Hoge Raad der Nederlanden

Op 23 juni 2009 uitspraak op herzieningsverzoek mw. C.M. (Ina) Post

Mw. Post is op 25 mei 1987 door het hof `s-Gravenhage veroordeeld tot zes jaar gevangenisstraf wegens doodslag en valsheid in geschrift. Het hof achtte bewezen dat zij op 22 augustus 1986 in Leidschendam het bejaarde slachtoffer bij wie zij regelmatig werkte in de woning van het slachtoffer heeft gewurgd en dat zij kascheques van het slachtoffer heeft verzilverd.
Voor het bewijs heeft het hof vooral gebruik gemaakt van de bekennende verklaring die mw. Post op 11 september 1986 tegenover de politie heeft afgelegd. Uit de bewijsvoering van het hof volgt dat het tijdstip van overlijden van het slachtoffer op 22 augustus 1986 moet hebben gelegen tussen 18.00 uur (het tijdstip waarop de aanvraagster volgens die bekennende verklaring naar de woning van het slachtoffer is vertrokken) en 19.10 uur (het tijdstip waarop het slachtoffer dood is aangetroffen).

Naar aanleiding van het strafproces tegen mw. Post heeft prof. dr. P.J. van Koppen zich, mede namens zijn collega's prof. dr. H.L.F.M. Crombag en dr. J.T. Israëls, tot de Commissie Evaluatie Afgesloten Strafzaken (CEAS) gewend met het verzoek tot het verrichten van een onderzoek in deze zaak. De CEAS heeft een onderzoek noodzakelijk geacht en voor dat onderzoek een driemanschap aangewezen. In zijn rapport adviseerde het driemanschap het College van procureurs-generaal het dossier over te dragen aan de procureur-generaal bij de Hoge Raad om een herzieningsprocedure in overweging te kunnen nemen.

Herzieningsverzoek
Namens mw. Post heeft mr. G.G.J. Knoops, advocaat in Amsterdam, bij de Hoge Raad een aanvrage tot herziening van de uitspraak van het hof ingediend. Op 4 juni 2008 heeft de raadsman de aanvrage bij de Hoge Raad mondeling toegelicht.
In het herzieningsverzoek wordt onder meer als novum aangevoerd dat uit nader onderzoek is gebleken dat het tijdstip van overlijden van het slachtoffer, waarvan het hof is uitgegaan, niet juist kan zijn. Advocaat-generaal mr. W. Vellinga heeft op 21 april 2009 de Hoge Raad geadviseerd het herzieningsverzoek toe te wijzen (zie LJN BI1689).

De herzieningsprocedure
Onder bijzondere omstandigheden is het mogelijk dat inbreuk wordt gemaakt op het uitgangspunt dat een onherroepelijk veroordeling door de strafrechter definitief is. Dat is het geval als een aanvrage tot herziening van zo'n veroordeling wordt gedaan en na onderzoek gegrond wordt bevonden. Dat kan als het gaat om een nieuwe feitelijke omstandigheid (een zogenaamd `novum') die bij het onderzoek op de terechtzitting niet aan de rechter bekend was en die het ernstige vermoeden wekt dat die, als de rechter daarmee wel bekend was geweest, tot niet-ontvankelijkverklaring van het openbaar ministerie of vrijspraak van de aanvrager zou hebben geleid. Dit buitengewone rechtsmiddel van herziening kan leiden tot heropening van een strafproces dat met een onherroepelijke veroordeling was afgerond.

Uitspraak
De Hoge Raad zal op dinsdag 23 juni 2009 om 12.00 uur uitspraak doen op het herzieningsverzoek.
Plaats: grote zittingzaal, Kazernestraat 52, Den Haag. De uitspraak met een samenvatting (zaaknr. 01631/06) zal rond 12.15 uur worden gepubliceerd op de website rechtspraak.nl. De samenvatting zal tegelijkertijd aan de pers worden gemaild.
Na afloop van de zitting zal in de centrale hal van de Hoge Raad de samenvatting van de uitspraak gereed liggen voor belangstellenden.

Persraadsheer mr. W.A.M. van Schendel is na afloop van de zitting tot 13.00 uur in de hal van het gebouw beschikbaar voor het geven van een toelichting, hij zal ook (via onderstaand nummer) telefonisch bereikbaar zijn tot 14.00 uur.

Aanmelding door de pers:
Met het oog op de belangstelling voor deze zaak wordt pers verzocht om zich voor het bijwonen van deze zitting uiterlijk op maandag 22 juni 16.00 uur per mail aan te melden op het mailadres: d.schreuders@hogeraad.nl
Dit geldt voor zowel audio-visuele media, inclusief fotografen, als voor schrijvende pers.
De aanmelding voor het bijwonen van de zitting dient in te houden:
- naam van de omroep waarvoor men zich meldt, met contactpersoon en telefoonnummer

- namen van de personen die aanwezig zullen zijn
- vermelding: TV / radio / fotograaf / schrijvende pers.

Aan de hand van de aanmeldingen wordt er voor gezorgd dat de pers een plaats heeft in de grote zittingzaal van de Hoge Raad. Mocht dit niet mogelijk zijn vanwege een te groot aantal aanmeldingen, dan zullen wij eventueel voor televisie ploegen moeten terugvallen op een pouleregeling.

Opnames dienen zich te beperken tot de professionele procesdeelnemers (de togadragers). Pers dient zelf tevoren toestemming te vragen aan de aanvraagster, haar familieleden en/of overige publiek voor filmen of fotograferen.

Interviews kunnen niet in de grote zittingzaal, maar wel elders binnen het gebouw van de Hoge Raad plaatsvinden, in overleg met mw. Hartogs.

Pers wordt verzocht om uiterlijk om 11.30 uur aanwezig te zijn in de grote zittingzaal van de Hoge Raad, ingang Kazernestraat 52, Den Haag.

Men dient rekening te houden met controle door de beveiliging: gecontroleerd wordt op de perskaart en tassen en apparatuur zullen worden gescand. Het is de bedoeling dat de pers haar plaats in de grote zittingzaal zal kunnen innemen en apparatuur zal kunnen klaar zetten, voordat het publiek naar binnen gaat. Rond 11.45 uur moet duidelijk zijn of er nog stoelen voor algemeen publiek vrij zijn en zo ja, hoeveel.

Algemeen publiek:
Publiek zal, voorzover het aantal plaatsen dit toelaat, vanaf 11.45 uur in de zaal worden toegelaten, totdat alle stoelen zijn bezet. Daarna wordt publiek niet meer toegelaten.

Den Haag, 19 juni 2009
mw. mr. E. Hartogs, griffier
tel 070 - 3611236


Bron: Hoge Raad der Nederlanden
Datum actualiteit: 19 juni 2009 Naar boven