Gasunie
Nieuw initiatief promoot `Nederland gasland'
in buitenland
Den Haag, 14 januari 2009
Vandaag is in het Haagse Hotel des Indes de oprichting bekend gemaakt
van het `Global Gas Networks Initiative', dat de positie van Nederland
als gasland op de wereldkaart moet verstevigen. Vijftig jaar na
"Slochteren" beschikken onze gasexperts over waardevolle kennis en
vaardigheden waar mede gezien de groeiende gasvraag wereldwijd grote
behoefte aan is. Het gasinitiatief gaat hiervoor ondermeer het
ongebruikte potentieel van gepensioneerde gasexperts inzetten. Door
het actiever exporteren van onze hoogwaardige kennis op dit gebied,
moet de relatie met gasrijke landen worden verstevigd. De recente
internationale gascrisis maakt de vraag naar onze expertise prangender
dan ooit.
De oprichting van GGNI werd bekend gemaakt tijdens de
nieuwjaarsbijeenkomst van de Koninklijke Vereniging van Gasfabrikanten
in Nederland (KVGN) door de voorzitter Marcel Kramer. Het
oorspronkelijk vanuit Gasunie voortgekomen idee vond goede weerklank
bij infrastructuurbedrijven: Liander, Enexis en Stedin die zich
vervolgens ook bij het GGNI hebben aangesloten. Roland Berger Strategy
Consultants heeft ondersteuning verleend bij de opzet. Ook het
Ministerie van Economische Zaken is van de partij. Dat betekent dat
via de netwerkbedrijven en EZ in de toekomst opdrachten aan de
stichting verstrekt zullen worden. Zij zullen ook allen mensen leveren
om de opdrachten uit te voeren. Daarbij wordt onder andere gedacht aan
werk voor andere landen die de Nederlandse overheid of de energie
partners direct om hulp vragen bij het opslaan en vervoeren van gas,
waar tot nu toe beperkt gehoor aan gegeven kan worden.
Dreigend kennislek
Door enerzijds vergrijzing en anderzijds het tekort aan jong,
technisch geschoold personeel, dreigt met het pensioneren van
gasexperts een ernstig kennislek in Nederland te ontstaan. Vaak willen
mensen die met pensioen gaan echter nog een bijdrage blijven leveren
aan de maatschappij. Dit zal ook helpen om het tekort aan ervaren
personeel op te vangen. Dit tekort is de laatste jaren fors
toegenomen, vooral door een gebrek aan instroom in de technische
sector in de laatste tien jaar. Veel bedrijven kampen daardoor met een
onevenwichtige leeftijdsopbouw van hun personeelsbestand. Daar speelt
het GGNI op in, zeggen de initiatiefnemers. Nederlandse gasexperts
beschikken over veel kennis waar in het buitenland grote behoefte aan
is. Veel van hen vinden het heel leuk om een aantal maanden in het
buitenland op projecten te zitten en die kennis over te dragen. Het
GGNI: "Zo worden hun grijze haren uiteindelijk gouden haren."
Kennisoverdracht
De senior gasexperts passen niet alleen Nederlandse kennis in het
buitenland toe. Zij gaan in Nederland ook technici opleiden. Daarnaast
kunnen de gasexperts jonge talenten grote kansen bieden door hen
letterlijk aan de hand mee te nemen en op prestigieuze buitenlandse
projecten on the job te trainen. "Zo stellen we onze voorloperpositie
ook voor de toekomst veilig," aldus het GGNI.
Intentieverklaring
Afgelopen week werd in beslotenheid al een intentieverklaring door
Nederlandse Gasunie, Liander, Enexis en Stedin getekend, waarin
afspraken over het commitment van de betrokken partijen en de inzet
van mensen en middelen zijn vastgelegd. Het Ministerie van EZ zal zich
daar binnenkort bij aansluiten. Het gasinitiatief dient zelf geen
commercieel doel en zal daarom ook als stichting opereren. Het moet
bijdragen aan het versterken van de internationale positie van
`Nederland gasland'. GeĂŻnteresseerden kunnen een email sturen naar
C.M.Geurts.van.Kessel@gasunie.nl.
Voor meer info: pers@gasunie.nl
---