Partij van de Arbeid

Den Haag, 3 juli 2009

Schriftelijke vragen van het lid Arib (PvdA) aan de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en de minister voor Werken, Wonen en Integratie


1.
Hebt u kennisgenomen van het onlangs verschenen onderzoek "suïcidaal gedrag van jonge migranten vrouwen in Nederland"? 1


2.
Wat vindt u ervan dat 20 procent van de Surinaams- Hindoestaanse meisjes, 15 procent van de Turkse, 10 procent van de Nederlandse en ruim 6 procent van de Marokkaanse meisjes ooit een zelfmoordpoging heeft gedaan?


3.
Worden zelfmoordpogingen geregistreerd door ziekenhuizen en crisisdiensten? Zo nee waarom niet? Wordt de etnische afkomst bij suïcidepogingen landelijk geregistreerd door het CBS? Zo nee, waarom niet?


4.
Herinnert u zich de eerdere schriftelijke vragen van het lid Arib over zelfmoordpogingen van Surinaamse en Turkse meisjes in de regio Haaglanden en de antwoorden hierop, namelijk dat het de verantwoordelijkheid van de (koepels van) zorgaanbieders is om ervoor te zorgen dat de hulpverlening aan allochtone meisjes toegankelijk moet zijn? Bent u van mening dat de hulpverlening voor allochtone meisjes op dit moment voldoende toegankelijk is? Bent u, gezien de schrikbarende cijfers over zelfmoordpogingen onder allochtone meisjes, nog steeds van mening dat dit alleen een verantwoordelijkheid is van de (koepels) van de zorgaanbieders? Bent u van mening dat zij hun verantwoordelijkheid in deze voldoende nemen? Heeft de overheid een verantwoordelijkheid in deze? Zo ja, welke?


5.
Deelt u de mening dat de geestelijke gezondheidszorg en reguliere hulpverlening ernstig tekort schieten als het gaat om adequate hulpverlening aan allochtone meisjes met psychische problemen? Zo ja, bent u het met mij eens dat het de verantwoordelijkheid van de overheid is om de instellingen voor geestelijke gezondheidszorg en reguliere zorginstellingen aan te spreken op hun verantwoordelijkheid om deze doelgroep te bereiken? Hoe gaat u dit doen?


6.
Wat vindt u ervan dat bij zelfmoordpogingen onder allochtone meisjes de beperking van keuzevrijheid bij deze meisjes een belangrijke factor is? Vindt u het acceptabel dat deze meisjes nog steeds in hun keuzevrijheid, wat betreft huwelijk, relatievorming, echtscheiding, seksualiteit en bewegingsvrijheid, worden beperkt door hun familie en omgeving? Zo nee, kunt u aangeven wat u tot nu toe hebt gedaan om deze meisjes in hun gevecht voor meer vrije keuze te steunen of te stimuleren? Kunt u een overzicht geven van de maatregelen die u heeft genomen vanaf 2006 en de effecten van deze maatregelen?


7.
Kunt u aangeven wat de stand van zaken is met betrekking tot de interculturalisatie van de zorg en in het bijzonder van de GGZ? Bestaat de projectgroep interculturalisatie van de zorg nog en zo ja wat zijn de activiteiten die deze projectgroep tot nu toe heeft ondernomen?


8.
Bent u bereid samen met collega bewindspersonen met een integraal plan van aanpak te komen waarin u de huidige stand van zaken aangeeft, de gewenste situatie, concrete maatregelen om deze meisjes in hun strijd voor meer keuze vrijheid te steunen, de verschillende actoren, organisaties en instellingen die hierbij worden betrokken en het tijdspad dat wordt gehanteerd? Wanneer kan de Kamer dit plan van aanpak ontvangen?


* Suicidaal gedrag van jonge migranten vrouwen in Nederland, Diana van Bergen, Vrije Universiteit Amsterdam, juin 2009
* Schriftelijke vragen Arib, nr 619, vergaderjaar 2005-2006