PvdA Europees parlement


10 jaar euro: Tijd voor meer economische samenwerking

14 januari 2009

Na 10 jaar monetaire samenwerking in de eurozone is de tijd aangebroken voor de volgende stap naar meer economische integratie, aldus PvdA- europarlementarier Ieke van den Burg.

"Juist nu het gaat om stimulering van de economie kan verdergaande Europese economische samenwerking en coördinatie meer opleveren dan de som der delen van individuele maatregelen. Er zijn juist nu op elkaar afgestemde investeringen nodig in de economie, bijvoorbeeld in innovatie en duurzaamheid". Zij bepleit daarbij een grotere rol voor de Europese Investerings Bank. Volgens haar is de EIB in deze tijd een geweldig instrument om de vastgelopen kredietverlening door banken weer op gang te helpen.

De huidige economische crisis toont aan dat de euro de economie beschermt en heeft voorkomen dat speculanten de Europese wisselkoersen tegen elkaar hebben uitgespeeld. "Als het regent kan je beter onder een grote paraplu staan", zo stelt van den Burg. De euro is tot op heden redelijk stabiel gebleken in vergelijking tot bijvoorbeeld het Britse pond. "Zonder de euro hadden verschillende landen, waaronder Nederland met zijn relatief grote financiële sector, een groot probleem gehad met devaluaties en/of wisselkoersspeculaties. Dit zou grote gevolgen hebben gehad voor onze gezamenlijke Europese economie", aldus Van den Burg .

Vanwege de stabiliteit van de euro verwacht Van den Burg dat meer lidstaten zullen toetreden tot de eurozone. "In niet-euro lidstaten spreken steeds meer mensen zich positief uit over toetreding. Het zou goed zijn als we de eurozone kunnen uitbreiden, maar daarbij hoort ook dat men zich voegt in de begrotingsdiscipline en het bewaken van de inflatie".

De afgelopen weken heeft de Europese Centrale Bank, bij monde van vice-president Papademos, zich publiek uitgesproken voor een rol van de ECB bij het Europees toezicht op de financiële markten. Ieke van den Burg is al jaren een vooraanstaand pleitbezorgster voor een sterker Europees financieel toezicht. Voor het bewaken van de financiële stabiliteit is de informatie en kennis van centrale banken van wezenlijk belang. Maar de ECB kan dat niet alleen. Ook toezichthouders van de financiele markten moeten daaraan hun bijdrage leveren.

Tenslotte moeten de Eurogroep en de ECB een sterkere stem hebben in de internationale verbanden, waarbinnen macro-economisch beleid en financiële stabiliteit aan de orde is. Van den Burg: "Het is toch achterhaald dat in de G7, G8 of G20 alleen een paar grote lidstaten meepraten, en het is jammer dat de inbreng vanuit de EU in IMF en Wereldbank versnipperd is. Europa kan daar meer gewicht in de schaal leggen door met één stem te spreken."