Sociaal-Economische Raad


* Links

19 juni 2009
De SER heeft vanochtend unaniem een advies over Europa 2020: de nieuwe Lissabon-strategie vastgesteld. Het kabinet heeft bij de SER twee adviesaanvragen ingediend, een over de Lissabon-strategie en een over de Europese sociale beleidsagenda. De SER heeft besloten beide aanvragen in één advies te combineren.
De SER onderstreept in dit advies dat de sociaaleconomische beleidsagenda na 2010 gericht moet blijven op welvaartsgroei in brede zin: een sterke combinatie van people, profit en planet.. Door de huidige crisis zakt Europa onvermijdelijk terug in welvaartsniveau en in omvang van de arbeidsparticipatie. Bovendien leidt de crisis tot een substantiële stijging van de overheidsschulden van de lidstaten. Dat alles is volgens de SER geen reden om de koers te veranderen.

FNV-voorzitter Agnes Jongerius (namens de drie vakcentrales) vindt een vernieuwde Lissabon-strategie cruciaal voor Europa. Zij ziet het als een grote meerwaarde dat de Nederlandse sociale partners in de SER de regering oproepen de gelijkwaardigheid van alle drie de pijlers van de nieuwe Lissabon-strategie te erkennen. Ze onderstreept verder de noodzaak voor afstemming en samenwerking. In Nederland, maar ook daar buiten. "Afstemming met andere EU-lidstaten is broodnodig om de ergste gevolgen van de crisis te verzachten. Onze regeringsleiders zijn goed in staat geweest de banken te redden, maar ze slagen er onvoldoende in concrete afspraken te maken om de werkloosheid te bestrijden." Jongerius pleit voor een duurzame sociale markteconomie. Ze maakt zich wel zorgen over de arbeidsvoorwaarden van de werknemers uit de nieuwe EU-lidstaten op onder andere de Nederlandse arbeidsmarkt. Zij is blij dat het advies spreekt van gelijkheid van sociale en economische grondrechten. Dat is het Europese sociale model waar de vakbeweging voor staat.

VNO-voorzitter Bernard Wientjes onderstreept het belang van de Europese sociale dialoog, die in zijn ogen steeds meer een echte dialoog is geworden. Volgens hem is het inmiddels een goede traditie dat de sociale partners een unaniem advies over Europa uitbrengen. Het advies sluit ook goed aan bij het eerdere advies over duurzame globalisering. Bovendien is het volgens hem gelukt om in het advies over de crisis heen te kijken en te laten zien wat de betekenis van Europa dan kan zijn, bijvoorbeeld voor kennis en innovatie. Verder benadrukt hij de waarde van de interne markt voor de individuele burgers. "De winst die we uit Europa halen, is vele malen groter dan de kosten." Wientjes waarschuwt wel voor het gevaar van protectionisme. "Dat is het ergste wat je kunt hebben, maar je ziet het elke dag om je heen."

Ook volgens LTO-voorzitter Albert-Jan Maat wordt in sommige EU-landen nu te snel gekozen voor een protectionistische benadering. De groei in zijn sector wordt verder opgehouden doordat nog niet in alle landen de euro is ingevoerd. Verder vindt hij dat innovatie geen losse kreet moet worden. Innovatie staat terecht centraal in de Lissabon-strategie en kan volgens hem de sleutel zijn om ernstige problemen als voedseltekort, slinkende energievoorraden en het klimaatprobleem het hoofd te bieden. Met het advies heeft de SER een aanzet gegeven voor een agenda die niet alleen economisch leidend is, maar waarmee Europa op alle vlakken een wereldleider kan zijn. De SER moet daarvoor meer zijn nek uitsteken, vindt hij. "Mijn grote wens is om ons nu niet te beperken tot alleen het uitbrengen van dit advies. Met dit advies in de hand kunnen we het kabinet een duw in de goede richting geven."

MKB-voorzitter Loek Hermans staat stil bij de mogelijke knelpunten voor het ondernemerschap in EU-verband. Uitgangspunt moet volgens hem zijn dat regelgeving en programma's op de maat van het MKB worden gesneden, dat immers 99 procent van alle ondernemingen betreft. Regels moeten niet alleen toepasbaar zijn voor industriële producenten, maar ook voor kleinschalige en ambachtelijke producenten zoals bijvoorbeeld slagers, bakkers en zuivelboerderijen, vindt hij. Op het gebied van R&D ziet hij dat er voor het bedrijfsleven grote kansen liggen in Europa. "Maar groot en klein hebben elkaar daarbij nodig. We pleiten er voor om ook naar de positie van klein te kijken om tot goede resultaten te kunnen komen."

Ook kroonlid Theo Bovens pleit voor een grote rol van dit advies bij de besluitvorming van het kabinet over de Lissabon-strategie. "Dit advies kan het kabinet helpen grote stappen vooruit te zetten." Toch is hem opgevallen dat de Lissabon-strategie de afgelopen weken geen onderwerp is geweest in de verkiezingstrijd. Bovens pleit verder voor een zeer vrij verkeer van kennis. Binnen Europa moeten we volop kennis delen, vindt hij. "We denken nog te vaak vanuit het nationale perspectief en maken dan voor het geheel lijstjes over bijvoorbeeld R&D-uitgaven. Hierdoor wordt het gemiddelde de norm en niet meer het hoogst haalbare. In Europa is meer discussie nodig over verschillen tussen landen en hoe daarmee om te gaan."