Voedsel en Waren Autoriteit

Eisen aan onvoldoende verhitte zuivelproducten voor veevoer

14 juli 2009 - nieuwsbericht

Onverhitte zuivelproducten kunnen een bron zijn van ziekteverwekkende virussen. Het gebruik van onvoldoende verhitte zuivelproducten als voer voor landbouwhuisdieren vormt daarom een potentieel risico voor het uitbreken van een besmettelijke dierziekte of zoönose. Onvoldoende verhitte rauwe melk zou niet naar bedrijven mogen worden afgevoerd. Het aantal bedrijven dat rauwmelkse wei aanvoert, kan worden vrijgelaten als deze bedrijven rekening houden met de maximale opslagtermijn en pH-waarde. Bovendien is het te overwegen om onverhitte zuivelproducten niet verder te vervoeren dan het toezichtsgebied bij een dierziekte-uitbraak.

Dit adviseert bureau Risicobeoordeling van de Voedsel en Waren Autoriteit (VWA). Voor het gebruik van bepaalde zuivelproducten als voer voor landbouwhuisdieren zijn Europese regels opgesteld. Het bureau Risicobeoordeling van de VWA heeft een risicobeoordeling opgesteld voor de uitvoering van de regelgeving. De risicobeoordeling is gebaseerd op het meest ongunstige scenario, namelijk een mogelijke uitbraak van mond- en klauwzeer (MKZ). Het vervoederen van met MKZ-virus besmette zuivelproducten levert immers een zeer grote kans op een uitbraak van MKZ.

Het bureau Risicobeoordeling van de VWA oordeelt en adviseert wetenschappelijk onderbouwd over mogelijke bedreigingen van de voedsel- en productveiligheid, diergezondheid en dierwelzijn. De onafhankelijke uitoefening van deze opdracht is geregeld in de Wet Onafhankelijke Risicobeoordeling Voedsel en Waren Autoriteit die in 2006 door het parlement is aangenomen. Adviezen in het kader van de wet worden uitgebracht aan de ministers van Landbouw Natuur en Voedselkwaliteit (LNV) en Volksgezondheid Welzijn en Sport (VWS).