007.
308 Human Rights Council, Report of the Special Rapporteur on torture and other cruel, inhuman or degrading treatment or punishment, Manfred Nowak, Mission to Sri Lanka, A/HRC/7/3/Add.6, 26 februari 2008.

309 HRW, Sri Lanka, Return to War, Human Rights Under Siege, volume 19. N° 11 (c), augustus 2007; US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart 2008.

310 Human Rights Council, Report of the Special Rapporteur on torture and other cruel, inhuman or degrading treatment or punishment, Manfred Nowak, Mission to Sri Lanka, A/HRC/7/3/Add.6, 26 februari 2008; US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart 2008; HRW, Recurring Nightmare, State Responsibility f or "Dissapearances" and Abductions in Sri Lanka, Volume 20, N° 2(c), maart 2008. Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008

76
een bron zijn er meer dan 150 kaderleden van de LTTE gedetineerd in gevangenissen van het leger. Ook zou de regering geheime detentieplaatsen in gebruik hebben, alwaar veronderstelde LTTE sympathisanten worden vastgehouden, gemarteld of vermoord.311 Volgens een bron zijn er meldingen dat de gevangenen eerst in de geheime detentieplaatsen worden gevangen gehouden door de TMVP en/of het leger alvorens zij worden overgedragen aan de politie en/of geregistreerd worden. De regering heeft het bestaan van deze detentieplaatsen evenwel ontkend.
Arrestaties door LTTE
De LTTE zou een aantal politieke gevangenen vasthouden. Het is onbekend om hoeveel personen het gaat.312
Situatie detentiecentra
Er zijn in totaal 21 closed prisons 313 in Sri Lanka, waarvan drie voor veroordeelde gevangenen en achttien voor gedetineerden in voorarrest in afwachting van de terechtzitting (remand prisons). Daarnaast zijn er 25 lock-ups 314 en acht work camps 315 en twee 'open gevangenissen' (open prison camps) waar gevangenen die hiervoor in aanmerking komen, worden vastgehouden met minimale veiligheidsmaatregelen. Voor jeugdige criminelen (tussen de 16-22 jaar) zijn er twee correctional centres en een training school aanwezig. De situatie in gevangenissen is slecht en voldoet niet aan de internationale normen en maatstaven. De gevangenissen zijn overbevolkt en de kwaliteit van de sanitaire voorzieningen is onder de maat.316 Terwijl de totale capaciteit van gevangenissen 8.200 personen bedraagt, telt het totaal aantal gevangenen in Sri Lanka in
311 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart 2008.

312 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart 2008.

313 Een closed prison is een gevangenis met omheining en maximale veiligheidsmaatregelen waar gevangenen worden gedetineerd.

314 Een lock-up is een gevangenisgebouw gelegen naast een rechtbank waar gevangenen met lopende rechtszaken voorafgaand aan of na afloop van een terechtzitting tijdelijk kunnen worden gedetineerd. Personen die worden veroordeeld door de rechter, wachten in deze cellen hun overplaatsing naar een gevangenis af; Statistics Division Prisons Headquarters, Prisons Statistics of Sri Lanka, vol.26- year 2007.
315 Een work camp is een gevangenis zonder omheining en minimale veiligheidsmaatregelen voor gedetineerden die een kortere straf opgelegd hebben gekregen; Statistics Division Prisons Headquarters, Prisons Statistics of Sri Lanka, vol.26- year 2007.
316 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart 2008; Human Rights Council, Report of the Special Rapporteur on torture and other cruel, inhuman or degrading treatment or punishment, Manfred Nowak, Mission to Sri Lanka, A/HRC/7/3/Add.6, 26 februari 2008.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008

77
werkelijkheid 28.000 personen.317 De situatie in politiecellen is ook slecht; gevangenen worden vastgehouden in ruimtes zonder daglicht en onvoldoende ventilatie, terwijl het eveneens voorkomt dat ze op betonnen vloeren dienen te slapen.318
Vrouwen worden apart van mannen gedetineerd en worden bewaakt door vrouwelijke gevangenbewaarders. Kinderen kunnen tot hun vijfde jaar bij de moeder blijven. Na hun vijfde jaar worden de kinderen ondergebracht in weeshuizen of bij familie. Gevangenen in voorarrest en veroordeelde gevangenen delen dezelfde cel vanwege ruimtegebrek.319 Hoewel er separate faciliteiten zijn voor jeugdige criminelen tussen de 16-18 jaar, deden zich gedurende de verslagperiode gevallen voor van minderjarigen die de cel deelden met volwassenen.320 Volgens de Speciaal Adviseur van de VN Manfred Nowak werden in de detentiefaciliteiten van de Terrorist Investigation Departement (TID) in Colombo kinderen (jongens en meisjes) vastgehouden die ervan verdacht worden kindsoldaten van de LTTE te zijn.321 Er is voor zover bekend geen verschil in behandeling van Singalezen, Tamils en moslims in detentie. Ongeveer 70% van de gevangenen zit een korte straf uit; de overige 30% dient een lange gevangenisstraf uit. Personen tot achttien jaar zitten niet in de open en gesloten gevangenissen, maar in rehabilitatiecentra. Personen onder de achttien jaar worden wel in de speciale detentiecentra voor voorlopige hechtenis vastgehouden, waar ze dus (mogelijk voor langere tijd, zie paragraaf 3.3.6) tussen volwassenen zitten.322
De cipiers krijgen een militaire training. Corruptie onder de cipiers komt voor. Het komt ook voor dat gevangenbewaarders gevangenen mishandelen (zie paragraaf 3.3.7). Binnen het gevangeniswezen bestaat een systeem om disciplinaire
317 Human Rights Council, Report of the Special Rapporteur on torture and other cruel, inhuman or degrading treatment or punishment, Manfred Nowak, Mission to Sri Lanka, A/HRC/7/3/Add.6, 26 februari 2008.

318 Human Rights Council, Report of the Special Rapporteur on torture and other cruel, inhuman or degrading treatment or punishment, Manfred Nowak, Mission to Sri Lanka, A/HRC/7/3/Add.6, 26 februari 2008.

319 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart 2008.

320 Human Rights Council, Report of the Special Rapporteur on torture and other cruel, inhuman or degrading treatment or punishment, Manfred Nowak, Mission to Sri Lanka, A/HRC/7/3/Add.6, 26 februari 2008; US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart 2008.

321 Human Rights Council, Report of the Special Rapporteur on torture and other cruel, inhuman or degrading treatment or punishment, Manfred Nowak, Mission to Sri Lanka, A/HRC/7/3/Add.6, 26 februari 2008.

322 UTHR, The Race for infamy in Sri Lanka's North-East, Information Bulletin N° 44, 13 maart 2007.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008

78
maatregelen te kunnen nemen tegen gevangenbewaarders. In hoeverre hieraan de hand wordt gehouden, is onbekend.
De Human Rights Commission heeft het mandaat om gevangenen te bezoeken. Het is niet bekend hoeveel bezoeken de HRC gedurende de verslagperiode heeft afgelegd.323
Het Internationaal Comité van het Rode Kruis (ICRC) heeft een Memorandum of Understanding afgesloten met de Sri Lankaanse autoriteiten dat hen toestaat bezoeken af te leggen aan alle gedetineerden die worden vastgehouden in verband met het conflict. Sinds de invoering van de noodregelgeving krijgen personen die op grond daarvan worden vastgehouden, speciale aandacht van het ICRC. Daarnaast bezoekt het ICRC verschillende gevangenissen in het land. Ook volgt het ICRC gevangenen van de Criminal Investigation Department (CID), de Terrorist Investigation Department (TID) en gedetineerden in politiebureaus.324 LTTE-detentiecentra
De LTTE beschikt in de gebieden die onder haar controle staan over diverse detentiekampen of werkkampen en over gevangenissen. 325 Het ICRC heeft beperkte toegang tot gevangenen in de gebieden die onder controle staan van de LTTE. De LTTE biedt geen toegang tot bepaalde detentiecentra waar de eigen afvalligen en deserteurs worden gevangen gehouden. Toegang tot de detentiecentra waar de gevangenen verblijven die veroordeeld zijn voor reguliere misdrijven is wel mogelijk. De behandeling van de gevangenen in LTTE gebied is slecht.326
3.3.7 Mishandeling en foltering

323 Zie paragraaf 3.2; Human Rights Council, Report of the Special Rapporteur on torture and other cruel, inhuman or degrading treatment or punishment, Manfred Nowak, Mission to Sri Lanka, A/HRC/7/3/Add.6, 26 februari 2008.

324 Zie algemeen ambtsbericht Sri Lanka april 2007.
325 Het werd de Speciaal Adviseur van de VN inzake Foltering en overige wrede, inhumane of onterende behandeling of bestraffing, tijdens zijn bezoek aan Sri Lanka in 2007 door de regering niet toegestaan om het gebied dat onder controle staat van de LTTE te bezoeken. Als reden werd opgegeven dat het bezoek door de LTTE kon worden gebruikt als propagandadoeleinden; Human Rights Council, Report of the Special Rapporteur on torture and other cruel, inhuman or degrading treatment or punishment, Manfred Nowak, Mission to Sri Lanka, A/HRC/7/3/Add.6, 26 februari 2008; International Crisis Group, Sri Lanka's Return to War: Limiting the Damage- Asia Report N° 146, 20 februari 2008.
326 International Crisis Group, Sri Lanka's Return to War: Limiting the Damage- Asia Report N°146, 20 februari 2008.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008

79
Foltering is volgens de wet een strafbaar feit, maar niet alle voorzieningen uit het Verdrag tegen Foltering zijn geïmplementeerd. Foltering wordt wijdverbreid gepraktiseerd in Sri Lanka. Marteling door de politie wordt voornamelijk toegepast om een bekentenis af te dwingen of informatie over anderen te verkrijgen. De Human Rights Commission heeft de eerste negen maanden van 2007 in totaal 405 klachten ontvangen over marteling.327 Hoewel het hanteren van lijfstraffen wettelijk verboden is onder de Corporal Punishment Act, komt het slaan van gedetineerden door gevangenbewaarders systematisch voor. Medische rapporten bevestigen dit. 328 Verdachten met veronderstelde banden met de LTTE en die op basis van de noodregelgeving zijn opgepakt, waren slachtoffer van marteling.329 In zijn rapport stelt Manfred Nowak dat marteling een routinematige handeling van de politie en het leger is geworden als onderdeel van anti-terrorisme operaties. De toegepaste martelmethodes zijn zeer wreed en variëren van het slaan van de voetzolen (falaqa), bijna verdrinking, het toedienen van elektrische schokken, het blazen in het oor (telephono), verbranding met metalen voorwerpen en sigaretten tot ophanging in verschillende posities en de verminking van geslachtsdelen. Met name in de detentiefaciliteit 'Boosa' van de Terrorist Investigation Department (TID) werden deze methodes frequent toegepast.330
Er waren gedurende de verslagperiode meldingen van marteling en mishandeling van gedetineerden in politiehechtenis en door het leger in legerkampen alvorens zij werden overgebracht naar gevangenissen.331
In het Oosten en regeringsgebieden in het Noorden kwamen marteling en mishandeling voor door militair inlichtingenpersoneel en overig veiligheidspersoneel, al dan niet in samenwerking met paramilitaire groeperingen. Personen die verdacht werden van LTTE betrokkenheid werden zowel in geheime
327 Human Rights Council, Report of the Special Rapporteur on torture and other cruel, inhuman or degrading treatment or punishment, Manfred Nowak, Mission to Sri Lanka, A/HRC/7/3/Add.6, 26 februari 2008.

328 Human Rights Council, Report of the Special Rapporteur on torture and other cruel, inhuman or degrading treatment or punishment, Manfred Nowak, Mission to Sri Lanka, A/HRC/7/3/Add.6, 26 februari 2008.

329 Human Rights Council, Report of the Special Rapporteur on torture and other cruel, inhuman or degrading treatment or punishment, Manfred Nowak, Mission to Sri Lanka, A/HRC/7/3/Add.6, 26 februari 2008.

330 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart 2008; Human Rights Council, Report of the Special Rapporteur on torture and other cruel, inhuman or degrading treatment or punishment, Manfred Nowak, Mission to Sri Lanka, A/HRC/7/3/Add.6, 26 februari 2008.

331 Human Rights Council, Report of the Special Rapporteur on torture and other cruel, inhuman or degrading treatment or punishment, Manfred Nowak, Mission to Sri Lanka, A/HRC/7/3/Add.6, 26 februari 2008.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008

80
detentieplaatsen als in reguliere gevangenissen onderworpen aan ondervraging, hetgeen doorgaans gepaard ging met marteling. Bij vrijlating werden gevangenen geregeld gewaarschuwd om niet over de detentie te praten onder bedreiging van repercussies. In enkele gevallen werd de persoon direct na zijn vrijlating vermoord door gemaskerde mannen op motorvoertuigen (zie ook paragraaf 3.3.9).332 Slachtoffers van marteling hebben de mogelijkheid een klacht in te dienen.333 Intimidaties en bedreigingen van politie en leger weerhouden de slachtoffers hier echter van. Voor zover bekend is de openbare aanklager in 34 gevallen tot vervolging overgegaan, waarvan drie gevallen tot een veroordeling hebben geleid, naar het voorkomt mede door gebrek aan volwaardig onderzoek.334 Op marteling staat een gevangenisstraf van minimaal zeven en maximaal tien jaar en een geldboete van 100-500 US Dollar.335
De LTTE maakte zich gedurende de verslagperiode ook schuldig aan foltering.336 3.3.8 Verdwijningen
Het aantal verdwijningen en ontvoeringen in het gehele land is gedurende de verslagperiode sterk toegenomen. Het merendeel (meer dan de helft van de gevallen) vond plaats in Jaffna, gevolgd door Colombo (13%). Maar ook in Mannar, Batticaloa, Ampara, Trincomalee en Vavuniya hebben verdwijningen en ontvoeringen op grote schaal plaatsgevonden. Dagelijks vinden er gemiddeld vijf verdwijningen of moorden plaats in Sri Lanka (zie ook paragraaf 3.3.9).337
332 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart 2008.

333 Het High Court heeft de jurisdictie om zaken over marteling te behandelen. Het slachtoffer kan hiertoe een klacht indienen bij de openbare aanklager. Op basis van instructies van de openbare aanklager wordt een onderzoek ingesteld door de Special Investigation Unit. Het onderzoek geschiedt onder supervisie van de inspecteur-generaal van politie; Human Rights Council, Report of the Special Rapporteur on torture and other cruel, inhuman or degrading treatment or punishment, Manfred Nowak, Mission to Sri Lanka, A/HRC/7/3/Add.6, 26 februari 2008.

334 Human Rights Council, Report of the Special Rapporteur on torture and other cruel, inhuman or degrading treatment or punishment, Manfred Nowak, Mission to Sri Lanka, A/HRC/7/3/Add.6, 26 februari 2008.

335 Human Rights Council, Report of the Special Rapporteur on torture and other cruel, inhuman or degrading treatment or punishment, Manfred Nowak, Mission to Sri Lanka, A/HRC/7/3/Add.6, 26 februari 2008.

336 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart 2008; International Crisis Group, Sri Lanka's Return to War: Limiting the Damage- Asia Report N° 146, 20 februari 2008.

337 International Crisis Group, Sri Lanka's Return to War: Limiting the Damage- Asia Report N° 146, 20 februari 2008; HRW, Recurring Nightmare, State Responsibility f or Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008

81
Uit beschikbare informatie van zowel de regering als NGO's kan worden opgemaakt dat in de periode tussen december 2005 en december 2007 meer dan 1500 mensen als vermist zijn opgegeven. Het merendeel van deze verdwijningen is nog niet opgelost. Uit een gezamenlijk rapport van enkele lokale mensenrechtenorganisaties blijkt dat tussen januari 2007 en december 2007 653 verdwijningen hebben plaatsgevonden. De meerderheid (81%) van de verdwijningen betrof Tamils. De meerderheid van de verdwenen personen (97%) betrof mannen, van wie meer dan 55% onder de 30 jaar. De beschikbare officiële cijfers zijn niet representatief, daar niet alle verdwijningen en ontvoeringen uit angst voor represailles worden gemeld.
Zowel de LTTE, de regeringstroepen (leger en politie (Criminal Investigation Department, Special Task Force)) en de TMVP en EPDP maakten zich alle schuldig aan verdwijningen en ontvoeringen. De TMVP en de EPDP handelden zowel op zelfstandige basis als in gezamenlijke acties met de veiligheidstroepen van de regering. Zowel het leger als politie maken gebruik van de TMVP en de EPDP, waarvan de leden de Tamil taal machtig zijn, ten behoeve van de identificatie van LTTE leden of aanhangers. De EPDP maakte hierbij gebruik van een netwerk van informanten.338 De gevallen waarbij de TMVP en de EPDP zelfstandig acteerden, betroffen over het algemeen ontvoeringen voor losgeld of vergeldingsacties gericht tegen de LTTE, waarbij de regeringstroepen niet ingrepen.339
Vanwege de aanwezigheid van verschillende veiligheidstroepen van de regering en paramilitaire groeperingen, is niet altijd duidelijk wie verantwoordelijk moet worden gehouden voor de verdwijningen. Daarnaast worden op basis van de Emergency Regulations gezamenlijke operaties van politie en leger toegestaan zonder duidelijke scheiding van verantwoordelijkheid. In geval van arrestaties die tot een verdwijning leiden, wordt door beide diensten naar elkaar verwezen. De "Disappearances" and Abductions in Sri Lanka, Volume 20, N° 2(c), maart 2008; International Crisis Group, Sri Lanka's Human Rights Crisis, Asia Report N° 135, 14 juni 2007; Minority Rights Group International, One year on: counter-terrorism sparks human rights for Sri Lanka's minorities, december 2007.

338 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart 2008.

339 HRW, Recurring Nightmare, State Responsibility f or "Disappearances" and Abductions in Sri Lanka, Volume 20, N° 2(c), maart 2008; UTHR, Slow Strangulation of Jaffna: Trashing General Larry Wijeratne's Legacy and Enthroning Barbarism, 4 december 2007; International Crisis Group, Sri Lanka's Human Rights Crisis, Asia Report N° 135, 14 juni 2007; Minority Rights Group International, One year on: counter-terrorism sparks human rights for Sri Lanka's minorities, december 2007; UTHR, Can de East be Won by Human Culling? Special Economic Zones. An Ideological Journey Back to 1983, augustus 2007. Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008

82
familieleden worden zo van het kastje naar de muur gestuurd. Verdwijningen blijven zo veelal onopgelost.340
Slachtoffers waren voornamelijk (jonge) Tamils, maar ook Singalezen en moslims waren doelwit.341 Jonge Tamils, waaronder een groot aantal middelbare scholieren en studenten, vormden de grootste groep slachtoffers. Ook kwamen verdwijningen voor onder humanitaire hulpverleners, journalisten en kinderen. De trend lijkt te zijn dat individuen die verdacht worden van LTTE betrokkenheid een doelwit van verdwijningen vormen. Verschillende bronnen melden dat de Sri Lankaanse inlichtingendienst aan de hand van foto- en videomateriaal van bijeenkomsten van de LTTE, die tijdens het staakt-het-vurenakkoord vrijelijk kon opereren in Sri Lanka, hun doelwit bepalen. Ook personen die door de LTTE gedwongen werden deze bijeenkomsten van de LTTE bij te wonen, behoren tot deze groep.342 Volgens verschillende ooggetuigen vonden de meeste verdwijningen plaats middels het gebruik van 'witte bussen zonder kenteken' door niet nader te identificeren (gemaskerde) Tamil sprekende, gewapende mannen.343 Een arrestatie op basis van de noodregelgeving is ook moeilijk te onderscheiden van een verdwijning, daar niet geüniformeerde ambtenaren personen kunnen arresteren zonder mededeling van de reden, van hun bevoegdheid of van de plaats van bestemming.344 In het Oosten en Noorden deed het merendeel van de verdwijningen zich voor gedurende of na massa-arrestaties en razzia's die volgden na aanslagen van de LTTE. Tijdens massa-arrestaties en razzia's worden de identiteitskaarten van voornamelijk mannen, en soms ook vrouwen van Tamil afkomst in beslag genomen en worden zij vervolgens in hechtenis genomen in legerkampen voor verhoor. Een andere veel toegepaste methode is de identiteitskaarten van personen in te nemen met het verzoek zich de volgende dag te melden. Vervolgens wordt de persoon onder druk gezet om namen van LTTE aanhangers of sympathisanten te geven in ruil voor teruggave van zijn identiteitskaart. Er zijn berichten van personen die vervolgens verdwijnen of kort na hun vrijlating worden vermoord.
340 Human Rights Watch, Sri Lanka, Return to War, Human Rights Under Siege, volume 19. N°11 (c), augustus 2007; Minority Rights Group International, One year on: counterterrorism sparks human rights for Sri Lanka's minorities, december 2007.
341 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart 2008; HRW, Recurring Nightmare, State Responsibility f or "Disappearances" and Abductions in Sri Lanka, Volume 20, N° 2(c), maart 2008.
342 International Crisis Group, Sri Lanka's Human Rights Crisis, Asia Report N° 135, 14 juni 2007; UTHR, Slow Strangulation of Jaffna: Trashing General Larry Wijeratne's Legacy and Enthroning Barbarism, 4 december 2007; Amnesty International, Silencing Dissent, februari 2008.

343 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart 2008; Schweizerische Flüchtlingshilfe, Sri Lanka unter Notstandsrecht, december 2007.
344 International Crisis Group, Sri Lanka's Human Rights Crisis, Asia Report N° 135, 14 juni 2007.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008

83
Het leger werkt volgens verschillende bronnen aan de hand van lijsten met namen van personen die worden verdacht van LTTE betrokkenheid.345 In het Oosten waren met name de TMVP, het leger en de Special Task Force van de politie verantwoordelijk voor de verdwijningen en ontvoeringen. Dit geschiedde zowel zelfstandig als in nauwe samenwerking met elkaar.346 Ook kwamen ontvoeringen voor losgeld voor. Het kwam geregeld voor dat de TMVP en het leger gezamenlijk ontheemden afkomstig uit het LTTE gebied doorlichtten ter identificatie van LTTE verdachten.347
In Jaffna wordt vooral het leger verantwoordelijk gehouden voor de verdwijningen, omdat de meeste verdwijningen plaatsvonden binnen militaire High Security Zones of op tijden waarin de avondklok was ingesteld.348 De verdwijningen vonden plaats tijdens of na controles bij een checkpoint of na gerichte invallen als gevolg van veiligheidsincidenten. Naast het leger maakte ook de EPDP zich schuldig aan ontvoeringen en verdwijningen. De EPDP handelt zowel zelfstandig als in nauwe samenwerking met het leger. De LTTE is ook nog steeds actief in Jaffna en zou zich bij verdwijningen (die doorgaans leiden tot moord) met name richten op personen die een goede relatie onderhouden met het leger of personen die zich negatief uitlaten over de LTTE. 349 Er zijn over het algemeen weinig meldingen van verdwijningen en ontvoeringen door de LTTE in regeringsgebied, omdat openlijke executies als afschrikwekkend middel de voorkeur hebben bij de LTTE.350
Het aantal personen dat zich in Jaffna als gevolg van de dreiging om ontvoerd en vermoord te worden, voor zijn eigen veiligheid overgeeft aan de regering (vrijwillige internering) is gedurende de verslagperiode drastisch toegenomen. Deze personen worden vrijwillig in detentie genomen na aanmelding bij de regionale Human Rights Commission en verschijning voor de rechter.351 In december 2007 rapporteerde de SLMM dat 223 personen zich in vrijwillige
345 UTHR, Slow Strangulation of Jaffna: Trashing General Larry Wijeratne's Legacy and Enthroning Barbarism, 4 december 2007; Schweizerische Flüchtlingshilfe, Sri Lanka unter Notstandsrecht, december 2007.

346 HRW, Recurring Nightmare, State Responsibility f or "Disappearances" and Abductions in Sri Lanka, Volume 20, N° 2(c), maart 2008; UTHR, Can the East be won through Human Culling, Special report N° 26, 3 augustus 2007.

347 HRW, Recurring Nightmare, State Responsibility f or "Disappearances" and Abductions in Sri Lanka, Volume 20, N° 2(c), maart 2008.

348 HRW, Recurring Nightmare, State Responsibility f or "Disappearances" and Abductions in Sri Lanka, Volume 20, No. 2(c), maart 2008; International Crisis Group, Sri Lanka's Human Rights Crisis, Asia Report N° 135, 14 juni 2007.

349 Schweizerische Flüchtlingshilfe, Sri Lanka unter Notstandsrecht, december 2007.
350 HRW, Recurring Nightmare, State Responsibility f or "Disappearances" and Abductions in Sri Lanka, Volume 20, N° 2(c), maart 2008.

351 UTHR, Slow Strangulation of Jaffna: Trashing General Larry Wijeratne's Legacy and Enthroning Barbarism, 4 december 2007.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008

84
internering bevonden in Jaffna, waarvan 207 mannen, vijf vrouwen en elf kinderen. 352 In november 2007 was dit aantal nog 193 personen, waarvan 174 mannen. Het totaal aantal gevangenen in Jaffna bedroeg 430 personen.353 In februari 2008 alleen al hebben zich meer dan 250 jongeren onder het gezag van de lokale Human Rights Commission geplaatst.
In Colombo zijn volgens verschillende bronnen voornamelijk de Special Task Force en de Criminal Investigation Department van de politie verantwoordelijk voor de verdwijningen.354 De TMVP en de EPDP maakten zich in de verslagperiode ook schuldig aan verdwijningen en ontvoeringen van rijke Tamilen moslimzakenlieden voor losgeld in Colombo. Zij handelden hierbij zowel zelfstandig als met (stilzwijgende) medewerking van de regeringstroepen. Er was niet altijd een duidelijke scheidslijn te trekken tussen politiek gemotiveerde verdwijningen en ontvoeringen voor losgeld. Met name de georganiseerde criminaliteit zou handig gebruik hebben gemaakt van het klimaat van straffeloosheid en de aanwezigheid van verschillende veiligheidstroepen en paramilitaire groeperingen om hun slag te slaan.355 Het aantal ontvoeringen voor losgeld deed zich voornamelijk voor in de eerste helft van 2007 en is voor zover bekend inmiddels afgenomen.356
Verdwijningen resulteren veelvuldig in buitengerechtelijke executies of moord. Sommige verdwenen personen zijn omgekomen als gevolg van marteling gedurende detentie.357 Geregeld werden er gedurende de verslagperiode lijken doorboord met kogels of andere zware verwondingen teruggevonden. Van veel vermiste personen wordt echter nooit meer iets vernomen; van het merendeel wordt verondersteld dat zij zijn omgekomen. Ook worden verdwenen personen vastgehouden in detentiekampen van het leger of officiële gevangenissen als Boosa, of in kampen van de TMVP en de EPDP (zie ook paragraaf 3.3.6).
352 SLMM, Weekly situation report, 17 december-23 december 2007.
353 SLMM, Weekly Situation report, 19 november-25 november 2007.
354 HRW, Recurring Nightmare, State Responsibility f or "Disappearances" and Abductions in Sri Lanka, Volume 20, N° 2(c), maart 2008.

355 HRW, Recurring Nightmare, State Responsibility f or "Disappearances" and Abductions in Sri Lanka, Volume 20, N° 2(c), maart 2008; International Crisis Group, "Sri Lanka's Human Rights Crisis", Asia Report N° 135, 14 juni 2007.

356 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart 2008; Minority Rights Group International, One year on: counter-terrorism sparks human rights for Sri Lanka's minorities, december 2007; International Crisis Group, Sri Lanka's Return to War: Limiting the Damage- Asia Report N° 146, 20 februari 2008; HRW, Recurring Nightmare, State Responsibility f or "Disappearances" and Abductions in Sri Lanka, Volume 20, N°. 2(c), maart 2008.

357 HRW, Recurring Nightmare, State Responsibility f or "Disappearances" and Abductions in Sri Lanka, Volume 20, N° 2(c), maart 2008.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008

85
In de gebieden die onder controle van de LTTE staan, werden de meeste verdwijningen in verband gebracht met gedwongen rekrutering (LTTE). De meeste ontvoeringen deden zich voor in Kilinochchi en Mulaithivu. Ontvoeringen door de LTTE zouden ook plaatsvinden in Mannar, Vavuniya en gebieden in Jaffna.358
3.3.9 Buitengerechtelijke executies en moorden
Het aantal buitengerechtelijke executies en moorden is gedurende de verslagperiode sterk toegenomen. Gedurende de verslagperiode kwamen met name in het Noorden en Oosten dagelijks politieke moorden voor. Ook in Colombo vonden moorden plaats, maar beduidend minder. Het merendeel deed zich voor in Jaffna, maar ook in Batticaloa, Vavuniya en Tricomalee was de situatie ernstig.359 Uit een gezamenlijk rapport van enkele lokale mensenrechtenorganisaties blijkt dat tussen januari 2007 en december 2007 898 buitengerechtelijke executies en moorden zouden hebben plaatsgevonden. De meerderheid (84 %) van de slachtoffers betrof Tamils. 80% betrof jonge mannen, waarvan bijna 50% onder de 30 jaar.
Veel slachtoffers, zijn eerst verdwenen en pas later dood teruggevonden (zie ook paragraaf 3.3.8). Ook hier geldt dat vanwege de aanwezigheid van verschillende veiligheidstroepen van de regering en paramilitaire groeperingen, het niet altijd duidelijk was wie verantwoordelijk moest worden gehouden voor de moorden. Daarnaast waren getuigen of nabestaanden niet altijd bereid nadere details te verschaffen over de moord vanwege angst voor represailles. Indirect bewijs zoals de locatie (bijvoorbeeld in een HSZ, vlakbij een controlepost of militair kamp) of het tijdstip van het misdrijf (tijdens de avondklok), politieke affiniteit en etniciteit van het slachtoffer, wijzen op betrokkenheid van de regeringstroepen en paramilitaire groeperingen.360 Zowel van de TMVP, EPDP en regeringstroepen wordt betrokkenheid en samenwerking daarbij verondersteld. Ook de LTTE maakte zich schuldig aan buitengerechtelijke executies en moorden.361
358 HRW, Recurring Nightmare, State Responsibility f or "Disappearances" and Abductions in Sri Lanka, Volume 20, N° 2(c), maart 2008.

359 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart 2008; International Crisis Group, Sri Lanka's Return to War: Limiting the Damage- Asia Report N° 146, 20 februari 2008.

360 International Crisis Group, Sri Lanka's Return to War: Limiting the Damage- Asia Report N° 146, 20 februari 2008; UTHR, Slow Strangulation of Jaffna: Trashing General Larry Wijeratne's Legacy and Enthroning Barbarism, 4 december 2007; Minority Rights Group International, One year on: counter-terrorism sparks human rights for Sri Lanka's minorities, december 2007.

361 Schweizerische Flüchtlingshilfe, Sri Lanka unter Notstandsrecht, december 2007; UTHR, Slow Strangulation of Jaffna: Trashing General Larry Wijeratne's Legacy and Enthroning Barbarism, 4 december 2007.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008

86
Slachtoffers van de LTTE waren met name leden, ex-leden en supporters van gematigde (pro-regering) Tamil partijen (inclusief TMVP en EPDP), informanten van het leger, tegenstanders van de LTTE, en hun families. De LTTE werd ook verantwoordelijk gehouden voor een aantal politieke moorden dat zich gedurende de verslagperiode voordeed.362 Naast een aantal parlementsleden, zijn gedurende de verslagperiode twee ministers bij aanslagen om het leven gekomen. Ook de leider van de EPDP Douglas Devananda is in november 2007 doelwit van een zelfmoordaanslag geweest (zie paragraaf 2.3).
De moorden van de TMVP en de EPDP waren met name gericht op LTTE-leden en individuen (voornamelijk Tamils) die ervan verdacht werden LTTE aanhanger te zijn en leden van de TNA (pro-LTTE).363 (zie ook paragraaf 2.3). 3.3.10 Doodstraf
Sedert 23 juni 1976 wordt de doodstraf in Sri Lanka niet meer uitgevoerd. De doodstraf is nog wel opgenomen in de wet en wordt nog steeds opgelegd. Sri Lanka handhaaft evenwel een moratorium op de doodstraf met het oog op afschaffing in de toekomst.364 Er zijn ongeveer 175 gevangenen in Sri Lanka die ter dood zijn veroordeeld. In december 2006 was dit aantal nog 165. 365 In 47 gevallen is de doodstraf inmiddels omgezet in levenslang. Na het uitzitten van 15- 17 jaar gevangenisstraf worden deze gevangenen bij goed gedrag vrijgelaten. Terdoodveroordeelden zitten in de praktijk dus dezelfde straf uit als personen die tot levenslang zijn veroordeeld, maar genieten niet dezelfde privileges en opleidingsmogelijkheden.
In LTTE gebied komt de doodstraf voor. Hoe vaak een veroordeling wordt uitgesproken is niet bekend.
3.4 Positie van specifieke groepen
3.4.1 Plantage Tamils

362 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart 2008.

363 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart 2008.

364 Human Rights Council, Report of the Special Rapporteur on torture and other cruel, inhuman or degrading treatment or punishment, Manfred Nowak, Mission to Sri Lanka, A/HRC/7/3/Add.6, 26 februari 2008.

365 Statistics Division Prisons Headquarters, Prisons Statistics of Sri Lanka, vol.26- year 2007. Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008

87
De Plantage Tamils (ook wel Indian Tamils, Up Country Tamils, Estate Tamils of Tea Tamils genoemd) werden in de 19de en 20ste eeuw door de Britse koloniale regering vanuit India gehaald om te werken op de plantages in het centrale heuvelland van toenmalig Ceylon. De Ceylon Citizenship Act, die van kracht werd na de onafhankelijkheid van Sri Lanka in 1948, onthield hen de Sri Lankaanse nationaliteit en burgerrechten. Sinds de invoering van de Grant of Citizenship to Persons of Indian Origin Act in 2003 kunnen staatloze Plantage Tamils van Indiase afkomst die sinds 30 oktober 1964 permanent in Sri Lanka hebben gewoond en hun nakomelingen, het Sri Lankaanse staatsburgerschap aanvragen. De UNHCR voert geregeld campagne om deze Plantage Tamils te wijzen op de nieuwe wet.
De sociaal-economische positie van Plantage Tamils is slecht. Naar eigen zeggen worden zij achtergesteld bij toegang tot bijvoorbeeld universiteiten en publieke functies en bij andere zaken die door de overheid geregeld worden.366 Kinderen kunnen naar school, maar het onderwijsniveau is zeer laag. Veel Plantage Tamils hebben geen identiteitskaart, waardoor zij niet zonder gevaar buiten de plantages kunnen reizen. Het gevaar voor arrestaties en detenties weerhoudt veel Plantage Tamils van het werken buiten de plantages. Bij afwezigheid van een geboortebewijs zijn velen ook niet in staat om een nationale identiteitskaart aan te vragen (zie ook paragraaf 3.3.4).367
3.4.2 Vrouwen
Op grond van nationaal recht, strafrecht en civiel recht hebben vrouwen gelijke rechten als mannen. Omdat in Sri Lanka het persoons- en familierecht verschilt per gemeenschap (Tamil, Singalees en islam), zijn de rechten van vrouwen evenwel niet in alle gevallen gelijk aan mannen.368 Zo is de minimumleeftijd voor vrouwen om te huwen volgens het civiele recht gesteld op achttien jaar, terwijl het huwelijk volgens het islamitische recht niet leeftijdgebonden is. Een islamitisch meisje mag trouwen zodra de puberteit is ingetreden. Ondanks de wettelijke keuzevrijheid tussen het civiele recht en het gemeenschapsrecht, is de druk binnen de islamitische gemeenschap om onder het islamitische recht te trouwen groot.369
366 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart 2008.

367 Consortium of Humanitarian Agencies, Fact Finding Mission to the Tea Plantation, 25-27 januari 2008.

368 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart 2008.

369 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart 2008.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008

88
Volgens de nationale wet zijn vrouwen handelingsbekwaam.370 In de praktijk kan het, in bijvoorbeeld traditionele of armere gezinnen, voorkomen dat een vrouw afhankelijk is van een mannelijk familielid. Zo heeft een getrouwde vrouw onder Tamil gewoonterecht de toestemming van haar echtgenoot nodig om eigendommen te verkopen of te verwerven. In het civiele erfrecht geldt voor zonen en dochters het recht op een gelijk deel van het vermogen, terwijl dit in het islamitische recht weer niet het geval is.
In de Sri Lankaanse grondwet is opgenomen dat mannen en vrouwen gelijke kansen dienen te krijgen in de publieke sector. De deelname van vrouwen in de overheidssector is echter beperkt. De vertegenwoordiging van vrouwen in de politiek is zeer laag en bedraagt ongeveer 4% in het parlement en minder dan 2% in de lokale politiek.371 Ook deelname in de private sector is beperkt. In de private sector bestaat geen wettelijke bescherming tegen discriminatie. Vrouwen krijgen soms minder betaald dan mannen voor hetzelfde werk, bekleden minder snel een leidinggevende positie en kunnen te maken krijgen met seksuele intimidatie.372 Daarnaast is de werkloosheid onder vrouwen twee keer zo hoog als onder mannen, terwijl het voor opgeleide vrouwen moeilijk is passend werk te vinden. De rol van de familie is erg belangrijk in Sri Lanka. Het is daarom niet gebruikelijk dat vrouwen alleen wonen. Het komt voor dat vrouwen met z'n tweeën in een huis wonen vanwege veiligheidsredenen. Tegelijkertijd is het aantal huishoudens dat gerund wordt door een vrouw toegenomen als gevolg van het opgelaaide conflict. Veel mannen zijn verdwenen, vermoord of gedetineerd. Weduwen of wezen, wier echtgenoot of vader in het leger zat, hebben recht op weduwen- of wezenpensioen. Aangezien veel mannen zijn verdwenen en het dus niet (officieel) bekend is dat zij zijn gestorven, hebben de weduwen en wezen problemen bij de aanvraag van het pensioen, maar ook bij hun aanspraak op landtitels. 373
(Seksueel) geweld
Huiselijk geweld en verkrachting binnen het huwelijk zijn strafbaar gesteld in de wet, maar er wordt niet op de naleving toegezien en de daders worden zelden bestraft.374 De Prevention of Domestic Violence Act is in oktober 2005 in werking
370 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart 2008.

371 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart 2008.

372 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart 2008.

373 Zie algemeen ambtsbericht Sri Lanka april 2007.
374 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart 2008; Zie ook vorig algemeen ambtsbericht Sri Lanka, april 2007. Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008

89
getreden.375 Deze wet biedt bescherming tegen huiselijk geweld, echter via de civiele procedure. Het slachtoffer kan de rechter verzoeken een beschermende maatregel of voorlopige voorziening (interim of protection order) te treffen.376 Dit geldt eveneens voor verkrachting en ander seksueel geweld. Bij niet naleving kan de dader een dwangsom worden opgelegd, die bij niet nakoming wordt omgezet in een gevangenisstraf. Seksueel geweld binnen het huwelijk is voor zover bekend niet strafbaar gesteld in de wet, behalve indien sprake is van scheiding van tafel en bed.377
Seksueel geweld tegen vrouwen is gedurende de verslagperiode toegenomen als gevolg van de geweldsescalatie. De groeiende aanwezigheid van verschillende militaire groeperingen (zoals de LTTE, de TMVP, de EPDP), personeel van het National Civil Security Department (zie paragraaf 2.3) en veiligheidstroepen van de regering (leger en politie) had een toename van het (seksueel) geweld tegen vrouwen tot gevolg in het Oosten, het Noorden en in opvangkampen voor ontheemden.378 (Groeps)verkrachting en ontvoering van vrouwen door het leger en politie kwamen geregeld voor. Met name alleenstaande vrouwen of vrouwen wier echtgenoot in detentie is of is 'verdwenen', lopen een groot risico om slachtoffer van (seksueel) geweld te worden.379 Ook gedwongen seks met gevangenbewaarders is een veelvoorkomende klacht. Er zou niet altijd sprake zijn van bewaking van vrouwen door vrouwelijke gevangenbewaarders.380 Het Bureau for the Protection of Women and Children heeft 278 gevallen van verkrachting
375 Parliament of the democratic socialist republic of Sri Lanka, Prevention of Domestic Violence Act, No. 34 of 2005, Published as a supplement to Part II of the Gazette of he Democratic Socialist Republic of Sri Lanka of October 07, 2005.
376 De maatregelen variëren van het opleggen van een straatverbod aan dader, contactverbod tot het verbod om het echtelijk huis te verkopen; Parliament of the democratic socialist republic of Sri Lanka, Prevention of Domestic Violence Act, No. 34 of 2005, Published as a supplement to Part II of the Gazette of he Democratic Socialist Republic of Sri Lanka of October 07, 2005.

377 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart 2008.

378 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart 2008; International Crisis Group, Sri Lanka's Return to War: Limiting the Damage- Asia Report N° 146, 20 februari 2008; South Asians for Human Rights, report on the fact finding mission to the north and east of Sri Lanka to assess the state of displaced persons, augustus 2007.

379 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart 2007; International Crisis Group, Sri Lanka's Return to War: Limiting the Damage- Asia Report N° 146, 20 februari 2008.

380 International Crisis Group, Sri Lanka's Return to War: Limiting the Damage- Asia Report N° 146, 20 februari 2008; US State Department, Country report on human rights practices 2007
- Sri Lanka, 11 maart 2008.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008

90
gerapporteerd van januari tot en met november 2007.381 De daders worden nauwelijks bestraft (zie paragraaf 3.3.5 en 3.3.6). Het functioneren van het Bureau for the Protection of Women and Children van de politie is niet voldoende effectief gebleken in geval van klachten van vrouwen die slachtoffer zijn van seksueel geweld. Het bureau beschikt niet over voldoende middelen. Risico van intimidatie van klagers is aanwezig. Ook noemden verschillende bronnen de politie bevooroordeeld en veelal veroordelend bij klachten met betrekking tot seksueel geweld. Het Bureau for the Protection of Women and Children heeft 38 kantoren in Sri Lanka, hoewel ieder politiebureau in beginsel een eigen bureau behoort te hebben. Het hoofdkantoor is gelegen in Colombo. Gedurende de eerste helft van 2007 heeft het Bureau for the Protection of Women and Children 995 klachten van zwaar geweld tegen vrouwen ontvangen en 2247 gevallen van minder zware vergrijpen geregistreerd.382 Opvang en begeleiding van vrouwen die slachtoffer zijn van verkrachting of huiselijk geweld, zoals crisiscentra of opvangtehuizen waren slechts in beperkte mate aanwezig.383 Er zijn voor zover bekend geen specifieke overheidsopvanghuizen voor vrouwen die slachtoffers zijn van verkrachting of huiselijk geweld. Wel heeft de overheid een multi-purpose faciliteit tot haar beschikking waar vrouwen kunnen worden opgevangen of advies kunnen krijgen. Deze faciliteit wordt evenwel voor verschillende doeleinden gebruikt, waardoor de veiligheid een probleem is. Opvang en begeleiding worden geboden door enkele NGO's, zoals Women In Need, en andere particuliere initiatieven. Women in Need heeft kantoren in politiebureaus waar vrouwen die slachtoffer zijn van geweld kunnen worden opgevangen. Er zijn ook kantoren in ziekenhuizen aanwezig. In totaal heeft Women in Need zeven crisiscentra, zes ziekenhuiskantoren en twee politiebureaukantoren in gebruik.
3.4.3 Homoseksuelen
Seksuele activiteiten tussen personen van hetzelfde geslacht zijn in Sri Lanka verboden onder artikel 365 van het wetboek van Strafrecht. Er staat een maximum gevangenisstraf op van tien jaar.384 Per 1995 werd ook uitdrukkelijk seks tussen
381 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart 2008.

382 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart 2008.

383 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart 2008.

384 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart 2008.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008

91
vrouwen strafbaar gesteld door het woord 'mannen' in de oorspronkelijke wettekst (die dateert uit 1883) te vervangen door het woord 'personen'. Daarnaast is op grond van artikel 365A het verrichten van obscene handelingen met iemand van hetzelfde geslacht, zowel in publieke als privé ruimten, verboden met een maximum gevangenisstraf van twee jaar of een geldboete of beide. Indien een persoon boven de achttien jaar de obscene handelingen verricht met een persoon onder de zestien jaar, wordt een gevangenisstraf gehanteerd van minimaal tien tot twintig jaar en een geldboete aangevuld met betaling van een schadevergoeding aan het slachtoffer. Er zijn geen gevallen bekend waarin homoseksualiteit heeft geleid tot strafvervolging.
Vanwege de strafbaarstelling bevinden homoseksuelen zich in een kwetsbare positie. De strafbaarstelling werkt stigmatiserend en discriminerend. Intimidatie, belediging, verkrachting, arrestatie en afpersing voor geld of seksuele diensten van homoseksuele mannen komen voor. Daarnaast komt discriminatie voor op het gebied van opleiding, gezondheidszorg en ontslag. Vanwege de strafbaarstelling van homoseksualiteit is men bij mishandeling of discriminatie bang aangifte te doen bij de politie of in geval van een aangifte de geaardheid als reden op te geven om verder stigmatisering of discriminatie door de politie te voorkomen. Ook is homoseksualiteit sociaal niet geaccepteerd in Sri Lanka. Het gebrek aan ondersteuning door de familie versterkt het gevoel van stigmatisering. Stigmatisering van homoseksuelen geschiedt onafhankelijk van klasse, kaste en/of afkomst.
Er zijn meerdere NGO's actief in Sri Lanka die zich inzetten voor de rechten van homoseksuelen. Deze zijn evenwel vanwege de strafbaarstelling van homoseksualiteit niet als zodanig geregistreerd bij de overheid. De aanwezigheid van deze bewegingen is relatief nieuw in Sri Lanka. De eerste NGO is met haar activiteiten in 1995 aangevangen. Sedert 2005 wordt jaarlijks een kleinschalig, publiektoegankelijk, cultureel evenement ter bevordering van de emancipatiebeweging voor homoseksuelen gehouden in Colombo. Er was geen reactie van de autoriteiten op deze 'gay events' die in juni-juli 2008 plaatsvonden. 3.4.4 Minderjarigen
In Sri Lanka is men vanaf de leeftijd van achttien jaar meerderjarig en volledig handelingsbekwaam. Vanaf de leeftijd van zestien jaar dienen Sri Lankanen te beschikken over een identiteitskaart (zie paragraaf 3.3.4). De leerplicht in Sri Lanka geldt van de leeftijd van vijf jaar tot veertien jaar.385 Het opgelaaide conflict had gedurende de verslagperiode negatieve invloed op het onderwijs aan kinderen.
385 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart 2008.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008

92
Meer dan 250.000 kinderen, met name uit het Noorden en Oosten, gaan daardoor niet naar school.386 Veel scholen zijn als gevolg van de bombardementen beschadigd en onbruikbaar geraakt of werden gebruikt als tijdelijke opvang voor ontheemden. Ook raakten scholen (tijdelijk) buiten gebruik vanwege de nabijheid van locaties waar beschietingen plaatsvonden. Het toegenomen aantal ontheemden, waaronder ook de leerlingen en leerkrachten zelf, zorgde voor geregelde onderbreking van de lessen.387 Er is bovendien een tekort aan leraren ontstaan omdat velen zijn gevlucht naar veiliger gebieden als gevolg van het conflict.388 Veel kinderen zijn verminkt geraakt of omgekomen als gevolg van beschietingen, bombardementen of aanslagen.389
Kindsoldaten
In Sri Lanka is het rekruteren van kinderen strafbaar gesteld met een maximum gevangenisstraf van 30 jaar. Zowel de LTTE als de TMVP maakten zich gedurende de verslagperiode nog steeds schuldig aan ontvoering van minderjarigen en gedwongen rekrutering van kindsoldaten. 390 UNICEF monitort en registreert sinds het CFA in 2002 de rekrutering van kindsoldaten en rapporteert hierover. Ook de SLMM hield zich bezig met het monitoren van rekrutering van kindsoldaten.391 In totaal heeft UNICEF tussen januari 2002 en augustus 2008 6812 gevallen van rekrutering van minderjarigen geregistreerd: 6284 door de LTTE en 528 door de TMVP. Van hen zouden er nog steeds 1426 worden ingezet door de LTTE en 127 door de TMVP.392 Het werkelijke aantal kindsoldaten ligt waarschijnlijk veel hoger. De meldingen zijn met name afkomstig van de moeders. Het aantal niet gemelde gevallen is
386 UNICEF, Humanitarian Action. Sri Lanka. Donor Update, 24 juni 2007.
387 United Nations Security Council, Report of the Secretary-General on children and armed conflict in Sri Lanka, S/2007/758, 21 december 2007; UNICEF Humanitarian Action Sri Lanka Donor Update, 14 juni 2007; Watchlist on children and armed conflict, No Safety No Escape: Children and the Escalating Armed Conflict in Sri Lanka, april 2008.
388 UNICEF, Humanitarian Action. Sri Lanka. Donor Update, 24 juni 2007.
389 United Nations Security Council, Report of the Secretary-General on children and armed conflict in Sri Lanka, S/2007/758, 21 december 2007.
390 United Nations Security Council, Report of the Secretary-General on children and armed conflict in Sri Lanka, S/2007/758, 21 december 2007; US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart 2008; International Crisis Group, Sri Lanka's Human Rights Crisis, Asia Report N° 135, 14 juni 2007; HRW, Sri Lanka- Return to War: Human Rights under siege, vol. 19, N° 11(c), augustus 2007; Watchlist on children and armed conflict, No Safety No Escape: Children and the Escalating Armed Conflict in Sri Lanka, april 2008; International Crisis Group, Sri Lanka's Return to War: Limiting the Damage- Asia Report N° 146, 20 februari 2008; HRW, Recurring Nightmare- State responsibility for "Disappearances" and abductions in Sri Lanka., vol. 20, N° 2(c), maart 2008.

391 SLMM, Weekly Situation report, 22 oktober-28 oktober 2007, 3 december-9 december 2007.
392 UNICEF database under-age Recruitment as of 31 augustus 2008 by the LTTE en the TMVP. Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008

93
onbekend. Niet alle rekruteringen worden namelijk door ouders aangegeven uit angst voor represailles.393
TMVP
In 2007 heeft de TMVP volgens UNICEF in totaal 251 kinderen gerekruteerd en geherrekruteerd.394 De gemiddelde leeftijd van kinderen bedroeg ongeveer zestien jaar.395 Ontvoeringen en rekrutering van kinderen door de TMVP vonden met geweld plaats vanuit de straten, tempels, woningen of ontheemdenkampen in regeringsgebied. De TMVP richt zich ook op kinderen die voorheen gerekruteerd zijn geweest door de LTTE. Er zijn berichten dat kinderen die zijn teruggekeerd uit LTTE gebied zich dienen te melden bij de TMVP. In meerdere gevallen heeft dit geleid tot herrekrutering van deze kinderen.396 Het komt ook voor dat de TMVP een maandelijkse vergoeding uitkeert aan gerekruteerde kinderen die de militaire opleiding van de TMVP volgen. Met name de armere families worden op deze manier beïnvloed om de rekrutering niet te rapporteren aan de autoriteiten.397 De TMVP was gedurende de verslagperiode voornamelijk actief in gebieden die onder controle staan van de regering. De rekruteringen en ontvoeringen door de TMVP vonden plaats in Batticaloa, Ampara, Polonaruwa en Trincomalee in het Oosten. De gerekruteerde kinderen worden door de TMVP onder andere ingezet bij gevechten of tewerkgesteld als beveiligers van de kantoren van de TMVP.398 De regering wordt medeplichtig geacht aan het rekruteren van kindsoldaten door de TMVP. Er zijn meldingen van rekrutering en ontvoering van kinderen in de nabijheid van veiligheidstroepen van de regering en checkpoints.399 In reactie op de berichten dat de regeringstroepen medeplichtig zouden zijn aan het rekruteren van kindsoldaten, heeft de regering verschillende commissies ingesteld om een
393 HRW, Sri Lanka- Return to War: Human Rights under siege, vol. 19, N° 11(c), augustus 2007.

394 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart 2008.

395 United Nations Security Council, Report of the Secretary-General on children and armed conflict in Sri Lanka, S/2007/758, 21 december 2007.
396 United Nations Security Council, Report of the Secretary-General on children and armed conflict in Sri Lanka, S/2007/758, 21 december 2007.
397 United Nations Security Council, Report of the Secretary-General on children and armed conflict in Sri Lanka, S/2007/758, 21 december 2007.
398 Watchlist on children and armed conflict, No Safety No Escape: Children and the Escalating Armed Conflict in Sri Lanka, april 2008.

399 United Nations Security Council, Report of the Secretary-General on children and armed conflict in Sri Lanka, S/2007/758, 21 december 2007; Human Rights Watch, UN: Sanction LTTE, Karuna Group for Child Soldiers; Government Fails to Investigate its Forces' Complicity in Child Soldiers, 21 februari 2008; BBC, Tamil Tiger UN sanctions demand, 21 februari 2008.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008

94
onderzoek in te stellen. Voor zover bekend lopen de onderzoeken naar de betrokkenheid van de regeringstroepen nog.400 (zie ook paragraaf 3.2). LTTE
In 2007 heeft de LTTE volgens UNICEF 163 kinderen gerekruteerd en geherrekruteerd. In 2008 bedroeg dit aantal tot 30 april 2008 in totaal veertien kinderen.401 De gemiddelde leeftijd van de kinderen bedroeg in 2007 zestien jaar en in 2008 (tot 31 augustus 2008) zeventien jaar. 40% van de gerekruteerde kinderen betrof meisjes.402 In oktober 2007 heeft de LTTE onder druk van de internationale gemeenschap de minimumleeftijd voor rekrutering door de LTTE verhoogd naar achttien jaar.403 Hiertoe werd door de LTTE en de regering een nieuw Action Plan getekend onder leiding van UNICEF.404 In dit Action Plan heeft de LTTE zich ook gecommitteerd aan de vrijlating van alle gerekruteerde minderjarige kinderen voor 2008. Sinds de gemaakte afspraken is een duidelijke afname van het aantal rekruteringen van kinderen en een toename van de vrijlatingen door de LTTE waarneembaar. De LTTE rekruteert niet meer onder de leeftijd van achttien jaar, maar komt het kind nu op zijn achttiende verjaardag claimen. Reeds vrijgelaten kinderen (tussen de leeftijd van vijftien- zeventien jaar) worden op hun achttiende verjaardag weer gerekruteerd. In 2008 bleek echter dat de LTTE de afspraak om alle gerekruteerde minderjarige kinderen voor 2008 vrij te laten niet is nagekomen.405

400 United Nations Security Council, Report of the Secretary-General on children and armed conflict in Sri Lanka, S/2007/758, 21 december 2007; HRW, UN: Sanction LTTE, Karuna Group for Child Soldiers; Government Fails to Investigate its Forces' Complicity in Child Soldiers, 21 februari 2008.

401 UNICEF database under-age Recruitment as of 31 augustus 2008 by the LTTE en the TMVP; US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart 2008.

402 UNICEF database under-age Recruitment as of 31 augustus 2008 by the LTTE.
403 De LTTE had in oktober 2006 reeds de beleidswijziging ingevoerd dat zij bij rekruteringen een minimumleeftijd van 17 jaar zou aanhouden; United Nations Security Council, Report of the Secretary-General on children and armed conflict in Sri Lanka, S/2007/758, 21 december 2007; US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart 2008.

404 In 2003 tekenden de LTTE en de regering een Action Plan for Children Affected by War ter bevordering van de veiligheid en welzijn van kinderen die zijn aangetast door het gewapend conflict in het Noorden en het Oosten. De termijn van dit Action Plan verliep in juli 2006. In oktober 2007 tekende de LTTE een nieuw Action Plan; International Crisis Group, Sri Lanka's Human Rights Crisis, Asia Report N° 135, 14 juni 2007, S/2007/758; Watchlist on children and armed conflict, No Safety No Escape: Children and the Escalating Armed Conflict in Sri Lanka, april 2008.

405 United Nations Security Council, Report of the Secretary-General on children and armed conflict in Sri Lanka, S/2007/758, 21 december 2007; US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart 2008. Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008

95
De LTTE heeft in 2007 in de gebieden die onder haar controle staan haar "child quota system" gewijzigd in een "family quota system", hetgeen inhoudt dat ieder gezin één lid, waaronder ook kinderen, moet afstaan aan de LTTE.406 Kinderen lopen zo het risico om een ouder of kostwinner te verliezen. Er zijn geruchten dat de LTTE het quotum heeft uitgebreid naar twee.407 Indien niet aan het verzoek wordt voldaan, zou het gezin worden uitgesloten van alle voorzieningen. De LTTE moedigt rekrutering aan door gratis onderwijs, eten en voorzieningen te beloven ten behoeve van de kinderen die zich hebben aangemeld. De families van gerekruteerde kinderen bemachtigen over het algemeen een hogere status en zijn gegarandeerd van economische privileges, waaronder belastingvrijstelling en geprivilegieerde toegang tot sociale voorzieningen. Ook komt het voor dat een familielid wordt gerekruteerd in ruil voor de persoon die zich verschuilt om rekrutering te voorkomen.408 De LTTE rekruteert over het algemeen bij scholen, op straat, tijdens festivals of in de woning.409 De gedwongen rekruten worden door de LTTE ondermeer ingezet in de frontlinies, waar de overlevingskans niet groot is. Ook kan men ingezet worden als bijvoorbeeld spion op de inlichtingenafdeling of in de medische verzorging als bijvoorbeeld verpleger. Restricties bij reizen van en naar LTTE gebied hebben gedurende de verslagperiode de hereniging van vrijgelaten kindsoldaten met hun families verhinderd.410 Opvang kindsoldaten
Er is in Sri Lanka geen beleid voormalige kindsoldaten die bescherming zoeken bij de regering of zich overgeven na te zijn gevlucht van de gewapende groeperingen, bescherming te bieden of een re-integratieprogramma aan te bieden.411 Gedeserteerde en gedemobiliseerde kinderen worden vanwege hun associatie met de LTTE gewantrouwd en niet als slachtoffers, maar als verdachten behandeld door de autoriteiten. Zij worden vastgehouden in gevangenissen in
406 United Nations Security Council, Report of the Secretary-General on children and armed conflict in Sri Lanka, S/2007/758, 21 december 2007; US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart 2008.
407 Centre for Policy Alternatives, Monitoring factors affecting the Sri Lankan peace process, cluster report november 2007- januari 2008.

408 Watchlist on children and armed conflict, No Safety No Escape: Children and the Escalating Armed Conflict in Sri Lanka, april 2008; International Crisis Group, Sri Lanka's Human Rights Crisis, Asia Report N° 135, 14 juni 2007; HRW, Recurring Nightmare, State Responsibility f or "Disappearances" and Abductions in Sri Lanka, Volume 20, N° 2(c), maart 2008.

409 Watchlist on children and armed conflict, No Safety No Escape: Children and the Escalating Armed Conflict in Sri Lanka, april 2008.

410 United Nations Security Council, Report of the Secretary-General on children and armed conflict in Sri Lanka, S/2007/758, 21 december 2007.
411 Watchlist on children and armed conflict, No Safety No Escape: Children and the Escalating Armed Conflict in Sri Lanka, april 2008.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008

96
Kandy, Jaffna en Pallekele, waar zij samen met volwassenen een cel moeten delen.412
Zodra ze terugkeren naar hun eigen gemeenschap lopen deze kinderen risico op herrekrutering door de LTTE of de TMVP of arrestatie door politie of leger of de TMVP omdat ze voor de LTTE hebben gewerkt.413 Veel kinderen die gerekruteerd zijn geweest door de LTTE zijn geconfronteerd met huisbezoeken en zijn onderworpen aan ingrijpende veiligheidscontroles door de Sri Lankaanse Special Task Forces. Er zijn gevallen bekend van kinderen die zich dagelijks dienden te melden. Veel ouders durven uit angst voor represailles geen klacht in te dienen bij de autoriteiten.414 UNICEF vangt voormalig kindsoldaten alleen op als de situatie zeer ernstig is, bijvoorbeeld wanneer zij voor hun leven moeten vrezen. UNICEF draagt ze daarna over aan NGO's of kerkelijke organisaties. Opvang minderjarigen
Er zijn in Sri Lanka opvangtehuizen voor kinderen aanwezig. De meeste opvangtehuizen worden geleid door onafhankelijke (kerkelijke) liefdadigheidsinstellingen. Een gedeelte van de opvangtehuizen biedt naast onderdak ook onderwijs. Gedurende de verslagperiode waren er ongeveer 450 van deze kindertehuizen aanwezig, waar meer dan 19.000 kinderen verblijven.415 De kindertehuizen worden gefinancierd door burgers of NGO's uit binnen- en buitenland. Minder dan de helft van deze kindertehuizen ontvangt ook een financiële bijdrage van de overheid. De bijdrage varieert van een maandelijkse uitkering per kind tot ad hoc schenkingen. De kindertehuizen dienen op grond van de Orphanage Ordinance geregistreerd te worden. Dit geschiedt bij het Department of Probation and Child Care Service (DPCCS) dat verantwoordelijk is voor de kindertehuizen.416 Niet alle kindertehuizen blijken echter te zijn
412 United Nations Security Council, Report of the Secretary-General on children and armed conflict in Sri Lanka, S/2007/758, 21 december 2007; Watchlist on children and armed conflict, No Safety No Escape: Children and the Escalating Armed Conflict in Sri Lanka, april 2008.

413 Watchlist on children and armed conflict, No Safety No Escape: Children and the Escalating Armed Conflict in Sri Lanka, april 2008.

414 United Nations Security Council, Report of the Secretary-General on children and armed conflict in Sri Lanka, S/2007/758, 21 december 2007; Watchlist on children and armed conflict, No Safety No Escape: Children and the Escalating Armed Conflict in Sri Lanka, april 2008.

415 UNICEF/Ministry of Child Development and Women's Empowerment, Out of Sight, Out of Mind, Report on Voluntary Residential Institutions for Children in Sri Lanka: Statistical Analysis, 2007.

416 Het Department of Probation and Child Care Services biedt sociale voorzieningen aan kinderen en valt onder het Ministerie van Sociale Zaken en Welzijn. Het DPCCS is gemandateerd om gezinnen ondersteuning te bieden, maar is niet betrokken wanneer een kind ouderlijke zorg ontbeert en hierdoor speciale bescherming nodig heeft. Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008

97
geregistreerd.417 De DPCCS ziet er formeel op toe dat de kindertehuizen aan de voorgeschreven kwaliteitseisen voldoen. De kwaliteit van de zorg in de opvangtehuizen is over het algemeen echter niet goed te noemen.418 Slechts 4 tot 5% van de kinderen die in kindertehuizen verblijft is wees. Van de overige kinderen is alleen de vader of de moeder overleden. Vijf van de tien kinderen die in kindertehuizen verblijven, hebben maandelijks contact met hun familie, terwijl drie van de tien kinderen een aantal keer per jaar contact hebben en twee van de tien kinderen nooit hun familie zien. Naast het ontbreken van ouderlijke zorg kunnen ook economische redenen of gezinsgerelateerde problemen reden zijn om een kind te laten opnemen in een opvangtehuis. Er zijn ook kinderen die vanwege de angst voor rekrutering in deze opvangtehuizen worden geplaatst.419
Er is voor zover bekend geen overheidsinstantie belast met de opvang van minderjarige repatrianten.
Er is niets bekend over opvang van kinderen in LTTE gebied. 3.4.5 Dienstplichtigen
Rekruteringen door het Sri Lankaanse leger
Het Sri Lankaanse leger is een vrijwilligersleger. Er bestaat geen dienstplicht.420 Beroepsmilitairen moeten op grond van de wet 22 jaar dienen in het leger (dezelfde diensttermijn is ook van toepassing op de politie). Rekrutering vindt plaats middels uitgebreide wervingscampagnes, onder meer op scholen en universiteiten. De minimumleeftijd voor het leger is achttien jaar.421 In 2007 zou het leger 35.000 nieuwe rekruten hebben geworven. Ook zijn gedurende 2007 de reservisten van de landmacht (39.900) opgeroepen.422 Desertie

417 UNICEF/Ministry of Child Development and Women's Empowerment, Out of Sight, Out of Mind, Report on Voluntary Residential Institutions for Children in Sri Lanka: Statistical Analysis, 2007.

418 UNICEF/Ministry of Child Development and Women's Empowerment, Out of Sight, Out of Mind, Report on Voluntary Residential Institutions for Children in Sri Lanka: Statistical Analysis, 2007.

419 UNICEF/Ministry of Child Development and Women's Empowerment, Out of Sight, Out of Mind, Report on Voluntary Residential Institutions for Children in Sri Lanka: Statistical Analysis, 2007.

420 Schweizerische Flüchtlingshilfe, Sri Lanka unter Notstandsrecht, december 2007.
421 Home Office, Country of Origin Information Report Sri Lanka, 15 november 2007.
422 EIU, Country Profile Sri Lanka 2007.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008

98
Desertie wordt ingevolge artikel 103 van de Army Act bestraft met ten hoogste drie jaar gevangenisstraf. Op het verbergen van een deserteur staat ingevolge artikel 133 van het Sri Lankaanse Wetboek van Strafrecht een straf van ten hoogste twee jaar. Wegens het gebrek aan vrijwilligers voor het leger is de bestraffing bij desertie in de praktijk gering en worden deserteurs na een korte detentieperiode in het algemeen teruggestuurd naar het legeronderdeel waarbij zij gestationeerd waren voor hun desertie. Andere straffen zijn oneervol ontslag, degradatie, berisping of salarisaftrek. Geregeld worden algemene amnestieregelingen afgekondigd waardoor deserteurs zonder straf weer opgenomen kunnen worden in het leger.423 De overgrote meerderheid van de Sri Lankaanse veiligheidstroepen is Singalees. Voor zover bekend is er geen sprake van een onevenredige of discriminatoire bestraffing van Tamils die gedeserteerd zijn uit het leger. LTTE
Binnen de LTTE vindt vrijwillige, maar ook gedwongen rekrutering plaats (zie paragraaf 2.3, 3.3.8 en 3.4.4).424 Desertie wordt binnen de LTTE hoog opgenomen en levert risico's op voor familieleden. Desertie zou worden bestraft met marteling, gevangenneming onder erbarmelijke en vernederende omstandigheden of de dood.425 Volgens een bron zou de LTTE zijn eigen deserteurs vermoorden. Voor een overzicht van de ontwikkelingen met betrekking tot de rekrutering van kindsoldaten zie paragraaf 3.4.4.

423 Home Office, Country of Origin Information Report, 31 oktober 2006.
424 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart 2008.

425 Schweizerische Flüchtlingshilfe, Tamilische Akteure in Sri Lanka, december 2007. Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008

99
4 Migratieproblematiek
4.1 Migratiestromen
Het conflict in Sri Lanka heeft een continue migratiestroom tot gevolg gehad in het Noorden en Oosten, die zich gedurende de verslagperiode heeft voortgezet. De overgrote meerderheid van de ontheemden is afkomstig uit de districten Batticaloa, Trincomalee, Ampara in het Oosten en Jaffna en het LTTE gebied in het Noorden.426 Het aantal vluchtelingen naar India nam toe.427 Ontheemden
In totaal zouden zich in Sri Lanka ongeveer 500.000 ontheemden bevinden. Dit betreft personen die voor de ondertekening van het CFA (2002) naar aanleiding van het conflict ontheemd zijn geraakt, personen die naar aanleiding van de tsunami (eind 2004) ontheemd zijn geraakt en de personen die sinds de escalatie van het conflict (april 2006) ontheemd zijn geraakt.428 Veel ontheemden hebben meerdere keren en om verschillende redenen hun verblijfplaats moeten ontvluchten. Duidelijk is dat alle groepen ontheemden zich voor het merendeel bevinden in de districten in het Noorden en Oosten en dat de groepen vooral bestaan uit Tamils en moslims.429
Sinds april 2006 heeft UNHCR gegevens bijgehouden van de ontheemden die naar aanleiding van de escalatie van het conflict zijn gevlucht (totaal van 211.852). Uit die gegevens (update tot en met 31 juli 2008) blijkt dat de meeste nieuwe ontheemden verblijven in de districten Batticaloa (16.965), Kilinochchi (89.247), Jaffna (28.152), Mullaitivu (37.523), Mannar (8.477) en Vavuniya (18.403). De overige ontheemden bevinden zich in de districten Trincomalee, Ampara,
426 Watchlist on children and armed conflict, No Safety No Escape: Children and the Escalating Armed Conflict in Sri Lanka, april 2008; UNHCR, IDP Movements after 7 april 2006 (as at 31 July 2008), 8 september 2008, via www.unhcr.lk, geraadpleegd op 18 september 2008.
427 UNHCR, Position on the International Protection Needs of Asylum Seekers from Sri Lanka, december 2006; Norwegian Refugee Council, IDMC, Civilians in the way of conflict: displaced people in Sri Lanka, September 2007; IASC, Conflict-Related Internal Displacement in Sri Lanka: a study on forced displacement, freedom of movement, return and Relocation, april 2006-april 2007 and addendum covering april-july 2007; Watchlist on children and armed conflict, No Safety No Escape: Children and the Escalating Armed Conflict in Sri Lanka, april 2008.

428 UNHCR refereert aan de laatste groep personen als 'newly displaced'.
429 Norwegian Refugee Council, IDMC, Civilians in the way of conflict: displaced people in Sri Lanka, September 2007.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008

100
Puttalam, Anuradhaputa en Polonnaruwa.430 De verhevigde gevechten tussen het leger en de LTTE veroorzaakten een continue vluchtelingenstroom in gebieden in het Noorden.431 De meeste ontheemden verplaatsten zich binnen het eigen district of vluchtten naar naastgelegen districten.432
Ontheemden worden opgevangen door de (lokale) autoriteiten die daarbij samenwerken met verschillende hulporganisaties, zoals UNHCR, IOM en ICRC. Het merendeel van de ontheemden wordt opgevangen in zogenaamde welfare centres, in publieke gebouwen (scholen, leegstaande overheidsgebouwen en kerken). Ook verblijven veel ontheemden bij familie of vrienden.433 Ontheemden worden ook opgevangen in tentenkampen, maar zowel de regering als hulporganisaties proberen dat te voorkomen.
De situatie van ontheemden is gedurende de verslagperiode verslechterd. 434 Het grote aantal ontheemden heeft gedurende de verslagperiode geleid tot spanningen met de lokale bevolking en binnen de groepen ontheemden.435 Wegens de door de regering opgelegde restricties hadden hulporganisaties beperkte of soms geen toegang tot de conflictgebieden. Vooral de gebieden die onder controle staan van de LTTE waren niet of moeilijk te bereiken (zie ook paragraaf 2.3).436 De afsluiting van de A9 van Kandy naar Jaffna bleef ook een probleem veroorzaken voor de toevoer van hulpgoederen (zie paragraaf 3.3.4). Dit alles resulteerde in een groot tekort aan materiaal voor onderdak, voedsel, drinkwater, sanitaire voorzieningen en medicijnen.437 Dat leverde problemen op voor zowel de ontheemden als de lokale bevolking.

430 Respectievelijk met de volgende aantallen: 5.426, 4.278, 2.956, 245, 180; UNHCR, IDP Movements after 7 april 2006 (as at 31 July 2008), 8 september 2008, via www.unhcr.lk, geraadpleegd op 18 september 2008.

431 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart 2008.

432 UNHCR, IDP Movements after 7 april 2006 (as at 30 June 2008), 21 juli 2008, via www.unhcr.lk, geraadpleegd op 24 juli 2008.

433 South Asians for Human Rights, 'Report on the Fact Finding Mission to the North & East of Sri Lanka to assess the state of displaced persons', augustus 2007; Watchlist on children and armed conflict, No Safety No Escape: Children and the Escalating Armed Conflict in Sri Lanka, april 2008.

434 UNHCR Global report 2007.

435 South Asians for Human Rights, 'Report on the Fact Finding Mission to the North & East of Sri Lanka to assess the state of displaced persons', augustus 2007; IRIN news, Sri Lanka: Communal violence disrupts relief efforts in the east, 3 juni 2008.
436 IRIN News, IRIN news, Sri Lanka: IDPs continue to flee fighting in northwest, 22 april 2008.
437 United Nations Security Council, Report of the Secretary-General on children and armed conflict in Sri Lanka, S/2007/758, 21 december 2007; Watchlist on children and armed conflict, No Safety No Escape: Children and the Escalating Armed Conflict in Sri Lanka, april 2008; UNICEF, Sri Lanka Donor Update, 24 juni 2007. Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008

101
Ook werden ontheemden afkomstig uit LTTE gebied beperkingen opgelegd in hun bewegingsvrijheid.438 Zo houdt de regering sinds maart 2008 personen die gevlucht zijn uit LTTE gebied vast in een separaat welfare-centre in Kalimoddai in het district Mannar. Ontheemden in dit kamp zijn restricties in hun bewegingsvrijheid opgelegd door de veiligheidstroepen middels invoering van een pasjessysteem. Maximaal 30 personen per dag krijgen toestemming het kamp te verlaten, onder voorwaarde dat een gezinslid achterblijft in het kamp. Volgens de regering zou het vasthouden van de ontheemden een veiligheidsmaatregel betreffen om de ontheemden te beschermen tegen vergeldingsacties van de LTTE. Het leger zou hebben aangegeven dat er meer van dergelijke welfare centres zouden worden gecreëerd in Vavuniya om personen die het LTTE gebied ontvluchten vast te houden. De regering zou in dit kamp ook tien personen vasthouden die waren gevlucht naar India en weer zijn teruggekeerd.439 Toename ontheemden in LTTE gebied
De intensivering van de gevechten in het Noorden had medio juli 2008 een vluchtelingenstroom tot gevolg richting Kilinochchi in LTTE gebied. Meer dan 12.000 gezinnen zouden alleen al in de maand juli ontheemd zijn geraakt.440 Het aantal ontheemden in LTTE gebied is als gevolg van de verhevigde gevechten in september 2008 opgelopen tot ongeveer 230.000 personen.441 De inwoners in LTTE gebied zitten als het ware klem tussen het naderende regeringsleger en de LTTE en zijn continu op de vlucht, op zoek naar veilige(re) schuilplaatsen. Volgens de VN heeft een derde van de bevolking in LTTE gebied in augustus 2008 hun huizen verlaten. Een groot gedeelte van de recentelijk ontheemden verblijft in de open lucht.442 Vanwege de voortdurende verplaatsingen is de opvang van ontheemden minimaal en kunnen er geen semi-permanente kampen worden aangelegd. Daarnaast zijn de mogelijkheden voor hulp gering dan wel afwezig nu de INGO's en de VN medio september 2008 het LTTE gebied hebben moeten verlaten (zie ook paragraaf 3.2). De World Food Programme (WFP) heeft
438 United Nations Press Release, UN expert emphasizes sustainable and durable solutions for Sri Lanka's internally displaced persons, 27 december 2007.
439 Human Rights Watch, Sri Lanka: End Holding Interment of Displaced Persons, 2 juli 2008; Amnesty International Press Release, Sri Lanka: LTTE, Government endangering lives of tens of thousands of newly displaced around Wanni, 14 augustus 2008.
440 UNHCR, UNHCR deeply concerned about newly displaced in Sri Lanka's north, 8 augustus 2008; IRIN, Sri Lanka: Access to newly displaced "critical", 8 augustus 2008.
441 BBC, UN to leave Sri Lanka rebel area, 15 september 2008; IRIN, Sri Lanka: Access to newly displaced "critical", 8 augustus 2008; BBC, Desperate plight of Tamil civilians, 13 augustus 2008; BBC, Thousands flee homes in S Lanka, 14 augustus 2008; BBC, 'Pain' of Sri Lanka aid pullout, 23 september 2008; BBC, UN to help Sri Lanka's displaced, 29 september 2008.

442 BBC, Thousands flee homes in S. Lanka, 14 augustus 2008. Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008

102
eind september 2008 toestemming van de regering gekregen om de hoogstnoodzakelijke hulpgoederen te leveren aan de burgers in LTTE gebied. 443 Eind augustus 2008 heeft de Sri Lankaanse luchtmacht folders verspreid onder de bevolking in LTTE gebied, waarin de burgers werden gemaand het LTTE gebied te verlaten vanwege veiligheidsrisico's als gevolg van het militair offensief in het Noorden. In de folders werd verder vermeld welke vluchtroute men diende te nemen naar regeringsgebied voor eigen veiligheid.444 Overigens geeft de LTTE de ontheemden geen toestemming het gebied te verlaten. De mensen zouden in toenemende mate voor de aanvulling van het aantal strijders van de LTTE en verdedigingswerkzaamheden worden gebruikt en als menselijk schild worden ingezet door de LTTE.
Asielzoekers en vluchtelingen in Sri Lanka
Er is een zeer kleine groep die als vluchteling de hulp van UNHCR heeft ingeroepen. Er zijn ongeveer 150 asielzoekers en vluchtelingen in Sri Lanka, waarvan het merendeel uit Pakistan afkomstig is. Een aantal uit deze groep is door UNHCR als vluchteling aangemerkt. De meerderheid vertrekt uiteindelijk naar Canada, de Verenigde Staten of Australië.
Sri Lanka is geen partij bij het VN-Vluchtelingenverdrag. Het land heeft geen systeem om asielaanvragen te beoordelen. De vluchtelingen in Sri Lanka, die zijn erkend door de UNHCR, krijgen geen legale status toegekend. Hierdoor verblijven zij illegaal in Sri Lanka en mogen zij geen werk aanvaarden noch scholing genieten.445
4.2 Opvang in de regio
Tussen 2006 en 2007 zijn ongeveer 20.000 personen naar de Zuid-Indiase staat Tamil Nadu gevlucht. Het totaal aantal Sri Lankanen, dat in Indiase kampen verblijft zou in december 2007 ongeveer 74.000 bedragen. Daarnaast zouden er ongeveer 23.000 Tamil vluchtelingen buiten de kampen leven.446 Ook India is geen partij bij het VN-Vluchtelingenverdrag. Internationale NGO's en hulporganisaties krijgen mede daarom geen toegang tot de door de Indiase overheid geleide kampen. Dit geldt ook voor UNHCR. India stuurt de
443 BBC, UN to help Sri Lanka's displaced, 29 september 2008.
444 Reuters, Sri Lanka urges civilians to flee rebel-held area, 28 augustus 2008; BBC, Lanka military leaflets civilians, 29 augustus 2008.

445 UNHCR voorziet in scholing voor kinderen van vluchtelingen in Sri Lanka.
446 Watchlist on children and armed conflict, No Safety No Escape: Children and the Escalating Armed Conflict in Sri Lanka, april 2008; UNHCR Newsletter New Delhi, 31 januari 2008; BBC, War-weary Tamils face India hardship, 4 juni 2007. Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008

103
vluchtelingen echter niet terug en werkt samen met UNHCR, die een faciliterende rol heeft bij vrijwillige terugkeer naar Sri Lanka. De illegale overtocht naar India is niet zonder gevaar. Vertrek uit Sri Lanka vanuit een niet geautoriseerd vertrekpunt is strafbaar. Er zouden slechts zeven erkende vertrekpunten in Sri Lanka zijn. De regering heeft geen zicht op vertrek vanuit LTTE gebied. Wettelijk gezien heeft de LTTE geen geautoriseerde vertrekpunten. In het Oosten is slechts Trincomalee als erkend vertrekpunt aangewezen. Er zijn berichten dat de Sri Lankaanse autoriteiten de overtocht naar India hebben verhinderd, waarbij ook vluchtelingen zijn omgekomen.447 Ook India heeft veiligheidsmaatregelen getroffen door middel van patrouilles op zee en heeft meerdere malen reddingsacties moeten uitvoeren.
4.3 Terugkeer
Ontheemden
Gedurende de verslagperiode was ook sprake van gedwongen terugkeer van ontheemden en gedwongen hervestiging.448
In mei 2007 is de Sri Lankaanse overheid een terugkeerprogramma gestart voor ontheemden afkomstig uit het Batticaloa district in het Oosten, enkele maanden nadat het gebied bevrijd werd verklaard van de LTTE. De terugkeer van de ruim 100.000 ontheemden werd in fases uitgevoerd. De UNHCR werd volledig betrokken bij het terugkeerproces en liet weten dat het terugkeerproces voldeed aan de minimale internationale maatstaven.449 De UNHCR meende dat de meeste ontheemden ook zelf terug wilden naar hun woonplaatsen. Tegelijkertijd gaf de UNHCR aan dat er ook sprake was ontheemden die niet wilden terugkeren
447 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11maart 2008; UTHR, Slow Strangulation of Jaffna: Trashing General Larry Wijeratne's Legacy and Enthroning Barbarism, 4 december 2007.

448 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11maart 2008; South Asians for Human Rights, 'Report on the Fact Finding Mission to the North & East of Sri Lanka to assess the state of displaced persons', augustus 2007; Watchlist on children and armed conflict, No Safety No Escape: Children and the Escalating Armed Conflict in Sri Lanka, april 2008; IASC, Conflict-Related Internal Displacement in Sri Lanka: a study on forced displacement, freedom of movement, return and Relocation, april 2006-april 2007 and addendum covering april-july 2007.
449 IASC, Conflict-Related Internal Displacement in Sri Lanka: a study on forced displacement, freedom of movement, return and Relocation, april 2006-april 2007 and addendum covering april-july 2007; UNHCR, Sri Lanka: Return starts of displaced people in West Batticaloa, 15 mei 2007; UNHCR, Sri Lanka: 30.000 displaced return home in east, 29 mei 2007; South Asians for Human Rights, 'Report on the Fact Finding Mission to the North & East of Sri Lanka to assess the state of displaced persons', augustus 2007; Watchlist on children and armed conflict, No Safety No Escape: Children and the Escalating Armed Conflict in Sri Lanka, april 2008.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008

104
vanwege zorgen over veiligheidsrisico's en onvoldoende opvangfaciliteiten bij terugkeer. Gedurende het verloop van het terugkeerproces bleek echter dat er sprake was van gedwongen terugkeer van de ontheemden en onvoldoende begeleiding door de autoriteiten.450 Zo werden ontheemden niet tijdig geïnformeerd over hun terugkeer en bleek dat enkele gebieden (nog) niet bewoonbaar waren omdat huizen zwaar waren beschadigd of vernietigd. In diverse gevallen zouden mensen niet langer geregistreerd zijn als 'ontheemde', nadat zij niet waren vertrokken op een vastgestelde datum. Dit leidde tot het verlies van aanspraak op voedsel, bijvoorbeeld door het Wereld Voedsel Programma (WFP) verstrekt. Ook zijn er berichten dat er werd gedreigd met het intrekken van de beveiliging van ontheemdenkampen, mishandeling of de dood indien terugkeer werd geweigerd.451 Tevens zou er sprake zijn geweest van gebrek aan bestaansmiddelen voor terugkeerders.452
Ook werden ontheemden (opnieuw) in tijdelijke opvangkampen geplaatst, waardoor sprake was van onnodige verplaatsing in plaats van duurzame terugkeer. De regering werd hierbij beschuldigd van discriminatie van bepaalde bevolkingsgroepen. Veel ontheemden in Trincomalee zijn ontheemd geraakt nadat de regering bepaalde gebieden tot High Security Zone had verklaard. Zij kunnen niet terugkeren naar hun huizen en worden opgevangen in ontheemdenkampen. In Jaffna is ook een groot gedeelte van het gebied tot HSZ verklaard (zie ook paragraaf 2.3). Het opbouwen van een bestaan werd door de opgelegde restricties in de bewegingsvrijheid praktisch onmogelijk.453
Vluchtelingen

450 HRW, Sri Lanka, Return to War, Human Rights Under Siege, volume 19. N° 11 (c), augustus 2007; South Asians for Human Rights, 'Report on the Fact Finding Mission to the North & East of Sri Lanka to assess the state of displaced persons', augustus 2007; Watchlist on children and armed conflict, No Safety No Escape: Children and the Escalating Armed Conflict in Sri Lanka, april 2008; UNHCR, UNHCR official calls on Sri Lanka to double its efforts to assist IDP's, 13 juli 2007.

451 Watchlist on children and armed conflict, No Safety No Escape: Children and the Escalating Armed Conflict in Sri Lanka, april 2008; HRW, Sri Lanka, Return to War, Human Rights Under Siege, volume 19. N° 11 (c), augustus 2007.

452 South Asians for Human Rights, 'Report on the Fact Finding Mission to the North & East of Sri Lanka to assess the state of displaced persons', augustus 2007.
453 HRW, Sri Lanka, Return to War, Human Rights Under Siege, volume 19. N° 11 (c), augustus 2007; Watchlist on children and armed conflict, No Safety No Escape: Children and the Escalating Armed Conflict in Sri Lanka, april 2008; South Asians for Human Rights, 'Report on the Fact Finding Mission to the North & East of Sri Lanka to assess the state of displaced persons', augustus 2007; International Crisis Group, Sri Lanka's Return to War: Limiting the Damage- Asia Report N° 146, 20 februari 2008; US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11maart 2008; Norwegian Refugee Council, IDMC, Civilians in the way of conflict: Displaced people in Sri Lanka, 26 september 2007. Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008

105
De UNHCR biedt sporadisch opvang aan teruggekeerde vluchtelingen. Exacte cijfers over het aantal vluchtelingen dat uit India is teruggekeerd, zijn niet bekend. Gegevens van teruggekeerde vluchtelingen uit andere landen zijn evenmin bekend. Repatrianten
Na aankomst op het vliegveld worden de meeste repatrianten gecontroleerd door de Sri Lankaanse immigratiemedewerkers. Voor zover bekend wordt bij de inreiscontrole geen onderscheid gemaakt naar afkomst. Na het uitstappen worden alle passagiers gecontroleerd. Er worden volgens een bron wel vragen gesteld bij terugkeer in verband met LTTE betrokkenheid. Indien er twijfel bestaat over de identiteit van de betrokken persoon, dan wordt deze door de Immigratiedienst doorverwezen naar de Criminal Investigation Department (CID). Bij de CID ondergaan de repatrianten een identiteitsonderzoek waarbij de personalia van betrokkene worden onderzocht en wordt nagegaan of de desbetreffende repatriant wellicht in het verleden betrokken is geweest bij criminele activiteiten. Ook wordt soms bij het National Intelligence Bureau (NIB) gecontroleerd of de betrokken persoon voorkomt in zijn registers. Indien bepaalde strafrechtelijke gegevens worden gevonden, wordt de persoon langer vastgehouden. De databases van de CID, NIB en de Immigration and Emigration Department zijn met elkaar verbonden. Alle drie zijn dus geautomatiseerd, evenals het visa-systeem. Sinds 2001 mag het merendeel van de repatrianten na controle van de identiteitsgegevens het vliegveld verlaten.
Er zijn geen aanwijzingen dat terugkerende Sri Lankanen als zodanig negatief in de belangstelling staan van de Sri Lankaanse autoriteiten. Het aanvragen van asiel in het buitenland wordt niet gezien als oppositie tegen de staat. Bij terugkeer worden voor zover bekend geen maatregelen genomen tegen afgewezen asielzoekers. Er is geen aanwijzing dat ze mishandeld worden vanwege hun verblijf in het buitenland.
Veel repatrianten willen na terugkeer in Colombo wonen, omdat zij niet terug kunnen naar hun woonplaatsen in het Noorden of Oosten. Dat kan problemen veroorzaken omdat zij hun verblijf in Colombo moeten rechtvaardigen middels registratie bij de politie. Hiervoor moeten ze echter een identiteitsbewijs overleggen, waarover ze vaak niet beschikken (zie verder paragraaf 3.3.4). Een repatriant zonder identiteitsbewijs wordt overigens op dezelfde manier behandeld als ieder ander die geen identiteitsbewijs heeft. Alleen is het voor (Tamil) repatrianten, net als ontheemden, soms moeilijk om aan een identiteitsbewijs te komen, omdat ze naar hun geboorteplaats moeten om een aanvraag in te dienen voor een nieuwe identiteitskaart. Voor veel Tamils is dit onuitvoerbaar (zie paragraaf 3.3.4).
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008

106
4.4 Activiteiten van internationale organisaties
UNHCR
UNHCR assisteert vluchtelingen en ontheemden bij vrijwillige terugkeer. Ook is UNHCR aanwezig in de woongebieden van de ontheemden en vluchtelingen om de bescherming van de rechten van degenen die zijn teruggekeerd te bewaken en eventueel hulp te bieden. UNHCR richt zich voorts op alternatieve duurzame oplossingen voor langdurig ontheemden die niet terug kunnen of willen.454 Tot slot verleent UNHCR noodhulp aan ontheemden. UNHCR werkt samen met de Sri Lankaanse overheid, met lokale autoriteiten, de Human Rights Commission, met (lokale) NGO's, ICRC, IOM en met andere VN-organisaties zoals UNICEF en OCHA .455
IOM
De Internationale Organisatie voor Migratie (IOM) heeft een reïntegratieprogramma voor vrijwillig terugkerende afgewezen asielzoekers. Ook ondersteunt IOM de overheid van Sri Lanka bij het aanpakken van illegale migratie kwesties. Bovendien kent IOM een programma ter bevordering van legale arbeidsmigratie in Sri Lanka. Sinds een aantal jaar biedt IOM in Sri Lanka ook trainingen aan ter voorkoming van documentfraude en illegale migratie en training bij identificatie van valse documenten.456

454 Hieronder vallen ook pogingen van de UNHCR om een veilige omgeving te creëren of te behouden rond plaatsen waar veel ontheemden verblijven.
455 Inter-Agency Standing Committee, 'Addendum to Conflict Related Internal Displacement in Sri Lanka', juli 2007; UNHCR, Position on the International Protection Needs of Asylum Seekers from Sri Lanka, december 2006.

456 Voor overige activiteiten van IOM in Sri Lanka zie www.iom.int Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008

107
Literatuurlijst
Amnesty International,

- Public Statement: Sri Lanka: Amnesty International calls on the United Nations Human Rights Council to address violations, 4 september 2007
- Appeal for action: Call for the protection of Sri Lankan media workers, 7 februari 2008

- Silencing Dissent, februari 2008

- Sri Lanka: mounting civilian casualties as conflict persists, 9 april 2008
- World report 2008

- Press Release: Sri Lanka: LTTE, government endangering lives of tens of thousands of newly displaced around Wanni, 14 augustus 2008 Asians Centre For Human Rights,

- South Asia Human Rights Index 2008, 1 augustus 2008
- Sri Lanka: No. 1 Human Rights Violator in South Asia, 1 augustus 2008 Attorney-General's Chambers, Response of the Attorney general of Sri Lanka to the 6th Public Statement of the IIGEP, 8 april 2008 Britse ministerie van Binnenlandse Zaken (Home Office), Country of Origin Information Report, 15 november 2007
Centre for Policy Alternatives (CPA),

- Supreme court grants leave to proceed to case filed by CPA on the eviction of Tamils form Colombo, 26 juli 2007

- Need for a Substantial Revision of the Victim and Witness protection Bill, 28 september 2007

- Monitoring factors affecting the Sri Lankan peace process, cluster report november 2007- januari 2008

- Fact Finding visit Batticaloa, februari 2008
- A Brief Profile of the Trincomalee High Security Zone and other land Issues in Trincomalee District, mei 2008

- Need for a Substantial Revision of the Victim and Witness protection Bill, 17 juni 2008
Central Intelligence Agency (CIA), The World Factbook - Sri Lanka, 15 juli 2008 Consortium of Humanitarian Agencies (CHA),

- Fact Finding Mission to the Tea Plantation, 25-27 januari 2008 The Economist Intelligence Unit (EIU),
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008

108

- Country Profile Sri Lanka 2007, 17 juli 2007
- Country Report Sri Lanka, augustus 2007

- Country Profile Sri Lanka, oktober 2007

- Country Profile Sri Lanka, februari 2008

- Country Report Sri Lanka, maart 2008
The Economist Intelligence Unit VieuwsWire, Wobbly Sri Lanka: political divisions bode ill for stability, 6 augustus 2007
Human Rights Watch,

- End Expulsion of Tamils from Colombo, 8 juni 2007
- Sri Lanka- Return to War: Human Rights under siege, Volume 19, N° 11(c), augustus 2007

- Press release: Sri Lanka: Human Rights Commission Downgraded: UN Human Rights Monitoring Urgently Needed to Stem Violations, 18 december 2007

- World Report 2008, Country Summary - Sri Lanka, 31 januari 2008
- UN: Sanction LTTE, Karuna Group for Child Soldiers; Government Fails to Investigate its Forces' Complicity in Child Soldiers, 21 februari 2008
- Recurring Nightmare- State responsibility for "Disappearances" and abductions in Sri Lanka, Volume 20, N° 2(c), maart 2008
- UK: Missed Chance to Charge Sri Lankan Rights Abuser, 9 mei 2008
- Sri Lanka: End Holding Interment of Displaced Persons, 2 juli 2008 IIGEP,

- Public Statement, 11 juni 2007

- Public Statement, 15 juni 2007

- Public Statement, 19 september 2007

- Public Statement, 19 december 2007

- Public Statement, The members of the IIGEP submit their concluding Public Statement on the work of the Commission of Inquiry and find a lack of political will to support a search for the truth, 15 april 2008 Inter-Agency Standing Committee (IASC),
Conflict-Related Internal Displacement in Sri Lanka: a study on forced displacement, freedom of movement, return and Relocation, april 2006-april 2007 and addendum covering april-july 2007
Internationaal Comité van het Rode Kruis en de Rode Halve Maan (ICRC),
- Sri Lanka: Civilian casualties reaching appalling levels, 13 februari 2008
- Operational update, Sri Lanka: Civilians bear the brunt of surge in violence, 8 februari 2008
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008

109

- Operational update, Sri Lanka- ICRC oversees safe passage of nearly 25.000 civilians, 28 maart 2008

- Operational update, Sri Lanka: Clean water, sanitation and shelter for 125.000 displaced persons, 15 mei 2008

- Operational update, Sri Lanka: ICRC deplores loss of civilians, 1 juli 2008
- Operational update, Sri Lanka: ICRC steps up aid effort for displaced people in the Vanni, 9 september 2008

- ICRC Bulletin No. 08/2008, Sri Lanka- ICRC continues to assist Vanni displaced as conflict approaches Kilinochchi, 13 oktober 2008 International Crisis Group (ICG),

- Sri Lanka: The Failure of the Peace Process, Asia report N° 124, 28 november 2006

- Sri Lanka's Human Rights Crisis, Asia report N° 135, 14 juni 2007
- Sinhala Nationalism and the Elusive Southern Consensus, Asia report N° 141, 7 november 2007

- Sri Lanka's Return to War: Limiting the Damage- Asia Report N° 146, 20 februari 2008
International Federation of Journalists (IFJ),

- Worsening Conflict Puts All Journalists in Sri Lanka At Risk, 10 januari 2008
- Concerns mount for Safety of Journalists in Sri Lanka, 14 januari 2008
- Attacks Continue On Journalists In Sri Lanka, 21 januari 2008 Joint Action: Twenty-nine IFEX members alert UN secretary-general to Statement by government and military that "put journalists in grave danger", 20 juni 2008 Minority Rights Group International, One year on: counter-terrorism sparks human rights crisis for Sri Lanka's minorities, december 2007 Norwegian Refugee Council, Internal Displacement Monitoring Centre, Civilians in the Way of Conflict: displaced people in Sri Lanka, 26 september 2007 Law & Society Trust, Under Fire: Persons in Humanitarian Service, 7 maart 2008 Oxford Analytica, Sri Lanka: Colombo is defiant on LTTE strategy, 29 juni 2007 Parliament of the Democratic Socialist Republic of Sri Lanka, Prevention of Domestic Violence Act, No. 34 of 2005, Published as a supplement to Part II of the Gazette of he Democratic Socialist Republic of Sri Lanka of October 07, 2005 Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008

110
Presidential Commission of Inquiry to Investigate and Inquire into Alleged Serious Violations of Human Rights, Response of the Commission of Inquiry to the Public Statement No. 06 of the IIGEP, 7 april 2008 Reporters without Borders (RSF),

- Statement of the international Press Freedom and Freedom of Expression Mission to Sri Lanka, Follow-up mission 17to 23 June 2007, 22 juni 2007
- Fact-finding report by the International Press Freedom Mission to Sri Lanka, "Jaffna's media in the grip of terror", 24 augustus 2007
- Sri Lanka-Annual report 2008, 12 februari 2008
- Press Release, TV reporter hacked to death in Jaffna, 29 mei 2008 Schweizerische Flüchtlingshilfe,

- Sri Lanka unter Notstandsrecht, december 2007
- Tamilische Akteure in Sri Lanka, december 2007 South Asia Intelligence Review (SAIR), TMVP: Governments Dilemma, 11 februari 2008
South Asians for Human Rights, Report on the Fact Finding Mission to the North & East of Sri Lanka to assess the state of displaced persons, augustus 2007 Sri Lanka Monitoring Mission (SLMM),

- Weekly Situation report, 22-28 oktober 2007

- Weekly Situation report, 29- 4 november 2007
- Weekly Situation report, 5-11 november 2007

- Weekly Situation report, 26- 2 december 2007
- Weekly Situation report , 3-9 december 2007

- Weekly Situation report, 10-16 december 2007
- Weekly Situation report, 17-23 december 2007 Kristian Stokke, Building the Tamil Eelam State: emerging state institutions and forms of governance in LTTE-controlled areas in Sri Lanka, in: Third World Quarterly Vol. 27 No. 6, 2006
Uitpers, Sri Lanka: kroniek van een aangekondigde oorlog, in: Uitpers, nr. 89, 9de jg., september 2007
University Teachers of Human Rights Sri Lanka (UTHR),
- Can de East be Won by Human Culling? Special Economic Zones. An Ideological Journey Back to 1983, augustus 2007
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008

111

- Slow Strangulation of Jaffna: Trashing General Larry Wijeratne's Legacy and Enthroning Barbarism, 4 december 2007

- The Second Fascist Front in Sri Lanka-Towards Crushing the Minorities and Disenfranchising the Sinhalese, Special Report No. 29, 21 februari 2008 US State Department,

- International Religious Freedom Report 2007 - Sri Lanka, 14 september 2007
- US State Department, Background Note: Sri Lanka, november 2007
- Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart 2008 Verenigde Naties:
Human Rights Council, Report of the Special Rapporteur on torture and other cruel, inhuman or degrading treatment or punishment, Manfred Nowak, Mission to Sri Lanka, A/HRC/7/3/Add.6, 26 februari 2008 United Nations High Commissioner for Refugees (UNHCR),
- Position on the International Protection Needs of Asylum Seekers from Sri Lanka, december 2006

- Sri Lanka: Return starts of displaced people in West Batticaloa, 15 mei 2007

- Sri Lanka: 30.000 displaced return home in east, 29 mei 2007
- UNHCR official calls on Sri Lanka to double its efforts to assist IDP's, 13 juli 2007

- Surge in violence displaces thousands in Sri Lanka's Mannar district, 7 september 2007

- Sri Lanka: Serious concerns about security incidents in east, 23 november 2007

- Global Report 2007- Sri Lanka

- UNHCR Newsletter New Delhi, 31 januari 2008

- UNHCR deeply concerned about newly displaced in Sri Lanka's north, 8 augustus 2008

- IDP Movements after 7 april 2006 (as at 31July 2008), 8 september 2008
United Nations Security Council, Report of the Secretary-General on children and armed conflict in Sri Lanka, S/2007/758, 21 december 2007 United Nations General Assembly,

- Human Rights Council Working Group on the Universal Periodic Review, Second session 5-16 May 2008, A/HRC/WG.6/2/LKA/2, 8 april 2008
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008

112

- Human Rights Council, Eighth session, Universal Periodic Review, Report of the Working Group on the Universal Periodic Review Sri Lanka, A/HRC/8/46, 5 juni 2008
UNICEF,

- UNICEF, Humanitarian Action. Sri Lanka. Donor Update, 24 juni 2007
- UNICEF/Ministry of Child Development and Women's Empowerment, Out of Sight, Out of Mind, Report on Voluntary Residential Institutions for Children in Sri Lanka: Statistical Analysis, 2007
- UNICEF database under-age Recruitment as of 31 augustus 2008 by the LTTE en the TMVP
UN News Service
United Nations Press Release, UN expert emphasizes sustainable and durable solutions for Sri Lanka's internally displaced persons, 27 december 2007
IRIN, humanitarian news and analysis
Watchlist on children and armed conflict, No Safety No Escape: Children and the Escalating Armed Conflict in Sri Lanka, april 2008 Websites:

- www.amnesty.org

- www. asiantribune.com

- www.cia.gov

- www.defence.lk

- www.economist.com

- www.epdpnews.com

- www.ethnologue.com

- www.freemediasrilanka.org

- www.humanitarianinfo.org/srilanka

- www.immigration.gov.lk

- www.iom.int

- www.janes.com

- www.justiceministry.gov.lk

- www. lankalibrary.com

- www.lankanewspapers.com

- www.legaldraftsman.gov.lk

- www.lexis-nexis.com

- www.ohchr.org
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008

113

- www.pchrv.gov.lk

- www.pmddtc.state.gov

- www.priu.gov.lk

- www.reliefweb.int

- www.rpd.gov.lk

- www.rsf.org

- www.slmm.lk

- www.sundaytimes.lk

- www.state.com

- www.tamilnet.com

- www.uthr.org

- www.unhchr.ch

- www.unhcr.ch

- www.unhcr.lk

- www.unicef.org

- www.zoaweb.org
Tijdschriftartikelen, krantenartikelen en persberichten Agence France Presse (AFP), Algemeen Nederlands Persbureau (ANP), Associated Press (AP), BBC News, BBCSinhala, Daily Mirror, Daily News, Der Spiegel, Deutsche Presse-Agentur (DPA), Global Insight, Government of Sri Lanka (GoSL), The Guardian, International Herald Tribune, The Hindu, Reuters, Tamil Guardian.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008

114
Kaart van Sri Lanka
De weergave van grenzen en namen op deze kaart en de gebruikte benamingen dienen niet te worden opgevat als een bevestiging of aanvaarding daarvan door het Koninkrijk der Nederlanden.