Inspectie v/h Onderwijs



Prestaties voorgezet onderwijs

15 dec. 2008

Dagblad Trouw heeft op 15 december 2008 een website over prestaties in het voortgezet onderwijs geopend. Deze nieuwe website is fraai vormgegeven en geeft ouders bruikbare informatie. Een aantrekkelijke presentatie van prestatiegegevens mag echter niet ten koste gaan van de betrouwbaarheid. Scholen en ouders moeten er vanuit kunnen gaan dat het juiste beeld wordt gepresenteerd.

Scholen hebben vaak meer invloed op prestaties van leerlingen dan ze zelf denken. Maar blindvaren op prestatiegegevens van scholen is geen goed idee, vindt de inspectie. En zeker niet op eindresultaten van een enkel schooljaar, zoals Trouw dat doet. Toevallige schommelingen kunnen het beeld sterk vertekenen.

De inspectie beoordeelt de opbrengsten daarom over drie jaar en aan de hand van zorgvuldig afgewogen criteria. En ze onderzoekt scholen ter plaatse op de kwaliteit van het onderwijs. Dit leidt tot een oordeel over de school, maar niet tot ranglijsten van de beste en de slechtste scholen, zoals Trouw die in de krant plaatst op basis van een eigen berekening.

Via de schoolwijzer van de inspectie leest u welk toezicht een school krijgt.

De inspectie stelt ieder jaar opnieuw de mate van toezicht vast voor iedere school. Scholen zonder tekortkomingen in de kwaliteit van het onderwijs krijgen minder toezicht en (zeer) zwakke scholen (veel) meer. Het doel is dat die scholen de kwaliteit van het onderwijs zo snel mogelijk verbeteren.

Een school krijgt op basis van de bevindingen van de inspectie:
· basistoezicht,

· aangepast toezicht kwaliteit, of

· aangepast toezicht zeer zwakke kwaliteit.

Onderaan dit bericht ziet u toegelicht wat dat betekent, in dit geval voor het primair onderwijs, maar dat is voor het voortgezet onderwijs niet anders. Per school kunt u zien welk toezicht is vastgesteld en kunt u de toezichtrapporten van de inspectie vinden.

Voor het voortgezet onderwijs vindt u naast rapporten van kwaliteitsonderzoeken ook het opbrengstenoverzicht. Daarin staat of een school voor wat betreft de opbrengsten onvoldoende, voldoende of excellent presteert.

Dat opbrengstenoordeel komt voort uit de opbrengsten van de school over de afgelopen drie jaar en is gebaseerd op vier verschillende criteria (rendement onderbouw, onvertraagd naar diploma, gemiddeld cijfer centraal examen en verschil tussen cijfer centraal examen en schoolexamen). Een school krijgt een onvoldoende opbrengstenoordeel als twee of meer van de vier criteria onvoldoende zijn. De inspectie vergelijkt hierbij scholen met een vergelijkbaar percentage achterstandleerlingen met elkaar.

Als de opbrengsten onvoldoende zijn en het onderwijsleerproces op belangrijke punten faalt, dan noemt de inspectie een school zeer zwak. De school krijgt dan sterk geïntensiveerd toezicht en krijgt een termijn opgelegd waarbinnen de kwaliteit van het onderwijs moet verbeteren.

Voorbeelden van de Toezichtkaart voor primair onderwijs

Basistoezicht

Toezichtkaart1plus

Aangepast toezicht kwaliteit

Toezichtkaart met rood en een min

Aangepast toezicht zeer zwakke kwaliteit

Toezichtkaart met rood en dubbelmin