Ministerie van Verkeer en Waterstaat

Waterschapsdag 2009

Toespraak | 04-11-2009 | Circustheater Scheveningen | secretaris-generaal Wim Kuijken

Alleen de uitgesproken tekst geldt.

Meneer Schaap, dames en heren,

Allereerst wil ik u zeggen dat staatssecretaris Tineke Huizinga het bijzonder jammer vindt dat zij vanochtend door ziekte niet in uw midden kan zijn. Ze heeft mij gevraagd u haar hartelijke groeten over te brengen en u een heel succesvolle dag te wensen.

Meneer Schaap, hartelijk dank voor dit voorstel. Als voorzitter van de commissie die in opdracht van het kabinet heeft gekeken naar mogelijkheden tot bezuiniging van 100 miljoen op de rijksbegroting door doelmatiger waterbeheer, ben ik niet alleen extra geïnteresseerd maar ook trots dat u dat is gelukt.

Nog geen twee maanden nadat de staatssecretaris u heeft gevraagd met uw ideeën daarover te komen, komt u al met dit voorstel. Dat is een groot compliment waard: zowel wat betreft het tempo als wat betreft de inhoud. Ik vind het indrukwekkend.

U heeft gekeken naar het totale waterbeheer: de zorg voor voldoende en schoon oppervlaktewater, de afvoer en zuivering van afvalwater en het aanleggen, beheren en onderhouden van waterkeringen.

En u ziet mogelijkheden tot doelmatigheidswinst in de keten, zodat het rijk de begroting kan ontlasten. Het sluit heel erg goed aan bij de analyse die wij hebben gemaakt.

Uw voorstel getuigt van een vooruitziende blik. Het kan ons helpen om in deze moeilijke economische en financiële tijden kosten te besparen, waarbij Nederland zijn toonaangevende positie in de wereld op het gebied van water wellicht nog versterkt.

Ik zal zorgen dat uw voorstel zo spoedig mogelijk de staatssecretaris bereikt. Ik kan mij voorstellen dat zij het bespreekt met collega's in het kabinet, en vanzelfsprekend ook nog met andere betrokkenen.

Eén ding is duidelijk: het zijn dynamische tijden voor ú. Voor ons bij Verkeer en Waterstaat. En voor iedereen die zich met water bezighoudt. De Nederlandse watersector bevindt zich in een stroomversnelling. U kent de hervormingen van de afgelopen jaren.

· Een sterk gewijzigde Waterschapswet die grote gevolgen heeft gehad voor uw bestuur en organisatie.

· De introductie van het Nationaal Waterplan, dat zorgt voor een goede Europese inbedding van ons waterbeheer. En voor een sterke verbinding tussen waterbeleid en ruimtelijke ordening.

· Een nieuwe Waterwet die uiterlijk 22 december aanstaande in werking treedt. Opnieuw een historisch moment. Acht bestaande wetten en zes bestaande vergunningen vloeien samen. Dat betekent: minder bureaucratie, meer helderheid voor alle betrokkenen en meer samenhang.

Drie grote vernieuwingen. En er ligt meer in het verschiet dat van invloed is op ons werk.

Internationaal. Volgende maand start in Kopenhagen de grote Klimaatconferentie van de Verenigde Naties. Samen met u heeft de staatssecretaris er voor gepleit dat water en adaptatie daar een volwaardige plek krijgen op de agenda. Landen hebben elkaar nodig om tot de beste oplossingen te komen. Daarom haalt Nederland de banden aan met andere deltagebieden in onder meer Indonesië, Vietnam en Egypte. Velen van u zijn actief in internationale samenwerkingsverbanden. Dat is goed om te zien.

Maar ook in eigen land is er veel in beweging. En dan doel ik natuurlijk op de Deltawet, het Deltaprogramma, het Deltafonds en de Deltacommissaris.

Er zijn niet veel andere landen die op deze manier anticiperen op de klimaatverandering en die honderd jaar vooruit kijken. Bovendien willen wij een structurele voorziening treffen voor de financiering van de wateropgaven. En organisatorisch alles in gereedheid brengen om te zorgen dat er ook effectief kan worden gehandeld. Nederland plaatst zich daarmee opnieuw in de mondiale voorhoede.

Vorige maand heeft de staatssecretaris met de Tweede Kamer gesproken over de Deltacommissaris en het Deltaprogramma. En het is duidelijk dat de Kamer met haar de urgentie voelt om zo snel als mogelijk de noodzakelijke stappen te zetten.

Daarom zal de staatssecretaris de Deltacommissaris nog deze maand presenteren.

Het kabinet kiest voor een deltacommissaris en niet voor een deltaregisseur. Dat doet het omdat het van het grootste belang is dat deze persoon met gezag en doorzettingskracht kan opereren.

De deltacommissaris valt onder de ministeriële verantwoordelijkheid van de staatssecretaris. Maar hij of zij heeft de ruimte om zaken te agenderen en om zelfstandig op iedereen af te stappen. Dat is nodig. Iemand die zicht houdt op de planvormingsprocessen en zorgt dat het Deltaprogramma ook echt wordt gerealiseerd.

We hebben het afgelopen decennium een omslag gemaakt naar samenhang in de planvorming ten aanzien van zoetwatervoorziening en veiligheid. Waterbeleid is verweven geraakt met het beleid op het gebied van ruimte, mobiliteit, natuur, economie en woningbouw. Dat is pure winst. Het werk van u, van het rijk en van de provincies is uitdagender geworden. Maar ook complexer.

Hoe complex projecten ook zijn, het mag niet zo zijn dat daardoor vertraging in de planvorming ontstaat.
En één ding is zeker: `oeverloos polderen' kunnen we ons niet permitteren. Daar zijn onze opgaven te urgent voor.

`Sneller en beter' - het motto van de commissie-Elverding - moet daarom ook van toepassing zijn op de planvorming ten aanzien van zoetwatervoorziening en waterveiligheid en normering. Daar is het beleid van VenW op gericht.

We gaan maatwerk leveren. In het Waddengebied spelen andere specifieke uitdagingen dan in het Rivierengebied of in de Zuidwestelijke delta. Per deelgebied komt er een bestuurlijk overleg om de voortgang te bewaken en het tempo te handhaven. Daar betrekt de staatssecretaris u als waterschappen vanzelfsprekend bij, evenals de provincies.

Het ontwerp van de Deltawet (de juridische basis voor het Deltaprogramma) zal hopelijk binnen afzienbare termijn naar de Kamer kunnen.

Wanneer de Kamer met de wet instemt, kunnen we de stap zetten naar het Deltafonds als apart begrotingshoofdstuk. Dat fonds start met bestaande waterbudgetten en heeft vanaf 2020 een vaste en stabiele voeding van ten minste 1 miljard euro per jaar.

Dames en heren, ik besef, wij beseffen, dat er veel van u wordt gevraagd. Terwijl de uitdagingen zich opstapelen, zijn de financiële mogelijkheden op dit moment voor iedereen krap. Dat is een rechtstreeks gevolg van de crisis.

We zullen het maximale uit elke euro moeten halen. Ik heb er vertrouwen in dat we samen door deze moeilijke tijd heenkomen. Want er is een inhoudelijk perspectief, daarvan getuigt ook uw voorstel

Water staat hoog op de agenda, in eigen land en internationaal. Nederland heeft een visie op de toekomst, waarin adaptatie aan de klimaatverandering een cruciale rol speelt. De benodigde wetgeving staat in de steigers, de plannen zijn er, de organisatie staat klaar, het budget voor de langere termijn is geregeld en bovenal hebben we professionele en goede mensen in de watersector.

En als mensen als Sybe Schaap zich voor het waterbeheer van Nederland blijven inzetten, heb ik alle vertrouwen in de toekomst.

Sybe, eind dit jaar neem je afscheid als voorzitter van de Unie van Waterschappen. Jij hebt de waterschappen door een dynamische tijd geloodst.

We laten je natuurlijk niet zomaar vertrekken...

Sinds 2004 was jij het boegbeeld van de waterschappen en je hebt je ten volle aan je taak gewijd. Er is iemand in ons midden die daar het nodige over kan vertellen.

Ik geef graag het woord aan mr. W. ridder van Rappard, burgemeester van de gemeente Noordoostpolder.