Sociaal-Economische Raad

24 april 2009
De wijziging van de Wet op de bedrijfsorganisatie, waarmee een volgende stap is gezet in de modernisering van de publiekrechtelijke bedrijfsorganisatie (PBO), is op 24 april 2009 in werking getreden. De belangrijkste wijzigingen in de wet zijn de wettelijke verankering van de Code Goed Bestuur en de introductie van het draagvlakonderzoek. In het verlengde van deze wijzigingen heeft de Toezichtkamer van de SER nieuwe toezichttaken gekregen.

Een schap dient een goed bestuur te waarborgen. Dit kan door zich te houden aan bepaalde principes van goed bestuur. Deze principes zijn in de Code Goed Bestuur en nu ook in de Wet op de bedrijfsorganisatie vastgelegd. De Toezichtkamer ziet er op toe dat de code wordt nageleefd. De schappen hebben sinds 2007 twee jaar de tijd gekregen om de principes te implementeren. Inmiddels is dat bij alle schappen gebeurd.

Nieuw in de wet is ook dat elk product- en bedrijfschap iedere vier jaar een representatief draagvlakonderzoek moet uitvoeren onder alle, onder de werkingssfeer van het schap vallende, ondernemingen. Deze enquêtes worden steekproefsgewijs onder de betreffende ondernemingen afgenomen. De Toezichtkamer ziet hier op toe.

Jaarlijks zal de SER een toezichtplan en een toezichtverslag over het afgelopen jaar opstellen. Het eerste toezichtplan zal betrekking hebben op 2010 en zal voor oktober 2009 worden opgesteld. Voor het verslag geldt dat de eerste versie voor 1 april 2010 wordt uitgebracht. Met deze rapporten wordt de transparantie en de verantwoording van het toezicht vergroot.

De minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid heeft -mede namens de ministers van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit en van Economische Zaken- in een nota zijn visie op het toezicht separaat aan de SER doen toekomen.