Raad van State


Mediagevoelige uitspraken

Wekelijks doet de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State op de woensdagen in een groot aantal zaken een uitspraak. De persvoorlichters van de Raad van State maken op maandag een selectie van de uitspraken die interessant kunnen zijn voor de media. Deze selectie vindt u op deze pagina en wordt iedere maandag om 14.00 uur vernieuwd. Een overzicht van alle uitspraken die op de woensdag worden gedaan, staat in de rubriek Hoofdzaken.

Voor meer informatie kunt u contact opnemen met de persvoorlichters van de Raad van State.

Op woensdag kunt u vanaf 10.15 uur de volledige tekst van deze uitspraken lezen.

8 uitspraken gevonden pagina: 1
1. 200707588/1 en 200707589/1
datum van uitspraak: woensdag 28 januari 2009
proceduresoort: Eerste aanleg - meervoudig
rechtsgebied: Kamer 1 - RO - Noord-Brabant
inhoudsindicatie:

(Bestemmingsplannen "Parapluherziening zone industrielawaai industrie- en haventerrein Moerdijk" en "6e herziening industrieterrein Moerdijk 1993" van de gemeente Moerdijk) Uitspraak over de goedkeuring door het college van gedeputeerde staten van Noord-Brabant van het bestemmingsplan "Parapluherziening zone industrielawaai industrie- en haventerrein Moerdijk" van de gemeente Moerdijk. De zitting gaat ook over de goedkeuring door het college van het bestemmingsplan "6e herziening industrieterrein Moerdijk 1993" van de gemeente. De parapluherziening voorziet in een wijziging van de geluidszone rondom het industrie- en haventerrein van Moerdijk. In het plan is de maximale geluidsbelasting voor de omgeving van het bedrijventerrein vastgelegd. De 6e herziening voorziet onder meer in een herbestemming van 52 woningen die als gevolg van de wijziging binnen de geluidszone van het industrieterrein komen te liggen. De Stichting Hart van Moerdijk en de Stichting Behoud Buitengebied van Moerdijk zijn het niet eens met de bestemmingsplannen en zijn tegen de goedkeuringsbesluiten van de provincie in beroep gekomen bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. Volgens hen is met de wijziging van de geluidszone onvoldoende rekening gehouden met de leefbaarheid in de kern Moerdijk. Er had meer onderzoek moeten worden verricht naar de mogelijkheden om de overlast voor de woonomgeving te beperken, aldus de stichtingen. Ook een aantal nabijgelegen agrarische bedrijven is het niet eens met de plannen en is in beroep gekomen bij de Raad van State. Eén van hen is het er onder meer niet mee eens dat zijn bedrijfswoning bij zijn bedrijf is weg bestemd. Volgens het bedrijf is de bedrijfswoning essentieel voor het uitvoeren van agrarische activiteiten. De zaken zijn in eerste instantie op 6 juni van vorig jaar op zitting behandeld. Op 15 december jl. heeft vervolgens nog een tweede zitting plaatsgevonden.
2. 200708244/1
datum van uitspraak: woensdag 28 januari 2009
proceduresoort: Eerste aanleg - meervoudig
rechtsgebied: Kamer 1 - RO - Zuid-Holland
inhoudsindicatie:

(Bestemmingsplan "Schelluinen-West" van de gemeente Giessenlanden) Uitspraak over de goedkeuring door het college van gedeputeerde staten van Zuid-Holland van het bestemmingsplan "Schelluinen-West" van de gemeente Giessenlanden. Het plan maakt een nieuw bedrijventerrein mogelijk ten westen van Schelluinen langs de provinciale weg N216. Het gaat om een bedrijventerrein van ongeveer 35 hectare. Met het plan wordt beoogd het Groene Hart te ontlasten door een aantal transportbedrijven in de regio Alblasserwaard-Vijfheerenlanden naar het nieuwe bedrijventerrein te verplaatsen. Meerdere inwoners van Schelluinen en de Stichting ter behoud van de leefbaarheid in Giessenlanden zijn het niet eens met het plan en zijn tegen het goedkeuringsbesluit in beroep gekomen bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. Zij vinden onder meer dat de behoefte naar een nieuw bedrijventerrein onvoldoende is aangetoond en dat het plan in strijd is met het provinciale streekplan. Verder vrezen zij voor een toename van geluidsoverlast van het bedrijventerrein en zijn zij van mening dat daar meer onderzoek naar gedaan had moeten worden. De zaak is op 7 november jl. op zitting behandeld.
3. 200708497/1
datum van uitspraak: woensdag 28 januari 2009
proceduresoort: Eerste aanleg - meervoudig
rechtsgebied: Kamer 1 - RO - Overijssel
inhoudsindicatie:

(Bestemmingsplan "Havengebied" van de gemeente Ommen) Uitspraak over de goedkeuring door het college van gedeputeerde staten van Overijssel van het bestemmingsplan "Havengebied" van de gemeente Ommen. Het plan maakt deel uit van een groter project De Drieslag. Het bestemmingsplan maakt mogelijk dat op het bestaande bedrijventerrein "Havengebied" maximaal 350 nieuwe woningen worden gebouwd. Onder meer twee bedrijven die daar gevestigd zijn, zijn het niet eens met het plan en zijn tegen het goedkeuringsbesluit in beroep gekomen bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. Beide bedrijven vinden dat niet duidelijk is of het plan financieel uitvoerbaar is, omdat de zogenoemde 'exploitatieopzet' niet bij het plan was gevoegd. Verder vindt een van de twee bedrijven dat de woningen te dicht bij zijn pand worden gebouwd. Hij vreest hierdoor in zijn bedrijfsactiviteiten te worden beperkt. Ook zou het woon- en leefklimaat van de geplande woningen niet gewaarborgd zijn vanwege het geluid dat van het bedrijf afkomstig is. De zaak is op 30 oktober jl. op zitting behandeld.
4. 200800781/1
datum van uitspraak: woensdag 28 januari 2009
proceduresoort: Eerste aanleg - meervoudig
rechtsgebied: Kamer 2 - Milieu - Afval
inhoudsindicatie:

(Aanvullende emissievoorschriften voor N.V. Afvalverbranding Zuid-Nederland) Uitspraak over de aanvullende voorschriften die het college van gedeputeerde staten van Noord-Brabant heeft verbonden aan de milieuvergunning van N.V. Afvalverbranding Zuid-Nederland (AZN). Het bedrijf verbrandt huishoudelijk afval en vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen op een terrein aan de Middenweg in Moerdijk. AZN mag 1 miljoen ton afval per jaar verbranden. Het bedrijf is het met de aanvullende voorschriften niet eens. Het gaat om de voorschriften waarin de maxima voor de uitstoot van onder meer zwaveldioxide, koolmonoxide en stikstofoxide zijn aangescherpt. Volgens AZN is het college niet bevoegd om op grond van de Wet Milieubeheer de strengere normen vast te stellen, omdat het bedrijf onder specifieke milieuregelgeving zou vallen waarin ruimere normen staan. Daarbij vreest het bedrijf niet aan de strengere normen voor de uitstoot te kunnen voldoen. Het college denkt dat dit wel mogelijk is. Het college had hem de tijd moeten geven om maatregelen te treffen om aan de strengere normen te voldoen, aldus AZN. Het bedrijf is in beroep gekomen bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. De zaak is op 20 november jl. op zitting behandeld.
5. 200802059/1
datum van uitspraak: woensdag 28 januari 2009
proceduresoort: Hoger beroep
rechtsgebied: Kamer 3 - Hoger Beroep - Bestuursdwang / Dwangsom
inhoudsindicatie:

(Minister wil geen maatregelen treffen tegen vangen en doden van duiven in Groningen) Uitspraak over de weigering door de minister van LNV om bestuurlijke maatregelen te treffen tegen het vangen en doden van duiven in de stad Groningen door de gemeente. De Nederlandse Vereniging tot Bescherming van Dieren, afdeling Groningen, had om de maatregelen verzocht omdat de gemeente volgens haar door het vangen en doden van rotsduiven de Flora- en Faunawet en de Europese Vogelrichtlijn overtreedt. De minister heeft geweigerd maatregelen te treffen, omdat het vangen van stadsduiven volgens hem niet in strijd is met de Flora- en Faunawet. De minister is van mening dat er geen sprake is van een beschermde diersoort, maar van zogenoemde gedomesticeerde rotsduiven, die volgens de Flora- en Faunawet niet zijn beschermd. Het gaat om nazaten van post- en sierduiven die door mensen werden gehouden, aldus de minister. De vereniging is het niet eens met de weigering om maatregelen te treffen en is in hoger beroep gekomen bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. De rechtbank in Groningen heeft in januari 2008 een eerder beroep ongegrond verklaard. De zaak is op 27 november jl. op zitting behandeld.
6. 200802394/1
datum van uitspraak: woensdag 28 januari 2009
proceduresoort: Hoger beroep
rechtsgebied: Kamer 3 - Hoger Beroep - Overige
inhoudsindicatie:

(Maximale oppervlakte stacaravans Bospark Beekbergen beperkt in exploitatievergunning) Uitspraak over de exploitatievergunning die het college van burgemeester en wethouders van Apeldoorn heeft verleend aan Bospark Beekbergen voor een kampeerterrein aan de Hoge Bergweg in Beekbergen. In de vergunning is bepaald dat het vloeroppervlak van de stacaravans op het terrein niet groter mag zijn dan 55 m2. Eerder mocht het vloeroppervlak van de caravans nog 75 m2 zijn. Het kampeerterrein is het niet eens met de beperking van het vloeroppervlak. Hij stelt schade te lijden doordat hij minder kan omzetten. De Raad van State vernietigde in augustus 2004 eerder de vergunning die het gemeentebestuur aan Bospark Beekbergen had verleend, omdat de gemeente beter had moeten kijken naar de investeringen die het kampeerterrein al had gedaan of nog moest doen. Die uitspraak is onder zaaknummer 200400208/1 te vinden op deze website. Naar aanleiding van die uitspraak heeft het gemeentebestuur een nieuwe vergunning verleend. De zaak is op 17 november jl. op zitting behandeld. Zie ook de uitspraak met zaaknummer 200802392/1 die de Raad van State eveneens op 28 januari a.s. openbaar maakt. Die zaak gaat over de exploitatievergunning die het college heeft verleend aan Recreatie-landgoed De Valouwe voor een kampeerterrein aan de Lage Bergweg in Beekbergen.
7. 200802922/1
datum van uitspraak: woensdag 28 januari 2009
proceduresoort: Hoger beroep
rechtsgebied: Kamer 3 - Hoger Beroep - Verordeningen
inhoudsindicatie:

(Vergunning voor evenementen Apeldoorns Congres- en Evenementencentrum B.V.) Uitspraak over de vergunning die het college van burgemeester en wethouders van Apeldoorn heeft verleend aan het Apeldoorns Congres- en Evenementencentrum B.V. voor het houden van evenementen. Het gaat om een jaarvergunning voor 2007 voor evenementen als vakbeurzen, tentoonstellingen en rommelmarkten. Het evenementencentrum is het niet eens met het voorschrift in de vergunning, dat hij geen activiteiten mag verrichten die gericht zijn op verkoop uit grote partijen met een beperkt assortiment door één of enkele aanbieders. Hij vindt die activiteit ook een "evenement" als bedoeld in de Algemene Plaatselijke Verordening. Daarom is hij in hoger beroep gekomen bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. In een eerder beroep is hij in maart van het vorig jaar door de rechtbank van Zutphen in het ongelijk gesteld. De zaak is op 11 december jl. op zitting behandeld.
8. 200803297/1
datum van uitspraak: woensdag 28 januari 2009
proceduresoort: Hoger beroep
rechtsgebied: Kamer 3 - Hoger Beroep - Schadevergoeding
inhoudsindicatie:

(Verzoek producentenorganisatie kokkelvissers om nadeelcompensatie) Uitspraak over de afwijzing door de minister van Verkeer en Waterstaat van het verzoek van de Coöperatieve Producenten Organisatie van de Nederlandse Kokkelvisserij in Kapelle om nadeelcompensatie. De producentenorganisatie had om deze compensatie gevraagd voor de schade die zij lijdt als gevolg van de verdieping van de Westerschelde in 1997/1998 en als gevolg van het leggen van een 150 kV-kabel door de Westerschelde. De minister heeft de vergoeding van de schade als gevolg van de verdieping van de Westerschelde afgewezen, omdat er volgens hem geen causaal verband bestaat tussen de verdiepingswerkzaamheden en de gestelde schade. Dit blijkt volgens hem uit onderlinge vergelijking met de kokkelpopulaties in de Waddenzee door de jaren heen. Er zijn volgens de minister geen significante verschillen in het verloop van de sterk fluctuerende kokkelpopulaties in beide gebieden. De producentenorganisatie bestrijdt dit. Zij ziet wel een causaal verband tussen de verdiepingswerkzaamheden en de verminderde vangstmogelijkheden van kokkels. Vanwege de inperking van het te bevissen gedeelte door de aanleg van de kabel heeft de minster aan de producentenorganisatie wél een schadevergoeding toegekend van EUR 44.430. De producentenorganisatie vindt dit bedrag te laag. De rechtbank in Middelburg heeft in maart 2008 een eerder beroep van de producentenorganisatie ongegrond verklaard. Tegen deze uitspraak is zij in hoger beroep gekomen bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. De zaak is op 6 januari jl. op zitting behandeld. pagina: 1