Gemeente Utrecht

2009 SCHRIFTELIJKE VRAGEN
98 vragen van mevrouw N.R. Schipper
(ingekomen 26 augustus 2009
en antwoorden verzonden door het college op 6 oktober 2009)

Toelichting
Begin juli 2009 heeft het ministerie van VROM ook de gemeente Utrecht uitgenodigd deel te nemen aan proeftuinen. In de proeftuinen worden per doelgroep (analfabeten, laag-, midden- en hoogopgeleiden) experimentele trajecten uitgezet. In deze trajecten worden succesfactoren uitgewerkt en gemonitord. Ook wordt naar de duur van de trajecten gekeken. De proeftuinen kunnen vanaf september 2009 starten. De doorlooptijd van de monitor is tot eind 2010. De aanleiding voor de proeftuinen is dat in Nederland nauwelijks onderzoek is gedaan naar de effectiviteit en efficiëntie van inburgeringstrajecten (leerlastonderzoek) om inburgeraars in een zo kort mogelijk tijdsbestek op het taalniveau van het inburgerings- of staatsexamen te brengen. Het is echter nodig meer inzicht te krijgen in de wijze waarop het beste maatwerk geleverd kan worden aan de verschillende doelgroepen inburgeraars. Voor deelname aan de proeftuinen en de monitor worden door het ministerie extra geld gegeven. Dit geld is bedoeld voor de extra werkzaamheden die deelname aan de proeftuinen meebrengen, zoals het verwerken van de succesfactoren in inburgeringstrajecten, medewerking van de taalaanbieders aan de monitor en om eventueel externe expertise in te kopen voor begeleiding van de trajecten.

Navraag heeft GroenLinks geleerd dat de gemeente Utrecht zich heeft aangemeld voor de proeftuinen inburgering.

Gisteren (25 augustus) maakte minister Van der Laan bekend dat het aantal gestarte cursussen dit jaar tegen valt. Hij wil dat inburgeringsplichtigen allemaal zo spoedig mogelijk een aanbod van de gemeenten krijgen en dat vrijwillige inburgeraars gerichter en effectiever worden benaderd om de cursussen te gaan volgen. Volgens het ministerie zijn er tot en met juli 20.000 inburgeringstrajecten geregistreerd. Van de 52 grotere gemeenten lopen er echter 13 op schema. De gemeente Utrecht staat geregistreerd voor slechts 389 gerealiseerde trajecten.

In de begroting 2009 geeft het college aan dat zij in 2009 1.250 inburgeringstrajecten realiseert. En dat het slagingspercentage zal stijgen naar 55% (slagingspercentage in 2007 was 46 voor de nieuwkomers en 43 voor de oudkomers).

GroenLinks maakt zich grote zorgen over de kwantiteit van het aantal trajecten. Halverwege 2009 heeft het college slechts 389 van de 1250 trajecten behaald. Daarnaast vraagt GroenLinks zich af of de kwaliteit van de trajecten wel voldoende is, wij twijfelen sterk of het college wel voldoende maatwerk levert.

Vragen:

.

1. Kloppen de cijfers van het ministerie van VROM, zijn in Utrecht tot augustus slechts 389 inburgeringtrajecten gerealiseerd? Nee. Tot augustus hebben we 656 trajecten gerealiseerd. De actuele teller staat op 711. Op dit moment (eind augustus 2009) is er nog een verschil van 245 trajecten met de registratie van het Ministerie.

Zo ja, welke inspanningen gaat het college leveren om de overige trajecten te realiseren?

Zo nee, hoe komt het dat de cijfers verschillen?
De verschillen in cijfers zijn te verklaren door prioritering in werkzaamheden. De registratie in het landelijjk informatiesysteem ISI wordt in komender periode ingevoerd.
2. Haalt het college het geformuleerde slagingspercentage? Dat is nog niet bekend. Het slagingspercentage wordt geregistreerd door de Informatie Beheergroep. De informatie vanuit de IB-groep is tot nu toe niet betrouwbaar. Zo worden behaalde Staatsexamens NT II van inburgeringsbehoeftigen niet meegeteld in het percentage. Over 2008 is een slagingspercentage gerapporteerd van 79%. Wij verwachten dat dit percentage in 2009 zal dalen, omdat de snel lerende inburgeraars als eerste examen hebben gedaan. Zo nee, kan het college dit verklaren?


3. Kan het college motiveren waarom zij zich heeft aangemeld voor de proeftuinen? De proeftuinen sluiten aan op de pilots die binnen de Taalschool van Bureau Inburgering zijn uitgevoerd. We willen de expertise die daar is opgebouwd, verder uitbouwen om de trajecten te verbeteren en het rendement te verhogen.


4. Is het college van mening dat de inburgeringstrajecten in Utrecht verbeterd kunnen worden? Ja. Het zou wel van erg veel zelfgenoegzaamheid getuigen als wij zouden menen dat het niet beter kan. Zo ja, op welk van de in de bijlage genoemde succesfactoren? Vrijwel alle in de bijlage genoemde succesfactoren zijn al aanwezig in Utrecht. Wij zien in deelname aan de proeftuinen een kans om de ontwikkelde expertise verder te formaliseren (bijvoorbeeld in procedures en protocollen), breder te implementeren en over te dragen. Ook is kwalificatie/certificering van docenten een mogelijkheid.


5. VROM is van mening dat een goede intake van groot belang is dat dit meer is dan het afnemen van een lijst met vragen. Hoe beoordeeld het college de huidige intake in dit licht? Ook onze intake is meer dan het afnemen van een lijst met vragen. Het gaat er om de wensen en mogelijkheden en beperkingen van de klant te verkennen, vast te stellen of hij inburgeringsplichtig is, de klant te informeren over de wet en zijn rechten en plichten en om het motiveren van de klant om deel te nemen aan een traject. Onze meertalige trajectbegeleiders kunnen indien nodig de eigen taal van de cliënt inzetten bij de intake. Dit bevordert een juiste diagnose en brengt het gesprek op een gelijkwaardig niveau, waardoor de inburgeraar inbreng heeft in de vormgeving van zijn traject. Dit zorgt voor meer maatwerk, verhoogt de motivatie en het rendement.


6. Als succesfactor van de intake wordt door VROM benoemd, het vervullen van randvoorwaardelijke en organisatorische zaken (zoals kinderopvang, cursuskosten etc.). Kan het college aangeven welke inspanningen zij hierop levert?
- De gemeente Utrecht heeft naast de reguliere kinderopvang (waar alleen inburgeringsplichtigen recht op hebben) twee informele manieren van kinderopvang geregeld: de 3 euro regeling en de wijkoppas.
- Utrecht betaalt voor alle inburgeraars ten minste één keer de cursus en het bijbehorende examen. Dat is overigens wettelijk verplicht, evenals de eigen bijdrage die inburgeraars verschuldigd zijn. Zoals u weet verstrekken wij een stimuleringsbonus ter hoogte van die eigen bijdrage indien mensen het traject afronden met minder dan 20% verzuim.
- Daarnaast hebben wij een aantal andere zaken geregeld in de randvoorwaardelijke sfeer, bijvoorbeeld: o Avondopenstelling: Bureau Inburgering is twee avonden per week geopend, zodat mensen die overdag werken gewoon op intake (en cursus) kunnen komen zonder dat zij daarvoor van hun werk weg hoeven te blijven. o Meertalige intakers, waardoor cliënten in hun eigen taal kan worden uitgelegd wat er van hen verwacht wordt.


7. Is het college van mening dat zij voldoende maatwerk biedt aan de grote variatie Utrechtse inburgeraars? Ja.
Zo ja, waarom?
Omdat wij trajecten inkopen naar intensiteit, en naar opleidingsniveau en startniveau van de cliënt, en omdat taalaanbieders ook binnen hun aanbod rekening houden met niveauverschillen tussen cliënten. Daarnaast hebben we een wijkgericht aanbod en bieden we ondersteunende projecten aan die bijdragen aan de participatie en taalvaardigheid van mensen. Tot slot bieden we trajectbegeleiding op maat en worden er zowel 's avonds als overdag taalcursussen aangeboden.

---- --