Duurzaamheidscontract RWE lege huls
Het nieuw afgesloten duurzaamheidscontract van RWE en Essent is een
lege huls. De Statenfractie van GroenLinks in Noord-Brabant en de
Tweede Kamerfractie van GroenLinks zijn dan ook niet van mening
veranderd en blijven tegen verkoop van Essent aan RWE.
Uit onafhankelijk onderzoek door adviseurs van Provinciale Staten (De
Brauw e.a.) blijkt dat het nieuwe duurzaamheidscontract niet meer is
dan een optelsom van al bestaande plannen en investeringen. Ook de
controle op de realisatie van de duurzaamheidsinvesteringen is niet
harder geworden.
RWE en Essent kunnen nog steeds besluiten duurzaamheidsinvesteringen
niet te doen. De aandeelhouders moeten dan vervolgens alsnog proberen
hun gelijk te halen. Waarbij een boete van 40 miljoen natuurlijk een
lachertje is ten opzichte van de miljardenomzet van RWE. Geef dan een
boete van 400 miljoen per investering die niet doorgaat.
Volgens de GroenLinks Statenfractie geeft dit duurzaamheidscontract
dan ook geen enkele argument aan statenleden die op 24 april tegen
verkoop hebben gestemd om nu hun mening te veranderen.
Wat wel een nieuw argument is voor statenleden om van mening te
veranderen is de oproep van de werkgevers, zowel vanuit de BZW als
vanuit VNO/NCW. Deze werkgevers ondersteunen het standpunt wat
GroenLinks al vanaf het begin heeft gehad: energievoorziening moet in
overheidshanden blijven.
Daar komt bij dat de Tweede Kamer afgelopen dinsdag een motie van
GroenLinks Kamerlid Ineke van Gent aannam, waarin geëist werd dat
zowel het juridische als economische eigendom van de kerncentrale
Borssele in overheidshanden moet blijven.
De GroenLinks Statenfractie doet hierbij dan ook een beroep op de
collega statenleden die eerst voor verkoop waren om de oproep van de
werkgevers serieus te nemen en nu tegen verkoop te stemmen.
De GroenLinks Kamerfractie zal vanavond in het spoeddebat iedere
mogelijkheid aangrijpen om de overname te voorkomen of op zijn minst
uit te stellen. Want u weet: van uitstel komt afstel.
GroenLinks