Ministerie van Defensie

Ministerie van Defensie

Antwoorden op vragen van het lid Van Velzen (SP) over de werkzaamheden van oud-commandant de strijdkrachten Berlijn bij Thales

Hierbij bied ik u de antwoorden aan op de vragen van het lid Van Velzen (SP) over de werkzaamheden van oud-commandant der strijdkrachten Berlijn bij Thales (ingezonden 17 maart 2009 met kenmerk 2009Z04757).

DE STAATSSECRETARIS VAN DEFENSIE

drs. J.G. de Vries




Ministerie van Defensie

Vragen van het lid Van Velzen (SP) aan de staatssecretaris van Defensie over de werkzaamheden van oud-commandant der strijdkrachten Berlijn bij Thales (Ingezonden 17 maart 2009 met kenmerk 2009Z04757).

1
Is de `Aanwijzing SG A/872 Integriteitsbescherming van 25 september 2001', waarin onder andere wordt bepaald dat Defensie oud-medewerkers, oud-Kamerleden en voormalige bewindslieden 2 jaar lang niet mag accepteren als gesprekspartner namens het bedrijfsleven dan wel daarmee anderszins zakelijke contacten mag onderhouden, nog steeds van kracht?

Ja.

2
Kunt u aangeven wat de definitie is van `zakelijke contacten onderhouden'? Gelden gesprekken tussen deze oud-bewindspersonen/oud-medewerkers/oud-Kamerleden met defensiemedewerkers of bewindslieden tijdens symposia georganiseerd door de defensie-industrie als `zakelijke contacten'? Zo nee, waarom niet? 3
Gelden gesprekken tussen genoemde personen tijdens een borrel georganiseerd door lobbyisten of medewerkers van de defensie-industrie als `zakelijke contacten'? Zo nee, waarom niet?

Een zakelijke relatie onderhouden is voorbehouden aan medewerkers voor wie dergelijke contacten noodzakelijk zijn voor het uitvoeren van hun functie. Defensie hanteert voor het begrip zakelijke contacten een ruime definitie. Behalve face to face contacten wordt hieronder ook verstaan het optreden als 'penvoerder' (al dan niet langs de elektronische weg), het optreden als 'telefonisch woordvoerder' en het (als ondersteunend lid) deel uit maken van een bedrijfsdelegatie.
Voor lobbypraktijken of het bijwonen van symposia georganiseerd door de defensie-industrie, is de restrictieve regelgeving geformuleerd in aanwijzing SG A/872 onverkort van toepassing.

4
Vindt u het een goede ontwikkeling dat de voormalige Commandant der Strijdkrachten, met zijn kennis en als pleitbezorger van de JSF en diens stealth-capaciteiten, bij Thales in de Raad van Toezicht werkzaam is? Deelt u de mening dat hij hiermee direct dan wel indirect gesprekspartner van het ministerie van Defensie is? Deelt u de mening dat hiermee een beeld ontstaat van oud-generaals die hun opvolgers materieel aanprijzen 1)? Zo nee, waarom niet?
5
Wat is uw oordeel over het persbericht van Thales Nederland (mede-ontwikkelaar van de JSF) waarin dit bedrijf veronderstelt dat de voormalige Commandant der Strijdkrachten zijn internationale netwerk zal benutten ten bate van het bedrijf ("Thales Nederland is pleased that General (retd.) Dick Berlijn is prepared to make his unique qualities available to the company. He will bring his vast operational knowledge and his extensive international network.")? 2) Welke contacten heeft de heer Berlijn sinds zijn aantreden bij Thales gehad met het ministerie? Kunt u garanderen dat de heer Berlijn op geen enkele wijze gesprekspartner zal zijn?

Voormalige werknemers van Defensie zijn na dienstverlating vrij in de keuze van hun vervolgwerkzaamheden. Defensie heeft dan ook geen oordeel over de werkkring van oud defensiemedewerkers. Conform aanwijzing SG A/872, zal de heer Berlijn niet als gesprekspartner worden geaccepteerd.

6
Hebben andere ministeries ook dergelijke aanwijzingen over integriteitbescherming? Geldt deze interne defensie-regel ook voor contact met andere ministeries? Zo nee, waarom niet? Mag een oud-defensiemedewerker bijvoorbeeld contact hebben met het ministerie van Economische Zaken over bijvoorbeeld de afhandeling van het afdrachtspercentage van de industrie voor de deelname aan de ontwikkeling van de JSF?

Ook andere ministeries beschikken over aanwijzingen die betrekking hebben op integriteitbescherming. Defensie kan echter geen uitspraken doen over de status en precieze inhoud van de interne regelgeving van andere ministeries.

Voor Defensie geldt dat haar interne regelgeving toeziet op het gedrag van defensiemedewerkers met betrekking tot oud-medewerkers, oud-Kamerleden en voormalige bewindslieden. Of en onder welke voorwaarde een oud-defensiemedewerker in contact mag treden met het ministerie van Economische Zaken wordt bepaald door dit ministerie.

7
Kunt u garanderen dat het ministerie oud-Kamerlid Mat Herben (Senior Adviseur Nationale veiligheid voor de stichting Nederlandse Industrie voor Defensie en Veiligheid, een stichting die zich aktief inzet namens de defensie-industrie in het JSF dossier) in de eerste 2 jaar na zijn afscheid uit de Kamer nooit als gesprekspartner heeft geaccepteerd?
8
Kunt u garanderen dat het ministerie oud-Kamerlid Bert Bakker (lobbyist voor Meines en Partners die de belangen van Saab vertegenwoordigt) in de eerste 2 jaar na zijn afscheid uit de Kamer nooit als gesprekspartner heeft geaccepteerd?

Ik heb geen aanwijzingen dat de oud-Kamerleden Herben of Bakker ooit als formeel gesprekspartner in een overleg met Defensie zijn opgetreden.

9
Bent u bereid op uw ministerie een regel in te stellen die luidt dat Defensie geen zaken doet met bedrijven die oud-Defensieambtenaren, oud-Kamerleden en oud- bewindslieden in de periode van 2 jaar na hun `afzwaaien' in hun bestuur, als adviseur, als lid van de Raad van commissarissen of Raad van toezicht, om zodoende elke schijn van belangenverstrengeling te voorkomen en volledige transparantie bij besluiten te garanderen? Zo nee, waarom niet?

Nee, een dergelijke regeling is in strijd met de vrije keuze van arbeid zoals die is vastgelegd in artikel 19, lid 3 van de Grondwet. Daarnaast is een dergelijke regeling in strijd met de Europese aanbestedingsregels.

1) de Volkskrant, 10 mei 2008: "Eens generaal-majoor, nu cateraar" 2) Persbericht Thales Nederland, 5 januari 2009: "Dick Berlijn in Supervisory Board of Thales Nederland"