Architectenbureau Fritz gekozen voor de restauratie van Jachthuis Sint
Hubertus
Architectenbureau Fritz uit Bussum is gekozen als restauratiearchitect
voor de restauratie van Jachthuis Sint Hubertus, gelegen in Het
Nationale Park De Hoge Veluwe.
Jachthuis Sint Hubertus In het kader van de gunningsfase van de
Europese aanbesteding gaven in totaal vijf architecten een visie op
het project.
De visie van Architectenbureau Fritz sloot het beste aan op de wensen
van de opdrachtgever en de daarop gebaseerde selectiecriteria. Deze
waren vooraf vastgelegd in de uitnodigingsbrief.
De beoordelingscommissie bestond uit L. van der Pol (Rijksbouwmeester
en voorzitter), baron S.E. van Voorst tot Voorst (directeur Stichting
Het Nationale Park De Hoge Veluwe), W. Eggenkamp (rijksadviseur
Cultureel Erfgoed), D. Baalman (directeur van Het Oversticht), A. Hoek
(restauratieadviseur Rijksgebouwendienst), H. Jansen (integraal
projectverantwoordelijke Rijksgebouwendienst), B. Wouters
(projectmanager Rijksgebouwendienst), J. van Asseldonk (projectmanager
Rijksgebouwendienst). De rijksbouwmeester is de belangrijkste adviseur
van het Rijk op het terrein van architectuur en ruimtelijke kwaliteit.
Zij is verantwoordelijk voor de architectenkeuze voor
huisvestingsprojecten van de Rijksgebouwendienst.
Het Jachthuis is in verschillende opzichten toe aan groot onderhoud.
Dit geldt in het bijzonder voor de technische installaties, de
dakbedekking en het metselwerk. Er zijn daarnaast ook nog aanpassingen
noodzakelijk vanwege brandveiligheid, gebouwbeveiliging,
persoonsbeveiliging, binnenklimaat, elektravoorzieningen en
verlichting. Het inpassen van deze voorzieningen vereist inventieve
oplossingen waarbij behoud van het monument voorop staat. Na de
restauratie van het Jachthuis wordt het huidige gebruik voortgezet.
Omdat er in de komende jaren voor vele voorzieningen
(vervangings-)onderhoud nodig is en er samenhang bestaat tussen alle
onderdelen van het ensemble, wordt een integrale en daarmee
geoptimaliseerde restauratie uitgevoerd. Op deze manier kan eveneens
overlast voor het pand, de inrichting en het gebruik tot een minimum
beperkt blijven.
Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer