Nieuws
Tot Pasen uitzonderlijk warm
10 april 2009 - Goede Vrijdag en zaterdag zijn bijzonder warme dagen,
maar met Pasen is het vooral aan de kust minder warm en is er ook
minder zon. Toch blijft de temperatuur ook na Pasen nog boven normaal.
In grote delen van Europa is het vrij warm maar toch ligt er in de
hogere delen van de Alpen nog voldoende sneeuw voor wintersport.
Pollenkrans in stuifmeelkorrels van een sparreboom in de zon (foto:
Peter Paul Hattinga Verschure, Deventer)
Dat is de laatste jaren zeker met Pasen anders geweest. Vooral boven
de 1200 meter ligt er nog veel sneeuw. Volgens MeteoSchweiz ligt er in
La Chaux-de-Fonds op 1018 meter ondanks het zachte weer van de laatste
dagen nog 27 cm. Zoveel sneeuw heeft daar in deze eeuw rond deze tijd
niet eerder gelegen, meestal lag er begin april niets meer (zie ook
Nader Verklaard -Alpensneeuw).
Het zuiden van Europa heeft minder fraai Paasweer. Vooral in Spanje
regent het flink, terwijl daar in de bergen zelfs nog volop sneeuw
valt. Zie www.meteoalarm.eu.
In ons land sneeuwde het vorig jaar met Pasen en hadden we de koudste
Paasdagen in veertig jaar. Dit jaar een heel ander verhaal dus met in
de aanloop naar Pasen zelfs uitzonderlijk hoge temperaturen. Vrijdag
en zaterdag kan lokaal 23 of 24 graden worden bereikt. Dat zijn de
hoogste temperaturen die ooit in de eerste decade van deze maand zijn
gemeten. Het record voor de eerste tien aprildagen in De Bilt is 24,0
graden op 4 april 1946.
Grote temperatuurtegenstellingen
Ook vorige week vrijdag 3 april lagen de temperaturen bij volop zon in
het binnenland tussen 20 en 23 graden. De tegenstellingen in het weer
waren toen bijzonder groot. Terwijl het grootste deel van het land
baadde in zon en warmte meldde Vlissingen mist bij een temperatuur van
7 graden. Op zulke zonnige en warme voorjaarsdagen met weinig wind
kan, door grote temperatuurverschillen tussen de koele zee en het
warme binnenland, vlak aan zee de wind van zee gaan waaien. In het
overgangsgebied van de koude zee naar het warme land ontstaan dan
kleine luchtdrukverschillen, waardoor de wind van zee gaat waaien. De
wind van zee kan mist meevoeren (zeevlam), zodat het aan het strand
onaangenaam wordt. Het invallen van zeewind gebeurt meestal pas in de
loop van de middag, wanneer de temperatuur boven land voldoende is
opgelopen. Ook aan de oevers van grote meren en waterplassen kunnen
temperatuurverschillen tussen water en land optreden, waardoor ook
daar de wind plotseling vanaf het water kan gaan waaien (zie actuele
waarnemingen onder Verder lezen en Nader Verklaard-zeewind).
Eerste warme dagen
De hoogste temperatuur is op 3 april gemeten in Twenthe waar 23,3
graden werd afgelezen. Op de vliegbasis Twenthe was het in de eerste
decade van april (metingen sinds 1951) alleen nog iets warmer op 5
april 1957 (24,0 graden) en op 9 april 1969 (23,8 graden). De hoogste
temperatuur ooit ergens in ons land in de eerste tien dagen van april
gemeten is 27,4 graden op 3 april 1926 in Maastricht. Later in de
maand zijn in het zuiden wel eens tropische temperaturen gemeten
(Nader Verklaard- aprilwarmte).
De eerste warme dag (met 20,0 graden of meer) valt meestal in april.
Uitzonderingen waren 1961 en 1990 toen De Bilt al op 17 maart boven de
20 graden uitkwam en 1983 toen dat op 31 mei gebeurde. Vorig jaar was
26 april de eerste warme dag in De Bilt.
Het KNMI telt in april normaal 2 warme dagen, maar soms is het in deze
maand al meer dan een week achtereen warm. Bijzonder was april 2007
met op verschillende plaatsen liefst 14 warme dagen en 8 zomerse dagen
met meer dan 25 graden (zie Nader Verklaard-warme dagen).
Stuifmeel
Door het zonnige en warme weer is ook het stuifmeelseizoen begonnen.
Stuifmeelkorrels kunnen net als ijskristallen in het zon aanleiding
geven tot haloverschijnselen, zoals een pollenkrans. Peter Paul
Hattinga Verschure, expert op het gebied van optische verschijnselen,
verzamelt de waarnemingen voor de Vereniging voor Weerkunde en
Klimatologie (zie ook Externe links- Pollennieuws, VWK en
Natuurkalender).
---
Eerste uitgave: 13-03-09
Koninklijk Nederlands Meteorologisch Instituut