Stadsdeel Oost/Watergraafsmeer Amsterdam


Herinneringen aan het oud-stadsdeelkantoor

en voormalig Burgerziekenhuis, Linnaeusstraat 89

28 januari 2009

Lezers van de Stadsdeelkrant reageerden op de oproep in de krant van 23 januari 2009 om herinneringen aan het Burgerziekenhuis, later het Stadsdeelkantoor, op te sturen. Een samenvatting van enkele reacties vindt u in de Stadsdeelkrant van 30 januari 2009. Hieronder alle volledige reacties. De persoonlijks gegevens van schrijvers zijn bij de redactie bekend.

foto van gevel oude stadsdeelkantoor linnaeusstraat Berichtgeving over "Markante geschiedenis"

Lezers van de Stadsdeelkrant maakten de redactie erop attent dat de berichtgeving over de markante geschiedenis van het gebouw in de krant van 23 januari 2009 onjuist is wat betreft de jaartallen. Dank daarvoor! Wel is het geweldig dat er zoveel levende herinneringen zijn aan dit bijzondere gebouw.

Marcel de Haas:

50 jaar bijzondere herinneringen aan het gebouw in de Linnaeusstraat!!

6 Maart 1959 wordt mijn moeder, toen 7 maanden zwanger, in het Burgerziekenhuis opgenomen met trombose achter haar oog.

22 Mei 1959 kondig ik mij aan en wordt mijn moeder in allerijl naar het ziekenhuis gebracht. Tijdens de rit wordt er bijna een mevrouw omver gereden. Net op tijd (iets later waren wij er beiden niet meer geweest) word ik via een keizersnee bij mijn moeder op de wereld gezet. Mijn moeder en ik lagen op kamer 15, op de eerste etage. Ik had veel bekijks, veel artsen en verpleegkundig personeel kwamen mij bewonderen. Ik was door de keizersnee een mooie baby.

Enkele jaren later wordt mijn vader geholpen aan zijn amandelen en of het toeval is of niet, hij ligt ook op kamer 15.Ik kan mij nog herinneren dat ik gebak kreeg van het personeel, ik denk dat ik zo'n 5 jaar was.

In 1979 was ik lid van een gelegenheidskoortje. De zondag voor Kerst luisterden wij de eucharistieviering in het ziekenhuis op.

Op 26 maart 2004, vijf jaar geleden, ben ik getrouwd op deze plek en in september 2005 deed ik aangifte van de geboorte van mijn zoon. Jammer dat ik in augustus, als naar alle waarschijnlijkheid mijn tweede kind geboren wordt, in het nieuwe gebouw aangifte moet doen.

Ik ben blij dat het gebouw een horeca bestemming krijgt. Slapen zal ik er niet, ik woon daar te dichtbij voor, maar wellicht zal ik wel gaan dineren daar of eens een kop koffie drinken. Misschien dat ik eind volgend jaar er mijn wijding tot diaken (RK kerk) kan vieren. Dan kan ik helemaal zeggen, ik ben hier geboren, ik heb hier gezongen, ik heb hier aangifte gedaan van de geboorte van mijn zoon en nu vier ik hier mijn afstuderen.

oude foto van burgerziekenhuis linnaeusstraat

Marjoleine Homburg:


1. Er staat een fout in het kader "Markante geschiedenis". Daarin staat dat het Burgerziekenhuis in 1981 verdween uit het gebouw in de Linnaeusstraat. Dat is niet juist. Mijn oudste zoon is op 26 februari 1990 in het Burgerziekenhuis geboren. En dat was toch echt in het gebouw aan de Linnaeusstraat!


2. Dat is dan ook meteen mijn speciale herinnering aan dit gebouw. Op 26 februari 1990 raasde er een zware storm door Nederland. Ik heb de hele dag (en nacht) in het Burgerziekenhuis doorgebracht waar ik 's ochtends vroeg werd ingeleid voor mijn eerste bevalling. Uiteindelijk werd mijn zoon pas om half 11 's avonds geboren. Om wat afleiding te hebben overdag zette ik af en toe de radio aan, maar tot mijn ergernis ging het alleen maar over die storm. Ook in de verloskamer liep het die dag storm. Na de geboorte van mijn zoon moest ik halsoverkop de verloskamer uit voor de volgende bevalling. Pas na meer dan een uur werd er weer aandacht aan mij en mijn baby besteed en kon ik worden gewassen. Die dag/avond waren er zo'n 6-8 baby's geboren in het ziekenhuis. Volgens de verpleegsters had dat allemaal met die storm te maken!

Mirjam Niemans:

Ja, ik heb zeker een leuke herinnering aan het Stadsdeelkantoor, het voormalig Burgerziekenhuis! Niet alleen was de sfeer er goed en werd ik vriendelijk geholpen, maar ik ben er ook bruiner geworden dan wanneer ik op vakantie was gegaan!

Het was in augustus 1984. Ik had een enorme buikpijn en ik ging dus naar de huisarts. Die stuurde me direct door naar het ziekenhuis. Ik had buikvliesontsteking, en niet zo'n beetje ook. Onderweg kreeg ik al steeds meer koorts en in het ziekenhuis kreeg ik meteen een bed. De volgende dag lag ik in een kamertje apart. Ik schijn die nacht zoveel pijn gehad te hebben, dat ik de boel bij elkaar heb geschreeuwd. Men had mij dus maar apart gelegd. Door de toegediende morfine kon ik me er echter niets van herinneren. Dat kamertje was heel fijn. Het lag aan de tuinkant, zo'n beetje waar nu dat galeriegebouwtje tegenover zit, Van Outline. En het had openslaande deuren. En een balkonnetje ervoor. Ik moest op bed blijven liggen, vanwege mijn ernstige kwaal. En het was werkelijk schitterend mooi zomerweer. Dus ik heb samen met het ziekenbezoek,mijn bed precies voor de openslaande deuren gereden. En zo lag ik de hele dag in mijn korte broek en een hemdje in de zon, van 's morgens tien uur tot na het avondeten. Ik moest bijna 14 dagen in het ziekenhuis blijven. En bijna niemand geloofde dat. Ze dachten allemaal dat ik me ziek gemeld had en naar een tropisch vakantieparadijs was geweest!

Ik ben blij dat het nu een hotel wordt. Ik zal er zeker graag eens rondkijken en wie weet, kan ik nog eens die kamer boeken, met die openslaande deuren....

oude foto van het burgerziekenhuis aan de linnaeusstraat

Maureen Matil:

Heel leuk maar onjuist is het stuk over de sluitingsdatum. Er staat dat het in 1981 verdween uit het gebouw maar op 3 november 1987 ben ik daar nog voor tien dagen voor de bevalling van mijn dochter Chanel geweest en misschien heette het anders maar ik heb haar altijd verteld dat zij in het Burgerziekenhuis is geboren. Haar vader is er opgenomen nadat wij elkaar in 1981 leerde kennen, dus bij de bevalling liep hij er rond alsof hij thuis was en kende de portier nog. Dat was echt in 1987 hoor.Die bevalling is mij bijgebleven omdat er een Indiase/Pakistaanse mevrouw moest bevallen die geen woord Nederlands sprak en ze moest naar het toilet waar de baby in de pot terechtkwam.

Jammer dat zo'n gebouw niet voldoet aan de wensen van de huidige ambtenaren en db van straks misschien vvt Oost/Watergraafsmeer als het aan de commissie-Mertens ligt.
Met verlengde schooldag op de LINNAEUSSCHOOL ben ik met de groepen naar de stadsdeelvoorzitter geweest, kort daarna overleed de goede man en de kinderen konden het niet bevatten. Ook ben ik op een politieke cursus geweest die mede was georganiseerd voor nieuwe Nederlanders door NEDERLANDERS met ouders uit een ander land, o.a. Gürbus Yabas. Geweldig allemaal. Veel succes in het nieuwe gebouw.

Peter Simonis:

Mijn herinnering gaat terug naar de tijd van het voormalige Burgerziekenhuis. Mijn vader moet daar zeker 30 jaar gewerkt hebben als onderhoudsman, wij woonden er pal bij in de Tweede Oosterparkstraat en ik heb er zelf dan ook menig voetstap liggen van uit mijn jeugd.

Even mijn vader bezoeken in de pauze van school, of na schooltijd... meekijken op de ok, een maaltijd nuttigen in de eetzaal, ik herinner mij ook nog verschillende doktoren en ach, teveel om zo even op te noemen. Er staan mij ook nog verhalen en anekdotes bij van mijn vader, die inmiddels is overleden.

Wij zijn ook nog in het bezit van een aquarel (print) en gedenkboek van het voormalig Burgerziekenhuis. Mijn vader kreeg dit in de tijd dat het ziekenhuis ging verhuizen naar Almere. Zelf ben ik er trouwens ten tijde van het stadsdeel-kantoor later ook nog in ondertrouw gegaan. Inmiddels ben ik 42 en het lijkt mij leuk mee te doen aan uw oproep en mijn herinneringen met u te delen voor de editie van 30 januari.

Vera van der Kraan:

Ik heb mijn hart verpand aan dit mooie gebouw. Elke keer als ik erlangs kom probeer ik nog te reconstrueren achter welk raam ik nou kwam te liggen , die Koninginnedag in 1986; de eerste dag van mijn zwangerschapsverlof. En achter welk raam mijn kind ter wereld kwam, onverhoeds, op "labourday", 1 mei.

Ik zal nooit vergeten dat mijn eerste ziekenhuisopname in mijn leven in dit gebouw plaatsvond en hoe ik door de verpleegkundigen werd geholpen bij de eerste verwarrende ervaringen met het moederschap. "Hebben jullie kleertjes bij je ?", vroegen ze. Schaapachtig stonden we daar te kijken. Nee, daar hadden we in het geheel niet aan gedacht!

Het liefst zou ik nog even naar die eerste verdieping gaan om te kijken, maar dat kan al een tijdje niet meer. Ik hoop dat het gebouw altijd zal blijven staan. Voor mij - en ongetwijfeld vele anderen - is het een monument van iets dat ingrijpend is in je leven.

Ludy van Swinderen:

Jullie hebben bij het artikel "Markante geschiedenis" over het Burgerziekenhuis

wel een foutje gemaakt in de jaartallen. (krantje van vrijdag 23 januari) Het ziekenhuis verdween niet in 1981, maar pas begin jaren ' 90. Ik heb als verpleegkundige in het Burgerziekenhuis op de kinderafdeling gewerkt van 1981 tot en met 1989.

Ingrid Arend:

Aan het stadsdeelkantoor in de Linnaeusstraat heb ik een aantal herinneringen, maar de allermooiste die ik heb is samen met mijn man. Want wij zijn er namelijk op maandagmiddag 31 juli 2000 getrouwd. Omdat wij allebei in Amsterdam geboren zijn, mijn man in de Pijp en ik in de Dapperbuurt, zochten wij een trouwplek die wij allebei kenden en markant voor Amsterdam is en makkelijk bereikbaar is. Dat is het voormalig Burgerziekenhuis. Wij zijn er met de tandem naar toegegaan en onze gasten lopend, en sommigen met het openbaar vervoer. Wat ook leuk te vermelden is, is dat toen we binnenkwamen, we Mw Kalff die ons in de echt zou verbinden, nog bezig was om mensen aan de balie te helpen. Ze zag ons en riep ons toe dat ze eraan kwam. Ze kwam aangerend met een rokje, ze moest zich nog even verkleden. Dat ongedwongen, dat gemoedelijke, dat kan alleen daar. We zijn in het kleine zaaltje getrouwd.

foto van spiegelzaal

Bertie van Gelder:

Mijn zus (1931) en ik (1933) zijn allebei in het Burgerziekenhuis geboren.

Toen ik na veel jaren buiten Amsterdam gewoond te hebben in augustus 1998 een flat in de Woltera van Reesstraat kon huren, was voor mij de kring rond: geboren in wat nu het stadsdeelkantoor is, en straks sterven met uitkijk op het oude Burgerziekenhuis, dat dan een hotel zal zijn.

Godelieve Danes-de Wijs:

Afscheid van het Burgerziekenhuis

In 1987 koos ik voor de bevalling van mijn tweede kind voor het Burgerziekenhuis.

Lekker dichtbij huis. Ik werd tijdens de zwangerschap voortreffelijk begeleid door Dr. Dommerholt en Dr. Jaarsma. Na de geboorte van mijn oudste zoon had ik last van hevig trillende benen en men had me verteld, dat daar een remedie voor was: druivensuiker eten.

Eenmaal op de verloskamer ontdekten we, dat de gekochte druivensuiker thuis op tafel lag. Vergeten!

Mijn man belde vriendin Marijke. Ze zou druivensuiker kopen en bij het ziekenhuis komen afleveren. Dat deed ze en ze wilde het pakje afgeven bij de portier. "Loopt u maar door", zei de portier.

Ze liep met haar tweejarig zoontje, Bart, aan de hand naar de tweede verdieping: de Kraamafdeling.

Daar wilde ze mijn broodnodige pakje energie afgeven aan één van de verpleegkundigen. "Mevrouw Danes? Loopt u maar door. Verloskamer 2". Middenin de, inmiddels, heftige weeën kreeg ik al kraambezoek. Bartje keek z'n ogen uit toen hij me zag liggen temidden van de apparatuur. Hij vergat even van zijn reusachtige croissant te eten, die in zijn kleine handje zat. "Tante Hiep nou?" Hij begreep er niks van. Vijf minuten later werd onze Pieter geboren.

foto van voormalig stadsdeelkantoor oost-watergraafsmeer In het ziekenhuis, waar ik mijn eerste kind kreeg, had het bovenstaande niet plaats kunnen vinden. Opmerkelijk waren de warmte en huiselijkheid in het Burgerziekenhuis. Alles kon. De conversatieruimtes waren altijd vol. Familieleden mochten blijven om een bevalling af te wachten. Er werd verschrikkelijk veel gerookt. Dat is nu ondenkbaar. Omdat mijn zoon met een dubbele longontsteking geboren werd, waren de zorgen om hem groot en ik mocht mee opgenomen blijven, maar was niet ziek. Al snel hielp ik de verpleging met hun drukke taken, want mijn zoon lag op de Kinderafdeling en daar mocht ik niet de hele dag verkeren. Als beloning haalden de verpleegkundigen voor mij bruin bier ("voor het zog") bij de avondwinkel aan de overkant.

De kaarten en felicitaties voor onze Pieter stroomden binnen en al snel was de muur naast mijn bed vólgehangen. Geen nood: ik mocht aan het plafond verder plakken. Omdat ik "lopend patiënt" was, was ik niet altijd in de buurt van mijn bed te vinden. De verpleegkundigen schreven kleine, lieve briefjes over mijn zoon en legden ze op mijn hoofdkussen. Ik heb er, ondanks de spanning om mijn zieke kind, een heerlijke tijd gehad. Twee jaar later beviel ik in het Burgerziekenhuis van mijn dochter.

Het kon nog nèt. Het ziekenhuis zou gaan sluiten. Nog steeds kom ik regelmatig langs en in het prachtige gebouw. Het is voor mij geen Stadsdeelkantoor geworden en het wordt voor mij ook nooit een hotel. Het is en blijft voor mij de prachtige geboorteplaats van mijn twee jongste kinderen.

Els Bakker:

foto van voorgevel Op zondag 12 september 1976 ben ik, min of meer toevallig, in het Burgerziekenhuis bevallen van onze dochter Maaike Dirkje. Het was helemaal niet de bedoeling om voor deze gebeurtenis naar een ziekenhuis te gaan en zeker niet naar het "Burger", dat voor ons helemaal aan de andere kant van de stad lag, maar onze huisarts was op vakantie en had me doorverwezen naar een vroedvrouw die bevallingen begeleidde in het Burgerziekenhuis.

Eind augustus ging ik voor een controle naar haar toe en zij constateerde dat de bevalling al begonnen was. Ik kreeg wonderolie toegediend om de weeën wat op te wekken en toen deze eenmaal goed op gang kwamen ging zij met mijn man en mij naar ons huis in Slotervaart om de bevalling af te wachten. Een kraamzuster en haar docente kwamen om me bij te staan, dolgelukkig, want een thuisbevalling had je niet meer zo vaak in Amsterdam. Alles stond keurig gereed om de baby te ontvangen, maar de weeën zakten weg en ondanks alle wandelingetjes door onze flat, eindeloze koppen koffie en pitoninjecties, schoot de ontsluiting maar niet op. Om half vier 's nachts vond de vroedvrouw dat ik naar het ziekenhuis moest, tot grote teleurstelling van de zusters en tot groot verdriet van mij.

Daar werd ik in de verloskamer gelegd en kreeg ik dokter Bleeker aan het bed. Een buitengewoon aardige en kundige man die me helemaal op mijn gemak stelde en me aan een infuus legde. Ook dat werkte niet en na een paar uur besloot hij dat alles afgekoppeld moest worden en dat ik rusten mocht. Om het nog even aan te zien ben ik anderhalve dag in het ziekenhuis gebleven en weer naar huis gegaan om het begin van de bevalling aan de natuur over te laten.

Een week later leek het zover te zijn, want de weeën begonnen spontaan. Ik was toen, zeer tegen mijn zin, een "medisch geval" geworden en had beloofd naar het ziekenhuis te komen zodra ik weeën zou voelen. Nadat we eerst onze oudste twee kinderen bij mijn schoonouders hadden gebracht zijn we naar de Linnaeusstraat gereden. Zodra het ziekenhuis in beeld kwam, zakten de weeën weer weg en toen de dienstdoende dokter Schutte zei, dat er nog 4 of 5 bevallingen bezig waren, stelde ik hem voor om die eerst maar te doen. Dat wilde hij echter niet en een half uurtje later was, onder zijn deskundige leiding, onze Maaike gezond en wel geboren!

Ik werd als een echte VIP behandeld, kreeg een mooie kamer met uitzicht op de Linnaeusstraat en voelde me trots en gelukkig! Tot 's avonds, toen Maaike met wiegje en al naar de babykamer werd gebracht. Dat was ik niet gewend en ik wilde mijn kind naast me, hoe goed ze het ook bedoelden in verband met mijn nachtrust, etc. Het kostte me al mijn overredingskracht om de verpleging zover te krijgen dat ze haar weer terugbrachten, maar het lukte. En zo genoten we 's avonds samen van het geratel van de trams die om een uur of twaalf naar de remise werden gereden.

De verzorging was prima, artsen en verpleging waren heel sympathiek en kundig. Het enige waar ik van griezelde was de kan met water in de wc waarmee je je afspoelen moest. Die kan was voor gemeenschappelijk gebruik en ik hoopte vurig dat iedereen daar wat hygienisch mee om zou springen!

Omdat ik zelf ook de verpleegstersopleiding had gedaan kwamen zowel de hoofdzuster als de verpleegkundigen af en toe even stoomafblazen op onze kamer, want de werkdruk was erg groot en de spanningen navenant.

Op een avond waren er drie bevallingen gaande en de broeder die dienst had wist van ellende niet waar hij eerst moest beginnen. Op de babyzaal was het een enorm gekrijs van babies die gevoed moesten worden en op de gang liepen moeders rond met pijnlijke, overvolle borsten die hun kind niet durfden pakken, omdat dat streng verboden was. Ik heb hen aangezet tot ongehoorzaamheid en heb later nog een briefje aan de directie gestuurd waarin ik dit incident vermeldde als gevolg van het personeelstekort.

Het was voor mij een hele ervaring om het Amsterdamse leven eens van die kant te bekijken.

Ik ben zelf geboren en getogen in Zeeland en had mijn opleiding tot verpleegster in Goes gedaan.

De opvattingen over het aantal te krijgen kinderen en de plaats van bevallen waren in die tijd wel verschillend.

Intussen wonen we weer in Zeeland en hoewel Maaike hier al vanaf haar derde jaar woont en zelf drie kinderen heeft, voelt ze zich een echte Amsterdamse!

foto van engeltjes in de tuin van het oude stadsdeelkantoor

Bedankt

Het stadsdeel bedankt alle enthousiaste schrijvers voor het insturen van hun verhalen.
Heeft u ook nog een verhaal over mooie of bijzondere herinneringen? Dat kunt u hieronder plaatsen door te klikken op Reageer.