Port of Rotterdam

Terugdringen gebruik gassen bij ontsmetten containers

14-04-2009

Havenbedrijf Rotterdam, VNO-NCW, ondernemersorganisatie EVO en de Deltalinqs (ondernemersorganisatie voor haven en industrie te Rotterdam) willen een mondiale aanpak van het gebruik van ontsmettende gassen bij de behandeling van ladingen en containers. Doel daarvan is het terugdringen van het gebruik van bepaalde gassen in exporterende landen. Ze schrijven dit in een brief aan de heer Dimas, Europees commissaris voor Milieu. De vier organisaties vinden dat bij het behandelen van hout hittebehandeling de voorkeur verdient boven het begassen met methylbromide. Daarmee ondersteunen ze het voorstel van minister Cramer tijdens de Europese Milieuraad.

Ter voorkoming van verspreiding van o.a. ongewenste insecten verplicht internationale regelgeving leveranciers en exporteurs tot het behandelen van verpakkingshout en stuwhout. De lading zelf kan ook onderhavig zijn aan dit soort voorschriften. Voor de behandeling van verpakkingshout en stuwhout wordt hittebehandeling voorgeschreven; het behandelen met het ozonlaag aantastende gas methylbromide is het enige toegestane alternatief. Exporteurs uit Azië en Afrika behandelen verpakkingshout en stuwhout in containers veelvuldig met methylbromide omdat het enige andere alternatief (hittebehandeling) voor hen niet aantrekkelijk is. Volgens de internationale regelgeving voor het vervoer van gevaarlijke stoffen moeten containers onder gas met een goed zichtbare sticker gemarkeerd zijn. Vaak wordt aan deze plicht geen gehoor gegeven. Daardoor ontstaan op de plaats van bestemming bij het onzorgvuldig openen van de containers risico's.

Naast de bovengenoemde mondiale aanpak wil het kwartet - via een aanscherping van de regelgeving - de hittebehandeling van hout en houtproducten verder bevorderen. Het wil in internationaal verband het gebruik en de beschikbaarheid van alternatieven voor gassen stimuleren en een verbod voor het gebruik van methylbromide als ontsmettingsmiddel voor hout en houtproducten. Zij zijn dan ook van mening dat zeer snel ook andere alternatieven moeten worden onderzocht en mondiaal moeten worden toegelaten.

© Havenbedrijf Rotterdam N.V.