European Union



| | | |

|RAAD VAN                 |                                       |NL         |
|DE EUROPESE UNIE         |                                       |           |
|Brussel, 28 april 2009                                              |
|8835/09 (Presse 92)                                                 |
|P 44                                                                |
|(OR. en)                                                            |
|PERSMEDEDELING                                                      |
|Betreft: Gemeenschappelijk Standpunt 2009/314/GBVB van de Raad van 6|
|april 2009 houdende wijziging van Gemeenschappelijk Standpunt       |
|2006/276/GBVB betreffende beperkende maatregelen tegen bepaalde     |
|functionarissen van Belarus en tot intrekking van Gemeenschappelijk |
|Standpunt 2008/844/GBVB                                             |
|Verklaring van het voorzitterschap namens de Europese Unie over     |
|Gemeenschappelijk Standpunt 2009/314/GBVB van de Raad van 6 april   |
|2009 houdende wijziging van Gemeenschappelijk Standpunt             |
|2006/276/GBVB betreffende beperkende maatregelen tegen bepaalde     |
|functionarissen van Belarus en tot intrekking van Gemeenschappelijk |
|Standpunt 2008/844/GBVB                                             |
De kandidaat-lidstaten Kroatië* en de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië*, de landen van het stabilisatie- en associatieproces en mogelijke kandidaat-lidstaten Albanië, Bosnië en Herzegovina en Montenegro, en de EVA-landen Liechtenstein en Noorwegen, die lid zijn van de Europese Economische Ruimte, verklaren dat zij de doelstellingen onderschrijven van Gemeenschappelijk Standpunt 2009/314/GBVB van de Raad van 6 april 2009 houdende wijziging van Gemeenschappelijk Standpunt 2006/276/GBVB betreffende beperkende maatregelen tegen bepaalde functionarissen van Belarus en tot intrekking van Gemeenschappelijk Standpunt 2008/844/GBVB, dat op 7 april 2009 is bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie (PB L 93, blz. 21).

Zij zullen er zorg voor dragen dat hun nationale beleid met dit gemeenschappelijk standpunt overeenstemt.

De Europese Unie neemt met genoegen nota van deze toezegging.


* Kroatië en de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië blijven deelnemen aan het stabilisatie- en associatieproces.