Ministerie van Verkeer en Waterstaat


1 1 Retouradres: Postbus 20901, 2500 EX Den Haag
De voorzitter van de Tweede Kamer Plesmanweg 1-6 der Staten-Generaal 2594 JG Den Haag Binnenhof 4 Postbus 20901 2500 EX Den Haag
2513 AA DEN HAAG T 070 351 61 71 F 070 351 78 95

Contactpersoon

-
T -

Ons kenmerk
VenW/DGW-2009/62

Uw kenmerk
Datum 18 februari 2009 -

Onderwerp Hoogwaterbeschermingsprogramma 2009 Bijlage(n)
2

Geachte voorzitter,

Hierbij stuur ik u een geactualiseerd Hoogwaterbeschermingsprogramma 2009­ 2015 toe.

Het Hoogwaterbeschermingsprogramma (HWBP) bevat 97 verbetermaatregelen, die noodzakelijk zijn om de primaire waterkeringen in Nederland te laten voldoen aan de wettelijk vastgestelde veiligheidsnorm en zodoende Nederland te beschermen tegen overstromingen.
Op het HWBP staan de projecten die voortkomen uit de Eerste en Tweede ronde toetsen op veiligheid. Ook de Zwakke Schakels Kust maken onderdeel uit van het HWBP. Het HWBP wordt aangestuurd door een programmabureau, dat is ondergebracht bij Rijkswaterstaat.

In september 2007 heb ik u het programma 2008-2015 toegezonden1. Het thans voorliggende HWBP is een actualisatie daarvan. Het totale programma is opgenomen in de toegevoegde bijlage, inclusief een overzichtskaart met alle projecten.

HWBP op hoofdlijnen
Op grond van de voortgangsrapportages van de individuele projecten wordt door het programmabureau HWBP een totaal overzicht gemaakt. Op basis van de voortgangsinformatie is een actualisatie voor de periode 2009-2015 gemaakt, die thans voorligt. Over de stand van zaken is het volgende te melden. Tijdens de verslagperiode van medio augustus 2007 tot medio augustus 2008 zijn:
· 5 projecten gerealiseerd, het totaal komt daarmee op 7 projecten die gereed zijn

· 14 projecten in uitvoering

· 41 projecten in de planstudiefase, en

· 35 projecten in de pré-planstudiefase.


1 Tweede Kamer, vergaderjaar 2007-2008, 27 625 en 18 106, nr.103 a

Pagina 1 van 4

Programmabureau HWBP

Het programmabureau besteedt veel aandacht aan de programmabeheersing

(scope, planning en financiën) en maakt daarover heldere afspraken met de Ons kenmerk uitvoerende partijen: waterschappen en Rijkswaterstaat. VenW/DGW-2009/62 Het beschikbare budget voor de uitvoering van de circa 100 projecten is gebaseerd op ruwe ramingen uit de periode 2006-2007. Dit betekent dat er sprake is van een grote bandbreedte van plus en min 40%. Het programmabureau werkt, in samenspraak met de waterkeringbeheerders, aan het verder uitwerken van de planning en de financiële onderbouwing van het Hoogwaterbeschermingsprogramma. Deze professionaliseringsslag staat centraal in de aanpak van het HWBP. Dit betekent het toepassen van een geüniformeerde planningssystematiek (PPI-planning) en kostenraming (SSK/PRI), waarbij het omgaan met risico's een belangrijk element is. Dit leidt tot een meer realistische planning en meer nauwkeurige ramingen. Op grond van het verbeterde inzicht blijkt echter dat voor veel projecten de doorlooptijd toeneemt en dat de raming van de kosten hoger uitvalt. Dit leidt op programmaniveau tot spanning tussen budget en raming. Vooralsnog levert deze spanning geen problemen op voor de uitvoering van de projecten.

In samenwerking met de zeven voor het HWBP meest belangrijke waterschappen, is een zogeheten Supportgroep opgericht. Vanuit deze Supportgroep is aangegeven dat er met name behoefte bestaat aan actieve ondersteuning op het gebied van procedures, aanbestedingen en uitwerking van complexe technische oplossingen. Vanuit het programmabureau Hoogwaterbescherming is een groep van experts beschikbaar voor de ondersteuning van de beheerders.

De samenwerking tussen het programmabureau Hoogwaterbescherming en de beheerders verloopt steeds beter, men weet elkaar beter te vinden en men werkt samen aan het professioneel in controle zijn van het gehele programma.

In de eerste helft van 2009 wordt een externe evaluatie van het HWBP uitgevoerd. Onderwerp van evaluatie is de opzet en werkwijze van het programmabureau Hoogwaterbescherming en de vraag of het beschikbare instrumentarium (subsidieregeling, bijbehorende handreiking en spelregelkader) toereikend is.
Op basis van deze evaluatie zal ik nagegaan of en zo ja waar verbetering gewenst is en deze vervolgens doorvoeren.

Tijdsplanning
Volgens de huidige inzichten blijkt dat 11 veelal grote en complexe projecten in 2015 worden opgeleverd en dat 6 projecten pas in 2016 gerealiseerd worden. Oorzaken zijn onder andere slechte ondergrond die er voor zorgt dat ophogingen slechts geleidelijk aangebracht kunnen worden waardoor een langere uitvoeringsduur ontstaat, complexe lokale situaties met veel bebouwing en een veelheid van (grote) projecten waarbij het - om uiteenlopende redenen (capaciteit van de markt bijvoorbeeld) - moeilijk is deze parallel aan te pakken. Een andere oorzaak ligt bij het soms laat starten van de projecten. Het programmabureau Hoogwaterbescherming gaat samen met de beheerders na of het mogelijk is om alsnog te versnellen, zodat deze projecten tijdig opgeleverd kunnen worden.

Pagina 2 van 4

Financiën

Zoals voorgaand is aangegeven is volgens de huidige inzichten een stijging in de

kostenramingen te constateren. Daarbij geldt dat de prijsontwikkeling van Ons kenmerk belangrijke kostenfactoren, zoals grondstoffen en ook de marktontwikkeling VenW/DGW-2009/62 aanzienlijk fluctueren, zoals de afgelopen maanden is gebleken. Dit maakt het moeilijk om op basis hiervan te komen tot een stabiele raming van de kosten. Deze aangegeven ontwikkelingen worden nadrukkelijk gemonitord, zodanig dat adequaat kan worden ingespeeld ten behoeve van de voortgang van het programma.

Er zijn 35 projecten nog niet in planstudie genomen. Dit betekent dat van deze projecten slechts een zeer globale raming en planning voorhanden is.

De beschikbare middelen zijn vooralsnog voldoende om voor de komende jaren het programma uit te voeren. Door het toepassen van programmanagement wordt voorzien in een zo optimaal mogelijke uitvoering van de projecten. Voor het totale programma wordt momenteel ingeschat dat er op termijn een knelpunt ontstaat. Het gehele programma wordt frequent gemonitord op zowel tijd als geld.
Ik verwacht dat ik eind 2009, bij de volgende actualisatie van het hoogwaterbeschermingsprogramma, hierover meer kan aangeven.

Algemeen Overleg over waterveiligheid
In het Algemeen Overleg over waterveiligheid van 12 november 2008, heeft u gevraagd om ook voor de projecten van het programma Ruimte voor de Rivier en Maaswerken aan te geven of deze volgens schema verlopen, zowel wat betreft de uitvoering als de financiering.
Over beide projecten rapporteer ik elk half jaar aan u in het kader van de Regeling grote projecten. In oktober 2008 heb ik u de veertiende Voortgangsrapportage Zandmaas en Grensmaas2 en de twaalfde voortgangsrapportage van het programma Ruimte voor de Rivier3 toegestuurd. In december 2008 heb ik u mijn antwoorden toegestuurd op de door u gestelde vragen naar aanleiding van beide voortgangsrapportages45.

Op hoofdlijnen is het beeld als volgt.
De hoogwaterbeschermingsmaatregelen voor Zandmaas en Grensmaas liggen nog steeds op schema en kunnen volgens de huidige inzichten binnen de taakstellende budgetten worden uitgevoerd.
Voor het programma Ruimte voor de Rivier is het op dit moment de verwachting dat alle maatregelen nog steeds voor 2015 gereed zijn. Wel begint voor de meest ingrijpende maatregelen de planning krap te worden. Daarom worden voor deze projecten versnellingsmaatregelen doorgevoerd. Het beschikbare programmabudget is vooralsnog ook daarvoor toereikend. Gelet op de fase van dit programma kent de huidige raming van de te verwachten uitgaven nog een onzekerheidsmarge van plus/min 34,5%. Naar mate het project vordert zal de raming scherper worden en moet de onzekerheidsmarge navenant minder worden tot uiteindelijk plus/min 15%. De verschillende ontwikkelingen worden nauwgezet


2 Tweede Kamer, vergaderjaar 2008-2009, 18 106, nr. 190
3 Tweede Kamer, vergaderjaar 2008-2009, 30 080, nr.34
4 Tweede Kamer, vergaderjaar 2008-2009, 18 106, nr. 193;
5 Tweede Kamer, vergaderjaar 2008-2009, 30 080, nr.36

Pagina 3 van 4

gevolgd en daarover wordt elk halfjaar in de voortgangsrapportage over

gerapporteerd.

Voor meer detailinformatie verwijs ik u graag naar de hier bovengenoemde Ons kenmerk voortgangsrapportages en beantwoording van uw vragen. VenW/DGW-2009/62

Hoogachtend,

DE STAATSSECRETARIS VAN VERKEER EN WATERSTAAT,

J.C. Huizinga-Heringa

Pagina 4 van 4