Portretfoto Leden Raad
voor de rechtspraak
Verdachte âFietsendiefmoordâ krijgt zes jaar gevangenisstraf
Den Haag, 17 december 2008 - Het gerechtshof te Den Haag heeft op 17
december 2008 de verdachte in de zaak die bekend staat als de
`fietsendiefmoord' een gevangenisstraf van zes jaar opgelegd. De
rechtbank in Rotterdam veroordeelde de verdachte eerder ook tot zes
jaar gevangenisstraf in deze zaak. Het openbaar ministerie eiste in
hoger beroep tien jaar gevangenisstraf. De verdediging had ontslag van
rechtsvervolging bepleit, omdat de verdachte uit noodweer (exces) zou
hebben gehandeld.
Het hof heeft de volgende feiten vastgesteld. Op 7 juni 2007 reed de
verdachte in Rotterdam op een (volgens de verdachte geleende) fiets
die door de eigenaar als de zijne werd herkend. Deze man sprak de
verdachte hierop aan. De verdachte gaf de fiets daarna af aan de man,
maakte excuus en gaf hem een hand. Hiermee was de zaak voor beiden
afgedaan. Vier jongens zagen dit gebeuren. Zij gingen uit zichzelf
naar de verdachte toe en spraken hem op de vermeende diefstal van de
fiets aan. Zij gaven de verdachte een duw tegen het gezicht, waarna de
verdachte een mes tevoorschijn haalde. De verdachte werd vervolgens
heel hard in het gezicht gestompt, waarna hij wegrende. Twee van de
jongens renden hem achterna. De verdachte bleef vervolgens staan,
draaide zich om en stak met het mes in de borst van de
dichtstbijzijnde achtervolger. De afloop hiervan was fataal.
Het hof heeft geoordeeld dat de verdachte in een noodweersituatie
verkeerde, maar dat hij in zijn verdedigende reactie veel te ver
gegaan is door meteen in de borst van een ongewapende jongen te
steken. Daarom komt aan de verdachte geen beroep op noodweer (exces)
toe.
Bij de strafoplegging heeft het hof rekening gehouden met de rol van
de vier jongens, onder wie het slachtoffer, die met de inmiddels
opgeloste kwestie rond de fiets in feite niets van doen hadden.
LJ Nummer
BG7037
Bron: Gerechtshof 's-Gravenhage
Datum actualiteit: 17 december 2008 Naar boven
Gerechtelijke organisatie