Vereniging Milieudefensie


35 miljard euro nodig voor klimaatakkoord

Amsterdam, 5 maart 2009 - Milieu- en ontwikkelingsorganisaties roepen de Tweede Kamer en minister Bos op de Europese Unie te manen dat er jaarlijks tenminste 35 miljard euro beschikbaar komt voor klimaatmaatregelen in ontwikkelingslanden. Dat geld kan worden opgebracht uit een veiling van emissierechten of een heffing op brandstoffen voor het internationale vliegverkeer en de scheepvaart. Een dergelijke solide financiële ondersteuning van ontwikkelingslanden, volgens het principe 'de vervuiler betaalt', is een voorwaarde voor het slagen van de internationale klimaatonderhandelingen eind dit jaar in Kopenhagen.

Afgelopen maandag schoof de Europese Milieuraad een besluit over de financiële ondersteuning van ontwikkelingslanden door naar de ministers van Financiën die op 10 maart vergaderen (Ecofin) en de Europese Voorjaarsraad van regeringsleiders op 19 en 20 maart. Vandaag vergadert de Tweede Kamer-commissie voor Financiën over de inzet van Nederland in de Europese besluitvorming. Voorafgaand aan die vergadering spelen Milieudefensie, ICCO, Greenpeace, Oxfam Novib, Natuur en Milieu, HIVOS, Cordaid en Both ENDS de klimaatshow 'Deal or no deal'' met de financieel specialisten, om af te tasten wat hun inzet is in de Europese onderhandelingen over financiële klimaathulp voor ontwikkelingslanden.

De acht milieu- en ontwikkelingsorganisaties vinden dat de kredietcrisis geen aanleiding mag zijn om het klimaatbeleid op een lager pitje te zetten. Willem Verhaak, campagneleider Klimaat van Milieudefensie: "Als er in Kopenhagen geen wereldwijd klimaatakkoord wordt gesloten, wordt het klimaatbeleid alleen maar duurder." Inge Vianen, beleidsadviseur klimaat en ontwikkeling bij ICCO: "Ontwikkelingslanden zullen een nieuw klimaatakkoord alleen tekenen als ze vergoed worden voor de vervuiling die de industrielanden nu al hebben veroorzaakt. Juist de kwetsbare arme landen moeten nu al maatregelen treffen om de gevolgen van klimaatverandering op te vangen."

De organisaties benadrukken dat het benodigde geld niet uit de overheidsfinanciën van de Europese landen moet komen, die regelmatig onder druk staan zoals bij de huidige kredietcrisis, maar moet worden opgebracht uit de veiling van emissierechten of heffing op brandstoffen voor het internationale vliegverkeer en de scheepvaart. Het 'klimaatgeld' moet wel aanvullend zijn aan het huidige budget voor ontwikkelingshulp.

Volgens de berekeningen van de milieu- en ontwikkelingsorganisaties moet de Europese Unie vanaf 2012 jaarlijks tientallen miljarden euro's beschikbaar stellen voor stimulering van duurzame energie, voor het stopzetten van ontbossing en voor de maatregelen die ontwikkelingslanden moeten treffen om zich te wapenen tegen overstromingen en extreme droogtes. In 2020 komt dat voor de Europese Unie op minimaal 35 miljard euro uit. Op basis van het aandeel BNP (Bruto Nationaal Product) van Nederland binnen de Europese Unie komt dat voor ons land neer op jaarlijks 1 tot 1,5 miljard euro.