Gemeente Nijmegen

13 januari 2009 090113R

Meer aandacht voor maatschappelijke participatie in inburgeringstraject Nijmegen

De gemeente Nijmegen heeft onderzocht in welke mate Nijmeegse inburgeraars deelnemen aan de lokale samenleving. Hieruit bleek dat een ruime meerderheid zich wel thuis voelt in Nederland, maar dat het inburgeringstraject minder succes heeft voor laagopgeleiden en analfabeten. Het college wil daarom dat inburgeringstrajecten meer gericht worden op de mogelijkheden van de inburgeraars en op maatschappelijke participatie.

Tot nu toe hebben 2460 niet-westerse allochtonen in Nijmegen deelgenomen aan het een inburgeringsprogramma, of zijn daar nog mee bezig. Het inburgeringstraject start met taallessen en daarna volgen participatie-activiteiten. Onderzoekers van de gemeente Nijmegen hebben ruim tweehonderd inburgeraars thuis bevraagd en gesprekken gevoerd met professionals.

Tachtig procent van de ondervraagden voelt zich thuis in Nederland. Een kwart van alle Nijmeegse inburgeraars vindt echter dat hij of zij niet voldoende deelneemt aan de Nederlandse samenleving. Dat percentage is nog hoger onder inburgeraars van Turkse of Marokkaanse komaf: 35 procent. Bijna veertig procent van alle Nijmeegse inburgeraars komt uit Turkije en Marokko. Het gaat vaak om vrouwen, die hier naar toe zijn gekomen voor gezinsvorming of -hereniging. Tien tot vijftien procent van deze groep voelt zich ook niet thuis in Nederland.

Het opleidingsniveau van de inburgeraars is ook van invloed op het succes van de inburgeringstrajecten en daarmee de mate van integratie. Onder de Nijmeegse inburgeraars is een duidelijke tweedeling te onderscheiden. Veertig procent is laag opgeleid (veelal afkomstig uit Turkije en Marokko), een kwart is juist relatief hoogopgeleid en komt uit Oost-Europa, Iran en Irak. De hoger en gemiddeld opgeleide inburgeraars blijken vaker een baan te hebben (35 procent tegenover 25 procent van de lager-opgeleiden), verrichten vaker vrijwilligerswerk (bekenden helpen, op school, bij zelforganisaties en sportclubs), bezoeken vaker culturele evenementen, hebben meer persoonlijke contacten en beheersen de Nederlandse taal beter. Lager-opgeleiden en analfabeten hebben moeite met het gebruik van Nederlands in verschillende situaties. Voor hen is een regulier inburgeringstraject gecompliceerd en heeft minder succes.

Om die reden onderzoekt het college van burgemeester en wethouders hoe meer differentiatie kan worden aangebracht in het aanbod. Inburgeringstrajecten moeten beter gaan aansluiten bij de mogelijkheden en leefwereld van de inburgeraars. De gemeente Nijmegen wil, aansluitend bij de ambities van het ministerie van VROM, meer zogeheten duale trajecten gaan aanbieden aan inburgeraars. Daarbij worden taallessen gekoppeld aan maatschappelijke participatie. De opgedane taalkennis kan dan direct toegepast worden in sociale situaties, wat de integratie bevordert. In de trajecten moet bijzondere aandacht worden besteed aan activering, 'empowerment' (vergroten van de zelfredzaamheid) en waar nodig aan alfabetisering.

Het complete onderzoeksrapport is te downloaden op www.nijmegen.nl.

Voor de redactie:
Voor meer informatie kunt u contact opnemen met Persvoorlichting, doorkiesnummer 2380.