Wageningen Universiteit en Researchcentrum Vermindering uitstoot broeikasgassen door aanpassingen in samenstelling veevoer beperkt

13 mei 2009

Onderdeel: Animal Sciences Group

Een deel van de uitstoot van broeikasgassen uit de veehouderij is afkomstig van het gebruikte voer, zowel ruw- als krachtvoer. De Animal Sciences Group van Wageningen UR onderzocht welke mogelijkheden er zijn om de uitstoot van emissies via het voer van rundvee, varkens en pluimvee te verminderen. Het effect is beperkt, maar zou kunnen verbeteren als de diervoederindustrie bij de optimalisering van de krachtvoersamenstelling ook de milieubelasting van de voedermiddelen als criterium meeneemt.

Bij het onderzoek is gebruik gemaakt van data uit 1994, 2004 en 2007. In de laatste 4 jaren is de beschikbaarheid van samenhangende data over het verbruik van veevoergrondstoffen sterk afgenomen. De milieubelasting is berekend van bijna alle producten en van het totale krachtvoerpakket met de Levens Cyclus Analyse (LCA). Hierbij zijn het beslag op cultuurgrond, het energieverbruik, en de bijdragen aan vermesting, verzuring en broeikaseffect berekend.

Het aandeel bijproducten is het hoogst in het krachtvoer voor rundvee, in 1994 zelfs 100 %. Het blijkt dat in de afgelopen 13 jaar het aandeel van de bijproducten in het krachtvoer voor zowel rundvee, varkens als pluimvee is afgenomen met 25 tot 50 %. Hiervoor zijn geïmporteerde voedergewassen in de plaats gekomen.

Het is moeilijk te voorspellen welke ontwikkelingen zich in de komende jaren voordoen. Als de energieprijs sterk stijgt, wordt biobrandstof een concurrent voor voergrondstoffen.

Vermindering van de milieubelasting van krachtvoer kan op twee manieren gebeuren. Ten eerste door de vervanging van de meest milieubelastende grondstoffen door minder milieubelastende grondstoffen. Ten tweede door het productieproces van de meest milieubelastende bijproducten of voedergewassen te veranderen. De vervanging van grondstoffen is erg complex, omdat een andere bestemming gevonden moet worden en de beschikbaarheid van geschikte en betaalbare vervangende grondstoffen niet vanzelfsprekend is. Vaak zal ook het effect beperkt zijn, omdat we in Nederland al veel bijproducten gebruiken in het krachtvoer. Theoretisch veelbelovende scenarioâs blijken vaak niet uitvoerbaar te zijn. Een haalbaar scenario is de vervanging van sojaschroot, gerst en maïs door Dried Distillers Grains and Solubles (DDGS), een bijproduct uit de bioraffinage. Landgebruik en vermesting dalen met 11 tot 12%, maar de emissie van broeikasgassen daalt slechts met 3%. Vermindering van de milieubelasting door aanpassingen in de productiewijze kan perspectief bieden. Bij producten die in het buitenland worden geproduceerd is de mogelijkheid tot sturing echter beperkt.

De diervoederindustrie optimaliseert momenteel de samenstelling van het gewenste krachtvoer op basis van de kostprijs. Een mogelijke verbetering kan zijn als men bij de optimalisering ook de milieubelasting van de voedermiddelen als criterium hanteert.

Gratis downloaden rapport
Rapport 205 âMilieueffecten van diervoedersâ van Theun Vellinga et al. kunt u hier gratis downloaden.

Contact
Agnes van den Pol
Tel. 0320 - 293 443