Universiteit van Tilburg
Inaugurele rede hoogleraar Interpersoonlijk geweld Renée Römkens

Strengere aanpak huiselijk geweld baart zorg voor slachtoffers

Geweld in de privésfeer is pas de laatste dertig jaar een kwestie van overheidszorg en wet- en regelgeving geworden. Dat is op zichzelf een goede zaak. Maar de nieuwste aanpak, waarin politie en justitie meer moeten arresteren en vervolgen, brengt ook onbedoeld negatieve gevolgen met zich mee. Het is niet alleen twijfelachtig of het werkt om daders te weerhouden van herhaling. De weerbaarheid van slachtoffers is er vaak evenmin mee gediend. betoogt hoogleraar Interpersoonlijk geweld Renée Römkens. Zij spreekt op 12 december haar inaugurele rede uit aan de Universiteit van Tilburg.

Sinds de opening van het eerste Blijf-van-mijn-lijf-huis in 1974 is de aanpak van geweld binnen gezinnen op veel fronten verbeterd. De overheid heeft zich definitief ontfermd over bescherming van en hulp aan de slachtoffers en aanpak van de daders. Maar recente ontwikkelingen in die aanpak bieden ook reden tot zorg, aldus hoogleraar Renée Römkens.

Opvallend is bijvoorbeeld dat onder Nederlanders geweld tussen partners steeds meer als een sekseneutraal relatieprobleem wordt gezien, alsof vrouwen en mannen evenveel kans lopen om slachtoffer van geweld te worden omdat de emancipatie 'voltooid' zou zijn. Daartegenover staat het beeld dat in allochtone kringen de vrouw bij uitstek het slachtoffer is van onderdrukking en geweld van de man. Daarmee wordt echter voorbijgegaan aan de diversiteit binnen etnische minderheidsgroepen en wordt het geweld onder autochtone Nederlanders gebagatelliseerd en als niet-cultureel neergezet. Volgens Römkens moet de invloed van etniciteit en sekse in alle culturen, ook de Nederlandse, worden onderzocht. In het kader van haar leerstoel wordt bijvoorbeeld een vergelijking gemaakt tussen Marokkaanse en Nederlandse jongens die in aanraking zijn gekomen met de politie, om meer inzicht te krijgen en culturele aspecten van de geweldsproblematiek.

Een andere ontwikkeling is dat politie en justitie harder optreden bij huiselijk geweld. Dat is bedoeld om meer plegers aan te houden en te vervolgen en de aangiftebereidheid van slachtoffers vergroten. Maar de harde aanpak heeft ook tot gevolg dat de zorg en ondersteuning van het slachtoffer naar de marge is verdrongen. Slachtoffers krijgen weliswaar hulp aangeboden, maar besluiten over arrestatie of vervolging van de dader gaan buiten hen om. Hun mening telt soms helemaal niet mee, omdat de staat beter zou weten wat goed voor hen is. Dat is niet bevorderlijk voor de weerbaarheid van het slachtoffer, aldus Römkens. Overheidsingrijpen bij geweld in de privésfeer is een noodzakelijke, maar moeilijke taak. Het is cruciaal om de stem van het slachtoffer daarin te horen.

Expositie en symposium over slachtoffers verkrachting
Bij de oratie van Renée Römkens wordt de fototentoonstelling Rightly concerned gehouden van de fotograaf Robin Hammond. Hij portretteerde vrouwen in Bosnie en de Democratische Republiek Congo die het slachtoffer werden van verkrachting bij wijze van oorlogsgeweld.

Voorafgaand aan de oratie vindt bovendien een internationaal symposium plaats over recente ontwikkelingen in de strafrechtsketen rond de afhandeling van aangiftes van verkrachting. Het symposium draagt de naam Rightly concerned: considering rape attrition. Internationale sprekers zijn behalve Renée Römkens hoogleraar Nancy Jurik (Arizona State University, School of Justice and Social Inquiry, VS) over de invloed van gender dynamiek binnen het strafrechtsapparaat; hoogleraar Elizabeth Kelly (London Metropolitan University, Child and Woman Abuse Unit, VK) over het teruglopend aantal vervolgingen en veroordelingen voor verkrachting in Groot-Brittannië en hoogleraar Elizabeth Stanko (Royal Holloway University of London, VK) over 'rape attrition' binnen de London Metropolitan Police.

Prof. dr. G.M.F. (Renée) Römkens (1953) is sinds 1 februari 2008 hoogleraar Interpersoonlijk geweld, in het bijzonder geweld in de privésfeer. Zij verricht onderzoek naar de wet- en regelgeving voor versterking van de weerbaarheid van slachtoffers van huiselijk geweld. Aan de samenwerking tussen politie en justitie enerzijds en zorg en opvang anderzijds schenkt ze bijzondere aandacht. De leerstoel wordt mede ondersteund door de Politie Midden en West Brabant, Vrouwenopvang Nederland, de Gemeente Tilburg, het Arrondissementsparket Breda en het Internationaal Informatiecentrum en Archief voor de Vrouwenbeweging (IIAV).