Stadsdeel Oost/Watergraafsmeer Amsterdam
---
Amsterdam telt 177 nationaliteiten, één meer dan in 2008
17 april 2009
Het aantal inwoners van Amsterdam is in 2008 gegroeid met 9.057
personen tot 756.347. De stad ontving onder meer nieuwe inwoners via
migratie uit nieuwe lidstaten van de Europese Unie, kennismigranten
uit bijvoorbeeld India en via natuurlijke groei door geboorte. Op 1
januari 2009 telt Amsterdam 177 nationaliteiten, dat is er één meer
dan in 2008.
Amsterdam telt 177 nationaliteiten, één meer dan in 2008 (14 Kb) De
sterkste procentuele groei vond plaats bij inwoners afkomstig uit
Bulgarije en Roemenië, een groei van 41%, respectievelijk 32%. Verder
valt op dat de opkomende economieën van China, India en Rusland in de
top tien van landen staan van de relatief sterkst groeiende
nationaliteiten.
De nationaliteiten Guinee-Bissau en Tonga vielen af. Er kwamen drie
nationaliteiten bij door de komst van personen uit Antigua en Barbuda,
uit Qatar en door de afsplitsing van Kosovo van Servië. Acht landen
zijn slechts door één persoon vertegenwoordigd. Dit zijn: Antigua en
Barbuda, Belize, Comoren, Gabon, Grenada, Kosovo, Monaco en
Noord-Korea.
29% van de Amsterdamse bevolking heeft een buitenlandse of dubbele
nationaliteit.
Van de Amsterdamse buurten telt Landlust in Bos en Lommer de meeste
nationaliteiten (127), gevolgd door de Jordaan (124).
De tien buurten met de meeste nationaliteiten, 1 januari 2009
De tien buurten met de meeste nationaliteiten, 1 januari 2009 (32 Kb)
In 2008 is het aantal Amsterdammers met een buitenlandse nationaliteit
met 7.291 toegenomen. Deze groei is groter dan voorgaande jaren. De
toename van het aantal Amsterdammers met een buitenlandse
nationaliteit kwam voor twee derde door migratie en een derde door
natuurlijke aanwas.
De achtergrond hiervan is dat mensen geen afstand kunnen of willen
doen van hun andere nationaliteit, of een tweede nationaliteit
automatisch krijgen als tenminste een van de ouders een buitenlandse
of Nederlands/buitenlandse nationaliteit heeft. Van alle personen met
een dubbele nationaliteit is 52% in Nederland geboren, terwijl dit bij
de personen met alleen een vreemde nationaliteit 11% is.
In totaal heeft 59% van degenen met een vreemde nationaliteit een
dubbele nationaliteit. In 1992 was dit nog maar 21%.
In 2007 en 2008 zijn ongeveer 2.500 inwoners van Amsterdam door
naturalisatie Nederlander geworden. In principe verliezen de meeste
mensen daarbij hun oude nationaliteit(en), door afstand te doen of
door automatisch verlies. In de nationaliteitswetten van sommige
landen is geregeld dat je de nationaliteit niet automatisch verliest
en dat je ook geen afstand kan doen. Voor Amsterdammers met de
Nederlandse en Turkse nationaliteit geldt dat de nationaliteitswet van
Turkije een procedure vereist om afstand te kunnen doen van de Turkse
nationaliteit. Amsterdammers die naast de Nederlandse ook de
Marokkaanse nationaliteit hebben, kunnen op grond van de
nationaliteitswet van Marokko geen afstand doen.
Er zijn echter landen waar een dubbele nationaliteit nog vaker
voorkomt. Zo heeft meer dan 80% van de Iraniërs (vaak vluchtelingen,
hoeven geen afstand te doen) en Egyptenaren naast hun oorspronkelijke
nationaliteit ook een Nederlandse nationaliteit.
Een dubbele nationaliteit komt niet alleen bij niet-westerse landen,
maar komt ook bij westerse landen veel voor. Zo heeft 51% van de
Zwitsers een dubbele nationaliteit en 36% van de Fransen.
Een dubbele nationaliteit komt daarentegen weinig voor bij inwoners
uit de Baltische staten, Bulgarije en Japan. Het gaat daarbij om
personen die hier nog maar kort zijn (naturaliseren kan pas na 5
jaar), geen Nederlander willen worden en/of mogelijk weer terug willen
gaan naar hun herkomstland.
Degenen die Nederlander worden door optie hoeven geen afstand van hun
andere nationaliteit te doen, maar er kan wel automatisch verlies zijn
op grond van de nationaliteitswet van het herkomstland. In 2008 waren
er 709 Amsterdammers die Nederlander door optie werden ten opzichte
van 972 in 2007.
Overigens is de gebruikelijke manier om de samenstelling van de
Amsterdamse bevolking uit te drukken niet op basis van nationaliteit
maar op basis van herkomstgroepering. Deze wordt bepaald op basis van
het geboorteland van een persoon en die van zijn of haar ouders. De
personen waarvan een van de ouders in het buitenland is geboren,
worden allochtonen genoemd. Ze maken vrijwel de helft (49,5%) van de
bevolking uit. Dit is veel meer dan het aandeel personen met een
buitenlandse nationaliteit of dubbele nationaliteit, dat 29,2%
bedraagt.
Het verschil heeft drie belangrijke oorzaken.
Ten eerste hebben veel Surinamers, Antillianen en Nederlands-Indiërs
nooit een buitenlandse nationaliteit gehad. Ten tweede zijn er
personen met een buitenlandse herkomst die zich in het verleden hebben
laten naturaliseren tot Nederlander en daarbij hun oorspronkelijke
nationaliteit hebben opgegeven. Ten derde hebben de kinderen van
voorgenoemde twee groepen meestal de Nederlandse nationaliteit,
terwijl ze wel tot de tweede generatie allochtonen worden gerekend.
Toelichting op de gemeentelijke registratie van nationaliteiten
In de gemeentelijke basisadministratie (GBA) registreert de gemeente
de nationaliteit die automatisch wordt verkregen en automatisch wordt
verloren. Elk land bepaalt zelf wie zijn nationaliteit krijgt. Er
zijn twee uitgangspunten om een nationaliteit automatisch te krijgen:
1) door afstamming krijg je de nationaliteit van een ouder;
2) door geboorte in een bepaald land verkrijg je de nationaliteit van
het land.
Daarnaast bepaalt elke nationaliteitswet van het land van herkomst ook
wanneer je de nationaliteit verliest. Het kan zijn dat iemand de
nationaliteit automatisch verliest als hij vrijwillig een andere
nationaliteit verkrijgt. Ook is het mogelijk dat je een procedure moet
doorlopen om afstand te kunnen doen van een nationaliteit. In de
nationaliteitswetten van sommige landen is geregeld dat je de
nationaliteit niet automatisch verliest en dat je ook geen afstand kan
doen.
De registratie in de GBA van iemands nationaliteit heeft geen enkele
invloed op het verkrijgen of verliezen van de nationaliteit. Daar is
Nederland niet toe bevoegd.
Het hebben van een nationaliteit en het hebben van een paspoort zijn
twee verschillende zaken. Elk land heeft een nationaliteitswet. Elk
land bepaalt zelf of een onderdaan de nationaliteit van het land
krijgt. Als iemand een bepaalde nationaliteit heeft, kan hij een
paspoort van dat land aanvragen.