Ministerie van Economische Zaken





Benutting financieringsinstrumentarium/ 3e kwartaalrapportage 2009




> Retouradres Postbus 20101 2500 EC Den Haag      
                                                                                       Directoraat-generaal 
De Voorzitter van de Tweede Kamer                                                      Ondernemen en Innovatie 
der Staten-Generaal                                                                    Directie Ondernemen 
Binnenhof 4                                                                            Bezuidenhoutseweg 20 
2513 AA  's-GRAVENHAGE                                                                 Postbus 20101 
                                                                                       2500 EC Den Haag 
                                                                                       T  070 379 8911 (algemeen) 
                                                                                       www.ez.nl 
                                                                                       Behandeld door 
                                                                                       mevr. drs. J.C. Heiland-
                                                                                       Kastaneer  
                                                                                       T  070 379 6976 
                                                                                       F  070 379 7527 
                                                                                       j.c.heiland-kastaneer@minez.nl 
Datum       26 oktober 2009                                                             
                                                                                       Ons kenmerk 
                                                                                       OI/O / 9188599 
Betreft     Benutting financieringsinstrumentarium/ 3e kwartaalrapportage 2009         Bijlage(n)  
                                                                                       2 


Met deze brief stuur ik u de toegezegde rapportage over het gebruik van de 
financieringsinstrumenten per derde kwartaal 2009. Hierbij zal ik mijn oordeel en 
verwachtingen over het financieringsinstrumentarium aangeven en een reactie 
geven op een drietal vragen die door uw Kamer hierover zijn gesteld tijdens de 
Algemene Financiële Beschouwingen. Voorts informeer ik uw Kamer in deze brief 
over een gemeenschappelijke verklaring die ik met banken en 
participatiemaatschappijen ben overeengekomen. In deze verklaring geven wij 
aan hoe we gezamenlijk verantwoordelijkheid nemen om het Nederlandse 
bedrijfsleven te ondersteunen bij het overbruggen van de economische recessie 
en het financieren van investeringsherstel. Tenslotte zal ik in mijn brief de vragen 
beantwoorden die door de PVV zijn gesteld in de nota naar aanleiding van het 
verslag op het Belastingplan 2010 inzake garantie-instrumenten, 
overbruggingskredieten en boetes op te late betaling. 

1. Derde kwartaalrapportage 2009 van het financieringsinstrumentarium 

In mijn brief van 15 september jl. heb ik u geïnformeerd over de benutting van de 
bestaande financieringsinstrumenten. In deze brief vindt u hierbij de belangrijkste 
verschillen in gebruik sinds het tweede kwartaal. De BMKB en de GO laten de 
grootste stijging in gebruik zien. In de bijlage vindt u cijfers over de benutting van 
de andere instrumenten.  
                                                                                       Pagina 1 van 7 







                                                                                       Directoraat-generaal 
                                                                                       Ondernemen en Innovatie 
                                                                                       Directie Ondernemen 


                                                                                       Ons kenmerk 
                                                                                       OI/O / 9188599 


Overzicht benutting financieringsinstrumentarium 

                                         2008            2009 t/m        2009 t/m 
                                                         30/6            30/9 
Benutting BMKB 
Gepubliceerd budget                         730 mln         745 mln         745 mln 
Benutting (incl. verruimingen)               601 mln        232 mln         379 mln 
Verruimingen                                  11 mln         67 mln         122 mln 
Verruimingen (aantal)                              39             230             380 

                                     Benutting GO 
Gepubliceerd budget                                 -      1 miljard        1 miljard 
Aantal fiatteringen *                               -               7              28 
Omvang fiatteringen                                 -       25,9 mln        96,6 mln 
* Fiatteringen zijn toezeggingen dat SenterNovem akkoord gaat met het 
aangeboden voorstel. 

Oordeel en verwachtingen BMKB 
Ten opzichte van het vorige kwartaal is de benutting van de BMKB met bijna 65% 
gestegen. Vanaf juli dit jaar stijgt het gebruik weer ten opzichte van 2008. In het 
derde kwartaal van 2009 was de benutting  147 mln versus  130 mln in het 
derde kwartaal van 2008. Er kan sprake zijn van een trendbreuk. 

Ondersteund door de gemaakte afspraken met banken, waarop in het vervolg van 
deze brief wordt ingegaan, is gegeven de ontwikkeling van de laatste maanden de 
verwachting dat het tweede halfjaar een hogere benutting zal kennen dan het 
eerste halfjaar van 2009. Naar schatting zal de benutting in 2009 circa  530 mln 
bedragen. Dit is minder dan in voorgaande jaren, maar gelet op de huidige stand 
van de economie ­ de vraag naar kredieten is nu eenmaal lager in een 
laagconjunctuur ­ niet onlogisch.  

Wel merk ik op dat er nog veel te winnen is voor wat betreft het vergroten van de 
bekendheid over de BMKB bij ondernemers en accountmanagers. Mijn 
departement gaat daarom samen met banken een intensieve 
voorlichtingscampagne en trainingen gericht op toepassing van de 
financieringsinstrumenten starten om de mogelijkheden van het 
financieringsinstrumentarium nog beter over het voetlicht te brengen. Datzelfde 
gebeurt ook bij de intermediairs (accountants en adviseurs) die de ondernemingen 
vaak bijstaan bij hun financieringsaanvragen. Ook werkgeversorganisaties en hun 
branches zijn op dit punt reeds actief. Ik verwijs verder naar de bijgevoegde 
gemeenschappelijke verklaring met banken en de Nederlandse Vereniging van 
Participatiemaatschappijen (NVP).  

Oordeel en verwachtingen GO 
Bij de GO is sprake van een snelle groei in het gebruik. Ten opzichte van het 
vorige kwartaal is de benutting van de GO met ruim 270% gestegen; de regeling 
raakt steeds beter bekend bij banken, adviseurs en bedrijven. Uit onze contacten 

                                                                                      Pagina 2 van 7 






                                                                                       Directoraat-generaal 
                                                                                       Ondernemen en Innovatie 
                                                                                       Directie Ondernemen 


                                                                                       Ons kenmerk 
                                                                                       OI/O / 9188599 


met banken en de pijplijn van projecten komt naar voren dat die groei kan 
doorzetten. Factoren die daarbij van belang zijn: 
     ·  banken geven aan dat na de zomer de financieringsproblematiek van veel 
         bedrijven nijpender kan worden; 
     ·  bij economisch herstel groeit de financieringsbehoefte, terwijl banken 
         knelpunten ondervinden bij het beschikbaar stellen van leningen; 
     ·  de aangekondigde verdrievoudiging van de maximumgarantie per bedrijf; 
     ·  versoepeling van de regels inzake herfinanciering. 

2. Reactie op vragen tijdens de Algemene Financiële Beschouwingen 
Aanvullend aan mijn hierboven genoemde conclusies over het 
financieringsinstrumentarium wil ik uw Kamer een reactie geven op drie vragen 
over het financieringsinstrumentarium die gesteld zijn tijdens de Algemene 
Financiële Beschouwingen. In het kort vroeg uw Kamer zich af of: 
     ·  Er effectievere financieringsregelingen nodig zijn naar aanleiding van de 
         kredietcrisis; 
     ·  Het huidig financieringsinstrumentarium niet te complex is; 
     ·  Het huidig financieringsinstrumentarium wel toegankelijk is. 

In antwoord op deze vragen kan ik u melden dat uw zorgen ook deels de mijne 
zijn. Daarom ben ik verheugd dat ik kan aankondigen dat ik een 
gemeenschappelijke verklaring ben overeengekomen met de banken en 
participatiemaatschappijen. In deze verklaring, die ik bijvoeg bij deze brief, geven 
wij aan hoe we gezamenlijk verantwoordelijkheid nemen om het Nederlandse 
bedrijfsleven te ondersteunen bij het overbruggen van de economische recessie 
en het financieren van investeringsherstel. De belangrijkste afspraken in de 
verklaring zijn: 
·  Het intensiveren van de flankerende en begeleidende maatregelen om het 
     gebruik van het financieringsinstrumentarium te stimuleren. 
·  Het wegnemen van een aantal knelpunten in de financieringsregeling. Naast 
     de verruiming van de Garantie Ondernemingsfinanciering en de Groeifaciliteit, 
     wordt de herfinanciering van bestaande kredieten onder voorwaarden mogelijk 
     gemaakt. Ook de intentie om bankgaranties onder voorwaarden onder de 
     regeling te brengen zal door kabinet en banken voortvarend uitgewerkt 
     worden, gericht op een zo spoedig mogelijke realisatie. Ten behoeve van de 
     vastgoed- en bouwsector zal gekeken worden hoe binnen de bestaande kaders 
     van de GO nadere beleidsregels opgesteld kunnen worden om ook 
     projectontwikkeling in de praktijk te faciliteren zonder daarbij speculatieve 
     investeringen te garanderen. Voorts wordt de garantieregeling voor 
     scheepsbouwfinanciering anders vormgegeven, waardoor knelpunten voor de 
     benutting worden weggenomen. 
·  Het intensiveren en gezamenlijk uitvoeren van voorlichting aan relevante 
     bankmedewerkers, intermediairs en ondernemingen. 
·  Het gezamenlijk ondersteunen van kleinere ondernemers bij de 
     kredietaanvraag. Hiervoor zal voor het einde van het jaar een pilot worden 
     gestart om ervaringen mee op te doen. 


                                                                                       Pagina 3 van 7 






                                                                                    Directoraat-generaal 
                                                                                    Ondernemen en Innovatie 
                                                                                    Directie Ondernemen 


                                                                                    Ons kenmerk 
                                                                                    OI/O / 9188599 


Over de vermeende complexiteit van de financieringsregelingen kan ik uw Kamer 
het volgende berichten. De garantieregelingen sluiten aan bij de interne 
procedures en documentenstroom van de banken, waardoor de banken weinig 
extra's hoeven te doen om de garantieregeling te gebruiken. Ook uit recente 
periodieke overleggen die ik met banken heb gevoerd blijkt dat de regeling voor 
hen niet te ingewikkeld is. Bijvoorbeeld bij de BMKB beslissen banken zelf over 
inpassing van een borgstellingskrediet; voorafgaande goedkeuring door de 
overheid is hier dus niet nodig. Op het moment dat een kredietovereenkomst is 
getekend, volstaat bij de BMKB het deponeren van deze kredietovereenkomst 
door de bank bij SenterNovem; bij deponering is de borgstelling van de BMKB 
direct van toepassing. Ook bij de Groeifaciliteit en de Garantie 
Ondernemingsfinanciering zijn de uitvoeringskosten voor de financiers beperkt, 
omdat grosso modo volstaan kan worden met toezending aan SenterNovem van 
hun interne financieringsstukken.  

Ik erken dat de bekendheid met de wijze waarop banken en andere financiers 
financieringsaanvragen behandelen en met de beschikbaarheid van regelingen ook 
belangrijke belemmeringen vormen voor het verkrijgen van financiering. Dit geldt 
eveneens voor een goede voorbereiding van financieringsaanvragen bij veel 
ondernemingen In de gemeenschappelijke verklaring met banken en 
participatiemaatschappijen wordt op hoofdlijnen geschetst hoe we dat gezamenlijk 
willen aanpakken. 

In de verklaring wordt tenslotte aangegeven dat de ruimte van banken voor 
kredietverlening, gelet op de verzwaring van kapitaaleisen, verder onder druk kan 
komen te staan. Banken willen hun rol als kredietverstrekkers van het 
bedrijfsleven kunnen blijven spelen. In de motie Hamer is de wens uitgesproken 
voor een grotere rol van institutionele investeerders in de Nederlandse economie. 
In dit kader zijn banken, institutionele beleggers en de overheid met elkaar in 
gesprek gegaan. Bekeken wordt of ­ en op welke wijze - institutionele 
investeerders de kredietverlening en vermogensverschaffing aan het bedrijfsleven 
kunnen ondersteunen. Dit wordt van extra belang als de investeringen gaan 
aantrekken. Uitgangspunten hierbij zijn dat dit tot een win-win situatie moet 
leiden en dat de marktpartijen het voortouw hebben. Het spreekt voor zich dat het 
kabinet positief staat tegenover deze initiatieven en actief wil bevorderen dat 
institutionele beleggers, banken en bedrijfsleven tot afspraken kunnen komen. Het 
streven is nog dit jaar tot conclusies te komen. 

3. Antwoorden op vragen PVV/ verslag belastingplan 2010  

De leden van de PVV-fractie vragen zich af: 
1.  waarom er niet gekozen wordt voor één duidelijke regeling op Rijksniveau, 
     waardoor de bekendheid bij banken, ondernemers en adviseurs snel wordt 
     behaald, is het inzichtelijker welk risico de rijksoverheid loopt, zal de 
     deelname groter zijn en zal het gewenst effect sneller worden behaald.  



                                                                                    Pagina 4 van 7 






                                                                                        Directoraat-generaal 
                                                                                        Ondernemen en Innovatie 
                                                                                        Directie Ondernemen 


                                                                                        Ons kenmerk 
                                                                                        OI/O / 9188599 


Antwoord 
Nagenoeg alle hiervoor genoemde regelingen maken deel uit van de ministeriële 
regeling Starten, Groeien, Overdragen. Begrippen en uitvoeringsmethodieken van 
de regelingen kunnen daardoor waar mogelijk gelijk zijn, hetgeen de 
toepasbaarheid door de financiers bevordert. Wel kennen de regelingen 
verschillende voorwaarden, veroorzaakt door verschil in doelen: bijvoorbeeld 
risicokapitaal of vreemd vermogen, door de aard van de knelpunten bij 
verschillende financieringsomvang en door staatssteunregels. Als we de diverse 
financieringsknelpunten van Nederlandse bedrijven willen adresseren en binnen 
Europese Staatssteunkaders willen blijven opereren, dan zijn de verschillen 
onvermijdelijk. De regelingen moeten verder goed aansluiten op de verschillende 
kredietverleningsprocessen van de banken. Bij het ontwerp van maatregelen sluit 
ik daarom zoveel mogelijk aan bij producten die reeds door de financiers worden 
toegepast. De invoering van een nieuwe regeling kost zowel tijd aan de kant van 
de overheid als vervolgens tijd aan de kant van de financiers, die zich weer 
nieuwe regels eigen moeten maken en die in hun systemen moeten inpassen en 
aan hun accountmanagers uitleggen. Het ingrijpend aanpassen van het 
financieringsinstrumentarium zal zeker op korte termijn tot een afname van het 
gebruik leiden. En dat dient onder de huidige omstandigheden in ieder geval 
vermeden te worden. Wel is mijn inzet gericht op het goed bekendmaken van de 
regeling bij bedrijven en het verder vergroten van de bekendheid bij financiers. 

2.  Welk risico loopt de Nederlandse Staat nu met alle garanties?  

Antwoord 
Wat betreft de garantieregelingen van mijn ministerie zijn op basis van historische 
gegevens de risico's bij de BMKB beperkt. Wanneer we over een langere periode 
kijken, is het jaarlijkse verlies minder dan 1,5% van de verstrekte garanties. In 
tijden van laagconjunctuur lopen de verliezen op, in hoogconjunctuur nemen ze 
af. De premiestelling van deze regelingen is hier op afgestemd. De Groeifaciliteit 
en de GO beogen kostendekkend te zijn. Bij deze faciliteit loopt de Staat een even 
groot risico als de financiers. Deze risicoverdeling geeft de financiers een goede 
prikkel om vanwege eigen belang een prudente financieringsanalyse uit te voeren, 
waardoor de toets van de overheid beperkt van omvang kan blijven. De BMKB, die 
de onderkant van de markt (kleine MKB) bedient, beoogt niet om volledig 
kostendekkend te zijn. Dit is een bewuste keuze omdat de BMKB zich richt op de 
onderkant van de financieringsmarkt, waar het voor bedrijven structureel 
moeilijker is om aan financiering te komen.  

3.  Kan de Nederlandse Staat niet overgaan op een eigen 
     overbruggingskredietfaciliteit, teneinde te voorkomen dat gezonde bedrijven 
     failliet doordat debiteuren te traag zijn met hun betalingen?  

Antwoord 
Voor het op een verantwoorde wijze verstrekken van overbruggingskredieten door 
de overheid, dient de overheid zelf een `bancaire' organisatie op te zetten. Bij de 
vormgeving van de maatregelen vanwege de crisis is, zoals hiervoor aangegeven, 

                                                                                       Pagina 5 van 7 






                                                                                                Directoraat-generaal 
                                                                                                Ondernemen en Innovatie 
                                                                                                Directie Ondernemen 


                                                                                                Ons kenmerk 
                                                                                                OI/O / 9188599 


           zoveel mogelijk aangesloten bij bestaande instrumenten die door financiers reeds 
           gebruikt worden. Door gebruik te maken van de bestaande financiële 
           infrastructuur verwacht ik sneller een groter bereik te hebben dan indien ik een 
           eigen overbruggingsfaciliteit zou gaan uitvoeren zonder gebruik te maken van 
           marktpartijen. 

          4.  Kunnen we de boetes niet opvoeren bij te late betalingen en/of de maximaal 
                toegestane betalingstermijn wettelijk maximeren? 

           Antwoord 
           Het is mogelijk om een algemeen geldende maximale betaaltermijn te stellen. Dit 
           is echter niet wenselijk, omdat betaaltermijnen een wezenlijk onderdeel zijn van 
           de 'marketing mix' voor ondernemers. Let bijvoorbeeld op de vele 'koop nu, betaal 
           later' aanbiedingen die ondernemingen doen. Het wegnemen van dit instrument is 
           niet gunstig voor de contractvrijheid die ondernemers kunnen benutten om zich te 
           profileren op een markt met sterke concurrentie. Als betalingen in strijd met de 
           gesloten overeenkomsten op zich laten wachten, staan daartegen al vele 
           instrumenten ter beschikking, zoals het rekenen van wettelijke rente en 
           incassokosten. Op 1 oktober jl. is de Wet Dwangsom in werking getreden. 
           Hierdoor zal de overheid een boete moeten betalen bij overschrijden van 
           betalingstermijnen zoals opgenomen in de Algemene Wet Bestuursrecht. 








(w.g.)     Maria J.A. van der Hoeven 
           Minister van Economische Zaken 

                                                                                                Pagina 6 van 7 






                                                                                              Directoraat-generaal 
                                                                                              Ondernemen en Innovatie 
                                                                                              Directie Ondernemen 


                                                                                              Ons kenmerk 
                                                                                              OI/O / 9188599 







Bijlage 1: Benutting overige instrumenten, bedragen in miljoenen euro, cumulatief 

               Groeifaciliteit  Microkredieten  EKV1              EKV     FOM2  Innovatie  Seed 
               garanties             leningen plus     bestaand  1-              kredieten  faciliteit, 
                                     garanties                    trans                     verleende 
                                                                  actie                     financiering 
Volume         6,5                   6                 7.500      18      75     8,4       3,3 
tweede                                                                                      
kwartaal 
Volume         8,2                   9                 7.400      40      75     21,5      4,5 
derde                                                                             
kwartaal 








1 EKV, bestaand en 1 transactiepolissen kent grote fluctuaties per maand 
2 FOM is een revolverend fonds: er komen nieuwe financieringen bij en door 
aflossing/afwikkelingen gaan er weer (deel) financieringen af. 

                                                                                              Pagina 7 van 7 






---- --