Gemeente Rhenen


Woonruimte tijdelijk verhuren

Op grond van de Leegstandswet bestaat de mogelijkheid om bij de gemeente een vergunning aan te vragen voor het tijdelijk verhuren van woonruimte. In dat geval zijn de huurbeschermingsbepalingen uit het Burgerlijk Wetboek niet van toepassing.

Op grond van de Leegstandswet bestaat de mogelijkheid om bij de gemeente een vergunning aan te vragen voor het tijdelijk verhuren van woonruimte. Deze tijdelijke vergunning heeft verschillende voordelen:
1. Bij tijdelijke verhuur zijn de huurbeschermingsbepalingen uit het Burgerlijk Wetboek niet van toepassing. Wel worden op basis van de Leegstandswet duidelijke afspraken gemaakt over de opzegging. Zo moet de huurovereenkomst tenminste 6 maanden gelden en geldt een opzegtermijn voor maximaal één maand voor de huurder;
2. De eigenaar kan dubbele hypotheeklasten deels compenseren;
3. De tijdelijk huurder heeft een woning. Het huren heeft geen consequentie voor de inschrijftijd voor een reguliere woning;
4. De huurder betaalt de huurprijs die door het college van burgemeester en wethouders wordt vastgesteld op basis van het woningwaarderingsstelsel.

Een vergunning op grond van de Leegstandswet kan worden verleend voor de volgende categorieën woonruimte:

1. Woonruimte in een gebouw bestemd voor groepsgewijze huisvesting, verzorging of verpleging, logiesverschaffing, administratie en/of onderwijs dat in afwachting is van een bepaalde andere bestemming;
2. woonruimte in een voor de verkoop bestemde woning, die


* Nog nooit bewoond is geweest (nieuwbouwwoning);
* In de twaalf maanden voordat de woning leeg kwam te staan door de eigenaar geheel of grotendeels bewoond is geweest (of, wanneer de woning minder dan een jaar geleden is opgeleverd, sindsdien door de eigenaar bewoond is geweest);

* In de tien jaar voordat de woning leeg kwam te staan slechts drie jaar (geheel of gedeeltelijk) verhuurd is geweest;


3. Woonruimte in een voor sloop of renovatie bestemde huurwoning.

De gemeente kan de vergunning voor maximaal 2 jaar verstrekken. Op verzoek van de eigenaar of beheerder van de woning kan de vergunning worden verlengd met maximaal één jaar, maar de totale duur mag niet meer zijn dan vijf jaar. De gemeente moet de vergunningaanvraag beoordelen aan de hand van de volgende criteria zoals genoemd in de wet:

1. De vergunning wordt aangevraagd voor een van de bovengenoemde categorieën van woonruimte;

2. De woonruimte staat leeg;

3. Van de eigenaar kan in redelijkheid niet worden gevergd dat deze het gebouw of de woning op een andere wijze dan door het aangaan van een of meer huurovereenkomsten op grond van de Leegstandswet aan de volkshuisvesting dienstbaar maakt;

4. De eigenaar toont aan dat de te verhuren woonruimte, gelet op de omstandigheden en mogelijkheden, in voldoende mate bewoond zal worden;

5. Voor woonruimte in een voor sloop of renovatie bestemde huurwoning: de (te verwachten) renovatie of sloop moet ingrijpend zijn en binnen een redelijke termijn plaatsvinden.
6. Er is nog niet eerder een vergunning voor dezelfde woonruimte afgegeven.

Het college van burgemeester en wethouders kàn de aanvraag altijd afwijzen, maar moet dit dan wel goed motiveren. Er is op grond van de Leegstandswet geen bezwaar of beroep mogelijk.

Nadelen
Er kleven ook nadelen aan het tijdelijk verhuren van een koopwoning: de hypotheekrente voor de verhuurde woning kan men namelijk niet meer aftrekken van de belasting. Het is daarom altijd raadzaam om eerst een financieel adviseur te raadplegen.

Vergunning aanvragen?
Een vergunning voor het tijdelijk verhuren op grond van de Leegstandswet kunt u aanvragen bij de gemeente. Bij de informatiebalie van de afdeling VROM kunt u iedere ochtend van 8.30 uur tot 12.30 uur een aanvraagformulier krijgen. Meer informatie leest u in de VNG-brochure en het overzicht van Veelgestelde Vragen.

De vergunning voor tijdelijke verhuur moet vóórdat u uw woning gaat verhuren verleend zijn. Bovendien moet in de huurovereenkomst expliciet naar de vergunning worden verwezen.