Universiteit van Tilburg

Universiteit van Tilburg 2 december 2008

EU laat kans liggen bij herziening van regulering communicatiediensten

Om de elektronische communicatie sector (omroep, telecom en IT) efficiënt en dynamisch te houden, moet de overheid het beginsel van technologie neutraliteit correct toepassen bij de regulering van de sector. Dat stelt juriste Ilse van der Haar die op 5 december promoveert.

De elektronische communicatie sector is zeer belangrijk voor de economische groei en sociale samenhang van Europa. De convergentie van voorheen verschillende (netwerk)technologieën (zoals kabel, mobiele netwerken, satelliet, ADSL), die vervolgens dezelfde typen diensten konden doorgeven (zoals televisieprogramma's), creëerde een vraag naar regelgeving die niet is gebaseerd op technologie. Het beginsel van technologie neutraliteit werd geïntroduceerd door de Europese Unie in 2002 om in die behoefte te voorzien. Hierna ontstond al snel discussie over de precieze betekenis: of alle communicatiediensten die (kunnen) concurreren, zoals vaste en mobiele telefonie, op precies dezelfde manier moeten worden gereguleerd. En of overheden dan de ontwikkeling van nieuwe technologieën, zoals de glasvezel, niet meer actief kunnen stimuleren.
Van der Haar onderzocht de herkomst en toepassing van het beginsel van technologie neutraliteit binnen de telecommunicatieregelgeving. Zij ontdekte dat er verschillende beweegredenen ten grondslag liggen aan de introductie van het beginsel - non-discriminatie, duurzaamheid, efficiëntie en consumentenzekerheid. Toch concludeert zij dat 'efficiëntie' de dominante beweegreden voor de toepassing van het beginsel lijkt te zijn binnen telecommunicatieregelgeving. Maar de overheid moet voorkomen, dat ze technologische beslissingen uit handen van de marktpartijen neemt. Deze beweegreden brengt met zich mee dat alvorens tot regulering over te gaan, autoriteiten een duidelijke reden moeten hebben om te interveniëren in de markt, om ongewenste neveneffecten (zoals overheidsfalen) te voorkomen.

Content en netwerk nauw met elkaar verbonden
Van der Haar stelt verder dat het in de praktijk moeilijk is onderscheid te maken tussen regulering van content en van netwerken, zoals de Europese Unie nu doet. Communicatiediensten bestaan uit zowel content (bijvoorbeeld film of geluid) als netwerkelementen (om de informatie te verspreiden). Het is daarom van belang dat de vervlechting van inhoud en het verspreidingsnetwerk wordt onderkend in regulering van elektronische communicatiediensten. Recent is de regelgeving herzien van de inhoudelijke component van communicatiediensten op Europees niveau. Van der Haar gebruikt de ervaringen met het beginsel van technologie neutraliteit binnen telecommunicatieregelgeving voor een analyse van deze nieuwe Audiovisuele Media Diensten Richtlijn. Zij concludeert dat de kritiek die deze Europese richtlijn heeft gekregen ondervangen had kunnen worden. De kritiek betrof het onnodig uitbreiden van regelgeving van traditionele omroepdiensten naar interactieve, online diensten. Een betere toepassing van het beginsel van technologie neutraliteit op basis van efficiëntie had dat kunnen voorkomen.

Ilse van der Haar (1978) studeerde rechten aan de Universiteit Maastricht. Daarna werkte ze als projectmedewerker voor de WRR aan het rapport over mediabeleid. Momenteel is ze werkzaam aan de UvT als academic manager voor TILEC, Tilburg Law and Economics Center, en universitair docent voor de vakgroep Europees en Internationaal Publiekrecht.