D66
Oordeel over Wilders aan de rechterlijke macht
21 januari 2009
D66-fractievoorzitter Alexander Pechtold wijst erop dat het in onze
democratie aan de rechterlijke macht is om te bepalen of iemand voor
vervolging in aanmerking komt. De sociaal-liberaal zegt dat in reactie
op het nieuws dat het Hof in Amsterdam het Openbaar Ministerie (OM)
opdraagt PVV-leider Geert Wilders te vervolgen voor het aanzetten tot
haat en discriminatie. Pechtold onderstreept het belang van de
scheiding der machten en meent dat het niet aan parlementariërs is om
een oordeel te vellen over een besluit van de rechterlijke macht.
Oordeel aan de rechterlijke macht
Het OM moet Wilders vervolgen voor uitspraken die hij buiten de Kamer
heeft gedaan met betrekking tot de Islam en het nazisme. Zo vergeleek
hij de Koran met Hitlers boek Mein Kampf . Ook verschillende passages
in zijn film Fitna zijn aanleiding tot vervolging over te gaan.
Pechtold: "Wilders is democratisch gekozen en daarom vind ik het mijn
taak met hem in debat te gaan. Sommige partijen weigeren dat of duiken
weg als hij het woord neemt, maar ik wil geen cordon sanitaire. Feit
is wel dat ook politici zich aan de wet moeten houden. Ook wij moeten
belasting betalen, ook wij krijgen een boete als we door rood rijden
en ook wij moeten binnen de grenzen van de rechtstaat blijven. Het
oordeel daarover is aan de rechterlijke macht."
Scheiding der machten
Pechtold meent dat politici zich moeten onthouden van inhoudelijk
commentaar op het besluit van het Hof. "De VVD zegt de vervolging
zorgelijk te vinden en de aanvankelijke uitspraak van het OM juist te
vinden. Dat vind ik een onverstandige uitspraak. We moeten de
scheiding der machten in stand houden en ons niet bemoeien met de
rechtsgang. Politici moeten niet op de stoel van de rechter of
officier van justitie gaan zitten."