Boeren en tuinders redden het niet meer alleen
3 jun 2009
Onderdeel: LEI
Veel agrarische ondernemers staan de komende tien tot vijftien jaar
voor belangrijke keuzes ten aanzien van de ontwikkeling van hun
bedrijf. Het traditionele gezinsbedrijf is daarbij steeds minder vaak
de ideale bedrijfsvorm. Boeren en tuinders zullen moeten specialiseren
en samenwerken op deelgebieden om aansluiting met de markt te kunnen
blijven houden. Dat concluderen onderzoekers van LEI Wageningen UR,
die voor de Rabobank de toekomstperspectieven van verschillende
bedrijfsvormen in de land- en tuinbouw onderzochten.
In het rapport âVoorbij het gezinsbedrijf? De organisatie van het
agrarische bedrijf, nu en in de toekomstâ stelt het LEI dat
ondernemers in de land- en tuinbouw het in de toekomst niet meer
alléén redden. Boeren en tuinders krijgen niet automatisch een goede
prijs: zij zijn in de wereldmarkt een kleine partij en hebben veelal
geen directe toegang tot de consument. De belangrijkste aanbeveling in
het rapport richt zich dan ook op de ondernemer zelf: die dient
zijn/haar grootste kapitaal - het eigen ondernemerschap - goed te
benutten. Het laten maken van een self-assessment kan daarbij van nut
zijn.
Het LEI stelt dat de diversiteit aan ondernemingsvormen zal toenemen.
Wel zal de eenmanszaak gaandeweg verdwijnen. Het traditionele
gezinsbedrijf wordt minder dominant en verandert van karakter. In de
bedrijfsvoering van het gezinsbedrijf komen in toenemende mate andere
bedrijfsvormen aan de orde, zoals gebruik maken van franchising en
keurmerken, inhuren van zzpâers en deelname in samenwerkingsverbanden.
Door samenwerking bij inkoop, productie, verwerking en afzet kan het
rendement vergroot worden. Ook verticale integratie in ketens wordt
steeds belangrijker om toegevoegde waarde te creëren. Ondernemers
worden meer en meer beloond naarmate de verwachte dan wel gevraagde
kwaliteit daadwerkelijk wordt geleverd. De ketenrelaties in
integraties worden hechter, maar het eigendom van de primaire
productieschakel blijft in handen van de boer en tuinder.
Sleutelwoorden bij de keuze voor een bedrijfsvorm op basis van
rendement zijn specialisatie, flexibiliteit, beheersbaarheid van het
productieproces, kritische massa, aansluiting op de markt, en het
afdekken van risico. Samenwerkingsverbanden bieden goede mogelijkheden
om de bedrijfsactiviteiten te versterken. Waakzaamheid is wel geboden
om een duidelijke opzet te creëren. Combinaties van bedrijven kunnen
leiden tot een financiële spaghettistructuur, met verlies van
transparantie en beheersbaarheid als gevolg. Het goed definiëren van
de samenwerking is dan ook een kritische succesfactor.
Rapport 2009-051 Voorbij het gezinsbedrijf? Organisatie van het
agrarische bedrijf, nu en in de toekomst
Contact
Gé Backus
ge.backus@wur.nl
Wageningen Universiteit en Researchcentrum