Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap


1

> Retouradres Postbus 16375 2500 BJ Den Haag
aan de voorzitter van de Tweede Kamer der Staten Generaal Rijnstraat 50 Den Haag Postbus 16375 Postbus 20018 2500 BJ Den Haag 2500 EA DEN HAAG www.minocw.nl

Onze referentie OWB/WG/2009/112278

Bijlagen
---

Datum 11 mei 2009
Betreft Kabinetsreactie op het advies van ICTRegie over de ICT- onderzoeksinfrastructuur voor het wetenschappelijk onderzoek in Nederland

Mede namens de staatssecretaris van Economische Zaken bied ik u hierbij aan de kabinetsreactie op het advies van ICTRegie over de ICT- onderzoeksinfrastructuur voor het wetenschappelijk onderzoek in Nederland dat op 15 december 2008 aan ons is aangeboden.

ICTRegie heeft op ons verzoek met een aantal instellingen gewerkt aan een voorstel voor integratie van ICT-faciliteiten in de onderzoekswereld. Doel hiervan was te komen tot een optimale mix van deze faciliteiten, waar mogelijk samen met bedrijven die ook dergelijke faciliteiten benutten en/of beheren. ICTRegie heeft dit uitgewerkt in een meerjarenplan voor de versterking van de ICT- onderzoeksinfrastructuur in Nederland. In dit plan hebben de betrokken instituties gezamenlijk en onderbouwd hun visie neergelegd op de gewenste infrastructuur en de financiering daarvan voor de komende jaren. Ook signaleert het rapport knelpunten, met name met betrekking tot de financiering, en doet het aan aantal aanbevelingen.

Beleidsmatige achtergrond bij het rapport
In de ICT-Agenda 2008-2011 heeft het kabinet de ambitie neergelegd dat Nederland in 2015 in Europa één van de koplopers moet zijn voor wat betreft de beschikbaarheid van ICT-toepassingen en het gebruik van nieuwe digitale dienstverleningsconcepten. Om dat te bereiken is een excellente ICT onderzoeksinfrastructuur van essentieel belang. Daarnaast is ICT een belangrijke economische sector, waar veel innovatiekracht aanwezig is voor de hele economie en de maatschappij.

Ook in Europees verband hebben ICT-onderzoeksinfrastructuren prioriteit. Onlangs heeft de Europese Commissie de Mededeling "ICT-infrastructuren voor e- science uitgebracht, waarin de Commissie de lidstaten oproept gezamenlijk in te zetten op het tot stand brengen en op niveau houden van ICT-infrastructuren van wereldklasse om zo de weg te effenen voor de wetenschappelijke ontdekkingen van de 21e eeuw. Nederland kan zich vinden in de inhoud van de Mededeling, die strookt met het rapport van ICTRegie.

Het rapport op hoofdlijnen
a
na 1 van 3 Pagi





Het rapport gaat in op de internationale positie van Nederland op het terrein van Datum onderzoek en de daarvoor benodigde ICT-voorzieningen en geeft aan wat nodig is

om aan kop te komen en te blijven. De opstellers signaleren enkele bestaande Onze referentie knelpunten en geven vier aanbevelingen om de knelpunten weg te nemen en de OWB/WG/2009/112278

ambities van het kabinet waar te maken.

Als knelpunten worden gesignaleerd:

- Snelle ontwikkelingen in de ICT en toenemende integratie van voorheen gescheiden elementen transport, opslag en rekenkracht. Dit vergt voortdurende aanpassingen in behoefte, systemen en financiering;
- Het aantal betrokken partijen met eigen rollen en verantwoordelijkheden is groot door ontstaansgeschiedenis. Dit leidt tot versnippering, concurrentie om schaarse middelen en beperkte mogelijkheid om tot een integrale en doelmatige aanpak te komen.

Aanbevelingen om deze knelpunten te overkomen zijn:
1. Breng alle ICT-infrastructuur voor wetenschappelijk onderzoek bijeen in een nieuwe entiteit onder de vlag van Stichting SURF. Zo wordt de verantwoordelijkheid neergelegd bij de gebruikers (universiteiten, onderzoeksinstellingen en onderzoeksafdelingen van bedrijven). Dit komt de lange termijn strategie en innovatie ten goede.

2. Voorzie in een structurele financiering van permanente innovatie, ontwikkeling en operationele kosten uit een fonds dat speciaal daarvoor wordt opgericht. Dit schermt innovatie van infrastructurele voorzieningen af van concurrentie om schaarse financiering vanuit incidentele projecten. Dit maakt langetermijnplanning en investering mogelijk.

3. Sticht een e-Science Research Center waarin bestaande universiteiten en instellingen samenwerken aan onderzoek voor innovatie van ICT- infrastructuren en wetenschappelijke toepassingen. Hiermee wordt voortzetting van waardevolle multidisciplinaire samenwerking tussen universiteiten, instellingen en bedrijven mogelijk

4. Ontwikkel een sleutelpositie op het terrein van innovatie, ontwikkeling en beheer in pan-Europese ICT-infrastructuur en samenwerkingsvormen. Dit kan worden gedaan door een Europese datacenternode te bouwen (ook wel aangeduid als: supernode), bestaande uit grootschalige computer-, data-, netwerk- en visualisatievoorzieningen. Dit draagt bij aan output van Nederlandse wetenschappelijke instellingen en trekt talentvolle wetenschappers, R&D- investeringen en internationale bedrijven aan.

Deze aanbevelingen worden gedragen door de relevante partijen. De kosten van deze aanbevelingen bedragen circa 253 miljoen voor de komende 5 jaar. Voor 91 miljoen daarvan zijn reeds middelen gereserveerd. Aan nieuwe middelen is circa 162 miljoen voor een periode van 5 jaar nodig.

Hoofdlijnen van de kabinetsreactie
Het kabinet staat positief tegenover de aanbevelingen en zal onderzoeken hoe de gesignaleerde knelpunten, die met name veroorzaakt worden door impulsfinanciering van separate projecten, verminderd kunnen worden. OCW en EZ zullen onderzoeken of er voor de langere termijn een meer structurele vorm van financiering gevonden kan worden. Als opstap hiernaar heeft OCW hiervoor structureel 5 miljoen per jaar gereserveerd.

Pagina 2 van 3





Nederland zal verder blijven deelnemen aan de voorbereiding van een Europees Datum netwerk van datacenternodes/supernodes met het oog op het vestigen van een

dergelijke node in Nederland. Op korte termijn zal het kabinet een Onze referentie maatschappelijke kosten/batenanalyse laten uitvoeren om een beter inzicht te OWB/WG/2009/112278

krijgen in de maatschappelijke en economische effecten van de vestiging van een

supernode in Nederland.

dr. Ronald H.A. Plasterk
De minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap

Pagina 3 van 3