ChristenUnie
Bijdrage Ernst Cramer AO Anders betalen voor mobiliteit
Bijdrage Ernst Cramer AO Anders betalen voor mobiliteit
woensdag 04 november 2009 18:00
De heer Cramer (ChristenUnie): Voorzitter. We kunnen op verschillende
manieren naar de voortgangsrapportage kijken. We kunnen stellen dat er
sprake is van zes maanden vertraging. Daarvoor is gekozen, opdat later
in de ontwikkeling van de kilometerprijs minder risico tot vertraging
zou zijn. We kunnen ook stellen dat er twee jaar winst is geboekt,
omdat de uitrol in drie jaar in plaats van in vijf jaar kan
plaatsvinden. Dat lijkt goed nieuws, maar bij nadere bestudering
blijkt dat de buffer van twee jaar er al lang was. Deze is er alleen
uitgehaald, omdat de minister op een andere manier met de risico's wil
omgaan door deze apart te benoemen.
Het gaat allemaal dus om twee manieren van plannen. Tot mijn spijt
moet ik een beetje technisch worden. Een theoretische planning gaat
uit van het idee dat alles goed gaat. Gaat er echter iets mis, dan is
er dus vertraging. De waarschijnlijkheidsplanning calculeert risico's
in en geeft aan hoe groot de kans is dat we voor een bepaalde datum
klaar zijn. In deze laatste planning zien we bijvoorbeeld dat de start
bij vrachtwagens zes maanden vertraagd is, terwijl de start bij gewone
auto's slechts drie maanden vertraagd is ten opzichte van voorgaande
keer. We kunnen dus op allerlei manieren de rapportages interpreteren.
De ChristenUnie wil dat de kilometerprijs zo snel mogelijk wordt
ingevoerd. Voor haar is derhalve van belang hoe de minister op de
risico's stuurt en of dat aansluit bij de manier van presenteren aan
de hand van deze planning.
Uit het accountantsrapport blijkt dat aanmerkelijke verbeterpunten
zijn doorgevoerd bij het beheersen van de risico's. Maar er zijn ook
nog verbeterpunten die juist in deze fase cruciaal zijn. Graag ontvang
ik een reactie van de minister op de constatering dat in de
organisatie duidelijke procesafspraken ontbreken over de afhandeling
van issues. Tevens zou de werking van de besluitvormingsprocedures
ontoereikend zijn voor de fase waarin het project zich bevindt.
Bovendien is er nog geen configuratiemanagementplan, dat van groot
belang is voor de consultatiefase die nu loopt. Zorgelijk is ook de
conclusie dat het plannings- en voortgangsbewakingsproces nog niet
voldoet. Dat zijn toch zaken waar de minister zelf iets aan kan doen.
Ik zie alle risico's en soms ook de daaraan gekoppelde acties. Ik mis
echter nog een inschatting van de mogelijke impact van deze risico's
en kan op basis van de informatie ook moeilijk bepalen of die risico's
voldoende worden aangepakt. Ik zie daar een progressie in ten opzichte
van de vorige rapportage, maar het is nog wel een lastige zaak.
Natuurlijk is dat een taak van de minister en niet van de Kamer. Alles
ligt echter op een grote hoop in die P-waarde, die
waarschijnlijkheidswaarde, inclusief de extra buffers. Hoe kan de
Kamer deze black box monitoren? Wordt het zoveel beter als we gaan
werken met de waarschijnlijkheidsplanning, oftewel de probabilistische
planning? Want wat zegt die planning? Bij P85 weten we dat er 85% kans
is dat we op een datum in de toekomst klaar zullen zijn. Dat kan dan
ook drie jaar eerder zijn. Er is dan ook nog een kans dat we niet
klaar zijn: het betreft immers slechts 85%. Als we enkel die planning
hanteren, dan zit de minister eigenlijk altijd goed. Dat lijkt mij
niet de bedoeling, want dan kan de Kamer dat niet controleren. Ik ben
derhalve niet zo blij met deze nieuwe manier van plannen. Hij is
realistischer, maar het inzicht in de voortgang van het proces wordt
er voor de Kamer niet door vergroot. Stel dat de risico's niet
optreden, wat natuurlijk goed nieuws zou zijn, maar dat tegelijkertijd
wel een vertraging optreedt die niet was ingecalculeerd: krijgen wij
dat als Kamer dan te zien? Krijgen we inzicht in hoeverre de minister
dit had kunnen voorkomen of wordt een en ander tegen elkaar
weggestreept?
Vol verwachting wacht de ChristenUnie-fractie op de wet
kilometerprijs: is er al witte rook? Het definitief uitvoeringsbesluit
komt in juni. Ik wil de minister verzoeken dit besluit zo vroeg
mogelijk in juni te presenteren, zodat we daar voor de zomervakantie
nog over kunnen debatteren in de Kamer. De minister wil nu nog niet
werken met de waarschijnlijkheidsplanning, omdat hij over een half
jaar toch alle planningen opnieuw moet bekijken. Dat is op zich
logisch, maar in relatie tot de afspraken voor Schoon en Zuinig vindt
de ChristenUnie dat wel erg lastig. De kilometerprijs is belangrijk
voor het halen van de doelen met betrekking tot de uitstoot van
broeikasgassen. Het kan niet zo zijn dat we dit voorjaar Schoon en
Zuinig evalueren en dat de minister pas daarna met zijn nieuwe
planning komt. Op die manier kunnen de effecten daarvan voor Schoon en
Zuinig niet meer worden meegenomen. De ChristenUnie vraagt de minister
daarom om de effecten van de vertraging van de probabilistische
planning ten opzichte van de huidige deterministische planning
uiterlijk bekend te maken bij de evaluatie van Schoon en Zuinig. Dit
geldt eveneens voor de maatregelen die nodig zijn om de vertraging te
compenseren. Dat het definitief uitvoeringsbesluit van de
kilometerprijs pas een paar weken later komt, mag dat niet belemmeren.
De minister kan op dat moment naar mijn overtuiging een voldoende
betrouwbare inschatting maken en daarnaar handelen.
Ik heb nog twee opmerkingen. Vlak voordat alle auto's aan het
kilometerprijssysteem deelnemen, wil de minister de spitslocaties
vastleggen in een AMvB, zodat een en ander aangepast is aan het
filebeeld van dat moment. Is het echter niet verstandig om te kiezen
voor een flexibel systeem dat zich aanpast aan de drukte? Ik kan mij
voorstellen dat als er strandfiles staan, enkel een spitsheffing geldt
voor dagen waarop de temperatuur boven de 25°C uitkomt. Dan maak je
iets flexibel en kun je het ook sturen. Als het gaat over het wel of
niet invoeren van locaties waar spitsheffing wordt toegepast, sluit ik
mij aan bij mevrouw Roefs.
De heer De Mos (PVV): De heer Cramer sprak in zijn betoog het woord
"progressie" uit. Hoe kan hij dat rijmen met het feit dat er nog geen
duidelijkheid is over de tarieven? Er is bovendien nog geen
wetsvoorstel en geen draagkracht onder de bevolking.
De heer Cramer (ChristenUnie): Ik heb het woord "progressie" niet
gebruikt in mijn tekst. Ik constateer dat er voortgang was tussen de
tweede en derde voortgangsrapportage wat betreft de inzichtelijkheid
van de risico's.
De heer Van der Ham (D66): De heer Cramer zegt dat de minister een
dusdanige planning heeft, dat het eigenlijk altijd wel goed komt. Dat
is wat betreft de ChristenUnie niet voldoende. De heer Cramer is,
zeker als coalitiepartner, de eerst aangewezene om deze minister eens
stevig het vuur aan de schenen te leggen. Zou hij kunnen aangeven,
juist in de hoedanigheid van coalitiepartner die net als D66 zo hecht
aan de kilometerheffing, wat de planning van de minister zou moeten
zijn?
De heer Cramer (ChristenUnie): Als het gaat over wat de planning zou
moeten zijn, dan wil ik even terug naar de start van deze regering. Er
is toen gezegd dat we een spannend planningsproces aangingen, te weten
de deterministische planning. De voorwaarde van de ChristenUnie is
altijd geweest dat er actief gestuurd wordt op de risico's. Daarna
ontspint zich een heel interessante discussie over de vraag in
hoeverre die risico's zich vertalen in de uiteindelijke opleverdatum.
Dat is de discussie geworden tussen de probabilistische en de
deterministische planning. Ik zal eerlijk bekennen dat ik in ieder
geval bij de vorige voortgangsrapportage de probabilistische planning
altijd heb vergeleken met de manier waarop ik gewend was in grote
projecten te werken. We hebben namelijk een theoretische planning
waarin risico's zitten. Die risico's worden voorzien van een
waarschijnlijkheid, maar dan hebben we wel een opleverdatum. De
probabilistische planning werkt echt fundamenteel anders. Ik ken
vanuit het projectmanagement een realistische planning. Een
probabilistische planning legt een datum in de toekomst en bepaalt dan
de kans of we die gaan halen. Als we die datum ver genoeg leggen, is
de kans groot dat we het wel gaan halen. Dat zegt echter niets over de
eigenlijke opleverdatum: dat is mij bij de derde voortgangsrapportage
steeds duidelijker geworden. Vandaar dat ik inderdaad kritisch ben. Ik
vind dat de kilometerbeprijzing zo snel mogelijk moet worden
ingevoerd. We hebben afspraken gemaakt over de zorgvuldigheid en het
draagvlak. Ik die zin sluit ik mij aan bij de heer Koopmans. We zullen
een en ander wel zo snel mogelijk moeten doen: de spanning zit erin.
Ik zal de laatste zijn om een minister te kapittelen als er vertraging
is bijvoorbeeld vanwege een procedure. Als Kamerlid wil ik echter wel
helder hebben of er actiever gestuurd had kunnen worden. Hoe kan de
Kamer grip krijgen op de black box met risico's die tezamen in die
P-waarde van 85% zitten? Hoe kan de Kamer zien hoe zich dat
ontwikkelt?
De heer Van der Ham (D66): Het punt is natuurlijk dat de heer Cramer
een afspraak heeft gemaakt met zijn coalitiepartner, de minister,
zodat er een betekenisvolle stap moet worden gezet richting de
kilometerheffing. Deze wordt steeds minder betekenisvol. Het is ver na
deze kabinetsperiode dat het waarschijnlijk echt van start gaat. Ik
zou daar als coalitiepartner, maar overigens ook als oppositiepartij,
een beetje zenuwachtig van worden. Wil de minister wel hard genoeg? Is
het allemaal overmacht wat de minister parten speelt of doet hij niet
voldoende zijn best? Ik hoop dat de heer Cramer op dat punt wat
steviger taal richting de minister durft uit te spreken.
De heer Cramer (ChristenUnie): Het feit dat ik de minister aanspreek
op de helderheid over de probabilistische planning, wat direct ook
inhoudt dat er duidelijkheid moet komen over die opleverdatum, is
mijns inziens strakke taal. Tenminste, zo zou ik dat wel opvatten. Zo
heb ik zelfs mijn eigen tekst gelezen. Ik zeg dat niet zomaar, zonder
dat ik daar de consequenties van onder ogen durf te zien. Dan wordt
het er allemaal niet makkelijker op. We werken in dit huis al twee
jaar behoorlijk intensief aan onderdelen van het plan, zoals
bijvoorbeeld de belastingcomponenten. De wetgeving zit eraan te komen.
Ik heb gevraagd wanneer die witte rook er is. Ik heb hem nog niet
gezien, maar ik hoop dat de minister vanavond een en ander kan
verhelderen. Ik denk dat er betekenisvolle stappen gezet zijn. Ik vind
het heel belangrijk dat in de derde voortgangsrapportage ook richting
het definitief uitvoeringsbesluit eigenlijk steeds meer helderheid
komt. Daarvan is ook sprake in gesprekken en consultaties naar het
review board. Hierdoor wordt enerzijds meer helderheid verkregen over
de beperking van de risico's en anderzijds meer zekerheid over de
uitrol. Dat zijn hele goede berichten, die voor mij zwaar meetellen in
de beoordeling. Naar mijn overtuiging ligt het project op stoom. Ik
wil graag helder krijgen of er nog meer power in de motor gestoken kan
worden. Daartoe dienen de gesprekken rondom de voortgangsrapportages.
Mijn laatste punt betreft een vraag over de Europese richtlijn voor
elektronische toldiensten, de EETS (European Electronic Toll Service).
Daar begint mijn fractie zich zorgen te maken. Wat doet de minister er
in Europa aan om ervoor te zorgen dat deze richtlijn goede definities
krijgt, zodat Nederland hierop kan inspelen met de kilometerprijs? De
minister volgt het proces en probeert het te beïnvloeden. Wat zijn
hiervoor de deadlines en wat zijn de kansen op het daadwerkelijk
beïnvloeden?
Ernst Cramer