Verslag Landbouw- en Visserijraad van 23 maart 2009
rectie Internationale Zaken
Di
De Voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA 's-GRAVENHAGE
uw brief van uw kenmerk ons kenmerk datum
2009/474
IZ. 3 april 2009
onderwerp bijlagen
erslag Landbouw- en Visserijraad van
V
23 maart 2009
Geachte Voorzitter,
In deze brief informeer ik u over de uitkomsten van de Landbouwraad die op 23 maart jl.
in Brussel plaatsvond.
Het eerste punt op de agenda was de situatie op de zuivelmarkt. Vervolgens heeft de
Commissie kort haar voortgangsrapport over de vereenvoudiging van het Gemeen-
schappelijk Landbouwbeleid (GLB) gepresenteerd, evenals een rapport over het gebruik
van informatie- en communicatietechnologie (ICT) in plattelandsgebieden.
Onder het agendapunt "diversen" stonden de volgende onderwerpen geagendeerd:
- Plukken van dons van levende ganzen (verzoek Zweedse delegatie);
- Eisen van Rusland voor residuen van gewasbeschermingsmiddelen die op geïmpor-
teerde groenten en fruit mogen achterblijven (verzoek Italiaanse delegatie);
- Identificatie en registratie van schapen (verzoek Hongaarse delegatie);
- Gevolgen van scrapie voor de schapen- en geitensector op Cyprus (verzoek
Cypriotische delegatie);
- Genetisch gemodificeerde organismen (ggo's) (verzoek Nederlandse delegatie);
- Impact van de voorstellen voor een Bodemrichtlijn op de landbouw (verzoek Duitse
delegatie);
- Beschikbaarheid van biologische proteïnen in diervoeders (verzoek Finse delegatie);
- Consequenties voor telers van suikerbieten in landen met een systeem van generieke
areaalbetaling (verzoek Hongaarse delegatie);
- Aanpassing van de herstructureringsregeling voor de suikersector in verband met de
economische situatie (verzoek Duitse delegatie, met steun van de Poolse delegatie);
- Situatie op de markt voor varkensvlees (verzoek Belgische delegatie);
- Conclusies van de Conferentie van Directeuren van Betaalorganen, oktober 2008
(verzoek Franse delegatie);
- Terugkoppeling geven van de Conferentie op hoog niveau over de Kwaliteit van
Landbouwproducten, 12 en 13 maart 2008, Praag;
- Voortgang van de Commission on Sustainable Development (CSD) van de Verenigde
Naties (verzoek Tsjechische delegatie);
- Subsidiabiliteit van btw (verzoek Poolse delegatie).
Datum Kenmerk Vervolgblad
3 april 2009 IZ. 2009/474 2
Situatie op de zuivelmarkt
(Gedachtewisseling)
De Raad begon met een uitvoerige discussie over de situatie op de zuivelmarkt. Een
aanzienlijke groep lidstaten heeft er gezamenlijk bij de Commissie op aangedrongen om
de bestaande marktmaatregelen zo volledig mogelijk te benutten en/of uit te breiden naar
nieuwe producten en toepassingen zoals schoolmelk. Ook zijn zij voorstander van een
sterke uitbreiding van de exportrestituties, zonder dat dat nadelige gevolgen mag hebben
voor ontwikkelingslanden. Sommige landen willen zelfs de in de health check afgesproken
quotumverruiming terugdraaien. Ten slotte verzochten veel lidstaten de Commissie de in
de health check afgesproken marktevaluatie nog dit jaar uit te voeren. Deze evaluatie is
voorzien voor volgend jaar.
In reactie op deze oproepen en de sombere berichten heb ik ten eerste aangegeven dat de
middellange termijnverwachtingen voor de zuivelsector nog altijd gunstig zijn. Voorts heb
ik benadrukt dat wij dit positieve toekomstbeeld voor ogen moeten houden in de
discussie over de situatie op de zuivelmarkt. Voor paniekreacties is er geen reden, temeer
omdat die kunnen leiden tot een verslechtering in plaats van verbetering van de situatie.
Dit neemt niet weg dat ook ik mijn zorgen heb uitgesproken over de situatie waarin de
markt voor zuivelproducten zich nu bevindt. De prijsdaling van de afgelopen tijd heeft
geleid tot een verlaging van de melkprijs voor de melkveehouders. Gelukkig zijn er enkele
aanwijzingen dat de bodem in de markt is bereikt, zowel op de interne markt als ook op
de wereldmarkt. De zuivelnoteringen in Nederland zijn bijvoorbeeld al sinds januari
stabiel, zo heb ik mijn EU-collega's voorgehouden.
In geval van lage zuivelprijzen kan de Commissie besluiten marktinstrumenten zoals
particuliere opslag en interventie in te zetten. Ik heb onderstreept dat de Raad eind vorig
jaar al besloten heeft om de toepassing van de particuliere opslagregeling voor boter te
vervroegen naar 1 januari van dit jaar. Ook hebben we in de health check afgesproken dat
de interventie voor boter en magere melkpoeder vanaf 1 maart opengesteld is. Bovendien
heeft de Commissie al in een vroeg stadium aangekondigd gebruik te zullen maken van de
mogelijkheid om de interventie uit te breiden. Natuurlijk is het zo dat ook we nog
beschikken over het instrument van de exportrestituties. Ik heb met kracht benadrukt dat
we zeer terughoudend moeten zijn met de toepassing hiervan.
Voorts heb ik aangegeven dat somige lidstaten naar mijn mening naar verkeerde
oplossingen zoeken voor het probleem waarin de zuivelmarkt terecht is gekomen. In
november van het afgelopen jaar heeft de Raad in het kader van de health check
herbevestigd dat de melkquotering wordt beëindigd in 2015. De Raad heeft toen besloten
tot een geleidelijke uitbreiding van de melkquota van jaar tot jaar. Het doel is een zachte
landing te laten maken. Dat is belangrijk, want het langetermijnperspectief is nog altijd
goed. Tevens wekken sommige lidstaten de indruk dat zij de huidige marktsituatie willen
aangrijpen om het compromis dat wij toen hebben gesloten weer open te breken,
bijvoorbeeld door de geleidelijke verruiming van de melkquota uit te stellen. Dat is
natuurlijk niet wat we hebben afgesproken en zeer onverstandig. Afspraak is voor mij
afspraak.
Datum Kenmerk Vervolgblad
3 april 2009 IZ. 2009/474 3
Ik heb in de Raad herhaald dat de uitbreiding van de productie van melk in de Europese
Unie (EU) niet de oorzaak is van de verslechterde marktsituatie in de zuivel. De productie-
uitbreiding heeft zich wel voorgedaan, maar buiten de EU en dan vooral in de VS. De
melkproductie in de EU loopt namelijk zelfs terug. Waarschijnlijk zullen maar drie lidstaten
hun melkquotum daadwerkelijk volmelken. Eén van die lidstaten is Nederland. De rest
blijft daar - soms ver - onder. Nederlandse melkveehouders krijgen naast de dalende melk-
prijs ook nog eens te maken met een superheffing. Daar komt nog bij dat de kosten van
het melkquotum voor de Nederlandse melkveehouders nog altijd doorwerken in de kost-
prijs van melk. Ik heb mede daarom tijdens de health check gepleit voor een jaarlijkse
verhoging van de melkquota van 2 à 3 procent. Die verhoging hebben we nodig om in
Nederland tot een zachte landing te komen van het melkquoteringssysteem. Dat wordt
zelfs in deze slechte markt op basis van de feiten in Nederland aangetoond. Ik heb de
Commissie dan ook opgeroepen bij de evaluatie van de zuivelmarkt volgend jaar rekening
wordt gehouden met die marktrealiteit.
Ik ben blij dat de Commissie en enkele andere lidstaten dezelfde mening als Nederland
zijn toegedaan. Commissaris Fischer Boel heeft elke referentie naar een mogelijke
aanpassing van de health check resoluut van de hand gewezen. Dit zou immers een breuk
betekenen met de in 1992 ingang gezette hervorming van het GLB. Ook wil zij de markt-
evaluatie niet vervroegen. De Commissie zal de lidstaten informeren middels de reguliere
marktvooruitzichten. Ook de oproepen voor meer en uitgebreidere marktmaatregelen,
waaronder exportrestituties, heeft de Commissaris ferm afgewezen. De Commissaris is het
met de Raad eens dat de situatie op de markt niet rooskleurig is, maar ziet vooralsnog
geen enkele noodzaak nu meer marktmaatregelen open te stellen of uit te breiden, met
uitzondering van een versoepeling van de schoolmelkregeling. Extra marktmaatregelen
zouden niet bijdragen aan het gewenste marktherstel. De huidige maatregelen volstaan
volgens Fischer Boel. Zij heeft de Raad erop gewezen dat de prijzen dalen door de
overproductie in derde landen en de dalende vraag op de wereldmarkt.
Voortgangsrapport `A simplified CAP for Europe - a success for all'
(Presentatie Commissie)
De Raad heeft zonder discussie kennisgenomen van de zeer beknopte presentatie van de
Commissie over de voortgangsrapportage over de vereenvoudiging van het Gemeen-
schappelijk Landbouwbeleid (GLB). Het rapport bevat een overzicht van de tot nu toe
behaalde resultaten op dit gebied en kondigt een aantal nieuwe maatregelen aan, zoals
harmonisatie van cross compliance-maatregelen en maatregelen om de leesbaarheid van
wetgeving te verbeteren. De Raad zal in april discussiëren over de vereenvoudiging van
het GLB. Ik zal de Commissaris er dan onder meer op wijzen dat het van het grootste
belang is dat wij in gezamenlijkheid werk blijven maken van concrete vereenvoudiging.
Commissiemededeling over het gebruik van ICT in plattelandsgebieden
(Presentatie Commissie)
Commissaris Fischer Boel heeft de Mededing over ICT op het platteland heel kort
toegelicht en noemde daarbij de verdere stimulatie van werkgelegenheid door een beter
gebruik van ICT-toepassingen zoals breedbandinternet. Breedband is één van de
onderdelen van het Europees Economisch Herstelplan waarover de regeringsleiders
tijdens de Europese top van 19 en 20 december jl. overeenstemming hebben bereikt.
Datum Kenmerk Vervolgblad
3 april 2009 IZ. 2009/474 4
Dit Herstelplan omvat in totaal 5 miljard euro. Het betreft extra uitgaven ten opzichte van
de huidige begroting. Hiervan is 3,98 miljard euro bestemd voor energieprojecten en
1,02 miljard voor de tweede pijler van het GLB (plattelandsbeleid). De middelen voor
plattelandsbeleid komen beschikbaar in de vorm van verhoging van de nationale
enveloppen. Nationale cofinanciering van 25% is hierbij verplicht. Nederland ontvangt
5,3 miljoen euro en de benodigde Nederlandse cofinanciering bedraagt 1,8 miljoen euro.
Lidstaten mogen vrij kiezen tussen zes bestedingsdoelen: breedband, klimaat, energie,
water, biodiversiteit en structuurverbetering van de zuivelsector.
Diversen
De Raad heeft onder dit agendapunt kennis genomen van diverse verzoeken van
verschillende lidstaten over de volgende drie thema's:
a) Plukken van dons van levende ganzen
(verzoek Zweedse delegatie)
De Zweedse delegatie heeft in de Raad de aandacht gevestigd op het plukken van veren
bij levende ganzen en de Commissie opgeroepen te komen met maatregelen. De
aanleiding voor deze interventie was een recente TV-documentaire. Zweden heeft de
Commissie gevraagd helderheid te scheppen in hoeverre deze handeling van dieren zich
juridisch verhoudt tot Richtlijn 98/58/EC, die toeziet op de bescherming van landbouw-
huisdieren. Ook wilde Zweden graag helderheid krijgen of deze wijze van oogsten van
dons bij levende dieren gepaard gaat met pijngevoelens. Er bestaat een technisch en een
juridisch onderscheid tussen `het oogsten van veren' en `plukken van veren'. `Plukken'
gaat gepaard met pijn en is verboden, ook in Hongarije. `Oogsten' gebeurt op het moment
dat ganzen in de rui zijn. De Hongaarse delegatie heeft aangegeven dat Hongarije de
toepassing van Richtlijn 98/58/EC strikt controleert. De in de documentaire getoonde
praktijk is dus ook in Hongarije verboden. In Hongarije wordt ook dons geoogst, echter
alleen in de ruiperiode en nadat de ganzen hebben gezwommen, (omdat bij een nat
verenpak het dons "losser" komt te zitten), aldus de Hongaarse minister. Hij benadrukte
dat deze praktijk voldoet aan de EU-wetgeving en aan strenge voorwaarden is gehouden.
Ik heb aangegeven grote waarde te hechten aan dierenwelzijn. Het is dan ook belangrijk
dat de Commissie onderzoek doet naar deze behandeling van dieren om snel duidelijkheid
te scheppen in deze kwestie. Commissaris Vassiliou geeft aan dat het plukken van veren
bij levende vogels, volgens Europese wetgeving inderdaad is verboden. Zowel de
aanbevelingen van de Raad van Europa terzake, als Richtlijn 98/58/EC gaan uit van een
bescherming van de landbouwhuisdieren, waarbij gewaakt moet worden voor onnodig
lijden en pijn. Het oogsten van dons is toegestaan, mits dit pijnloos gebeurt. De
Commissaris zegde toe de situatie in de lidstaten te zullen bekijken en zo nodig met een
aanpassing van de wetgeving te komen.
Datum Kenmerk Vervolgblad
3 april 2009 IZ. 2009/474 5
b) Eisen van Rusland voor residuen van gewasbeschermingsmiddelen op
geïmporteerde groenten en fruit
(verzoek Italiaanse delegatie)
De Italiaanse delegatie heeft aandacht gevraagd voor de eisen van Rusland over residuen
van pesticiden op consumptiegewassen. Italië is niet tevreden met het Memorandum of
Understanding (MoU) dat de Commissie in maart 2008 heeft ondertekend met de
Russische inspectiedienst en de aanvullende eisen die Rusland in concept-bilaterale MoUs
verlangt. Italië is van mening dat het MoU de lidstaten dwingt aan de Russische Maximum
Residue Levels (MRL's) te voldoen en een daarvoor specifiek op Rusland gericht controle-
systeem moeten inrichten (certificaten door overheidsinstanties in plaats van door
bedrijfsleven zelf). Dit leidt echter niet tot de verbeterde kwaliteit van de producten.
Verder is Italië van mening dat de aanvullende Russische eisen alle verantwoordelijkheid
voor controle op export bij de overheid leggen en niet bij de exporteurs, zoals dat in de EU
is geregeld. Italië heeft de Commissie verzocht deze problemen op te lossen met het oog
op mogelijke handelsproblemen. De Commissie heeft aangegeven dat de EU in 2008
serieuze handelsproblemen met Rusland heeft gehad. De residulimieten die Rusland
hanteert, liggen hoger dan de Europese normen en zijn volgens de Commissie niet
wetenschappelijk gerechtvaardigd. Op korte termijn zal op hoog ambtelijk niveau over dit
dossier met Russische experts verder gesproken worden.
Ik heb aangegeven de Italiaanse zorgen te delen. Rusland vraagt de EU-lidstaten
momenteel om te voldoen aan zeer strenge residu-eisen die binnen de EU vanuit het
oogpunt van volksgezondheid niet nodig zijn. Het voldoen aan die eisen dwingt ons tot
aanzienlijke aanpassingen in onze keten, van productie tot exportcontrole, specifiek voor
Rusland. Vanuit onze exportpositie ben ik van mening dat wij de afnemer zo goed
mogelijk moeten bedienen. Anderzijds vind ik dat eisen redelijk en proportioneel moeten
zijn. Binnen dit kader moet worden gewerkt aan een wederzijdse bevredigende oplossing.
Daarom heb ik namens de Nederlandse exporteurs en op verzoek van de Commissie aan
de Russische inspectieautoriteit een plan van aanpak met een monitoringsprogramma en
registratie voorgelegd. Ook heb ik voorstellen gedaan om te komen tot een betere
naleving van de Russische normen. Helaas is het nog niet gelukt om tot overeenstemming
te komen over een bilateraal MoU. Ik steun daarom de Commissie in haar poging om met
Rusland tot een EU-model voor een bilateraal MoU en blijf daar graag nauw bij betrokken.
Daarnaast heb ik benadrukt dat ik het ook van groot belang vind dat de Commissie op
politiek niveau met Rusland een kader afspreekt. Daar moeten samenwerking, wederzijds
begrip en perspectief uit spreken en mag `eenzijdig handelen' niet voorkomen. Dit politiek
kader zou een tweesporenbeleid kunnen bevatten dat enerzijds zou moeten zijn gericht
op betere naleving van de Russische MRLs door EU-exporteurs en anderzijds op het met
spoed harmoniseren van de EU en Russische normen. Ik heb tot slot de Commissie met
nadruk verzocht om van het harmonisatietraject prioriteit te maken en, voordat zij met
Rusland verder onderhandelt over een bilateraal MoU, te komen tot een politiek kader
waarbinnen verder onderhandelen mogelijk is.
Datum Kenmerk Vervolgblad
3 april 2009 IZ. 2009/474 6
c) Elektronische identificatie en registratie van schapen en geiten
(verzoek Hongaarse delegatie)
De Hongaarse delegatie heeft de Commissie verzocht om vrijstelling van de verplichte
elektronische identificatie en registratie van schapen en geiten, en dit systeem op
vrijwillige basis toe te passen. In december 2003 heeft de Raad bepaald dat schapen
individueel geregistreerd moeten worden voor tracering van dierziekten en voedsel-
veiligheid. Omdat individuele registratie handmatig een onmogelijke taak is, is
afgesproken dat dit op basis van elektronische identificatie moet. Aanvankelijk zou de
maatregel ingaan per 2008. In december 2007 is besloten dit te verschuiven naar 2010. Er
is een uitzondering voor lidstaten met minder dan 600.000 dieren. Deze lidstaten moeten
individueel registreren, maar mogen dit zonder elektronische identificatie doen. Zodra
dieren vanuit deze lidstaten geëxporteerd worden, moeten deze dieren wel elektronisch
geïdentificeerd kunnen worden, om andere lidstaten niet te belasten met dieren die niet
elektronisch geïdentificeerd zijn. Hongarije behoort niet tot de lidstaten met minder dan
600.000 schapen en geiten. De Commissie heeft daarom negatief op het voorstel
gereageerd. Ook Hongarije zal aan het eind van dit jaar alle schapen en geiten
elektronisch geregistreerd moeten hebben.
Daar ben ik het volledig mee eens. Ik heb aangegeven te vrezen dat vrijwillige registratie
verkeerd zal uitpakken. Dierziekten beperken zich immers niet tot landsgrenzen. De vele
ervaringen met uitbraak van dierziekten in de afgelopen jaren in de lidstaten heeft laten
zien hoe belangrijk tracing en tracking van dieren is om tot een effectieve bestrijding te
komen. Verplichte identificatie is daarvoor een absoluut vereiste. Een goed én verplicht
elektronisch identificatiesysteem voor schapen en geiten is daarom naar mijn mening in
het belang van iedereen en noodzakelijk voor een effectieve dierziektenbestrijding.
d) Gevolgen van scrapie voor de schapen- en geitensector op Cyprus
(verzoek Cypriotische delegatie)
De Cypriotische delegatie heeft de Commissie verzocht om ondersteuning voor de
dramatische gevolgen van de Europese bestrijdingsplicht voor scrapie in de Cypriotische
schapen- en geitenstapel. Op Cyprus is het aantal besmette kuddes ten opzichte van de
rest van de EU zeer hoog. Voor Cyprus zijn daarom enkele specifieke aanvullende beheers-
en controlemaatregelen van kracht die ervoor zorgen dat Cyprus zijn probleem binnen de
eigen grenzen houdt. De scrapie-situatie op Cyprus is in principe geen bedreiging voor de
(lokale) volksgezondheid en scrapie is geen zeer besmettelijke ziekte die (zoals mond- en
klauwzeer) vraagt om een heel drastische en acute aanpak. Schapen en geiten zijn veruit
de belangrijkste diersoorten in de Cypriotische landbouw. Veel dieren zijn al geruimd.
Cyprus verzocht met name om toestemming voor het nemen van buitengewone markt-
maatregelen in het kader van artikel 44 van de integrale marktordening. De Commissie
heeft het verzoek van Cyprus afgewezen en benadrukte dat er voldoende andere
communautaire en nationale mogelijkheden zijn, zoals staatssteun, om de negatieve
effecten voor de sector te verzachten.
Datum Kenmerk Vervolgblad
3 april 2009 IZ. 2009/474 7
e) Genetisch gemodificeerde organismen (ggo's)
(verzoek Nederlandse delegatie)
In de Raad heb ik de Commissie opgeroepen om snel met aangepaste regelgeving te
komen voor een balans in het afwegingskader. Daarbij gaat het mij enerzijds om de
import van producten, die conform de huidige regelgeving gereguleerd blijft (interne
markt) en anderzijds om lidstaten na toelating in de EU de bevoegdheid te geven zelf te
kunnen beslissen of teelt toegestaan is en daarvoor de randvoorwaarden te bepalen.
Ik plaats dit voorstel in het licht van de recente aandacht in de samenleving voor ggo's en
nieuwe technologische ontwikkelingen.
Ik heb dit onderwerp laten agenderen om een uitwisseling van visies van de lidstaten over
mogelijke aanpassing van EU-wetgeving mogelijk te maken. Ik heb benadrukt dat
Nederland actief een bijdrage wil leveren om het EU-besluitvormingsproces voor ggo-
toelating en -teelt een stap verder te brengen. Ik heb voorts benadrukt dat sociaal-
economische aspecten van ggo's al jaren onderwerp van debat zijn. Belangrijk is dat de
Milieuraad van december 2008 heeft besloten om een proces te starten om deze aspecten
in kaart te brengen en hierover de discussie aan te gaan. Vanuit het principe dat naleving
van EU-wetgeving een essentieel anker is in de samenwerking, geeft Nederland zijn
goedkeuring aan besluiten die door de Europese Commissie zijn opgesteld, uiteraard op
voorwaarde dat deze geheel conform de Europese regelgeving tot stand zijn gekomen.
Tegelijkertijd is Nederland van mening dat de Europese regelgeving voor ggo's niet langer
op alle onderdelen tegemoetkomt aan de ontwikkelingen in de samenleving en de maat-
schappelijke aandacht die er in de EU is voor het gebruik van ggo's. Daarom heb ik het
belang onderstreept om voortvarend het proces op te pakken om de sociaal-economische
dimensie bij de afweging te kunnen gaan betrekken.
Veel lidstaten ondersteunden mijn pleidooi. Commissaris Vassiliou verwees namens
Commissaris Dimas van Milieu ook naar de conclusies van de Milieuraad van december
2008. Een goede risicobeoordeling en een hoge graad van bescherming van de volks- en
diergezondheid blijft van het allerhoogste belang, ook bij eventuele nationale
afwegingen. Ook heeft de Commissaris gememoreerd dat de Commissie in 2010 een
rapport zal publiceren waarin zij de sociaal-economische aspecten van ggo's zal
behandelen.
f) Impact van de voorstellen voor een Bodemrichtlijn op de landbouw
(verzoek Duitse delegatie)
Duitsland heeft in de Landbouwraad aandacht gevraagd voor de Commissievoorstellen
voor een Bodemrichtlijn. Duitsland is evenals Nederland en enkele andere lidstaten tegen
deze richtlijn en gezamenlijk vormen deze lidstaten momenteel een blokkerende minder-
heid. In september 2006 heeft de Commissie een Europese Bodemstrategie uitgebracht.
Onderdeel van deze strategie is de Bodemrichtlijn. Ik heb aangegeven dat Nederland zich
op het standpunt stelt dat een strategie wenselijk is, maar de bijbehorende richtlijn niet.
Nederland beroept zich daarbij op het subsidiariteits- en proportionaliteitsbeginsel. Hierbij
heb ik opgemerkt dat dit niet betekent dat Nederland geen toegevoegde waarde ziet in
bodembescherming op Europees niveau. Rekening houdend met de grote variëteit aan
bodems binnen de Gemeenschap vindt Nederland een Bodemstrategie daarvoor het meest
geëigende instrument.
Datum Kenmerk Vervolgblad
3 april 2009 IZ. 2009/474 8
Nederland is ook bezorgd over de bestuurslasten en de uitvoeringskosten die de richtlijn
met zich meebrengt. Deze lasten worden bijvoorbeeld veroorzaakt, doordat er prioritaire
gebieden moeten worden aangewezen en actieprogramma's moeten worden opgesteld.
Via cross compliance en via de Kaderrichtlijn Water moeten al bodemmaatregelen worden
geïmplementeerd. Hiermee worden ook al maatregelen getroffen om de bodemkwaliteit
te verbeteren. Nationaal kent Nederland al uitgebreide bodemregelgeving. Nederland
doet veel op het terrein van duurzaam bodembeheer in de landbouw. Bijna alle lidstaten
die samen de huidige blokkerende minderheid tegen het Commissievoorstel vormen,
hebben het woord gevoerd en hun tegenstand (her)bevestigd.
g) Beschikbaarheid van biologische proteïnen in diervoeders
(verzoek Finse delegatie)
In Finland is er een tekort aan biologische proteïnen voor biologisch veevoer. De Finse
delegatie heeft daarom gepleit voor meer flexibiliteit door ook producten van
omschakelende boeren te kunnen gebruiken en de lidstaten meer bevoegdheden te geven
om makkelijker tijdelijk niet-biologisch veevoer toe te staan in tijden van ernstige krapte.
Commissaris Fischer Boel heeft aangegeven dat de huidige regelgeving de lidstaten al veel
ruimte en mogelijkheden biedt. Zij staat open voor een discussie over het gebruik van
veevoeder van omschakelende bedrijven, mits het op het bedrijf blijft.
Ik heb aangegeven de bezorgdheid van mijn Finse collega te delen over de strenge regels
voor omschakeling. Ik zou graag zien dat de regels werden versoepeld. Het vergroot de
beschikbaarheid van voer uit de regio en het maakt de omschakeling naar biologische
landbouw gemakkelijker. De bestaande regels voor derogatie zijn naar mijn mening
echter ruim genoeg. Als er krapte is op de markt voor veevoeder, moeten er op Europees
niveau maatregelen worden genomen. Anders gaat het ten koste van het level playing
field. Een meer fundamentele discussie over veevoer is een goede zaak. Verder heb ik
benadrukt dat de regels voor biologische tuinbouw voor mij een belangrijker actueel
onderwerp zijn. Niet alle lidstaten vinden dat dit in de volle grond moet plaatsvinden.
Kennelijk is er onduidelijkheid over de interpretatie van de regels. Dit moet met spoed
worden opgehelderd.
h) Consequenties voor telers van suikerbieten in landen met een systeem van
generieke areaalbetaling (SAPS)
(verzoek Hongaarse delegatie)
Hongarije heeft in het kader van de herstructurering van de suikersector meer dan 50%
van het suikerquotum ingeleverd. Daarom ontvangt het land een aanvullende
diversificatiesteun. De Hongaarse delegatie heeft met steun van een aantal andere
Centraal-Europese lidstaten toestemming gevraagd aan de Commissie om de aanvullende
diversificatiesteun voor bietentelers uitsluitend toe te delen aan de bietentelers. De
Commissie heeft het Hongaarse verzoek van de hand gewezen en aangegeven de
bestaande regelgeving niet te willen aanpassen of een uitzondering te willen maken.
Datum Kenmerk Vervolgblad
3 april 2009 IZ. 2009/474 9
i) Aanpassing van de herstructureringsregeling voor de suikersector in verband
met de economische situatie
(verzoek Duitse delegatie, met steun van de Poolse delegatie)
De Raad heeft, bij de besluitvorming over de nieuwe gemeenschappelijke marktordening
voor suiker in 2006, besloten tot een herstructurering van de suikersector. Gedurende een
periode van vier jaar krijgt de suikerindustrie in de lidstaten de gelegenheid op vrijwillige
basis afstand te doen van (een deel van) het suikerquotum. In ruil daarvoor ontvangt de
"wijker" een vergoeding uit het Herstructureringsfonds Suiker. Dit fonds wordt gevoed
door een heffing op de quota van de "blijvers": drie verkoopseizoenen achter elkaar
(2006/7, 2007/8, 2008/9) draagt de suikerindustrie in de EU een substantieel bedrag af aan
dit fonds. Deze afdracht vindt in twee jaarlijkse termijnen plaats.
De Duitse en Poolse delegaties hebben met steun van enkele andere lidstaten de
Commissie gevraagd een overzicht op te stellen van de stand van zaken in het
Herstructureringsfonds Suiker en na te gaan of de tweede verplichte afdracht van dit jaar
aan het fonds achterwege zou kunnen blijven. De huidige economische situatie zou een
tweede afdracht dit laatste verkoopseizoen niet rechtvaardigen, als er geen financiële
noodzaak toe zou zijn. Er zouden immers medio maart al meer dan voldoende middelen
in het fonds beschikbaar zijn om aan alle aangegane verplichtingen te kunnen voldoen. In
de huidige economische crisis zou een lastenverlichting voor de Europese suikerindustrie
volgens beide landen zeer welkom zijn.
Commissaris Fischer Boel heeft afwijzend gereageerd op het Duits-Poolse verzoek en
aangegeven de bestaande regelgeving niet te willen openbreken. Verder benadrukte zij
dat de Raad heeft bepaald dat in het geval van onderuitputting van de middelen uit het
herstructureringsfonds, deze terug zouden vloeien naar de suikersector.
j) Situatie op de markt voor varkensvlees
(verzoek Belgische delegatie)
De Belgische delegatie heeft met steun van een groot aantal lidstaten de Raad gewezen
op de aanhoudende slechte situatie op de markt voor varkensvlees. De Belgische minister
riep de Commissie daarom op de huidige marktmaatregelen voor varkensvlees sterk uit te
breiden, met name met exportrestituties voor vers en bevroren varkensvlees.
Het verdient naar mijn mening de voorkeur de komende ontwikkelingen op de Europese
varkensvleesmarkt af te wachten. De vooruitzichten zijn namelijk niet ongunstig. Verder
heb ik aangegeven absoluut geen voorstander te zijn van exportrestituties, omdat ik
verwacht dat die tot weinig extra uitvoer zullen leiden. De uitvoer wordt voornamelijk
belemmerd door veterinaire maatregelen van derde landen. Ook voel ik niet voor steun
voor particuliere opslag. De productiecijfers vertonen immers een dalende tendens.
Steunmaatregelen zouden deze positieve tendens kunnen stoppen of zelfs omkeren.
Verder zou het opnieuw instellen van exportrestituties voor vers en bevroren varkensvlees
onze positie in de WTO-onderhandelingen kunnen schaden.
Datum Kenmerk Vervolgblad
3 april 2009 IZ. 2009/474 10
De Commissaris heeft aangegeven dat de prijzen inmiddels weer aantrekken en dat zij ook
verdere prijsstijgingen verwacht. Omdat diervoeders het afgelopen jaar goedkoper zijn
geworden, zijn de marges al verbeterd en zullen ze waarschijnlijk verder verbeteren.
Daarom zijn aanvullende steunmaatregelen volgens de Commissaris nu niet nodig.
k) Conclusies van de Conferentie van Directeuren van Betaalorganen, oktober 2008
(verzoek Franse delegatie)
De Raad heeft kennisgenomen van de conclusies van de meest recente Conferentie van
Directeuren van EU-betaalorganen. Deze Conferentie vond op 29 en 30 oktober 2008
plaats in Bordeaux. Het doel van deze bijeenkomsten is het wisselen van gedachten en het
delen van ervaringen, onder meer gericht op verdere vereenvoudiging.
Ik heb aangegeven, net als in oktober van vorig jaar, dat een dergelijke conferentie mij
een zeer geschikt gremium lijkt om ook aan administratieve lastenverlichting en
vereenvoudiging te werken. Lastenverlichting en vereenvoudiging krijgen permanent
aandacht van de Raad, maar ook betaalorganen moeten voortdurend met voorstellen
komen. De betaalorganen hebben immers ervaring met de praktijk. Diverse lidstaten
steunden mij in deze oproep.
l) Terugkoppeling geven van de Conferentie op hoog niveau over de Kwaliteit van
Landbouwproducten (Praag, 12 en 13 maart 2009)
De voorzitter heeft een beknopte terugkoppeling gegeven van de Conferentie op hoog
niveau over de Kwaliteit van Landbouwproducten. Dit is een belangrijk onderwerp voor
het Tsjechische voorzitterschap. Het "Groenboek over de kwaliteit van landbouw-
producten: productnormen, landbouwvoorschriften en kwaliteitsregelingen" van oktober
2008 vormde het uitgangspunt voor deze conferentie. De focus van de bijeenkomst lag op
productvoorschriften en handelsnormen, kwaliteitsregelingen beschermde status en
certificering. Nog dit voorjaar zal de Commissie naar alle waarschijnlijkheid een
Mededeling publiceren over de kwaliteit van landbouwproducten. Naar verwachting zal
de Raad nog tijdens het Tsjechische voorzitterschap hierover conclusies aannemen.
m) Voortgang van de Commissie voor Duurzame Ontwikkeling (CSD) van de
Verenigde Naties
(verzoek Tsjechische delegatie)
Het voorzitterschap heeft mij de gelegenheid gegeven om als voorzitter van de 17e sessie
van de Commissie voor Duurzame Ontwikkeling van 13-15 mei 2009 in New York mijn
collega's uitdrukkelijk op te roepen deel te nemen aan deze bijeenkomst. Ik heb
aangegeven dat begin maart de Intergovernmental Preparatory Meeting voor de
aanstaande bijeenkomst in mei succesvol is afgerond. In mei zullen wij onder meer
vergaderen aan de hand van een zogenaamde Chair's Draft Negotiating Text. De beleids-
aanbevelingen onder het thema landbouw worden langs vijf sporen opgezet, namelijk het
verhogen van de landbouwproductiviteit, creëren van enabling environment, verduur-
zaming van agro-ketens, verbetering markttoegang, met name voor ontwikkelingslanden,
en de verbetering van voedselzekerheid. Er bestaat tussen de deelnemende landen
inmiddels consensus over een groot aantal thema's, maar er bestaan ook nog grote
verschillen. Bijvoorbeeld over duurzaamheidscriteria voor biobrandstoffen en handels-
gerelateerde onderwerpen.
Datum Kenmerk Vervolgblad
3 april 2009 IZ. 2009/474 11
Mijn streven is om in mei een gezamenlijke visie op de toekomst van duurzame landbouw
en plattelandsontwikkeling in VN-verband op te stellen. Mijn inzet is gericht op het
bereiken van concrete resultaten tijdens de CSD17-zitting, die leiden tot een vijfsporen-
beleid voor duurzame landbouwontwikkeling in de wereld. Daarbij zal ik extra aandacht
besteden aan een Groene Revolutie, specifiek in Afrika, maar ook aan thema's als de
voedselcrisis `voorbij': een duurzame aanpak en duurzaam gebruik van land en water in
het kader van rurale ontwikkeling. Tijdens het High Level Segment zullen de deelnemende
ministers deelnemen aan interactieve rondetafeldiscussies, zodat zij actief betrokken zijn
bij het formuleren van een toekomstvisie over deze belangrijke onderwerpen.
De secretaris-generaal van de VN, de heer Ban Ki-moon, heeft het cruciale belang van deze
CSD-zitting voor een integrale aanpak van de meervoudige voedsel-, energie- en
economische crises benadrukt en hij zal tot mijn grote vreugde het High Level Segment
van CSD17 openen.
n) Subsidiabiliteit van btw
(verzoek Poolse delegatie)
De Poolse delegatie heeft de Commissie verzocht de regels over de subsidiabiliteit van
btw, betaald door publieke organen voor diverse Europese fondsen, gelijk te trekken.
Momenteel verschillen de regels voor de plattelandsverordening (POP) en voor het
Europees fonds voor regionale ontwikkeling (EFRO) van elkaar. Onder de plattelands-
verordening kan BTW betaald door publieke organen niet worden gesubsidieerd, terwijl
dit binnen het EFRO wel kan als de btw niet terugvorderbaar is (via het btw-compensatie-
fonds). De Commissie is niet ingegaan op het verzoek van Polen.
Overig
Vers verkopen van ontdooide importvis
Tijdens het AO Visserij op 18 maart jl. heeft het Kamerlid Koppejan (CDA) een aantal
vragen gesteld over het als vers verkopen van ontdooide importvis. Ik zou op dit punt nog
het volgende willen opmerken.
De kwalificatie van visserijproducten als "vers" wordt wel genoemd in verordening (EG)
853/2004. Deze verordening bevat hygiënevoorschriften voor levensmiddelen van dierlijke
oorsprong en heeft als doel de voedselveiligheid van deze producten te vergroten. Uit
verordening (EG) 853/2004 (bijlage I, punt 3.5) blijkt dat voor de toepassing van deze
verordening onder verse visserijproducten niet verstaan wordt vis die bevroren is geweest.
Verse visserijproducten mogen volgens deze bepaling geen andere op conservering
gerichte behandeling hebben ondergaan dan koeling.
In artikel 29, eerste lid, van het Warenwetbesluit Etikettering van levensmiddelen (WEL) is
bepaald dat: "Aanduidingen, vermeldingen of voorstellingen die doordat zij onjuist of
onvolledig zijn of een onjuiste indruk wekken, misleidend zijn met betrekking tot de
kenmerken van de betrokken eet- of drinkwaar, en met name tot de aard, identiteit,
hoedanigheden, samenstelling, hoeveelheid, houdbaarheid, oorsprong of herkomst, wijze
van vervaardiging of verkrijging, mogen bij het verhandelen van eet- en drinkwaren, en bij
de aanprijzing ervan, niet worden gebezigd."
Datum Kenmerk Vervolgblad
3 april 2009 IZ. 2009/474 12
Gelet op bijlage I, punt 3.5 van verordening (EG) 853/2004 kan er sprake zijn van verboden
misleiding in de zin van artikel 29, eerste lid, van het WEL, indien ontdooide vis wordt
aangeduid met "vers" als onderdeel van de aanduiding, dan wel als bij die vis de
vermelding "vers" wordt gebruikt. Het uiteindelijke oordeel hierover is evenwel aan de
rechter.
Tot slot wil ik opmerken dat regelgeving op het punt van etikettering van levensmiddelen
tot de verantwoordelijkheid van de minister van VWS behoort. De antwoorden op deze
vragen zijn in samenspraak met het ministerie van VWS tot stand gekomen. Eventuele
toekomstige vragen over dit onderwerp kunt u richten aan mijn ambtsgenoot.
DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN
VOEDSELKWALITEIT,
G. Verburg
Datum Kenmerk Vervolgblad
3 april 2009 IZ. 2009/474 13
Bijlage: A-punten
De volgende punten heeft de Raad als A-punt aangenomen, dat wil zeggen zonder
discussie:
- Speciaal verslag nr. 8/2008 van de Europese Rekenkamer - "Is "cross compliance" als
beleid doeltreffend?";
- Speciaal verslag nr. 11/2008 van de Europese Rekenkamer - "Het beheer van de
steun van de Europese Unie voor de openbare opslag van granen";
- Voorstel voor een verordening van de Raad betreffende de sluiting van de
overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de regering van de Russische
Federatie inzake samenwerking op visserijgebied en de instandhouding van de
levende rijkdommen van de zee in de Oostzee;
- Voorstel voor een besluit van de Raad houdende vaststelling van het standpunt van
de Gemeenschap in de Commissie voor de tonijnvisserij in de Indische Oceaan
(IOTC);
- Ontwerpverordening van de Commissie van tot vervanging van bijlage IX bij
Richtlijn 2007/46/EG van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van een
kader voor de goedkeuring van motorvoertuigen en aanhangwagens daarvan en
van systemen, onderdelen en technische eenheden die voor dergelijke voertuigen
zijn bestemd (Kaderrichtlijn);
- Ontwerp Verordening (EG) Nr. .../... van de Commissie van tot vaststelling van
uitvoeringsbepalingen voor bijlage I bij Verordening (EG) nr. .../2008 van het
Europees Parlement en de Raad inzake de typegoedkeuring van motorvoertuigen
wat de bescherming van voetgangers en andere kwetsbare weggebruikers betreft,
tot wijziging van Richtlijn 2007/46/EG en tot intrekking van de Richtlijnen
2003/102/EG en 2005/66/EG;
- Gemeenschappelijk optreden van de Raad tot wijziging van Gemeenschappelijk
Optreden 2008/736/GBVB inzake de waarnemingsmissie van de Europese Unie in
Georgië, EUMM Georgia;
- Zaak voor het Gerecht van eerste aanleg: Zaak T-572/08 P (Beroep ingesteld door de
Commissie van de Europese Gemeenschap tegen het arrest van het Gerecht voor
ambtenarenzaken van 13 november 2008 in Zaak F-90/07, Traore/Commissie);
- Aanneming van een besluit van de Raad waarbij de Commissie wordt gemachtigd te
onderhandelen over een bilaterale overeenkomst met de Russische Federatie inzake
de controle op drugsprecursoren;
- Aanneming conclusies van de Raad over een universele verklaring voor dieren-
welzijn;
- Gewijzigde C.SIS-installatie- en exploitatiebegroting voor 2009;
- Voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging
van Verordening (EG) nr. 1172/98 van de Raad betreffende de statistische registratie
van het goederenvervoer over de weg, wat de aan de Commissie verleende
uitvoeringsbevoegdheden betreft;
- Voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging
van Verordening (EG) nr. 338/97 inzake de bescherming van in het wild levende dier-
en plantensoorten door controle op het desbetreffende handelsverkeer, wat de aan
de Commissie verleende uitvoeringsbevoegdheden betreft;
Datum Kenmerk Vervolgblad
3 april 2009 IZ. 2009/474 14
- Voorstel voor een richtlijn van het Europees Parlement en de Raad betreffende
stoffen die kunnen worden toegevoegd aan geneesmiddelen om deze te kleuren
(herschikking);
- Voorstel voor een richtlijn van het Europees Parlement en de Raad betreffende voor
meetmiddelen en metrologische controlemethoden geldende algemene bepalingen
(herschikking);
- Voorstel voor een richtlijn van het Europees Parlement en de Raad betreffende de
onderlinge aanpassing van de wetgevingen der lidstaten inzake het gebruik van
extractiemiddelen bij de productie van levensmiddelen en bestanddelen daarvan
(herschikking);
- Voorstel voor een richtlijn van het Europees Parlement en de Raad betreffende het
doen staken van inbreuken in het raam van de bescherming van de consumenten-
belangen (gecodificeerde versie);
- Voorstel voor een richtlijn van het Europees Parlement en de Raad betreffende niet-
automatische weegwerktuigen (gecodificeerde versie);
- Voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad inzake het
Europees Milieuagentschap en het Europees milieuobservatie- en -informatie-
netwerk (gecodificeerde versie);
- Voorstel voor een richtlijn van het Europees Parlement en de Raad betreffende de
rechtsbescherming van computerprogramma's (gecodificeerde versie);
- Voorstel voor een beschikking van het Europees Parlement en de Raad betreffende
een procedure voor het voorafgaande onderzoek en overleg omtrent bepaalde
wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen welke door de lidstaten op het gebied
van het vervoer worden overwogen (gecodificeerde versie).
---- --
Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit