abcdefgh
Aan
de voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal
Binnenhof 4
2513 AA DEN HAAG
Contactpersoon Doorkiesnummer
Datum Bijlage(n)
8 december 2008 -
Ons kenmerk Uw kenmerk
VenW/DGMo-2008/2560 2070829320
Onderwerp
Kamervragen
Geachte voorzitter,
Hiermee beantwoord ik de vragen die het lid Mastwijk heeft gesteld over de
aanwending van publieke middelen ten behoeve van het verzelfstandigde
vervoersbedrijf RET.
1. Kent u het artikel `Het goud van de provincies' (Het Financieel Dagblad,
23 augustus 2008) en dan met name de alinea waarin wordt gesproken over een
uitkering door de gemeente Rotterdam, vanuit de opbrengsten van de verkoop
van de AVR (Afvalverwerking Rijnmond), aan het verzelfstandigde bus- en
trambedrijf RET?
1. Ja.
2. Kent u tevens de brief van het college van burgemeester en wethouders van
Rotterdam aan de Commissie Bestuur, Veiligheid en Middelen van 1 juli 2008
(Onderwerp: Investeringsfonds Rotterdam) waarin wordt gesproken over
aanwending van 71 miljoen vanuit de verkoop van de AVR ten behoeve van de
onrendabele toppen op de verzelfstandiging van de RET?
2. Nee, ik ken deze brief niet. De brief van het college van burgemeester en
wethouders van de gemeente Rotterdam van 1 juli 2008 is vertrouwelijk en
uitsluitend gericht aan de Commissie Bestuur, Veiligheid en Middelen.
Postadres Postbus 20901, 2500 EX Den Haag Telefoon 070 351 61 71
Bezoekadres Plesmanweg 1-6, 2597 JG Den Haag Fax 070 351 78 95
bereikbaar met tram 9 (station hs en cs) en bus 22 (station cs)
VenW/DGMo-2008/2560
3. Hoe verhoudt naar uw mening een dergelijke aanwending van publieke middelen
ten behoeve van een verzelfstandigd vervoerbedrijf zich tot de Europese regels die ten
aanzien van (ongeoorloofde) overheidssteun zijn gesteld?
3. Ik kan mij hier geen mening over vormen omdat ik de vertrouwelijke brief niet ken.
Diegenen die menen dat er sprake is van ongeoorloofde staatssteun en daardoor
benadeeld worden, met name in de vorm van oneerlijke concurrentie, kunnen
daarvoor verschillende procedures volgen, zowel nationaal als Europees. Zij kunnen
eventueel bezwaar en beroep aantekenen, of een klacht indienen bij de Europese
Commissie. De keuze van de procedure bepaalt vervolgens wie wat moet doen.
4. Bent u met het oog op de gewenste transparantie en het level-playing-field bij de
aanbestedingen in het openbaar vervoer bereid te onderzoeken of hier
mogelijkerwijs sprake is van ongeoorloofde overheidssteun, mede gelet op mogelijke
claims die op de Staat der Nederlanden af zullen komen indien de Europese Commissie
vaststelt dat sprake is van ongeoorloofde steun?
4. Nee, zoals ik in mijn antwoord op vraag 3 heb aangegeven kunnen partijen die zich
benadeeld achten, opkomen tegen eventuele ongeoorloofde staatssteun. Indien deze
partijen bijvoorbeeld een klacht indienen bij de Europese Commissie, dan zal de EC
nader onderzoek doen. De EC zal overigens eerst om nadere informatie vragen als
reactie op een klacht en op basis daarvan beslissen over vervolgacties. Indien naar
haar oordeel sprake is van ongeoorloofde overheidssteun zal zij verzoeken het te veel
betaalde binnen een bepaalde termijn terug te laten boeken, inclusief wettelijke rente.
Pas als dit niet (tijdig) gebeurt kan zij een inbreukprocedure starten tegen
Nederland bij het Hof van Justitie. Als terugbetaling nog steeds uitblijft dan zou in
zo'n procedure het Hof van Justitie uiteindelijk een boete kunnen opleggen aan de
Staat der Nederlanden. Deze boete zal vervolgens worden doorgegeven of
doorberekend aan de gemeente en/of de stadsregio Rotterdam, zie hiervoor ook mijn
brief van 23 mei 2008, kamerstuk 23 645, nr. 204.
Hoogachtend,
DE STAATSSECRETARIS VAN VERKEER EN WATERSTAAT,
J.C. Huizinga-Heringa
---
Ministerie van Verkeer en Waterstaat