SGP
29 - 06 - 09 | Maat houden bij vergunningen
Bedrijven en burgers hoeven voor een project niet meer verschillende
vergunningen aan te vragen. Eén aanvraag volstaat. Interessant punt
is de voorgestelde verruiming van het vergunningvrij bouwen. Je kunt
zo ongeveer je hele achtertuin volbouwen tot 5 meter hoog zonder dat
je een vergunning aan hoeft te vragen. Dat gaat de SGP te ver. Een
dakkapel en een tuinhuisje moet je vergunningvrij kunnen bouwen, maar
je hele achtertuin volbouwen is toch van een andere orde van grootte.
---
Wabo
29 juni 2009
Van der Staaij
Wabo algemeen
De invoering van de omgevingsvergunning staat of valt met de
beschikbaarheid van de ICT-voorzieningen. Mijn fractie maakt zich hier
grote zorgen over. De Kamer was toegezegd dat de het landelijke
systeem, Omgevingsloket Online, ruim op tijd klaar zou zijn. Deze
blijkt echter pas vanaf 15 november a.s. volledig operationeel te
zijn. Ik heb begrepen dat de overheden al wel kunnen oefenen met het
systeem, maar alleen voor het eenvoudigere deel van de
vergunningaanvragen. Ik vrees dat op 1 januari a.s. de landelijke
voorziening wel gereed is, maar dat nog weinig overheden aangesloten
zijn. Hoe kijkt de minister hier tegenaan? Zij geeft aan dat het een
eigen verantwoordelijkheid van de overheden is dat zij hun eigen
ICT-voorzieningen op tijd realiseren.
Dat vindt mijn fractie te kort door de bocht. Het gaat om
vereenvoudiging van de procedures voor bedrijfsleven en burgers. Zij
moeten er van uit kunnen gaan dat de overheden bij invoering van de
omgevingsvergunning een up-to-date systeem hebben. Met IPO en VNG is
na de zomer een evaluatiemoment gepland om te bezien hoe het optuigen
van de landelijke ICT-voorziening verloopt. Is uitstel van de
invoerdatum bij dit evaluatiemoment ook een overweging, als blijkt dat
een aantal gemeenten de aansluiting op het landelijke systeem niet op
tijd op orde kunnen hebben?
In diverse gemeenten lopen pilots met een omgevingsloket. Worden deze
pilots nog geëvalueerd? Wat zijn de belangrijkste knelpunten waar
deze gemeenten tegenaan lopen? Zijn burgers en bedrijfsleven tevreden
over de gevolgde procedures? Is het signaal juist dat de aanvraag in
twee fasen niet voldoet en bedrijven liever met deelvergunningen
werken?
Na invoering van de Wabo mag de kar niet stil staan. In dit licht wil
ik de minister een uitspraak van een enigszins pessimistische
wethouder meegeven: âEen bundel bureaucratie blijft bureaucratieâ.
Positie waterschappen â indirecte lozingen
De SGP-fractie heeft bij het wetgevingsoverleg over de Wabo (nov. â08)
aandacht gevraagd voor de bevoegdheden van de waterschappen met
betrekking tot de indirecte lozingen. Tot op heden zijn de
waterschappen verantwoordelijk voor vergunningverlening en handhaving
van lozingen door bedrijven op het riool. Zij beheren de
rioolwaterzuiveringsinstallaties en hebben veel deskundigheid omtrent
oppervlaktewaterkwaliteit in huis. Helaas gaat met de invoering van de
Wabo de verantwoordelijkheid voor de indirecte lozingen naar de
gemeente. Dat betekent dubbel werk, omdat gemeenten afhankelijk
blijven van de inzet van de waterschappen. Eén loket is goed,
daarachter zou de bestaande kennis en ervaring en de daaraan
gekoppelde bevoegdheden echter moeten blijven waar ze zijn. Dit
voorkomt onnodig gedoe tussen waterschap en gemeente en is in het
belang van de kwaliteit van ons oppervlaktewater. Toen is anders
besloten. Mijn fractie krijgt echter signalen dat met name
waterschappen de dupe worden van de vertraging die opgelopen wordt bij
de invoering van de Wabo. Zoals eerder gezegd is de kans groot dat op
1 januari a.s. de landelijke ICT-voorziening afgerond is, maar dat nog
weinig overheden aangesloten zijn. Waterschappen al helemaal niet.
Krijgen waterschappen überhaupt toegang tot de dossiermodules van
gemeentelijke ICT-systemen? Het lijkt mijn fractie verstandiger en
effectiever om de bevoegdheden van de waterschappen niet per 1 januari
2010 over te dragen aan de gemeenten, maar per 2012 aan de regionale
uitvoeringsorganisaties. Staat de minister in dit licht ook positief
tegenover het amendement dat collega Cramer heeft ingediend bij de
behandeling van de Invoeringswet Waterwet?
Invoeringswet Wabo
De SGP-fractie heeft nog enkele vragen bij de invoeringswet van de
Wabo.
In de schriftelijke vragenronde heeft mijn fractie de vinger gelegd
bij de verplichte koppeling tussen het projectbesluit, wat per 1
januari a.s. de omgevingsvergunning wordt, en de herziening van het
bestemmingsplan in de Wro. In de praktijk blijkt deze koppeling
vanwege de dubbele procedure en bijbehorende administratieve lasten
voor een aantal gemeenten een belemmering te zijn om te werken met
projectbesluiten. Dat is jammer. Zo kan niet goed ingesprongen worden
op de huidige dynamiek van ruimtelijke ontwikkeling. De minister
erkent dit. Zij geeft aan dat zij op basis van de gestarte evaluatie
van de Wro zal bezien of de toepassing van het projectbesluit, en
later de omgevingsvergunning, aantrekkelijker gemaakt moet worden.
Wanneer zal deze evaluatie afgerond worden? Mag ik uit de woorden van
de minister opmaken dat zij afhankelijk van de evaluatie bereid is de
verplichte koppeling los te laten?
In bijlage I worden complexe aanvragen genoemd waarop de uitgebreide
procedure van toepassing is. In hoeverre vallen deze samen met de
complexe aanvragen waar in het principeakkoord over de regionale
uitvoeringsorganisatie over gesproken wordt?
Akkoord omgevingsdiensten
De package deal over de omgevingsdiensten ziet er beter uit dan
oorspronkelijke inzet van het kabinet. De SGP-fractie maakt eruit op
dat het gros van de taken ten aanzien van vergunningverlening en
handhaving gewoon blijft op het niveau waar ze thuishoort, de
gemeenten. Mijn fractie hecht aan decentralisering en autonomie van
gemeenten. De package deal lijkt hieraan tegemoet te komen.
Mijn fractie vindt het belangrijk dat de samenwerking in regionale
uitvoeringsorganisaties in principe van onderaf vormgegeven wordt.
Bestaande samenwerkingsverbanden moeten niet overruled worden. Mijn
fractie vraagt de minister zich daarom niet te fixeren op het aantal
van ongeveer 25 diensten en de koppeling aan de veiligheidsregioâs.
Hier moet soepel mee omgegaan worden. Neem bijvoorbeeld de provincie
Gelderland. Deze provincie is goed op weg met het project âGelderse
maatâ. De meeste Gelderse gemeenten steun deze aanpak. Ik heb begrepen
dat het echter niet helemaal aansluit op de aanwezige
veiligheidsregioâs. Mijn fractie vindt dat ze die vrijheid moeten
krijgen. Gaat de minister hierin mee?
Het is van belang dat er duidelijke kwaliteitscriteria komen waaraan
gemeenten en provincies de kwaliteit van vergunningverlening en
handhaving kunnen meten. Dan wordt voor elke gemeente en provincie
duidelijk waarin zij tekortschiet. Is het niet wenselijk als de
vormgeving van de regionale uitvoeringsorganisaties hiervan
afhankelijk gemaakt wordt? Nu moeten zowel de kwaliteitscriteria als
de vormgeving van de omgevingsdiensten al voor 1 januari 2010 op tafel
liggen. Is de minister bereid eerst de kwaliteitscriteria op te
stellen en provincies en gemeenten daarna nog de tijd te geven voor de
vormgeving van de omgevingsdiensten?
Besluit omgevingsrecht â vergunningvrij bouwen
De voorgestelde verruiming van het vergunningvrij bouwen in het
Besluit Omgevingsrecht vindt mijn fractie in principe positief. Voor
een dakkapel hoeft wat mijn fractie betreft geen vergunning
aangevraagd te worden. In de uitwerking gaat de verruiming echter veel
te ver. Als het echt zo is dat op grond van artikel 3 van het Besluit
Omgevingsrecht geen limiet gesteld wordt aan de oppervlakte van een
vergunningsvrij bouwwerk, dan zie ik grote problemen opdoemen. Dat zou
dus kunnen betekenen dat binnen de bouwruimte die het bestemmingsplan
biedt alle ruimte op het achtererf volgebouwd kan worden tot een
hoogte van 5 meter. Is dat wat de minister voor ogen heeft? In
hoeverre kunnen gemeenten nog kwaliteitsbeleid voeren voor de
bouwwerken die vergunningvrij zijn verklaard? Dat aspect wringt met
name in het buitengebied. Is het niet beter om vergunningsvrij bouwen
alleen toe te staan binnen de kaders van het bestemmingsplan? Hoe
groot is bovendien het risico dat het handje wordt gelicht met de
eisen van het Bouwbesluit en de gemeente onvoldoende mogelijkheden
heeft om te handhaven?