Ingezonden persbericht

EUROPESE UNIE

Comité van de Regio's
Perscommuniqué

De EU-Assemblee van regionale en lokale afgevaardigden
CdR/09/092.nl
Brussel, 7 oktober 2009

Groen partnerschap: burgemeesters uit EU en VS beloven samen te werken op klimaatgebied

Burgemeesters van gemeenten aan beide zijden van de Atlantische Oceaan hebben afgesproken gezamenlijk te gaan wijzen op de sleutelrol die de lokale en regionale bestuursniveaus spelen als het gaat over aanpassing aan de gevolgen van de klimaatverandering. Doel is dat die rol wordt erkend in de conclusies van de VN-klimaattop van december in Kopenhagen. Tijdens deze top zal het Comité van de Regio's (CvdR) deel uitmaken van de door het Zweedse voorzitterschap geleide officiële EU-delegatie en in die hoedanigheid de Europese regio's en steden vertegenwoordigen.

Op uitnodiging van het CvdR heeft Elizabeth B. Kautz, vicevoorzitster van de conferentie van burgemeesters van de VS (waarin steden met meer dan 30.000 inwoners zijn vertegenwoordigd), tijdens de CvdR-zitting van oktober jl. deelgenomen aan een debat over klimaatverandering. Kautz greep die gelegenheid ook aan om met CvdR-voorzitter Luc van den Brande en Eurocommissaris voor energie Andris Piebalgs te spreken over intensievere samenwerking tussen haar organisatie en de Europese tegenhanger daarvan, het Burgemeestersconvenant.

"De Amerikaanse burgemeesters staan zij aan zij met burgemeesters van over de hele wereld die de verstoring van het klimaat beschouwen als een acute bedreiging voor het milieu en de lokale economie. Toen onze nationale regering weigerde het Kyoto-protocol te ondertekenen, hebben bijna 1.000 Amerikaanse burgemeesters een eigen klimaatbeschermingsovereenkomst opgesteld en toegezegd de Kyoto-doelstellingen te zullen realiseren of zelfs meer dan dat. Onze burgemeesters gaan door met de ontwikkeling van succesvolle klimaatstrategieën en dringen er bij de nationale overheid op aan die te ondersteunen," aldus Kautz.

Van den Brande voegde daaraan toe: "Ik ben er zeer mee ingenomen dat onze collega's aan gene zijde van de Atlantische Oceaan overeen zijn gekomen te onderzoeken hoe wij allemaal nauwer kunnen samenwerken met het oog op onze gezamenlijke doelstelling: aanpassing aan de klimaatverandering op lokaal en regionaal niveau. Het volmondig door het CvdR gesteunde Burgemeestersconvenant, dat al door meer dan 700 burgemeesters uit de hele EU is ondertekend, maakt de deelnemers aan de klimaattop in Kopenhagen duidelijk dat regio's en steden al onophoudelijk proberen de klimaatverandering op plaatselijk niveau te bestrijden en daarbij vaak verder gaan dan hun nationale regeringen. Deze boodschap zal nog duidelijker overkomen als ze met die van de Amerikaanse conferentie van burgemeesters wordt gecombineerd."

Eurocommissaris Piebalgs verklaarde onder meer: "De strijd tegen de klimaatverandering kan alleen worden gewonnen als de belangrijkste slag in de steden wordt gevoerd. Ik ben erg trots dat Amerikaanse en Europese burgemeesters op dit vlak de handen ineen hebben geslagen en ik ben ervan overtuigd dat de gemeenten, als bestuursniveau dat het dichtst bij de burgers staat, alles in het werk zullen stellen om ervoor te zorgen dat in Kopenhagen een ambitieuze overeenkomst wordt gesloten."

Kautz, Van den Brande en Piebalgs discussieerden over concrete vormen van samenwerking op klimaatgebied, zoals 'groene' stedenbanden: die zouden Amerikaanse en Europese steden de kans geven goede praktijkvoorbeelden van aanpassing aan en mitigatie van de klimaatverandering uit te wisselen, en hun krachten te bundelen om de burgers bewust te maken van de noodzaak energie te besparen en emissies te verminderen.

Voorafgaand aan hun treffen met Piebalgs, namen Kautz en Van den Brande samen met leden van het CvdR en andere regionale en lokale afgevaardigden deel aan een mediabijeenkomst op de esplanade tegenover het hoofdgebouw van de Europese Commissie. Doel van die bijeenkomst was om te wijzen op de belangrijke rol die lokale en regionale overheden spelen in de strijd tegen de klimaatverandering. Een opblaasbare aardbol van drie meter doorsnede met daarop een kaart van de Europese regio's zal van de esplanade naar Kopenhagen worden verscheept om de onderhandelaars aldaar te herinneren aan de inzet van de lokale en regionale bestuursniveaus in de strijd tegen de klimaatverandering. De aanwezige politici brachten die betrokkenheid tot uitdrukking door op de aardbol hun naam in hun regio te schrijven.

De CvdR-leden konden tijdens de oktober-zitting verder luisteren naar een toespraak van Mona Heiberg, locoburgemeester van Kopenhagen en zelf ook lid van het CvdR. Zij ging in op de grote uitdaging die de organisatie van de VN-top voor haar stad vormt: "Over minder dan 60 dagen zullen de wereldleiders in Kopenhagen bijeenkomen in een poging een nieuw mondiaal klimaatverdrag te sluiten. Wij moeten hun meegeven dat wij klaar zijn om onze verantwoordelijkheid op klimaatgebied te nemen en onze bijdrage te leveren in de strijd tegen de klimaatverandering. Ik geloof dat deze top bij uitstek de kans is om de weg naar een duurzame, groene economie in te slaan. Kopenhagen zelf streeeft ernaar om in 2025 een koolstofneutrale hoofdstad te zijn en is ervan overtuigd dat het in de gemeenten van de toekomst draait om slimme economische groei."

Henning Jensen (DK/PSE), CvdR-rapporteur voor de Commissievoorstellen over aanpassing aan de klimaatverandering, toonde zich verheugd dat de voltallige vergadering van het CvdR zijn advies daarover had goedgekeurd en wees op het belang van een multilevel governance-benadering voor een succesvolle bestrijding van het broeikaseffect. "Het is duidelijk dat we op alle bestuursniveaus moeten samenwerken. Klimaatverandering is een mondiaal probleem, maar de gevolgen ervan doen zich altijd op lokaal niveau voor: ondergelopen kelders, minder toeristen, tegenvallende oogsten door droogte en extreme temperaturen enz. Decentrale overheden kunnen meehelpen de klimaatverandering te bestrijden met hun praktische kennis over de aanpak van problemen van alledag. De nationale en Europese overheden op hun beurt zouden het noodzakelijke kader moeten scheppen om de decentrale overheden de kans te geven die kennis uit te wisselen."

Een van de beleidsterreinen waarop uitwisseling van goede praktijkvoorbeelden en onderlinge afstemming van lokale maatregelen van cruciaal belang is, is civiele bescherming. Dat was het onderwerp van het advies van CvdR-lid Helmut Jahn (DE/EVP) dat woensdag tijdens de zitting werd goedgekeurd. "De gevolgen van de klimaatverandering zijn vaak catastrofaal en beperken zich zelden of nooit tot één land of regio. In veel gevallen zijn de lokale en regionale overheden direct verantwoordelijk voor de bestrijding van rampen zoals bosbranden of overstromingen en ook als zij dat niet zijn, worden ze altijd geconfronteerd met de sociaaleconomische gevolgen ervan. Het is uitermate belangrijk dat degenen die als eersten met een ramp te maken krijgen, daarop zo goed mogelijk voorbereid zijn en zo snel mogelijk actie kunnen ondernemen. Daarom moeten zij vlot kunnen samenwerken, niet alleen bij de bestrijding van de ramp zelf, maar ook bij de aanpak van de naweeën daarvan."

Bezoek de website van het CvdR: www.cor.europa.eu

Het Comité van de Regio's

In de lidstaten van de EU zijn de decentrale overheden verantwoordelijk voor de tenuitvoerlegging van ongeveer twee derde van de communautaire wetgeving. Het Comité van de Regio's (CvdR) is een adviesorgaan dat in 1994 is opgericht met als doel lokale en regionale politici inspraak te geven in het besluitvormingsproces van de Europese Unie. Het houdt jaarlijks vijf zittingen, waar zijn 344 leden hun stem uitbrengen over rapporten, "adviezen" genaamd, die worden opgesteld als reactie op wetgevingsvoorstellen. De Europese Commissie, die het initiatiefrecht heeft wat communautaire wetgeving betreft, en de Raad, die, doorgaans samen met het Europees Parlement, de definitieve inhoud van de regelgeving vaststelt, zijn verplicht het CvdR te raadplegen inzake EU-wetgevingsvoorstellen op diverse beleidsterreinen, zoals werkgelegenheid, vervoer en milieu. Met het Verdrag van Lissabon gaat het CvdR nog meer gewicht in de schaal leggen. Voortaan zal het altijd door het Europees Parlement moeten worden geraadpleegd over vraagstukken die voor lokale en regionale overheden van belang zijn. Bovendien zal het CvdR in beroep kunnen gaan bij het Europese Hof van Justitie als zijn rechten worden geschonden of als een EU-wet naar zijn mening indruist tegen het subsidiariteitsbeginsel of voorbijgaat aan de bevoegdheden van lokale of regionale overheden.