Raad van de Europese Unie

RAAD VA
DE EUROPESE UIE
NL
Brussel, 13 januari 2009
5276/09 (Presse 11)
P 6
(OR. en)

Verklaring van het voorzitterschap namens de Europese Unie over de executies door steniging in Mashhad, Iran

De Europese Unie veroordeelt krachtig de nieuwe gevallen van executie door steniging in de Islamitische Republiek Iran. Zoals vandaag officieel is bevestigd en ook uit andere betrouwbare bronnen is vernomen, stond drie mensen in de week van 21 december 2008 in de stad Mashhad executie door steniging te wachten. Een van de drie zou erin geslaagd zijn uit de stenigingskuil te ontsnappen en zou het overleefd hebben. De andere twee hadden minder geluk en zijn doodgestenigd.
De Europese Unie verzoekt de centrale autoriteiten van de Islamitische Republiek Iran met aandrang om deze zaak te onderzoeken, en te bewerkstelligen dat de praktijk van executie door steniging in dit land effectief en voorgoed wordt beëindigd, conform het Internationaal Verdrag inzake burgerrechten en politieke rechten, dat de Islamitische Republiek Iran heeft ondertekend en geratificeerd, en de verklaring inzake de bescherming van alle mensen tegen onderwerping aan foltering en andere wrede, onmenselijke of onterende behandeling of bestraffing, zoals aangenomen bij Resolutie 3452 van de VNVeiligheidsraad van december 1975, die door Iran is goedgekeurd.
5276/09 (Presse 11) 2
L
De Europese Unie roept de Islamitische Republiek Iran op om de wrede en onmenselijke straf van steniging uit de strafwet te halen, en het Verdrag tegen foltering en andere wrede, onmenselijke of onterende behandeling of bestraffing te ratificeren. De Europese Unie herinnert de Iraanse Republiek Iran aan de aankondiging van de rechterlijke macht in augustus 2008 dat een moratorium op die praktijk zou worden ingesteld. Deze meest recente executies zijn echter niet alleen in strijd met dat moratorium, maar vormen ook een zorgwekkende stap achteruit. Wij dringen er bij de Islamitische Republiek Iran op aan er zorg voor te dragen dat dergelijke verklaringen onmiddellijk worden uitgevoerd en in de wetgeving worden verankerd. De kandidaat-lidstaten Turkije, Kroatië* en de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië*, de landen van het stabilisatie- en associatieproces en mogelijke kandidaatlidstaten Albanië en Montenegro, en de EVA-landen IJsland, Liechtenstein en Noorwegen, die lid zijn van de Europese Economische Ruimte, alsmede Oekraïne en de Republiek Moldavië sluiten zich bij deze verklaring aan.

* Kroatië en de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië blijven deelnemen aan het stabilisatie- en associatieproces.



Raad van de Europese Unie