Academisch ziekenhuis Maastricht

Spreekuur voor kankerpatiënten met pijnklachten Publicatiedatum: 12-01-2009 Bron: Persbericht Auteur: Stafdienst Communicatie Datum: 12-01-2009

Het Maastricht UMC Oncologiecentrum heeft sinds kort een pijnspecialist in dienst die speciaal spreekuur houdt voor patiënten met kanker met ingewikkelde pijnklachten. Daarnaast gaat het Oncologiecentrum patiënten bij elk polibezoek specifieke vragen stellen over hun pijnbeleving. Door deze consequente metingen moet duidelijk worden hoeveel patiënten met kanker daadwerkelijk pijn ervaren en op welke wijze zij het beste geholpen kunnen worden.

Aanleiding voor deze nieuwe werkwijze is het promotieonderzoek van drs. Marieke van den Beuken - van Everdingen. In haar proefschrift 'Symptoms in Patients with Cancer' concludeert zij dat pijn bij patiënten met kanker kan worden verminderd door in contacten met patiënten nog nadrukkelijker aandacht te besteden aan dit onderwerp.

Directeur-bestuurder prof. dr. Maarten von Meyenfeldt van het Maastricht UMC Oncologiecentrum hecht grote waarde aan het voortschrijdend inzicht op het gebied van pijnbehandeling bij patiënten met kanker. "Meten is weten. Als we weten hoeveel patiënten pijn hebben en in welke mate, dan kunnen we mensen nóg beter helpen. En daar draait het om in de multidisciplinaire aanpak van het Oncologiecentrum." In het Oncologiecentrum werken medisch specialisten en andere hulpverleners samen om patiënten met kanker optimale zorg te verlenen. "Daarin past ook duidelijk een pijnspecialist die snel een patiënt kan zien, als die aangeeft klachten te hebben," zegt Von Meyenfeldt.

Van den Beuken-van Everdingen hoopt op 15 januari te promoveren. Ze baseert zich in haar proefschrift op onderzoek bij patiënten met kanker in Midden- en Zuid-Limburg en op research elders in het land. Daaruit blijkt dat een kwart van de patiënten met kanker die onder behandeling zijn, kampt met matige tot ernstige pijn. Dat geldt ook voor de helft van de patiënten in de laatste levensfase. "Deze aantallen zijn de afgelopen 40 jaar niet gedaald, ondanks de toegenomen aandacht voor pijn en de behandeling ervan," zegt de promovendus. "Daarnaast blijkt de pijnbehandeling in bijna de helft van de gevallen inadequaat. Dat moet en kan beter. Volgens eerder onderzoek zouden we met de juiste medicatie 85 tot 90 procent van de patiënten met kanker pijngestild moeten kunnen krijgen," zegt ze.

Oorzaak Waarom pijn bij kanker dan nog steeds zoveel voorkomt, is voor Van den Beuken-van Everdingen helder. De oorzaak ligt onder andere bij de patiënt zelf. "Patiënten zeggen niet tegen hun specialist dat ze pijn hebben. Ze willen niet lastig zijn voor de man of vrouw die samen met hen de kanker bestrijdt. Daarnaast zijn ze vaak bang voor de bijwerkingen van medicatie." Een andere bepalende factor zijn artsen en verpleegkundigen. "Tijdens een consult moet zoveel besproken worden, dat praten over pijn er soms bij inschiet. En omdat beide partijen er niet over praten, blijft pijn in het luchtledige hangen."

Verbetering is mogelijk als in contacten met patiënten meer aandacht wordt besteed aan het onderwerp. Dat kan door het consequent meten van pijnklachten bij ieder polibezoek, zoals bij het Oncologiecentrum gaat gebeuren. Daarnaast moeten patiënten zich meer uiten over hun pijnklachten. "Mensen moeten beseffen dat pijn niet vanzelfsprekend is als je kanker hebt. Je kan er wat aan doen. Waarom zou je nog meer inboeten aan levenskwaliteit?", stelt Van den Beuken-van Everdingen. Tenslotte oppert ze voor meer aandacht voor het thema pijn in de opleiding van artsen en verpleegkundigen. In het Maastricht UMC+ krijgen alle arts-assistenten al een cursus pijn en palliatieve zorg, zodat ze zich meer bewust worden van het probleem.