Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer

5. Januari

Het Waddengebied als proeftuin voor biomassa

08-01-2009

Het waddengebied heeft een goede uitgangspositie voor verdere ontwikkeling van biomassatoepassingen. Dit stelt de Raad voor de Wadden in zijn advies aan de Tweede Kamer over de economische kansen en risicoâ¬"s van biomassa-activiteiten in het Waddengebied. De aanwezigheid van een sterk agrarisch cluster, een groot energie- en chemiecluster in de Eemsdelta, nabijgelegen kenniscentra en een duurzaam ondernemersklimaat geven goede mogelijkheden tot aansluiting.

Randvoorwaarden
Om de biomassa-ontwikkelingen op een verantwoorde manier in te passen in het beschermde, karakteristieke Waddenlandschap, moet de bouw van installaties en opslagfaciliteiten aansluiten bij bestaande bebouwing; op het boerenerf, bij bestaande industrieterreinen of in de vier grote Waddenhavens. Voor het realiseren van een optimale combinatie met aanbieders van biomassa en/of afnemers van de eindproducten beveelt de Raad ruimtelijk-economisch onderzoek aan.

Klein- en grootschalig
De Raad voor de Wadden acht het Waddengebied bij uitstek geschikt voor kleinschalige biomassateelt. Het gebied kan daarbij als experimentele proeftuin dienen, gericht op ontwikkeling van kennis en innovatieve concepten. Verbreding van de landbouwsector met innovatieve productiecombinaties met biomassa kan bijdragen aan het behoud van een economisch gezonde agrarische sector.
Grootschalige biomassa-activiteiten moeten volgens de Raad in de Eemsdelta geclusterd worden vanwege de aanwezige diepzeehaven en de mogelijkheden tot aansluiting bij het energie- en chemiecluster. Deze ruimtelijke concentratie biedt de beste kansen op groei, innovatie en economische versterking en het voorkomt tevens ruimtedruk op de rest van het Waddengebied.

Brug tussen kennis en praktijk
Door in het Waddengebied een brug te slaan tussen kennis en praktijk wordt experimentele kennis snel toegepast en kan het gebied zich ontwikkelen tot een innovatieregio voor biomassa. Geslaagde pilots en innovaties kunnen daarna buiten het Waddengebied commercieel opgeschaald en geëxploiteerd worden. Om het Waddengebied daadwerkelijk te laten ontwikkelen tot innovatieregio adviseert de Raad in te zetten op gerichte kennis- en scholingsontwikkeling in het Noorden.

Innovaties en doorontwikkeling van biomassatechnologieën kunnen met behulp van het Waddenfonds sneller gerealiseerd worden. Het fonds levert daardoor een positieve bijdrage aan de geschetste ontwikkeling van het Waddengebied tot proeftuin voor biomassa.