Wekelijks overzicht van de evolutie van de A/H1N1-griep in België

29/10/2009 13:56

FOD VOLKSGEZONDHEID / SPF SANTE PUBLIQUE

Op een totaal van 76.452 consultaties van patiënten die zich met een griepachtige aandoening aanboden bij hun arts, leverde de extrapolatie door het Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid 41.193 nieuwe gevallen van de A/H1N1-griep op in de vorige week.

De opvolging door de huisartsenpeilpraktijken wijst dus op een stijgende trend van het aantal gevallen in ons land in vergelijking met de cijfers van de afgelopen weken. De staalafnames die door de ziekenhuizen werden uitgevoerd, bevestigen deze evolutie.

Volgens de ramingen van het Wetenschappelijk Instituut voor Volksgezondheid bevinden we ons in de eerste epidemische fase. Het aantal personen dat besmet is met de A/H1N1-griep blijft relatief beperkt maar het aantal gevallen zit duidelijk in een stijgende lijn. De epidemie heeft op dit moment nog geen significante impact op de bevolking.

In de afgelopen week overleden twee patiënten aan de complicaties van een griepinfectie. Het ging hierbij om een vrouw van 43 en om een 75-jarige man. Beide patiënten behoorden tot een medische risicogroep en werden gehospitaliseerd met ernstige ademhalingsproblemen.

Sinds het uitbreken van de A/H1N1-pandemie eind april, liepen in ons land 76.964 personen een besmetting op. In totaal overleden in ons land zeven personen aan de complicaties van de griep.

De vaccinatiecampagne is ondertussen volop aan de gang. Alle ziekenhuizen kregen vaccins aangeleverd en ook de huisartsenkringen ontvingen ondertussen de vaccins en het materiaal om hun leden te vaccineren. Hiermee is een belangrijke stap gezet in het beschermen van een belangrijk deel van de gezondheidswerkers en het garanderen van de beschikbaarheid van ons gezondheidszorgsysteem voor de bevolking.

Vanaf 7 november, start de tweede fase van de vaccinatiecampagne. Hierbij worden de overige professionelen gevaccineerd, (zoals bijvoorbeeld de thuisverpleegkundigen en de apothekers), de personen die behoren tot een medische risicogroep, de zwangere vrouwen in het tweede en derde trimester van de zwangerschap, de ouders met kinderen jonger dan 6 maanden en het onderwijzend personeel en de medewerkers uit de kinderopvang.

Voor eventuele hyperlinks en bijlagen: Zie het origineel