Vrije Universiteit Amsterdam
Persbericht
18-06-2009
Voorspellen van droogte en overstroming mogelijk
Bodemvochtmetingen vanuit de ruimte kunnen weer- en
klimaatmodellen verbeteren
Bodemvocht is een cruciaal onderdeel van de zogenaamde `waterkringloop' of
`hydrologische cyclus'. Het meten van bodemvocht vanuit de ruimte kan helpen om
globale weer- en klimaatmodellen te verbeteren en op die manier het voorspellen van
droogtes en overstromingen over de hele wereld te bevorderen. Gezien het huidige
snel veranderende klimaat is deze informatie van groot belang. Tegen deze
achtergrond promoveert Jennifer Grant 19 juni aan de VU.
Over enkele maanden wordt de Soil Moisture and Ocean Salinity (SMOS) satelliet
gelanceerd door de European Space Agency (ESA). Deze satelliet zal globale metingen
doen van bodemvocht (over land) en zoutgehalte (over de oceanen). De metingen
worden gedaan met een zogenaamde radiometer, die de L-band microgolfstraling
(golflengte ~ 21 cm) van de oppervlakte meet. Nu is op deze manier bodemvocht
meten relatief eenvoudig als het om een kale bodem gaat, maar als er een
vegetatielaag op de bodem aanwezig is, kan dit de metingen beïnvloeden. Het
gemeten signaal moet dan verder geanalyseerd worden om te begrijpen welk deel van
de meting bepaald wordt door bodemvocht, en welk deel door de vegetatie.
Grant heeft tijdens haar promotieonderzoek de L-band straling van bossen gemeten
met behulp van instrumenten op meettorens, in vliegtuigen en op de grond. Zij
analyseerde het gemeten signaal en onderzocht de straling van de bodem en van de
verschillende lagen van het bos bij verschillende vochtomstandigheden. Hetzelfde
soort onderzoek gebeurt op verscheidene plekken ter wereld ook voor andere
algemene vegetatietypen zoals gras en gewassen en boven niet-begroeide
oppervlaktes als bijvoorbeeld woestijnen en ijsvlaktes.
Het onderzoek van Grant was een samenwerking tussen de Vrije Universiteit
Amsterdam en het Franse nationale onderzoeksinstituut INRA, waarbij aanvullend is
samengewerkt met andere Europese en Australische onderzoeksgroepen.