FNV Bouw

Veiligheid spoor: beter, maar nog niet goed

De Inspectie Verkeer en Waterstaat vindt dat het de goede kant op gaat met de veiligheid op het spoor. Dat valt te lezen in de vandaag uitgekomen Jaarrapportages 2008. Sectorbestuurder Hans Crombeen van FNV Bouw & Infra onderkent de positieve trend. Maar hij waarschuwt tegen te groot optimisme: "De situatie wás erbarmelijk. Nu zijn er minder ongevallen. Maar het gaat dus nog lang niet goed." Bovendien wijst Crombeen op het toenemend aantal nacht- en weekenddiensten: "Mensen hebben gekozen voor een beroep met nachtdiensten. Maar ze hebben er niet voor gekozen om bijna uitsluitend 's nachts te werken."

Het klinkt cynisch dat er aan het spoor maximaal één dode mag vallen in 2,5 jaar. Over de afgelopen vijf jaar lag het aantal dodelijke slachtoffers echter 50% boven dit streefgetal, aldus het rapport van de Inspectie Verkeer en Waterstaat. Die heeft echter goede hoop dat in 2010 en volgende jaren het aantal dodelijke ongevallen verder daalt. Want moest de inspectie in 2002 nog 41 van de 100 werken stilleggen wegens te grote veiligheidsrisico's, in 2008 was het aantal stilleggingen gedaald tot minder dan 5%.

"Toch hebben wij de afgelopen tijd bij werkenbezoeken veel klachten gehoord over ontbreken van veiligheidsvoorzieningen", aldus sectorbestuurder Hans Crombeen. Als voorbeeld noemt hij de vlaggenman: "We hoorden dat die soms binnen 24 uur aan zijn tweede dienst van acht uur bezig was. In plaats van te zwaaien voor aankomend gevaar stond hij zelf te zwaaien van vermoeidheid." Crombeen vindt het een goede zaak dat de Inspectie Verkeer en Waterstaat de veiligheidsvoorzieningen uit de concurrentiesfeer wil halen: "Die moeten verplicht door ProRail in de aanbesteding worden meegenomen. Dat zeggen wij ook altijd." Verder wil Crombeen dat in de ontwerpfase al rekening met de veiligheid wordt gehouden: "Wie een nieuw spoor aanlegt, kan meteen een hek zetten tussen twee sporen. Op die manier kan aan het ene spoor gewerkt worden zonder dat er onveilige situaties ontstaan als het andere niet wordt stilgelegd."

"Veel railbouwers voelen zich onveilig", aldus Crombeen. "In plaats van met hun werk bezig te zijn, blijven ze voortdurend op hun hoede voor aanstormend gevaar. Dat moet echt veranderen. Net als het veel te hoge aantal nachtdiensten. Stel je voor: vorig jaar augustus constateerde de inspectie al overschrijding van het maximale aantal nachtdiensten van 144. Toen moest de rest van het jaar nog komen."