Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport


4. Antwoorden kamervragen Kamerlid Van Velzen over het bericht dat de hulpverlening in het kader ven de Wet tijdelijk huisverbod niet op orde is

Antwoorden kamervragen Kamerlid Van Velzen over het bericht dat de hulpverlening in het kader ven de Wet tijdelijk huisverbod niet op orde is

Kamerstuk, 24 april 2009

De Voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA DEN HAAG

DMO-K-U-2925099

24 april 2009

Geachte voorzitter,

Hierbij zend ik u, mede namens de minister van Justitie, de antwoorden op de vragen van het Kamerlid Van Velzen (SP) over het bericht dat de hulpverlening in het kader van de Wet tijdelijk huisverbod niet op orde is (2009Z04250).

Hoogachtend,
de Staatssecretaris van Volksgezondheid,
Welzijn en Sport,

mw. dr. J. Bussemaker

Antwoorden op kamervragen van het Kamerlid Van Velzen over het bericht dat de hulpverlening in het kader van de Wet tijdelijk huisverbod niet op orde is (2009Z04250).

Vraag 1

Wat is uw reactie op het bericht dat de opvang voor zowel het slachtoffer, en eventuele kinderen, en de dader in het kader van het tijdelijk huisverbod nog niet op orde is? 1)

Vraag 2

Bent u bereid op korte termijn onderzoek te doen naar de mate waarin andere gemeenten de opvang geregeld hebben en in hoeverre zich daar nog knelpunten voordoen? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 1 en 2

Niet alle gemeenten zijn op 1 januari 2009 gestart met de uitvoering van de Wet tijdelijk huisverbod, omdat er sprake is van een complex proces waarbij veel verschillende partijen zijn betrokken. Het gaat daarbij niet alleen om organisatie van de hulp en opvang van de slachtoffers, plegers en eventuele kinderen, maar ook om samenwerking en afspraken tussen politie, hulpverleningsinstellingen en verschillende gemeentelijke diensten. Verder moet de afstemming en samenwerking tussen centrumgemeenten vrouwenopvang en regiogemeenten worden geregeld. Dit alles vraagt om een goede regievoering, het vastleggen van afspraken en het regelen van een sluitende aanpak. Een dergelijk proces kost tijd en moet zorgvuldig worden uitgevoerd. Het bericht, waarnaar wordt verwezen, is van 28 januari jl. Sindsdien zijn alle politieregio's gestart met de uitvoering van de wet. Er bestaat een goed beeld van het aantal gemeenten dat nog niet is gestart. Daartoe houden wij samen met de VNG vinger aan de pols. De VNG heeft onlangs in een ledenbrief alle gemeenten geïnformeerd over de stand van zaken wat betreft de uitvoering van de wet in het land en daarin tevens de laatste gemeenten die nog niet waren gestart, gevraagd de wet zo spoedig mogelijk in te voeren. Verder onderzoek achten wij niet noodzakelijk.

Vraag 3

Wat is uw reactie op het bericht dat sommige gemeenten alleen een huisverbod uitvaardigen wanneer zij zeker weten dat er hulpverlening beschikbaar is? 2)

Antwoord 3

Het bieden van hulp bij het huisverbod is van essentieel belang voor het welslagen van dit verbod. Bij het huisverbod wordt door middel van crisisinterventie en een (eventueel) hulpverleningstraject na het huisverbod het geweld gestopt en worden betrokkenen geholpen weer een leven zonder geweld te leiden. Dat is ook een belangrijk doel van de Wet tijdelijk huisverbod. Zonder deze hulpverlening kan aan dat doel geen invulling worden gegeven. De hulpverlening moet dus goed zijn geregeld, voordat gestart kan worden met de uitvoering van de wet.

Vraag 4

Wat is uw reactie op het feit dat er in Zeeland voorlopig geen huisverbod wordt uitgevaardigd nadat het eerste huisverbod in Hulst is uitgelopen op een fiasco?

Antwoord 4

In Zeeland is men er bij het opleggen van een huisverbod in de gemeente Hulst achtergekomen dat de afspraken over de te volgen procedure nog niet voldoende duidelijk waren. De burgemeesters uit Zeeland hebben onmiddellijk besloten de gemaakte afspraken nog eens goed na te lopen en waar nodig aan te scherpen. Daarbij ging het vooral om de 24-uursbereikbare crisisdienst goed te regelen. Vanaf 1 april jl. is de uitvoering van de wet weer voortgezet.

Dit voorbeeld laat zien dat gemeenten hun verantwoordelijkheid nemen bij de uitvoering van de wet door snel te handelen bij knelpunten. Ook onderstreept het voorbeeld het belang van een zorgvuldige voorbereiding.

Vraag 5

Erkent u dat het instellen van een huisverbod weinig zin heeft als er geen hulpverleningstraject is? Zo nee, waarom niet? Zo ja, welke maatregelen gaat u in overleg met de VNG nemen om de hulpverlening in alle gemeenten op orde te brengen?

Antwoord 5

Bij de beantwoording van vraag drie hebben wij aangegeven dat de hulpverlening voor het welslagen van het huisverbod voor alle betrokken partijen van essentieel belang is.
De overgrote meerderheid van de gemeenten voert inmiddels de wet uit. De laatste gemeenten volgen binnenkort. Gemeenten worden ondersteund door middel van informatiebijeenkomsten en een helpdesk (www.huisverbod.nl ) Aanvullende maatregelen zijn niet nodig. Zoals vermeld onder de beantwoording van de vragen 1 en 2 houden wij samen met de VNG de vinger aan de pols.

Vraag 6

Bent u bereid voor het huisverbod een soort brandoefening te doen, om te kijken waar de problemen zitten, en zo nodig met passende maatregelen te komen? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 6

Om zicht te krijgen op eventuele problemen bij de uitvoering is in 2007 in Amsterdam Noord, de regio Groningen en de gemeente Venlo proefgedraaid met het huisverbod. In 2009 organiseren wij samen met BZK regelmatig bijeenkomsten met de gemeenten en betrokken partijen in de keten van het huisverbod, om ervaringen uit te wisselen. Deze bijeenkomsten zijn ook bedoeld om zicht te krijgen op eventuele knelpunten die niet lokaal of regionaal kunnen worden opgelost. Daarnaast laat VWS een aantal huisverboden nader analyseren hoe het hulpverleningstraject bij het huisverbod is verlopen. Op basis van de uitkomsten daarvan, die voor de zomer worden verwacht, wordt bezien of er verdere actie nodig is. Een `brandoefening' om zicht te krijgen op eventuele problemen bij de uitvoering van het huisverbod, achten wij niet noodzakelijk.

Vraag 7

Is de schatting van 1000 huisverboden per jaar nog steeds reëel? Zo ja, waarop baseert u dat? Zo nee, bent u bereid zo nodig het budget voor het adequaat uitvoeren van het huisverbod te verhogen? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 7

Het is nog te vroeg om daarover een uitspraak te doen. We houden het aantal huisverboden nauwlettend in de gaten en zullen naar bevind van zaken handelen.


1) RTV Drenthe, 28 januari 2009: "Nog geen opvang daders en slachtoffers huiselijk geweld"
http://www.rtvdrenthe.nl/761e2b9b-2602-4484-98bd-7f9c0000bf01.aspx?New sID=32032

2) De Stentor, 28 januari 2009: "Alleen huisverbod bij hulpverlening" http://www.destentor.nl/regio/veluwewest/4419135/Alleen-huisverbod-bij
-hulpverlening.ece