Ingezonden persbericht




Amsterdam, 28 januari 2009

Literatuur was belangrijk referentiekader voor
Vincent van Gogh

Onderzoeksresultaten gepubliceerd in deel 2 van Van Gogh Studies

Het tweede deel van de Engelstalige reeks Van Gogh Studies, Van Gogh: A Literary Mind bevat opvallende resultaten over het belang van literatuur voor Vincent van Gogh (1853-1890). Auteur Wouter van der Veen stuitte bij het lezen van Van Goghs brieven op vele literaire referenties. Van Gogh had naar eigen zeggen een 'onweerstaanbare passie voor boeken'. Hij las niet alleen Nederlandse, maar ook Franse en Engelse literatuur. In zijn correspondentie verwijst hij naar zo'n 150 schrijvers en 200 literaire werken, uiteenlopend van de Bijbel en religieuze poëzie tot Charles Dickens en Emile Zola. Opvallend is dat Van Gogh hier niet zozeer door werd beïnvloed, maar dat hij deze literatuur gebruikte als argumentatie om zijn eigen ideeën kracht bij te zetten. Tijdens de zondaglezing Vincent van Gogh als lezer op 1 februari aanstaande zal de auteur ingaan op zijn bevindingen, gepresenteerd in het zojuist verschenen Van Gogh: A Literary Mind.

Van Gogh: A Literary Mind
Ruim zes jaar onderzoek is voorafgegaan aan het tweede deel van Van Gogh Studies. Wouter van der Veen heeft hierbij gebruik gemaakt van de nieuwe transcripties en vertalingen die hij mede heeft vervaardigd voor de nieuwe uitgave van de correspondentie van Vincent van Gogh (verschijnt oktober 2009). Hij kwam tot verrassende ontdekkingen. Zo gebruikte Van Gogh de literatuur niet zozeer als uitgangspunt maar meer als referentiekader om zijn eigen ideeën te bevestigen. Het boek De negerhut van oom Tom van Harriet Beecher Stowe (1811-1896) noemt hij "een modern evangelie". Dit werk is in zijn ogen een weerspiegeling van christelijke waarden als eenvoud en nederigheid, thema's die ook een belangrijke rol speelden in zijn eigen leven en werk. Opmerkelijk is dat de kunstenaar niet altijd even belezen was als hij deed overkomen. In een brief aan zijn zus Willemien schreef hij: "Als men goed wil lachen dan moet men Rabelais lezen". In Van Goghs tijd bestonden echter geen moderne en leesbare uitgaven van de boeken van Rabelais (circa 1494-1553). De kans dat hij diens boeken daadwerkelijk heeft gelezen, is dan ook gering.

Van Gogh Studies
In 2007 werd deze Engelstalige serie succesvol gelanceerd met Current Issues in 19th-Century Art. Van Gogh Studies biedt een platform voor het onderzoek naar de laat 19de-eeuwse en vroeg 20ste-eeuwse West-Europese kunst. Een internationale redactie van wetenschappers uit de universitaire- en museumwereld begeleidt de serie waarin gebundelde onderzoeksessays en monografische studies elkaar afwisselen. De bijdragen zijn geschreven door gerenommeerde onderzoekers en bieden een rijk geschakeerd beeld van het vakgebied. Van Gogh Studies vervangt het voormalige Van Gogh Museum Journal en de reeks Cahier Vincent. In voorbereiding zijn: The Visions of Gauguin (2009) en Thannhauser and Van Gogh (2010). Initiatiefnemers van deze uitgave zijn het Van Gogh Museum en Waanders Uitgevers.

Zondaglezing
Op zondag 1 februari om 14 uur vertelt Wouter van der Veen over zijn bevindingen tijdens de lezing Vincent van Gogh als lezer. Zie voor meer informatie www.vangoghmuseum.nl/zondaglezingen.

Auteur
Met het proefschrift Literature in Vincent van Gogh's correspondence promoveerde schrijver en uitgever Wouter van der Veen aan de Universiteit van Utrecht in 2007. Dit proefschrift heeft als basis gediend voor Van Gogh: A Literary Mind. Daarnaast is hij nauw betrokken bij de aanstaande publicatie van Van Goghs brieven, die in oktober wordt gelanceerd.
----------