College van Beroep voor het bedrijfsleven

Behandelingsduur bij de rechter overschreden

Bij uitspraak van 10 maart 2009 (LJN BH5930) heeft de Raad overwogen dat aan de procedurele gang van zaken het vermoeden kan worden ontleend dat de redelijke termijn, zowel in de bestuurlijke als in de rechterlijke fase is geschonden. Het onderzoek is om die reden heropend. Met de Staat stelt de Raad vast dat er ten tijde van de uitspraak van 10 maart 2009 geen sprake was van een aan de rechter toe te schrijven overschrijding van de redelijke termijn. Er kan evenwel niet aan voorbij worden gezien dat er ten tijde van deze uitspraak wel sprake is van een te lange behandelingsduur in de rechterlijke fase. De Raad stelt een schadevergoeding vast van EUR 4000,--. Hiervan komt EUR 3.500,-- ten laste van het Uwv en EUR 500,-- ten laste van de Staat.

LJ Nummer:

BK0964
Zie het origineel

Bron: Centrale Raad van Beroep
Datum actualiteit: 27 oktober 2009